Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32022D2275

    Besluit (GBVB) 2022/2275 van de Raad van 18 november 2022 ter ondersteuning van een internationaal erkend systeem voor de validering van wapen- en munitiebeheer (AAMVS) ter voorkoming van illegale proliferatie

    ST/14270/2022/INIT

    PB L 300 van 21.11.2022, p. 31–41 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, GA, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    Legal status of the document In force

    ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2022/2275/oj

    21.11.2022   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    L 300/31


    BESLUIT (GBVB) 2022/2275 VAN DE RAAD

    van 18 november 2022

    ter ondersteuning van een internationaal erkend systeem voor de validering van wapen- en munitiebeheer (AAMVS) ter voorkoming van illegale proliferatie

    DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

    Gezien het Verdrag betreffende de Europese Unie, en met name artikel 28, lid 1, en artikel 31, lid 1,

    Gezien het voorstel van de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)

    Op 19 november 2018 heeft de Raad de EU-strategie tegen illegale vuurwapens, handvuurwapens en lichte wapens (“SALW’s”), en munitie daarvoor, met als titel “Wapens beveiligen, burgers beschermen” (de “EU-SALW-strategie”) aangenomen. Het doel van de EU-SALW-strategie is richting te geven aan een geïntegreerd, collectief en gecoördineerd Europees optreden ter voorkoming en beteugeling van de illegale verwerving van SALW’s en munitie daarvoor door terroristen, criminelen en andere onbevoegde actoren, evenals verantwoordingsplicht en verantwoordelijkheidsbesef in de legale wapenhandel te bevorderen.

    (2)

    In de EU-SALW-strategie wordt erop gewezen dat de gebrekkige beveiliging van voorraden er in grote mate aan bijdraagt dat wapens en munitie op de illegale markt terechtkomen. De Unie en haar lidstaten verbinden zich ertoe andere landen te helpen het beheer en de beveiliging van door de staat aangehouden voorraden te verbeteren door de nationale wetgevende en bestuurlijke kaders, evenals de instellingen die het legitieme aanbod en voorraadbeheer van SALW’s reguleren, te versterken.

    (3)

    Het Bureau van de Verenigde Naties voor ontwapeningszaken (Unoda) heeft normen en goede praktijken ontwikkeld voor het beheer van handvuurwapens en munitie, zoals met name de internationale technische richtsnoeren voor munitie (IATG) en het modulair compendium voor de beheersing van handvuurwapens (Mosaic), voorheen de internationale normen voor controle op handvuurwapens (ISACS) genoemd. Met de EU-SALW-strategie verbindt de Unie zich ertoe normen en goede praktijken te bevorderen en toe te passen.

    (4)

    Op 30 juni 2018 is tijdens de derde Toetsingsconferentie van de Verenigde Naties (VN) over de uitvoering van het VN-actieprogramma ter voorkoming, bestrijding en uitroeiing van de illegale handel in handvuurwapens en lichte wapens in al zijn aspecten een slotdocument aangenomen waarin de deelnemende staten zich er opnieuw toe verbonden de omleiding van handvuurwapens en lichte wapens te voorkomen en te bestrijden. Zij bevestigden dat zij hun nationale inspanningen zullen verdubbelen om te zorgen voor een veilig en effectief beheer van voorraden handvuurwapens en lichte wapens van de staat, met name in conflict- en postconflictsituaties. Zij erkenden ook dat de toepassing van de relevante internationale normen de uitvoering van het VN-actieprogramma ter voorkoming, bestrijding en uitroeiing van de illegale handel in handvuurwapens en lichte wapens in al zijn aspecten versterkt.

    (5)

    Op 24 december 2021 heeft de Algemene Vergadering van de VN Resolutie 76/233 aangenomen, waarbij voor onbepaalde tijd een werkgroep wordt ingesteld om een reeks politieke toezeggingen uit te werken als nieuw mondiaal kader dat erop gericht is bestaande lacunes in het beheer van de levenscyclus van munitie weg te werken. Tijdens de achtste tweejaarlijkse bijeenkomst van staten over de uitvoering van het VN-actieprogramma (“BMS8”), in 2022, namen de staten nota van die werkgroep.

    (6)

    In de Agenda 2030 voor duurzame ontwikkeling van de VN wordt bevestigd dat de bestrijding van de illegale handel in handvuurwapens en lichte wapens noodzakelijk is voor de verwezenlijking van vele duurzameontwikkelingsdoelen, zoals die met betrekking tot vrede, justitie en sterke publieke diensten, armoedebestrijding, economische groei, gezondheid, gendergelijkheid en veilige steden. Daarom hebben alle staten met duurzameontwikkelingsdoel 16.4 toegezegd de illegale stromen van geldmiddelen en wapens aanzienlijk te verminderen.

    (7)

    In de op 24 mei 2018 voorgestelde ontwapeningsagenda, met als titel “Securing our Common Future”, heeft de VN-secretaris-generaal ertoe opgeroepen de buitensporige accumulatie van conventionele wapens en de illegale handel in conventionele wapens aan te pakken, en nationale benaderingen ten aanzien van handvuurwapens te ondersteunen. De Unie heeft besloten actiepunt 22 van de agenda te ondersteunen: “Secure excessive and poorly maintained stockpiles”.

    (8)

    Op 4 december 2017 heeft de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties Resolutie 72/55 aangenomen over problemen in verband met de accumulatie van overtollige voorraden conventionele munitie. Deze resolutie ondersteunt initiatieven op internationaal, regionaal en nationaal niveau die inzicht verschaffen in het verbeteren van het duurzaam beheer van munitie, onder meer door de toepassing van de IATG.

    (9)

    Het Internationaal Centrum voor humanitaire mijnopruiming van Genève (GICHD) draagt bij tot de ontwikkeling, toetsing en bevordering van de internationale normen inzake mijnenbestrijding, en, via het adviescentrum munitiebeheer (AMAT), tot de ontwikkeling, evaluatie en verspreiding van de IATG. Het AMAT is opgericht naar aanleiding van een gezamenlijk initiatief van het GICHD en het Unoda naar aanleiding van de dringende behoefte aan steun voor staten op het gebied van een veilig en effectief beheer van munitie, overeenkomstig de IATG.

    (10)

    De Unie bestudeert al enige tijd of het haalbaar is een internationaal erkend systeem op te zetten om beleid en praktijken inzake wapens en munitie te valideren, zowel op het niveau van de staat als bij de eindgebruiker. Bij Besluit (GBVB) 2020/979 van de Raad (1) is het AMAT belast met het project om een internationaal erkend AAMVS te ontwikkelen ter voorkoming van illegale proliferatie en onbedoelde explosies.

    (11)

    Er bestaan weliswaar verschillende internationale normen, richtsnoeren en goede praktijken voor voorraadbeheer en -beveiliging, maar er is momenteel geen internationaal erkende methode om garanties te bieden dat derde landen of eindgebruikers “omleiding”, als bedoeld in artikel 11van het Wapenhandelsverdrag in hun wapen- en munitievoorraden kunnen voorkomen. Een internationaal erkende methodiek voor de onafhankelijke validering van de naleving van internationale normen voor wapenbeheer zal de impact van de Uniesteun aan derde landen met betrekking tot het beheer van wapenvoorraden meetbaar maken, en zal de risicobeoordeling in het kader van de controle op de uitvoer van wapens ondersteunen,

    HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

    Artikel 1

    1.   Dit besluit strekt, ter uitvoering van de EU-SALW-strategie, tot ondersteuning van de inspanningen ter waarborging van een veilig beheer van SALW’s en munitie via verbetering van de besluitvormingsprocessen van belanghebbenden die actief zijn in uitvoercontrole en internationale samenwerking en bijstand.

    2.   Overeenkomstig lid 1 heeft dit besluit de volgende doelstellingen:

    a)

    een operationeel AAMVS opzetten, en

    b)

    de inspanningen van regionale organisaties en hun lidstaten aanmoedigen om hun eigen AAMVS te ontwikkelen.

    3.   Een gedetailleerde omschrijving van het project is opgenomen in de bijlage bij dit besluit.

    Artikel 2

    1.   De hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid (“HV”) is belast met de uitvoering van dit besluit.

    2.   De technische uitvoering van het in artikel 1 bedoelde project gebeurt door het Geneefs Internationaal Centrum voor humanitair ontmijnen (“GICHD”) en zijn gespecialiseerde organisatie, het adviesteam munitiebeheer (“AMAT”).

    3.   Het GICHD en het AMAT voeren hun taken uit onder de verantwoordelijkheid van de HV. Daartoe treft de HV de nodige regelingen met het GICHD.

    Artikel 3

    1.   Het financieel referentiebedrag voor de uitvoering van het door de Unie gefinancierde project bedraagt 1 792 690,84 EUR.

    2.   De uitgaven die worden gefinancierd uit het in lid 1 bepaalde referentiebedrag, worden beheerd overeenkomstig de procedures en voorschriften die van toepassing zijn op de algemene begroting van de Unie.

    3.   De Commissie houdt toezicht op het correcte beheer van de in lid 1 bedoelde uitgaven. Zij sluit daartoe de noodzakelijke overeenkomst met het GICHD. In die overeenkomst wordt bepaald dat het GICHD er zorg voor moet dragen dat de bijdrage van de Unie zichtbaar is in een mate die overeenstemt met haar omvang.

    4.   De Commissie tracht de in lid 3 bedoelde overeenkomst zo spoedig mogelijk na de inwerkingtreding van dit besluit te sluiten. Zij stelt de Raad in kennis van eventuele moeilijkheden die zich daarbij voordoen en van de datum van sluiting van de overeenkomst.

    Artikel 4

    1.   De HV brengt aan de Raad verslag uit over de uitvoering van dit besluit, op basis van regelmatige inhoudelijke verslagen die door het GICHD worden opgesteld. Deze verslagen vormen de basis voor de evaluatie door de Raad.

    2.   De Commissie brengt verslag uit over de financiële aspecten van het in artikel 1 bedoelde project.

    Artikel 5

    1.   Dit besluit treedt in werking op de datum van de vaststelling ervan.

    2.   Dit besluit verstrijkt 36 maanden na de datum van sluiting van de in artikel 3, lid 3, bedoelde overeenkomst. Het verstrijkt echter zes maanden na de datum van inwerkingtreding ervan indien er binnen die termijn nog geen overeenkomst is gesloten.

    Gedaan te Brussel, 18 november 2022.

    Voor de Raad

    De voorzitter

    M. BEK


    (1)  Besluit (GBVB) 2020/979 van de Raad van 7 juli 2020 ter ondersteuning van de ontwikkeling van een internationaal erkend systeem voor de validering van het beheer van wapens en munitie volgens open internationale normen (PB L 218 van 8.7.2020, blz. 1).


    BIJLAGE

    PROJECTDOCUMENT

    ONTWIKKELING VAN EEN INTERNATIONAAL ERKEND SYSTEEM VOOR DE VALIDERING VAN WAPEN- EN MUNITIEBEHEER (AAMVS) TER VOORKOMING VAN ILLEGALE PROLIFERATIE

    1.   Achtergrond

    De wereld van de wapenbeheersing raakt er steeds meer van overtuigd dat een betere uitvoercontrole ter voorkoming van de omleiding van wapens staat of valt met doeltreffend voorraadbeheer. In het werkdocument voor de zevende conferentie van staten die partij zijn (CSP7) bij het Wapenhandelsverdrag (WHV) heeft het voorzitterschap van de CSP7 die staten verzocht te kijken naar alle aspecten van voorraadbeheer, zowel vóór de uitvoervergunning als tijdens de veilige en beveiligde opslag na levering. Voorts worden de invoerende en uitvoerende staten aangemoedigd om naast de uitwisseling van informatie over illegale activiteiten (artikel 11, lid 5, en artikel 15, lid 4, van het WHV “specifieke voorwaarden en garanties overeen te komen met betrekking tot opslagfaciliteiten, de markering van producten, en eindgebruikerscontroles vóór uitvoer”. Tot besluit heeft het voorzitterschap van het CSP7 voorgesteld om de verdragsluitende staten als middel ter vervulling van artikel 13, lid 2, de mogelijkheid te bieden om, ter indicatie van de getroffen maatregelen ter voorkoming en bestrijding van omleiding, verslag uit te brengen over de getroffen maatregelen ter versterking van de fysieke beveiliging en het voorraadbeheer (physical security and stockpile management – PSSM) (1).

    Het blijft een uitdaging om wat betreft de voorraadbeheerpraktijken van een derde land het soort in het CSP7-werkdocument beoogde garanties te bieden. Het is technische materie en de informatie draagt het predicaat zeer gevoelig, hetgeen de informatie-uitwisseling hindert. In veel sectoren, zowel particuliere als publieke, worden conformiteitsbeoordelingen gebruikt als garanties met betrekking tot de werkzaamheid, veiligheid en beveiliging van producten en diensten. Die conformiteitsbeoordelingen bieden internationaal erkende methoden waarmee kan worden bepaald of een product of dienst aan de aanvaarde normen en standaarden voldoet. Er bestaan weliswaar uiteenlopende internationale normen, richtsnoeren en goede praktijken voor voorraadbeheer en -beveiliging, maar er is momenteel geen internationaal erkende methodiek om garanties te bieden dat derde landen of eindgebruikers omleiding (artikel 11, lid 1, WHV) van wapens en munitie uit hun voorraden kunnen voorkomen.

    De Europese Unie bestudeert daarom sinds 2020 of het haalbaar is een internationaal erkend systeem op te zetten om beleid en praktijken inzake wapens en munitie te valideren, zowel op het niveau van de staat als bij de eindgebruiker. De EU heeft bij Besluit (GBVB) 2020/979 van de Raad, dat is gewijzigd bij Besluit (GBVB) 2021/2075 van de Raad, het adviesteam munitiebeheer (AMAT) van het Internationaal Centrum voor humanitaire mijnopruiming van Genève (GICHD) opgedragen “een internationaal erkend systeem voor de validering van wapen- en munitiebeheer (AAMVS)” te ontwikkelen ter voorkoming van illegale proliferatie en onbedoelde explosies. Dat project duurde meerder jaren en was verdeeld in concrete fasen met specifieke doelstellingen en outputs.

    In de eerste fase (GBVB 2020/979) werd onderzocht of het haalbaar is een internationaal erkend valideringssysteem op te zetten voor de beheerpraktijken voor handvuurwapens en lichte wapens (Small Arms and Light Weapons – SALW) en voor munitie. In dit haalbaarheidsonderzoek is gekeken naar zeven soorten aspecten: technische, politieke, juridische, economische en militaire aspecten, veiligheids- en beveiligingsaspecten, en tijdigheid. Er bleek dat er weliswaar geen “rode vlaggen” zijn die de ontwikkeling van een dergelijk systeem in de weg staan, maar dat de politieke bereidheid van belanghebbenden om deel te nemen aan het valideringssysteem afhangt van de uiteindelijke opzet ervan. Belanghebbenden konden dan ook pas iets toezeggen als er helderheid was over de uiteindelijke opzet van het systeem.

    In de tweede fase (GBVB 2021/2075) werd getracht om het beoordelingsinstrument te ontwikkelen dat de grondslag van het systeem moest vormen, en om passende opties voor het AAMVS te ontwerpen. Er werd een zelfbeoordelingsinstrument gecreëerd en er werd gekeken naar verschillende opties voor een valideringssysteem. Het project sloot af met een aanbevolen aanpak voor de ontwikkeling van een operationeel AAMVS.

    Wat is het AAMVS?

    Een keur aan belanghebbenden, zowel binnenlandse als buitenlandse, hebben belang bij informatie over de algemene stand van het wapen- en munitiebeheer. Uitvoercontrole-instanties zouden bijvoorbeeld hun voorafgaand aan de uitvoervergunningverlening gemaakte omleidingsrisico-analyses kunnen versterken door hun analyse van de opslagfase na levering te verbeteren, en met internationale samenwerking en bijstand zou op basis van een analyse van de huidige capaciteiten beter in de behoeften kunnen worden voorzien.

    Het AAMVS is zodanig opgezet dat het de uitwisseling van informatie over de capaciteit van eindgebruikers om veilige en beveiligde voorraden aan te houden, kan vergemakkelijken. Dit gebeurt door de structurele capaciteiten van een beheersysteem voor eindgebruikers af te zetten tegen internationaal erkende beste praktijken uit de internationale technische richtsnoeren voor munitie (IATG) en het modulair compendium voor de beheersing van handvuurwapens (Mosaic).

    Centraal in het AAMVS staan de instrumenten die ontwikkeld zijn tijdens de uitvoering van Besluit (GBVB) 2021/2075 van de Raad. Een van de belangrijkste outputs van de uitvoering van dit Besluit GBVB 2021/2075 is een gestandaardiseerde zelfbeoordeling die een methodiek biedt voor het analyseren van de deugdelijkheid van het beheerssysteemkader zoals gedefinieerd in de capaciteitsfaciliterende beleidslijnen in IATG 01:35. Deze zelfbeoordeling gaat vergezeld van een document met richtsnoeren voor de interpretatie van de resultaten ervan. De zelfbeoordelingstool op zich kan dienen als instrument voor de bilaterale uitwisseling van informatie over de algemene stand van het wapen- en munitiebeheer door strijdkrachten.

    Het AAMVS wordt werkelijk een “systeem” als het algemene ingang vindt binnen een organisatie ten behoeve van gemeenschappelijke doeleinden. Organisaties bestaande uit lidstaten met gemeenschappelijke uitvoercontrolevoorschriften, invoerregelingen, capaciteitsopbouw-doelstellingen of behoeften qua monitoring van de uitvoering van instrumenten, kunnen bij uitstek baat hebben bij zo'n systeem. In elk geval zorgt een gemeenschappelijk platform voor verdere vergemakkelijking van de informatieuitwisseling. De gestandaardiseerde zelfbeoordeling kan voorzien in de behoeften van een keur aan belanghebbenden. Eenmaal uitgevoerd en geautoriseerd kan deze meerdere jaren geldig zijn en aldus met erkende belanghebbenden worden gedeeld. De eindgebruiker profiteert dan van minder rapportagelast en de met uitvoercontrole belaste ambtenaren krijgen dan tijdens de fase voorafgaand aan de vergunningverlening betere toegang tot informatie over de opslagomstandigheden na levering bij potentiële invoerende eindgebruikers.

    Een AAMVS kan op meerdere manieren worden vormgegeven. Organisaties kunnen het AAMVS aldus afstemmen op de eigen specifieke behoeften. Voor bepaalde organisaties kan het goed zijn een valideringssysteem op te zetten waarbij één gestandaardiseerde analyse gedeeld kan worden tussen gemachtigde gebruikers. Voor andere organisaties is validering wellicht problematisch. Die kunnen dan voor minder specifieke informatiedelingsopties kiezen. Voor de ontwikkeling van AAMV-systemen is dus cruciaal dat in kaart wordt gebracht welke kenmerken voor welke organisaties aanvaardbaar zijn.

    Voortbouwend op de bovengenoemde outputs en bevindingen zal fase III van het project gericht zijn op de verdere ontwikkeling van het AAMVS. Voor de ontwikkeling van valideringssystemen zal voor een regionale aanpak worden gekozen. Daarbij zal de nadruk liggen op het in kaart brengen van en voortbouwen op bestaande regionale organisatiestructuren en mechanismen voor informatie-uitwisseling, en op de ontwikkeling van op maat gesneden methoden en instrumenten voor de validering van nationale systemen voor wapen- en munitiebeheer (onder meer via ontwikkeling van een zelfbeoordelingsinstrument en bijbehorende richtsnoeren voor de uitvoering van de evaluatie en voor de interpretatie van de resultaten).

    2.   Technische aanpak

    Dit project beoogt de ontwikkeling van onafhankelijke systemen voor de validering van wapen- en munitiebeheer (AAMV-systemen) binnen bestaande regionale organisatiestructuren. Elk systeem zal onafhankelijk functioneren en voortbouwen op de tijdens de uitvoering van Besluit (GBVB) 2021/2075 van de Raad ontwikkelde instrumenten en methodologische richtsnoeren. Het instrument omvat een gestandaardiseerde zelfbeoordelingsmethode die is afgestemd op de context en de normen van de regio, een overeengekomen validerings- of scoreproces dat voor de analyse van de zelfbeoordeling kan putten uit de in de regio aanwezige deskundigheid, een platform voor informatie-uitwisseling ter vergemakkelijking van de overdracht van bepaalde informatie aan bevoegde verzoekende autoriteiten, alsmede een bescheiden governancekader om het systeem in stand te houden.

    Via dit project wil de EU het eerste regionale AAMVS ontwerpen, ontwikkelen, testen en implementeren. Het EU-AAMVS kan dan dienen als platform voor de lidstaten om in een gestandaardiseerd formaat op zelfbeoordelingen van eindgebruikers in derde landen gebaseerde informatie over wapen- en munitiebeheerpraktijken te delen en te raadplegen. De bedoeling is dat de EU actief bijdraagt aan het ontwerp van alle functionaliteiten van het systeem met behulp van een netwerk van deskundigen binnen de EU en de EU-lidstaten die advies geven over alle aspecten van het ontwerp. Het GICHD zal de besprekingen met het netwerk faciliteren en het ontwerp uitvoeren.

    Het EU-AAMVS zal de Groep non-proliferatie en wapenuitvoer (Subgroep Coarm), de uitvoercontrole-instanties van de EU-lidstaten, en de Europese Vredesfaciliteit (EPF) beter in staat stellen om de risico's in verband met de systemen voor wapen- en munitiebeheer van een eindgebruiker op omleiding na levering en onbedoelde explosies, te analyseren. Deze informatie dient ter ondersteuning van hun voorafgaand aan de uitvoervergunningverlening gemaakte omleidingsrisico-analyses. De AAMVS-zelfbeoordeling kan ook bijdragen aan de internationale bijstand en capaciteitsopbouw door de Groep non-proliferatie en wapenuitvoer (Subgroep Conop) en de EU-lidstaten door te voorzien in een gestandaardiseerde toetsing van de naleving van het kader voor wapen- en munitiebeheer aan internationale goede praktijken. Op die manier kunnen zwakke punten en behoeften aan het licht worden gebracht en de capaciteitsopbouw-inspanningen worden toegespitst op de punten waar de middelen het hardst nodig zijn.

    Voorts zal dit project het AAMVS op de kaart zetten bij andere regio's, inclusief de voordelen van een gestandaardiseerde aanpak voor het beoordelen en delen van informatie over wapen- en munitiebeheerpraktijken. Dit moet andere regionale organisaties ertoe aanmoedigen op maat gesneden AAMV-systemen te ontwikkelen en het gebruik van het zelfbeoordelingsinstrument te steunen. Bij dit alles zal worden voortgebouwd op de tijdens de uitvoering van de Besluiten (GBVB) 2020/979 en (GBVB) 2021/2075 van de Raad gelegde contacten. Indien een regionale organisatie vervolgens ondersteuning vraagt bij de ontwikkeling van een AAMVS, kan het project middelen vrijmaken daarvoor.

    3.   Algemene doelen

    Hoofddoel van dit project is ondersteuning te bieden aan de inspanningen ter waarborging van een veilig beheer van SALW en munitie via verbetering van de besluitvormingsprocessen van belanghebbenden die actief zijn in uitvoercontrole en internationale samenwerking en bijstand.

    Dit doel zal worden gerealiseerd via grotere transparantie van de door eindgebruikers in een derde land gehanteerde beheerpraktijken voor SALW en munitie. Als belanghebbenden bekend zijn met deze praktijken, kunnen zij betere beslissingen nemen ten aanzien van de goedkeuring van overdrachten en van capaciteitsopbouwinitiatieven.

    Voor dit doel heeft het project de volgende twee hoofddoelen:

    1)

    een operationeel AAMVS opzetten;

    2)

    regionale organisaties en hun lidstaten aanmoedigen om hun eigen AAMVS te ontwikkelen.

    4.   Beschrijving van de activiteiten

    Doel 1: een operationeel AAMVS opzetten

    Jaar 1: Consolidatie van het AAMVS-systeemkader

    ACTIVITEITEN

     

    OUTPUTS

    Een EU-adviesnetwerk opzetten bestaande uit belanghebbenden die inhoudelijk en operationeel deskundig advies kunnen verstrekken over EU-beleid en -activiteiten. Deze adviseurs zal worden verzocht tijdens de ontwikkelingsfase van het EU-AAMVS input te leveren om het systeem te doen aansluiten op de EU-situatie. Het GICHD-projectteam zal worden belast met de uitvoering van hun advies. Er zal het nodige gedaan worden om gedurende het jaar meermaals fysiek bijeen te komen. Het adviesnetwerk moet ervoor zorgen dat belanghebbenden in de EU het voortouw nemen bij het ontwerpen van een systeem dat aansluit bij hun behoeften en werkprocessen. De adviseurs zullen helpen de volgende systeemonderdelen te ontwerpen:

    uitstippelen van beleid voor AAMVS-gebruik en systeemtoezicht en -onderhoud;

    analyse van de zelfbeoordelingsinstrumenten qua geschiktheid en aansluiting op de behoeften;

    vaststelling van de voor de validering van en het toezicht op de uitvoering van het AAMVS geschikte entiteiten;

    vaststelling van het soort informatie-uitwisseling dat op het elektronische platform en bilateraal toegestaan mag worden.

     

    Toepassing van EU-instrumenten die zijn toegesneden op de EU-criteria en door de EU zijn gevalideerd.

    Opstelling van een kaderdocument voor het EU-AAMVS evenals een ontwikkelingsstrategie.

    Validering van de zelfbeoordelings- en valideringsanalyse. De tijdens de uitvoering van Besluit GBVB 2021/2075 van de Raad ontwikkelde generieke zelfbeoordelingsinstrumenten moeten door de technische deskundigen van de EU worden beoordeeld, op maat gesneden, en gevalideerd, opdat ze aansluiten op de behoeften van de EU-belanghebbenden.

    Technische validering van de door de thematische deskundigen goedgekeurde zelfbeoordelingsinstrumenten (wapen- en munitiebeheer en uitvoercontrole).

    Vaststelling van de website-ontwerpvereisten voor het informatie-uitwisselingplatform. Dit gebeurt op basis van de aanbevelingen van de EU-adviseurs en bepaalt aan welke programmeringsvereisten zal moeten worden voldaan.

     

    Opname van nota's en correspondentie van de contacten met het EU-adviesnetwerk.

    Opstelling van een plan voor de ontwikkeling van webplatforms met daarin ontwerp, ontwikkeling, tests en afronding.

    Jaar 2: Uittesten van de instrumenten en systemen

    ACTIVITEITEN

     

    OUTPUTS

    Het testen van zelfbeoordelingsinstrumenten in derde landen. De tests bestaan uit drie onderdelen:

    ondersteuning van derde landen en alle actoren die betrokken zijn bij hun inspanningen om tot een bevredigende zelfbeoordeling te komen (makelaars enz.);

    beoordeling van de praktische uitdagingen van alle betrokken actoren bij het afronden van de beoordeling, alsmede van hun pijnpunten ten aanzien van de informatie-uitwisseling;

    opstelling van een beoordelingsverslag met de ondervonden uitdagingen en geleerde lessen.

     

    Beoordelingsverslag van de test-zelfbeoordeling.

    Het ontwerpen, testen en valideren van het webplatform overeenkomstig de door het EU-adviesnetwerk geschetste specificaties.

     

    Afzonderlijk instructiemateriaal voor de zelfbeoordelingen en de validering ervan.

    Opstelling van opleidingsmateriaal en operationele procedures ter ondersteuning van het zelfbeoordelingsproces, ter standaardisering van het valideringsproces, en ter sturing van het systeemtoezichtmechanisme.

     

    Opstelling van beleid en operationele procedures voor de valideringen en voor een systeemtoezichtmechanisme.

    Het opstellen van beleidsdocumenten voor het gebruik van en het toezicht op het AAMVS.

     

    Een webplatform voor de uitwisseling van AAMVS-informatie.

    Informering van het EU-adviesnetwerk over de stand van de uitvoering, en bespreking van de gerezen uitdagingen en vraagstukken.

     

    Nota's voor EU-adviseurs.

    Doel 2: Andere organisaties aanmoedigen hun eigen regionale AAMVS te ontwikkelen.

    Jaar 1: een AAMVS introduceren bij twee regionale organisaties; de verbanden met internationale instrumenten blijven onderzoeken

    ACTIVITEITEN

     

    OUTPUTS

    Contacten leggen met twee regionale organisaties en hun lidstaten en daar het concept van regionale AAMV-systemen promoten.

    Hiertoe zullen er per regio maximaal drie bezoeken worden afgelegd. De eerste bijeenkomst met de regionale organisatie zal worden gebruikt om deze aan te moedigen een regionaal AAMVS te ontwikkeling alsmede om, desgewenst, een begin te maken met de planning van de volgende stappen. In een tweede bijeenkomst zijn dan alle EU-lidstaten van de regionale organisatie aanwezig en wordt een inleiding gegeven op het systeem en de voordelen ervan. Middels vervolgbijeenkomsten moet het mogelijk zijn het opzetten van een regionaal AAMVS verder aan te moedigen en te plannen.

     

    Een aantal regionale organisaties en hun lidstaten is bekend gemaakt met het EU-AAMVS en met de voordelen van een eigen systeem.

    Deelnemen aan bijeenkomsten van regionale en internationale wapenbeheersingsinstrumenten.

    In de marge hiervan kunnen nevenevenementen of andere evenementen worden georganiseerd om het AAMVS en de ontwikkeling van het EU-AAMVS te promoten.

     

     

    Jaren 2 en 3: een AAMVS introduceren bij twee regionale organisaties per jaar en het internationaal blijven promoten

    Opmerking: voor de jaren 2 en 3 bevat het projectplan een mogelijke variant, afhankelijk van het resultaat van het regionaal propageren van het AAMVS het jaar ervoor. Plan A is om in elk van de twee jaren twee regionale contacten te organiseren volgens het voor jaar 1 beschreven formaat. Maar als een regionale organisatie aangeeft een AAMVS te willen opzetten, zal het AMAT de EU toestemming vragen om een deel van de middelen toe te wijzen aan de ontwikkeling van het AAMVS in de regio in kwestie. Dit kan ertoe leiden dat het aantal jaarlijks betrokken regionale organisaties daalt, maar ook dat een groter aantal staten het AAMVS-kader kan gebruiken en er profijt van trekken.

    5.   Technisch uitvoerend agentschap

    Het Internationaal Centrum voor humanitaire mijnopruiming van Genève (GICHD) zal, via zijn gespecialiseerd agentschap AMAT, de uitvoering van het project leiden. Meer in het bijzonder neemt het AMAT het voortouw bij het beheer en de uitvoering van alle activiteiten van dit project en behoudt het de verantwoordelijkheid voor de begroting en de verslaglegging. Het AMAT-team was eveneens verantwoordelijk voor het beheer en de uitvoering van de acties in het kader van de besluiten van de Raad ((GBVB) 2020/979 en (GBVB) 2021/2075).

    Het AMAT is voornemens deskundige consultants in te schakelen ter ondersteuning van verschillende aspecten van dit project. Er zullen met name deskundigen op het gebied van webontwikkeling, conformiteitsbeoordeling en SALW-beheer worden aangeworven ter ondersteuning van de uitvoering van projectonderdelen. Deze consultants zullen worden geselecteerd via een geautoriseerde aanwervingsprocedure.

    6.   Relevantie

    Dit project en de doelstellingen, activiteiten en outputs ervan zijn afgestemd op uiteenlopende strategieën en politieke overeenkomsten van de Europese Unie.

    EU-strategie tegen illegale vuurwapens, handvuurwapens en lichte wapens (SALW), en munitie daarvoor uit 2018

    De EU-SALW-strategie uit 2018 heeft tot doel richting te geven aan een geïntegreerd, collectief en gecoördineerd Europees optreden ter voorkoming en beteugeling van de illegale verwerving van SALW en munitie daarvoor [...], en om verantwoordingsplicht en verantwoordelijkheidsbesef in de legale wapenhandel te bevorderen (2). De SALW-strategie uit 2018 voorziet in specifieke acties inzake voorraadbeheer en houdt in dat de EU samenwerking en bijstand ten behoeve van de uitvoering van het VN-actieprogramma, waaronder voorraadbeheer, ondersteunt, en dat de EU normen en goede praktijken voor de omgang met handvuurwapens (ISACS [nu Mosaic]) en munitie (IATG) bevordert en toepast.

    Een EU-AAMVS zou de EU helpen de SALW-strategie van 2018 ten uitvoer te leggen doordat:

    voorkoming van omleiding en bevordering van de verantwoordingsplicht in de legale handel in SALW een van de verklaarde doelstellingen van het AAMVS is. Het EU-AAMVS kan helpen om voorafgaand aan de verlening van een uitvoervergunning het omleidingsrisico te beoordelen;

    het EU-AAMVS de samenwerking en de bijstand op het gebied van voorraadbeheer kan ondersteunen door zwakke plekken in het beheersysteem op te sporen en te fungeren als instrument ter monitoring van veranderingen of verbeteringen in de praktijk;

    de zelfbeoordelingsmethode de toepassing van Mosaic en IATG bevordert als de normen waaraan de conformiteitsbeoordeling wordt afgemeten.

    EU-actieplan 2020–2025 inzake illegale vuurwapenhandel

    In het EU-actieplan 2020-2025 inzake de illegale handel in vuurwapens, opgesteld om de illegale handel binnen de EU en de partners in Zuidoost-Europa (Westelijke Balkan, Moldavië en Oekraïne) aan te pakken, wordt erkend dat de beveiliging van de voorraden in Zuidoost-Europa moet worden verbeterd, en wordt de Westelijke Balkan gesteund (3). De routekaart voorziet tevens in verbetering van de voorraadbeveiliging, verbetering van de regelgeving en toezicht op de naleving (4). Daarnaast behelst actie 4.2 aanmoediging van een beter voorraadbeheer in de Sahelregio.

    Het EU-AAMVS heeft weliswaar geen regionale focus, maar kan inspanningen ter vaststelling van structurele tekortkomingen in het voorraadbeheer van een eindgebruiker ondersteunen. De zelfbeoordelingsmethode is bijzonder geschikt voor het opsporen van tekortkomingen in de beveiligingsvoorschriften.

    Het gemeenschappelijk EU-standpunt 2008 inzake wapenuitvoer (gemeenschappelijk standpunt van de EU) en de vrijwillige gebruikersgids voor het gemeenschappelijk standpunt (5)

    Het gemeenschappelijk standpunt van de EU bevat acht criteria die vier soorten risico's schetsen die de lidstaten als grond voor weigering van een uitvoervergunning moeten beschouwen, en vier reeksen factoren waarmee zij bij de beoordeling van een aanvraag voor een uitvoervergunning “rekening moeten houden”. Criterium 7 verwijst naar het “gevaar dat de militaire goederen of technologie in het kopende land een andere bestemming krijgen of onder ongewenste omstandigheden opnieuw worden uitgevoerd” als een factor die de exporteur in aanmerking moet nemen. In het gemeenschappelijk standpunt staat daar nog bij dat de exporteur bij de beoordeling van het omleidingsrisico rekening moet houden met “het vermogen van het ontvangende land om effectieve uitvoercontroles te verrichten”.

    In de gebruikersgids bij het gemeenschappelijk standpunt van de EU – die nadere maar niet-bindende instructies bevat voor de uitvoering van de bepalingen van dit document – wordt exporteurs verzocht na te gaan of in het ontvangende land a) “het voorraadbeheer en de voorraadbeveiliging voldoende op niveau” is “(met inbegrip van Mosaic en IATG)”; en b) of er “bekende gevallen van problemen” zijn geweest “met lekkende voorraden” (6).

    In de gebruikersgids wordt gewezen op het belang van doeltreffende beveiliging en doeltreffend voorraadbeheer, niet alleen wat betreft de toepassing van criterium 7 en de beoordeling van het omleidingsrisico, maar ook wat betreft de toepassing van criteria 1 en 2 van het gemeenschappelijk standpunt van de EU, die respectievelijk betrekking hebben op de naleving van de internationale verplichtingen en de eerbiediging van de mensenrechten en het internationaal humanitair recht. Meer in het bijzonder gaat de gids in op de naleving van de normen van het VN-actieprogramma, waaronder die voor voorraadbeheer, aan de hand waarvan kan worden beoordeeld of de ontvangers de internationale verplichtingen overeenkomstig criterium 1 naleven (7). Voorts wordt in de gids verwezen naar de aanwezigheid van adequate procedures voor voorraadbeheer en -beveiliging, onder meer voor overtollige wapens en munitie, en naar het zich voordoen van problemen in de zin van diefstal en lekken uit voorraden in het land van de opgegeven eindgebruiker, als zijnde in aanmerking te nemen elementen bij de beoordeling of er risico bestaat op inzet van de uitgevoerde wapens in strijd met de mensenrechten of het internationaal humanitair recht overeenkomstig criterium 2 (8).

    Het gemeenschappelijk standpunt van de EU en de gebruikersgids daarbij bieden ook relevante richtsnoeren voor informatieuitwisseling, een belangrijk onderdeel van het AAMVS. Artikel 4 van het gemeenschappelijk standpunt bepaalt dat de lidstaten informatie moeten uitwisselen over afwijzingen van uitvoervergunningaanvragen en overleg moeten plegen wanneer zij overwegen een vergunning goed te keuren die “in wezen identiek” is aan een vergunning die eerder door een andere lidstaat is geweigerd. Deze bepaling wordt verder aangescherpt door artikel 7 van het gemeenschappelijk standpunt van de EU, dat de lidstaten verplicht om op het gebied van de controle op de wapenuitvoer hun samenwerking te versterken en hun convergentie te bevorderen door relevante informatie uit te wisselen, niet alleen over weigeringen, maar ook over wapenuitvoerbeleid. De gebruikersgids moedigt de lidstaten aan om informatie uit te wisselen binnen de Groep non-proliferatie en wapenuitvoer (Coarm) en ook via “het onlinesysteem van de Coarm, of ingeval de informatie als “restricted” (vertrouwelijk) wordt aangemerkt, via Coreu-berichten”. Er moet ook informatie worden uitgewisseld die voor andere lidstaten nuttig kan zijn om het risico op omleiding te voorkomen (9).

    Het gemeenschappelijk standpunt van de EU legt duidelijke verbanden tussen gangbaar beleid en het AAMVS. Het verband is gelegd bij Besluit (GBVB) 2020/979 van de Raad, en het EU-AAMVS is specifiek ontworpen om – als technisch instrument voor de analyse van de veiligheids- en beveiligingsmaatregelen van een potentiële invoerende staat – uitvoercontrole-instanties te helpen criterium 7 van het gemeenschappelijk standpunt van de EU toe te passen. De methodiek is in overeenstemming met de gebruikersgids als het gaat om toetsing van de norm aan bestaande internationaal aanvaarde goede praktijken. Artikel 4 van het gemeenschappelijk standpunt bevat een politieke rechtvaardiging voor de informatie-uitwisselingscomponent van het EU-AAMVS.

    Besluit (GBVB) 2021/38 van de Raad van 15 januari 2021 tot vaststelling van een gemeenschappelijke aanpak met betrekking tot de elementen van eindgebruikerscertificaten in de context van de uitvoer van handvuurwapens en lichte wapens en munitie daarvoor

    Bij Besluit van de Raad 2021/38/GBVB wordt een gemeenschappelijke aanpak vastgesteld met betrekking tot de elementen van eindgebruikerscertificaten in de context van de uitvoer van handvuurwapens en lichte wapens en munitie daarvoor (10). Het besluit bevat twee rechtstreeks voor het AAMVS relevante “facultatieve elementen” voor landen ter overweging, waarmee: c) het land van uitvoer na verzending controles ter plaatse kan uitvoeren; d) garanties gegeven worden dat de eindgebruiker “in staat is veilig en beveiligd wapen- en munitiebeheer te voeren, met inbegrip van zijn capaciteit voor een veilig en beveiligd beheer van de depots waar de goederen zullen worden opgeslagen”.

    Het AAMVS kan een methode voor verificatie na levering omvatten ter verificatie ter plaatse van in het kader van de zelfbeoordeling gedane claims. Dit zou een nog grotere mate van zekerheid bieden.

    7.   Communicatie- en zichtbaarheidsstrategie

    Het AMAT wordt gevraagd alle passende maatregelen te treffen om bekend te maken dat dit project door de EU wordt gefinancierd, overeenkomstig de door de Europese Commissie gepubliceerde Communicatie- en zichtbaarheidsvoorschriften betreffende externe maatregelen van de EU, 2018. De steun van de Europese Unie zal tevens worden vermeld in uitnodigingen en andere documenten die worden verspreid onder de deelnemers van de diverse evenementen. Het AMAT zal ervoor zorgen dat de EU waar mogelijk wordt vertegenwoordigd bij krachtens dit besluit ondersteunde evenementen.

    Meer bepaald zal op alle regionale en internationale evenementen waar het AAMVS wordt gepresenteerd de EU als leider van het project worden vermeld. Het EU-AAMVS kan bij uitstek andere regionale organisaties inspireren, en daarom zal het AMAT de EU-inspanningen ter bevordering van het instrument in verschillende wapenbeheersingssettings aanmoedigen en ondersteunen. EU-vertegenwoordigers zal worden gevraagd erover te spreken en het EU-logo zal op presentaties en advertenties prijken.


    (1)  Ontwerp-werkdocument van het voorzitterschap van de CSP7: Strengthening efforts to eradicate the illicit trade in small arms and light weapons and ensure efficient stockpile management (Grotere inspanningen ter uitbanning van de illegale handel in handvuurwapens en lichte wapens, en ten behoeve van efficiënt voorraadbeheer).

    (2)  Raad van de Europese Unie, Conclusies van de Raad inzake de aanneming van een EU-strategie tegen illegale vuurwapens, kleine en lichte wapens en munitie daarvoor, Brussel, 19 november 2018, doc. 13581/18, https://data.consilium.europa.eu/doc/document/ST-13581-2018-INIT/nl/pdf.

    (3)  Europese Commissie, mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's: EU-actieplan 2020–2025 inzake illegale vuurwapenhandel (noot 30).

    (4)  Zie doelstelling 7 van de routekaart voor een duurzame oplossing voor illegaal bezit van, misbruik van en handel in handvuurwapens en lichte wapens (SALW) en munitie daarvoor in de Westelijke Balkan uiterlijk in 2024, Londen, 10 juli 2018, https://www.seesac.org/f/docs/publications-salw-control-roadmap/Regional-Roadmap-for-a-sustainable-solution-to-the.pdf.

    (5)  Gemeenschappelijk Standpunt 2008/944/GBVB van de Raad van 8 december 2008 tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor de controle op de uitvoer van militaire goederen en technologie (noot 7).

    (6)  Raad van de Europese Unie, Gids voor de gebruiker bij Gemeenschappelijk Standpunt 2008/944/CFSP van de Raad (gewijzigd bij Besluit (GBVB) 2019/1560 van de Raad), blz. 129.

    (7)  Raad van de Europese Unie, Gids voor de gebruiker bij Gemeenschappelijk Standpunt 2008/944/CFSP van de Raad (gewijzigd bij Besluit (GBVB) 2019/1560 van de Raad), blz. 24.

    (8)  Raad van de Europese Unie, Gids voor de gebruiker bij Gemeenschappelijk Standpunt 2008/944/CFSP van de Raad (gewijzigd bij Besluit (GBVB) 2019/1560 van de Raad), blz. 58.

    (9)  Raad van de Europese Unie, Gids voor de gebruiker bij Gemeenschappelijk Standpunt 2008/944/CFSP van de Raad (gewijzigd bij Besluit (GBVB) 2019/1560 van de Raad), blz. 159.

    (10)  Besluit (GBVB) 2021/38 van de Raad van 15 januari 2021 tot vaststelling van een gemeenschappelijke aanpak met betrekking tot de elementen van eindgebruikerscertificaten in de context van de uitvoer van handvuurwapens en lichte wapens en munitie daarvoor, Publicatieblad van de Europese Unie, L 14 van 18.1.2021, blz. 4. https://eur-lex.europa.eu/legal-content/NL/TXT/PDF/?uri=CELEX:32021D0038&from=NL


    Top