EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32018H0910(23)

Aanbeveling van de Raad van 13 juli 2018 over het nationale hervormingsprogramma 2018 van Slovenië en met een advies van de Raad over het stabiliteitsprogramma 2018 van Slovenië

ST/9450/2018/INIT

PB C 320 van 10.9.2018, p. 103–106 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

10.9.2018   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 320/103


AANBEVELING VAN DE RAAD

van 13 juli 2018

over het nationale hervormingsprogramma 2018 van Slovenië en met een advies van de Raad over het stabiliteitsprogramma 2018 van Slovenië

(2018/C 320/23)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 121, lid 2, en artikel 148, lid 4,

Gezien Verordening (EG) nr. 1466/97 van de Raad van 7 juli 1997 over versterking van het toezicht op begrotingssituaties en het toezicht op en de coördinatie van het economisch beleid (1), en met name artikel 5, lid 2,

Gezien Verordening (EU) nr. 1176/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 16 november 2011 betreffende de preventie en correctie van macro-economische onevenwichtigheden (2), en met name artikel 6, lid 1,

Gezien de aanbeveling van de Europese Commissie,

Gezien de resoluties van het Europees Parlement,

Gezien de conclusies van de Europese Raad,

Gezien het advies van het Comité voor de werkgelegenheid,

Gezien het advies van het Economisch en Financieel Comité,

Gezien het advies van het Comité voor sociale bescherming,

Gezien het advies van het Comité voor de economische politiek,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Op 22 november 2017 heeft de Commissie haar goedkeuring gehecht aan de jaarlijkse groeianalyse en daarmee de aanzet gegeven tot het Europees Semester 2018 voor coördinatie van het economisch beleid. Er werd terdege rekening gehouden met de Europese pijler van sociale rechten, die op 17 november 2017 door het Europees Parlement, de Raad en de Commissie is geproclameerd. De prioriteiten van de jaarlijkse groeianalyse zijn op 22 maart 2018 door de Europese Raad bekrachtigd. Op 22 november 2017 heeft de Commissie op grond van Verordening (EU) nr. 1176/2011 ook het waarschuwingsmechanismeverslag aangenomen, waarin zij Slovenië heeft genoemd als een van de lidstaten die aan een diepgaande evaluatie zouden worden onderworpen. Tevens heeft de Commissie op die datum een aanbeveling voor een aanbeveling van de Raad over het economisch beleid van de eurozone aangenomen, die op 22 maart 2018 door de Europese Raad is bekrachtigd. Op 14 mei 2018 heeft de Raad de aanbeveling over het economisch beleid van de eurozone (3) („aanbeveling voor de eurozone”) vastgesteld.

(2)

Als lidstaat die de euro als munt heeft en in het licht van de grote onderlinge verwevenheid tussen de economieën van de economische en monetaire unie, dient Slovenië ervoor te zorgen dat volledig en tijdig uitvoering wordt gegeven aan de aanbeveling voor de eurozone, zoals weergegeven in de onderstaande aanbevelingen, en met name in aanbeveling 1.

(3)

Op 7 maart 2018 is het landverslag 2018 voor Slovenië gepubliceerd. Daarin werd de vooruitgang beoordeeld die Slovenië bij de tenuitvoerlegging van de op 11 juli 2017 door de Raad vastgestelde landspecifieke aanbevelingen (4) heeft gemaakt, alsmede het gevolg dat is gegeven aan de landspecifieke aanbevelingen die in de jaren voordien werden goedgekeurd, en de vooruitgang die Slovenië in de richting van zijn nationale Europa 2020-doelstellingen heeft geboekt. Het landverslag bevatte ook een op grond van artikel 5 van Verordening (EU) nr. 1176/2011 uitgevoerde diepgaande evaluatie, waarvan de uitkomsten ook op 7 maart 2018 zijn bekendgemaakt. Op basis van haar analyse concludeerde de Commissie dat er in Slovenië geen sprake is van macro-economische onevenwichtigheden.

(4)

Slovenië heeft op 13 april 2018 zijn nationaal hervormingsprogramma 2018 en op 26 april 2018 zijn stabiliteitsprogramma 2018 ingediend. Om met de onderlinge verbanden tussen beide programma's rekening te houden, zijn deze tegelijkertijd geëvalueerd.

(5)

De betrokken landspecifieke aanbevelingen zijn meegenomen in de programmering voor de Europese structuur- en investeringsfondsen (ESI-fondsen) voor de periode 2014-2020. Op grond van artikel 23 van Verordening (EU) nr. 1303/2013 van het Europees Parlement en de Raad (5) kan de Commissie een lidstaat verzoeken zijn partnerschapsovereenkomst en de desbetreffende programma's opnieuw te bezien en wijzigingen daarop voor te stellen, indien dit nodig is om de uitvoering van de betrokken aanbevelingen van de Raad te ondersteunen. De Commissie heeft in richtsnoeren over de toepassing van de maatregelen die de effectiviteit van de ESI-fondsen koppelen aan gezonde economische governance, nader aangegeven hoe zij van die bepaling gebruik zou maken.

(6)

Slovenië is momenteel onderworpen aan het preventieve deel van het stabiliteits- en groeipact en aan de overgangsregel voor de schuld. Het stabiliteitsprogramma werd ingediend door een demissionaire regering en is gebaseerd op de aanname dat het beleid ongewijzigd blijft. Bijgevolg voorziet de regering dat het nominale overschot in 2018 zal verbeteren tot 0,4 % van het bbp en vervolgens zal oplopen tot 0,9 % van het bbp in 2021. Bij ongewijzigd beleid zal de middellangetermijndoelstelling voor de begroting — een overschot van 0,25 % van het bbp — tegen 2021 naar verwachting niet worden gehaald. Volgens het stabiliteitsprogramma 2018 zal de overheidsschuldquote naar verwachting dalen tot 69,3 % van het bbp in 2018 en verder tot 58,3 % van het bbp in 2021. Het macro-economische scenario dat aan die begrotingsprognoses ten grondslag ligt, is plausibel.

(7)

Op 11 juli 2017 heeft de Raad Slovenië de aanbeveling gedaan ervoor te zorgen dat de nominale groei van de netto primaire overheidsuitgaven (6) in 2018 niet meer dan 0,6 % bedraagt, hetgeen overeenstemt met een jaarlijkse structurele aanpassing van 1,0 % van het bbp. Terzelfder tijd was aangegeven dat bij de beoordeling van het ontwerpbegrotingsplan 2018 en de daaropvolgende beoordeling van de begrotingsresultaten 2018 terdege rekening zal moeten worden gehouden met de doelstelling om een begrotingskoers te bereiken die bijdraagt aan zowel het versterken van het voortgaande herstel als aan het waarborgen van de houdbaarheid van de overheidsfinanciën. Na de beoordeling die de Commissie in het kader van haar advies over het ontwerpbegrotingsplan 2018 van Slovenië heeft gemaakt van de kracht van het herstel in Slovenië, zonder daarbij de uitdagingen wat betreft houdbaarheid uit het oog te verliezen, is voor 2018 een structurele begrotingsinspanning van ten minste 0,6 % van het bbp vereist, zonder een extra afwijkingsmarge over een jaar. Dit stemt overeen met een nominaal groeipercentage van de netto primaire overheidsuitgaven van maximaal 1,5 %. Wanneer daarmee in de algehele evaluatie rekening wordt gehouden, bestaat op basis van de voorjaarsprognoses 2018 van de Commissie een risico op een aanzienlijke afwijking van het aanbevolen aanpassingstraject richting de budgettaire middellangetermijndoelstelling in 2018.

(8)

Voor 2019 zou, aangezien de overheidsschuldquote van Slovenië meer dan 60 % van het bbp bedraagt en de verwachte positieve outputgap 4,1 % van het bbp, de nominale groei van de netto primaire overheidsuitgaven op niet meer dan 2,2 % moeten uitkomen, in overeenstemming met de structurele aanpassing van 1,0 % van het bbp die resulteert uit de gezamenlijk overeengekomen aanpassingsmatrix van vereisten in het kader van het stabiliteits- en groeipact. Tegelijkertijd zijn er sterke tekenen dat de onbenutte capaciteit in de economie wordt onderschat, met een inflatie die naar verwachting zal oplopen tot 2 % in 2019, een werkloosheid boven het niveau van vóór de crisis en investeringen die aantrekken na een sterke inkrimping tijdens de crisisjaren. Daarnaast wijst het aannemelijkheidsinstrument ook op een hoge mate van onzekerheid omtrent de raming van de output gap volgens de gemeenschappelijke methode. Uitgaande van deze basis lijkt een jaarlijkse structurele aanpassing van 0,65 % van het bbp, hetgeen spoort met een maximale groeivoet van netto primaire overheidsgaven van 3,1 %, passend. Bij ongewijzigd beleid bestaat er een risico dat in 2019 en in de periode 2018 en 2019 sterk zal worden afgeweken van die vereiste. De verwachting is dat Slovenië in 2018 aan de overgangsregel voor de schuld en in 2019 aan de schuldregel zal voldoen. Al met al is de Raad van oordeel dat vanaf 2018 de nodige maatregelen moeten worden genomen om aan de bepalingen van het stabiliteits- en groeipact te voldoen.

(9)

De regering heeft voorstellen ingediend voor de hervorming van de gezondheidszorg. Het ontwerp van de wet gezondheidszorg en zorgverzekering, die de hoeksteen vormt van de hervorming en die zorgt voor de financiering van het zorgstelsel op lange termijn, is in december 2017 ter raadpleging ingediend bij de sociaaleconomische raad, maar werd niet vóór de verkiezingen goedgekeurd, waardoor de kans op vaststelling onzeker is geworden. Een ontwerp van wet langdurige zorg wordt momenteel opgesteld om van de langdurige zorg een nieuwe socialezekerheidspijler te maken als aanvulling bij de andere socialezekerheidsstelsels (gezondheidszorg, sociale zorg en pensioenvoorzieningen). Het blijft onduidelijk hoe Slovenië de kosteneffectiviteit, toegankelijkheid en kwaliteit van de zorg in de toekomst zal verhogen. In 2017 zijn voorstellen aangenomen tot wijziging van de wet inzake praktiserend artsen, de wet op de gezondheidszorg, de wet op de patiëntenrechten en de wet houdende interventiemaatregelen met het oog op de financiële stabiliteit van instellingen voor gezondheidszorg, die nu moeten worden uitgevoerd om de toegankelijkheid en de kwaliteit van de zorg te verzekeren. De eerste stappen zijn gezet om het nationale gezondheidszorgplan 2016-2025 uit te voeren. Poliklinieken worden geleidelijk ingevoerd, tegen 2020 is een systeem voor de evaluatie van gezondheidstechnologie gepland, en oplossingen in het kader van e-gezondheidszorg zullen bijdragen tot een verbetering van de monitoring die het gehele land bestrijkt. Daarnaast zullen de baten van beter gecoördineerde openbare aanbestedingen in de gezondheidszorg naar verwachting bijdragen tot een grotere kostenefficiëntie van de aanbestedingen.

(10)

In juli 2017 is het document „Uitgangspunten voor de modernisering van het pensioenstelsel en de arbeidsongeschiktheidsverzekering in de Republiek Slovenië” met eenparigheid van stemmen door de sociaaleconomische raad aangenomen. Hierin worden verschillende maatregelen geschetst om toereikende pensioenen en een houdbaar en transparant pensioenstelsel uit te bouwen. Er ontbreekt evenwel nog steeds een concreet actieplan om die maatregelen in te voeren en ondanks een overeenkomst tussen de sociale partners en de regering om de hervorming tegen 2020 goed te keuren, is er nog geen overgangsperiode voor de invoering van de hervorming afgebakend. Er blijven uitdagingen bestaan met betrekking tot het garanderen van de houdbaarheid en de toereikendheid van het pensioenstelsel op lange termijn door de wettelijke pensioenleeftijd aan te passen en latere pensionering te bevorderen; het stimuleren van de dekking van de aanvullende pensioenregelingen; het adequaat aanpakken van verschillende beroepsloopbanen en het verminderen van het risico op armoede onder ouderen.

(11)

De economische groei hield aan en de sociale en arbeidsmarkttendensen zijn verder verbeterd. Het percentage personen dat risico op armoede of sociale uitsluiting loopt, is afgenomen, maar blijft boven het Uniegemiddelde voor de ouderen, met name voor vrouwen. De werkgelegenheid bleef stijgen en de werkloosheid nam verder af. Er zijn evenwel tekenen die wijzen op een tekort aan arbeidskrachten voor een aantal beroepen. De langdurige werkloosheid blijft boven het niveau van vóór de crisis en langdurig werklozen vertegenwoordigen nog steeds bijna de helft van alle werklozen. In het bijzonder oudere werknemers worden met aanhoudende problemen geconfronteerd, aangezien hun activiteits- en arbeidsparticipatiepercentages nog steeds tot de laagste in de Unie behoren. Door de snel vergrijzende Sloveense samenleving krimpen de beroepsbevolking en het arbeidsaanbod. Als reactie op deze tendens heeft de regering een strategie voor actief ouder worden voorbereid, maar concrete actieplannen ontbreken nog steeds.

(12)

De vergrijzing verhoogt de noodzaak om de deelname aan volwasseneneducatie uit te breiden, die sinds 2010 is teruggelopen en die bijzonder laag is bij laaggeschoolden en oudere werknemers. Het verbeteren van de vaardigheden door middel van een leven lang leren zou de kansen op werk verhogen, in het bijzonder voor laaggeschoolde en oudere werknemers. De arbeidsparticipatie van laaggeschoolde werknemers is verbeterd, maar blijft lager dan het niveau van vóór de crisis en dan het Uniegemiddelde. Uit de evaluatie van het actief arbeidsmarktbeleid blijkt dat met de meeste programma's goede resultaten worden geboekt. De uitgaven op dit beleidsterrein en de participatiegraad van werklozen in de programma's blijven evenwel beperkt. Hoewel de arbeidsmarkthervorming van 2013 bepaalde kwetsbare groepen duidelijk heeft geholpen bij het vinden van een baan, blijft tijdelijk werk een probleem.

(13)

Er zijn maatregelen genomen om de financieringsmogelijkheden voor ondernemingen in Slovenië te verbeteren en te voorzien in alternatieven voor bankkredieten. De afhankelijkheid van bankkredieten vormt evenwel een aanhoudend financieringsprobleem, in het bijzonder voor kleine en middelgrote ondernemingen, waarvoor de toegang tot financiering een belemmering voor verdere groei blijft. De huidige maatregelen hebben nog niet geleid tot een betere financiering, met name voor innovatieve bedrijven. Er is slechts een beperkt aantal sterk groeiende ondernemingen in Slovenië, en die kampen met ontoereikende ondersteuning om uit te breiden. Durfkapitaal is een van de vormen van aandelenfinanciering die toeneemt, maar van een zeer laag niveau. Innovatieve bedrijven zouden ook gebaat zijn bij meer efficiënt openbaar onderzoek, dat momenteel wordt belemmerd door moeilijkheden bij het aantrekken van binnenlands en buitenlands talent en een gebrek aan op prestaties gebaseerde financiering. Het niveau van particuliere investeringen in Slovenië blijft relatief laag ten opzichte van vergelijkbare landen, hetgeen gerichte inspanningen verdient om de raamvoorwaarden voor investeringen verder te verbeteren, in het bijzonder op terreinen met een sterk potentieel voor het verhogen van de productiviteit.

(14)

Ondernemingen worden gehinderd door de nog steeds hoge administratieve en regelgevingslast. Administratieve rompslomp is een van de meeste problematische factoren op het vlak van zakendoen in Slovenië. Dit heeft grotendeels te maken met onzekerheid over en complexiteit van de belastingprocedures, zonder evenwel tot dit terrein beperkt te zijn, aangezien het nog steeds een jaar duurt om betwistingen in handelszaken aan een rechterlijke instantie voor te leggen. Slovenië heeft een instrument ontwikkeld om de administratieve lasten te verminderen en boekt vooruitgang bij de uitvoering ervan. Een aanzienlijk deel van deze uitvoering heeft nog steeds niet plaatsgevonden.

(15)

Voorts is Slovenië pas onlangs begonnen met het aanpakken van het hoge niveau van restrictieve regulering in bepaalde dienstensectoren. Er zijn hervormingen uitgevoerd op het gebied van de liberalisering van de beroepsvereisten voor architecten en civiel ingenieurs, maar andere kwesties die de Commissie heeft vastgesteld, bleven buiten beschouwing. De Sloveense maakbedrijven die afhangen van concurrerende diensteninputs, zouden ook gebaat zijn bij de hervormingen.

(16)

Efficiënte openbare aanbestedingen zijn cruciaal voor de kostenbeheersing en kwaliteitsverbeteringen in de Sloveense gezondheidszorg. De uitbreiding van gecentraliseerde inkoop en van andere vormen van bundeling van aanbestedingen zoals gezamenlijke aanbestedingen van ziekenhuizen is essentieel om te kunnen voorzien in een hoogwaardig aanbod van innovatieve producten tegen concurrerende prijzen.

(17)

Slovenië kampt met inefficiëntie bij de plaatsing van overheidsopdrachten. De concurrentie tussen bieders is relatief laag, zoals blijkt uit het geringe aantal ontvangen inschrijvingen per aanbesteding en door het hoge percentage van procedures van gunning door onderhandelingen, zonder voorafgaande oproep tot mededinging. Deze laatste praktijk beperkt bovendien de transparantie. De deskundigheid van degenen die betrokken zijn bij de aanbestedingen, is gering en er zijn weinig waarborgen tegen corruptie en heimelijke afspraken tussen inschrijvers. Met name de onafhankelijkheid van de nationale toetsingscommissie is beperkt, als gevolg van de procedure voor de aanstelling van de leden van de commissie. Hoewel volgens ramingen van de autoriteiten economische criminaliteit en corruptie in de voorbije jaren aanzienlijke schade hebben veroorzaakt, zijn sommige hervormingen op het vlak van corruptiebestrijding nog steeds hangende.

(18)

In Slovenië is de staatsinmenging in de economie nog steeds hoog, in het bijzonder in de financiële sector. De uitvoering van de eerder gepubliceerde privatiseringsplannen verloopt traag. Door verder werk te maken van de privatiseringen zou de levensvatbaarheid van de ondernemingen op de lange termijn verhogen en zouden de risico's voor de overheidsfinanciën afnemen.

(19)

In de context van het Europees Semester 2018 heeft de Commissie een brede analyse van het economische beleid van Slovenië verricht. De analyse is gepubliceerd in het landverslag 2018. Voorts heeft de Commissie zowel het stabiliteitsprogramma 2018 als het nationale hervormingsprogramma 2018 doorgelicht en onderzocht welk gevolg is gegeven aan de aanbevelingen die in eerdere jaren tot Slovenië zijn gericht. Daarbij heeft de Commissie niet alleen gekeken naar de relevantie ervan voor een houdbaar begrotings- en sociaaleconomisch beleid in Slovenië, maar is zij ook nagegaan in hoeverre de Unieregels en -richtsnoeren in acht zijn genomen, gezien de noodzaak de algehele economische governance van de Unie te versterken door middel van een inbreng op Unieniveau in toekomstige nationale besluiten.

(20)

In het licht van de diepgaande evaluatie door de Commissie en van deze beoordeling heeft de Raad het stabiliteitsprogramma 2018 onderzocht, en zijn advies (7) daarover is met name in de onderstaande aanbeveling 1 weergegeven.

BEVEELT AAN dat Slovenië in 2018 en 2019 de volgende actie onderneemt:

1.

Ervoor zorgen dat het nominale groeipercentage van de netto primaire overheidsuitgaven in 2019 niet hoger ligt dan 3,1 %, hetgeen neerkomt op een jaarlijkse structurele aanpassing van 0,65 % van het bbp. De wet gezondheidszorg en zorgverzekering en de geplande hervorming van de langdurige zorg vaststellen en uitvoeren. De houdbaarheid en de toereikendheid van het pensioenstelsel op lange termijn garanderen door de wettelijke pensioenleeftijd te verhogen en vroegtijdige pensioneringen te beperken. De inzetbaarheid van laaggeschoolde en oudere werknemers verhogen vergroten via maatregelen voor een leven lang leren en activering.

2.

Alternatieve financieringsbronnen voor snelgroeiende ondernemingen ontwikkelen. Belemmeringen voor de toetreding tot de markt wegnemen door herziening van de productmarktregulering en beperking van de administratieve lasten. De mededinging, de professionalisering en het onafhankelijk toezicht in overheidsopdrachten bevorderen. De privatiseringen uitvoeren volgens de bestaande plannen.

Gedaan te Brussel, 13 juli 2018.

Voor de Raad

De voorzitter

H. LÖGER


(1)  PB L 209 van 2.8.1997, blz. 1.

(2)  PB L 306 van 23.11.2011, blz. 25.

(3)  PB C 179 van 25.5 2018, blz. 1.

(4)  PB C 261 van 9.8 2017, blz. 1.

(5)  Verordening (EU) nr. 1303/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 houdende gemeenschappelijke bepalingen inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds, het Cohesiefonds, het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling en het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij en algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds, het Cohesiefonds en het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad (PB L 347 van 20.12.2013, blz. 320).

(6)  De netto primaire overheidsuitgaven bestaan uit de totale overheidsuitgaven exclusief rente-uitgaven, uitgaven in het kader van programma's van de Unie die volledig met inkomsten uit Uniefondsen worden gefinancierd en niet-discretionaire veranderingen in de uitgaven voor werkloosheidsuitkeringen. Nationaal gefinancierde bruto-investeringen in vaste activa zijn gespreid over een periode van vier jaar. Er wordt rekening gehouden met discretionaire inkomstenmaatregelen of bij wet verplicht gestelde inkomstenstijgingen. Eenmalige maatregelen aan zowel de inkomsten- als de uitgavenzijde worden uitgevlakt.

(7)  Op grond van artikel 5, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1466/97.


Top