41985D0009

*****

BESLUIT

VAN DE VERTEGENWOORDIGERS VAN DE REGERINGEN DER LID-STATEN VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAP VOOR KOLEN EN STAAL, IN HET KADER VAN DE RAAD BIJEEN

van 19 december 1984

betreffende de opening van tariefpreferenties in Griekenland voor de produkten die onder deze Gemeenschap ressorteren en van oorsprong zijn uit Oostenrijk, Finland, Noorwegen, Zweden en Zwitserland

(85/9/EGKS)

DE VERTEGENWOORDIGERS VAN DE REGERINGEN DER LID-STATEN VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAP VOOR KOLEN EN STAAL, IN HET KADER VAN DE RAAD BIJEEN,

Overwegende dat de Lid-Staten onderling het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal hebben gesloten;

Overwegende dat de Helleense Republiek op 1 januari 1981 tot deze Gemeenschap is toegetreden;

Overwegende dat de Aanvullende Protocollen bij de Overeenkomsten tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Republiek Oostenrijk, de Republiek Finland, het Koninkrijk Noorwegen, het Koninkrijk Zweden en de Zwitserse Bondsstaat op 1 januari 1981 in werking zijn getreden;

Overwegende dat de Aanvullende Protocollen bij de Overeenkomsten tussen de Lid-Staten van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal en de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal enerzijds, en de Republiek Oostenrijk, de Republiek Finland, het Koninkrijk Noorwegen en het Koninkrijk Zweden anderzijds, alsmede het Aanvullend Protocol bij de Overeenkomst tussen de Lid-Staten van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal en de Zwitserse Bondsstaat, door elke partij bij die Overeenkomsten volgens haar eigen procedures dienen te worden goedgekeurd;

Overwegende dat de Vertegenwoordigers van de Regeringen der Lid-Staten van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal, in het kader van de Raad bijeen, bij de Besluiten 80/1363/EGKS (1), 82/42/EGKS (2), 83/1/EGKS (3) en 84/216/EGKS (4) hebben besloten om de verplichtingen, die voor de jaren 1981, 1982, 1983 en 1984 respectievelijk uit deze Aanvullende Protocollen voortkomen, autonoom na te komen; dat momenteel de procedures voor de bekrachtiging van deze Aanvullende Protocollen in twee Lid-Staten nog niet zijn afgesloten;

Verlangende de autonome en gelijktijdige toepassing van de in deze Aanvullende Protocollen overeengekomen verlagingen van douanerechten bij invoer en van andere invoerheffingen te verlengen;

In overeenstemming met de Commissie,

BESLUITEN:

Artikel 1

1. Van 1 januari tot en met 31 december 1985 worden de douanerechten bij invoer in Griekenland voor de produkten die onder de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal ressorteren en van oorsprong zijn uit Oostenrijk, Finland, Noorwegen, Zweden en Zwitserland, verlaagd tot 20 % van de basisrechten, dan wel geheven ten belope van 20 % van het basisrecht. Bedoelde basisrechten zijn de op 1 juli 1980 door de Helleense Republiek daadwerkelijk toegepaste rechten.

De heffingen van gelijke werking als invoerrechten, die door de Helleense Republiek worden toegepast op de invoer van produkten van oorsprong uit de in de eerste alinea genoemde landen, worden tot 20 % van de basisbedragen verlaagd dan wel geheven ten belope van 20 % van de basisbedragen. Bedoelde basisbedragen zijn de op 31 december 1980 door de Helleense Republiek toegepaste bedragen.

2. Indien de Helleense Republiek in de loop van 1985 rechten of heffingen van gelijke werking op uit de overige Lid-Staten ingevoerde produkten in een sneller tempo schorst of verlaagt dan volgens het in de Toetredingsakte van 1979 vastgestelde tijdschema, schorst of verlaagt de Helleense Republiek eveneens de rechten of heffingen van gelijke werking die gelden ten aanzien van produkten van oorsprong uit de in lid 1 genoemde landen tot hetzelfde niveau.

Artikel 2

De ingevolge de toetreding van de Helleense Republiek tot de Europese Gemeenschappen nodige wijzigingen van de oorsprongregels, die door de Gemengde Comités bedoeld in de Overeenkomsten tussen de Europese Economische Gemeenschap en de in artikel 1, lid 1, genoemde landen zijn aangebracht en op 1 januari 1981 in werking zijn getreden, zijn van toepassing op de in dit besluit bedoelde produkten.

Artikel 3

De Lid-Staten besluiten gemeenschappelijk over eventuele beschermende maatregelen die door een of meer Lid-Staten of door de Commissie aan de orde worden gesteld.

Artikel 4

Dit besluit verstrijkt op het tijdstip van de inwerkingtreding van de Aanvullende Protocollen bij de Overeenkomsten tussen de Lid-Staten van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal en de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal enerzijds, en de in artikel 1, lid 1, bedoelde landen anderzijds, en uiterlijk op 31 december 1985.

Artikel 5

De Lid-Staten treffen alle maatregelen die nodig zijn voor de uitvoering van dit besluit.

Gedaan te Brussel, 19 december 1984.

De Voorzitter

P. O'TOOLE

(1) PB nr. L 385 van 31. 12. 1980, blz. 19.

(2) PB nr. L 20 van 28. 1. 1982, blz. 33.

(3) PB nr. L 12 van 14. 1. 1983, blz. 46.

(4) PB nr. L 104 van 17. 4. 1984, blz. 16.