(1)

Bij Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1017 van de Commissie (2) zijn de jaarlijkse begrotingsmaxima voor 2020 voor bepaalde regelingen inzake rechtstreekse betalingen vastgesteld.

(2)

De bij Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1017 vastgestelde jaarlijkse begrotingsmaxima zijn gebaseerd op de nationale maxima die zijn vastgesteld in bijlage II bij Verordening (EU) nr. 1307/2013, zoals gewijzigd bij Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/756 van de Commissie (3). In Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/756 is rekening gehouden met de besluiten van de lidstaten met betrekking tot overdrachten, voor het kalenderjaar 2020, tussen rechtstreekse betalingen en plattelandsontwikkeling krachtens artikel 14 van Verordening (EU) nr. 1307/2013.

(3)

België, Bulgarije, Denemarken, Kroatië, Luxemburg en Portugal hebben evenwel laten weten dat zij hun besluiten met betrekking tot overdrachten tussen de pijlers hebben herzien om de gevolgen van de COVID-19-pandemie en de daaruit voortvloeiende moeilijkheden voor de landbouwsector te beperken. De respectieve maxima in bijlage II bij Verordening (EU) nr. 1307/2013 zijn vervolgens gewijzigd bij Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/1314 van de Commissie (4), waarin de gevolgen van de aangemelde herziene besluiten en bedragen zijn verwerkt.

(4)

Aangezien de jaarlijkse begrotingsmaxima voor 2020 gebaseerd zijn op de nationale maxima die zijn vastgesteld in bijlage II bij Verordening (EU) nr. 1307/2013, leiden de wijzigingen van de nationale maxima tot wijzigingen van de jaarlijkse begrotingsmaxima voor de betrokken lidstaten. Bovendien hebben sommige lidstaten, voor zover nodig in het licht van de herziening van de flexibiliteit, ook bepaalde toewijzingen aan de verschillende regelingen herzien.

(5)

Om rekening te houden met deze wijzigingen, moeten de begrotingsmaxima voor de basisbetalingsregeling, de regeling inzake een enkele areaalbetaling, de herverdelingsbetaling, de betaling voor klimaat- en milieuvriendelijke landbouwpraktijken, de regeling voor jonge landbouwers en de vrijwillige gekoppelde steun voor het kalenderjaar 2020 voor de betrokken lidstaten worden herberekend.

(6)

Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1017 moet bijgevolg dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(7)

Aangezien de bij deze verordening vastgestelde wijzigingen gevolgen hebben voor de toepassing van Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1017, die met ingang van 1 januari 2020 van toepassing is, moet de onderhavige verordening met ingang van diezelfde datum van toepassing worden.

(8)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité voor rechtstreekse betalingen,