EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32015D1208(02)

Besluit van de Commissie van 24 november 2015 inzake een mechanisme voor de coördinatie van het optreden van de Unie en de lidstaten — de Vluchtelingenfaciliteit voor Turkije

PB C 407 van 8.12.2015, p. 8–13 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Legal status of the document In force: This act has been changed. Current consolidated version: 24/07/2018

8.12.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 407/8


BESLUIT VAN DE COMMISSIE

van 24 november 2015

inzake een mechanisme voor de coördinatie van het optreden van de Unie en de lidstaten — de Vluchtelingenfaciliteit voor Turkije

(2015/C 407/07)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 210, lid 2, en artikel 214, lid 6,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De internationale gemeenschap wordt geconfronteerd met een ongekende vluchtelingencrisis die solidariteit, eensgezindheid en efficiëntie vereist. Wij staan allemaal voor soortgelijke problemen en de respons moet worden gecoördineerd.

(2)

Door zijn geografische ligging is Turkije een belangrijk land van eerste opvang en doorreis van migranten; eind 2015 zal het land meer dan twee miljoen asielzoekers en vluchtelingen opvangen, meer dan welk ander land ter wereld. Turkije levert lovenswaardige inspanningen om op grote schaal humanitaire hulp en steun te verlenen aan een ongekende en steeds toenemende instroom van mensen op de vlucht en heeft al meer dan 7 miljard EUR aan eigen middelen besteed aan de aanpak van deze crisis.

(3)

Turkije en de EU zijn vastbesloten de huidige problemen eensgezind aan te pakken en te overwinnen. Daartoe hebben de Europese Unie en de Republiek Turkije een beleidsdocument opgesteld waarin zij afspraken maken over verdere samenwerking ter ondersteuning van Syriërs die onder een regeling voor tijdelijke bescherming vallen, en over migratiebeheer om de crisis gecoördineerd aan te pakken (hierna „het gezamenlijke actieplan EU-Turkije” genoemd), dat op 15 oktober 2015 ad referendum door Turkije is goedgekeurd. Op dezelfde dag toonde de Europese Raad zich in zijn conclusies verheugd over „het actieplan met Turkije als onderdeel van een alomvattende samenwerkingsagenda die gebaseerd is op gedeelde verantwoordelijkheid, wederzijdse toezeggingen en prestaties”, en verklaarde hij dat „de EU en haar lidstaten klaar[staan] om de samenwerking met Turkije uit te breiden en hun politieke en financiële inzet aanzienlijk op te voeren binnen het vastgestelde kader”.

(4)

Zoals voorzien in het gezamenlijke actieplan EU-Turkije moet de EU een aanzienlijke hoeveelheid nieuwe financiële middelen mobiliseren, structureel en naargelang van de behoeften, om Turkije te helpen het hoofd te bieden aan opkomende noden en aan de problemen die het gevolg zijn van de aanwezigheid van Syriërs in het kader van een regeling voor tijdelijke bescherming. Deze middelen moeten zo flexibel en zo snel mogelijk worden gemobiliseerd. In overleg met de Turkse autoriteiten moet worden bepaald aan welke prioriteiten en gebieden de middelen worden toegewezen, behalve voor maatregelen met betrekking tot onmiddellijke humanitaire hulp. Voorrang zal worden gegeven aan maatregelen met betrekking tot onmiddellijke humanitaire hulp, ontwikkelingshulp en andere bijstand aan vluchtelingen en gastgemeenschappen, nationale en lokale autoriteiten bij het beheer en de aanpak van de gevolgen van de vluchtelingenstroom.

(5)

De Europese Unie en de lidstaten hebben tot nu toe in totaal 3,6 miljard EUR vrijgemaakt sinds de start van het conflict in Syrië (ongeveer 1,6 miljard EUR uit de begroting van de Unie en 2,0 miljard EUR van de lidstaten), waarmee zij ’s werelds grootste donor zijn in de aanpak van deze crisis. Met deze middelen is humanitaire noodhulp verleend en werd capaciteit op nationaal en lokaal niveau opgebouwd voor dienstverlening aan degenen die worden getroffen door de crisis (onderwijs, basisdiensten zoals water en afvalbeheer, steun voor bestaansmiddelen). De verschillende instrumenten van de Europese Unie en de programma’s van de lidstaten werken parallel via verschillende bilaterale kanalen (agentschappen van de Verenigde Naties, niet-gouvernementele organisaties, nationale agentschappen, regeringen van de gastlanden).

(6)

Titel III van deel vijf van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU) heeft onder andere betrekking op ontwikkelingssamenwerking met derde landen en humanitaire hulp. Dat de Unie op deze terreinen haar bevoegdheid uitoefent, belet de lidstaten niet hun eigen bevoegdheid uit te oefenen, overeenkomstig artikel 4, lid 4, VWEU.

(7)

Op de OESO-lijst van landen die in aanmerking komen voor officiële ontwikkelingshulp, is Turkije geclassificeerd als „land met een hoger middeninkomen”.

(8)

Overeenkomstig artikel 210, lid 1, VWEU coördineren de Unie en de lidstaten hun beleid en plegen zij overleg. Meer coördinatie is daarom noodzakelijk. Krachtens artikel 210, lid 2, en artikel 214, lid 6, VWEU kan de Commissie alle dienstige initiatieven nemen om de coördinatie tussen het optreden van de Unie en dat van de lidstaten te bevorderen, om de complementariteit en de doeltreffendheid van steunmaatregelen van de Unie en die van de lidstaten te bevorderen.

(9)

De overkoepelende doelstelling van de faciliteit voor Turkije is om de maatregelen die worden gefinancierd uit de begroting van de Unie en bilaterale bijdragen van de lidstaten, te coördineren en te stroomlijnen om de doeltreffendheid en de complementariteit van de steun voor de vluchtelingen en de gastgemeenschappen in Turkije te bevorderen.

(10)

De steun van de EU en de lidstaten moet een brede respons mogelijk maken die in overeenstemming is met de omvang van de problemen. Hiermee moeten de gevolgen van de vluchtelingenstroom worden verzacht, zowel voor de vluchtelingen als voor gastland Turkije. Financiering en maatregelen van de EU en de lidstaten worden gebundeld om op gecoördineerde wijze en op meerdere fronten tegemoet te komen aan de behoeften.

(11)

EU-instrumenten die momenteel al worden gebruikt in verband met de crisis in Syrië, zoals het Europees nabuurschapsinstrument (ENI) (1), het instrument voor ontwikkelingssamenwerking (DCI) (2), het instrument voor pretoetredingssteun (IPA II) (3), het instrument voor bijdrage aan stabiliteit en vrede (IcSP) (4) en financiering uit hoofde van Verordening (EG) nr. 1257/96 van de Raad betreffende humanitaire hulp (5), kunnen bijdragen aan de faciliteit voor Turkije binnen de grenzen die zijn vastgesteld in het meerjarig financieel kader voor 2014-2020. Humanitaire hulp in het kader van de faciliteit voor Turkije moet worden beheerd en verstrekt met volledige inachtneming van de humanitaire beginselen en de Europese consensus betreffende humanitaire hulp (6).

(12)

Acties en maatregelen die worden gefinancierd uit de begroting van de Unie, moeten worden uitgevoerd overeenkomstig het Financieel Reglement en de uitvoeringsvoorschriften; dit geldt zowel voor direct als voor indirect beheer en ook voor trustfondsen van de Unie als een van de uitvoeringsinstrumenten zoals beschreven in artikel 4 van Verordening (EU) nr. 236/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2014 tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften en procedures voor de tenuitvoerlegging van de instrumenten van de Unie ter financiering van extern optreden (7).

(13)

De Commissie bevestigt de voornemens van de lidstaten om 2 500 000 000 EUR van de in totaal 3 000 000 000 EUR bij te dragen. De Commissie nodigt de lidstaten uit hun financiële bijdrage formeel vast te leggen overeenkomstig de verdeelsleutel in de bijlage, die is gebaseerd op het bni.

(14)

De Commissie merkt op dat de EU-begroting voor 2015 momenteel op de posten „overige inkomsten” en douanerechten een „meevaller” kent van 2 300 000 000 EUR als gevolg van een hoger bedrag aan geïnde geldboeten in mededingingszaken, inkomsten uit investeringen en leningen, sancties en achterstandsrente en douanerechten die hoger uitvielen dan verwacht. Dit bedrag van 2 300 000 000 EUR is opgenomen in het ontwerp van gewijzigde begroting 8/2015 dat onlangs door het Europees Parlement en de Raad is goedgekeurd. Deze meevaller op de begroting van 2015 zal worden afgetrokken van de bijdragen van de lidstaten aan de EU-begroting.

(15)

Financiële bijdragen van de lidstaten moeten in de begroting van de Unie worden opgenomen als externe bestemmingsontvangsten overeenkomstig artikel 21, lid 2, onder b), van Verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van de financiële regels van toepassing op de algemene begroting van de Unie en tot intrekking van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 (8),

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Instelling van de Vluchtelingenfaciliteit voor Turkije

Bij dit besluit wordt de Vluchtelingenfaciliteit voor Turkije ingesteld (hierna „de faciliteit” genoemd), een coördinatiemechanisme om Turkije te helpen om te voldoen aan de behoeften inzake onmiddellijke humanitaire hulp en ontwikkeling van de vluchtelingen en de gastgemeenschappen, nationale en lokale autoriteiten bij het beheer en de aanpak van de gevolgen van de vluchtelingenstroom.

Artikel 2

Doelstellingen

1.   De faciliteit is bedoeld voor het coördineren en stroomlijnen van maatregelen die worden gefinancierd uit de begroting van de Unie en bilaterale bijdragen van de lidstaten.

2.   De specifieke doelstelling is om de doeltreffendheid en de complementariteit van de steun voor de vluchtelingen en de gastgemeenschappen in Turkije te bevorderen.

3.   De Commissie ziet erop toe dat alle maatregelen in het kader van instrumenten voor externe financiering van de Unie en individuele maatregelen van lidstaten een aanvulling vormen op de maatregelen in het kader van de faciliteit.

Artikel 3

Toepassingsgebied en vorm van de steun

1.   De Commissie coördineert de maatregelen van de Unie en de lidstaten door prioriteiten te stellen en de toewijzing van middelen te coördineren.

Hierbij wordt het in artikel 5 beschreven mechanisme toegepast.

2.   Via de faciliteit zullen maatregelen worden gecoördineerd met betrekking tot humanitaire hulp, ontwikkelingshulp en andere bijstand aan vluchtelingen en gastgemeenschappen, nationale en lokale autoriteiten bij het beheer en de aanpak van de gevolgen van de vluchtelingenstroom.

3.   De steun kan worden verstrekt in de vorm van subsidies, behalve als de aard van het te financieren project een andere vorm vereist, overeenkomstig artikel 4 van Verordening (EU) nr. 236/2014.

4.   De Commissie waarborgt dat rekening wordt gehouden met de gelijkheid van mannen en vrouwen en de integratie van het genderperspectief in de verschillende stadia van de uitvoering van de faciliteit.

De Commissie neemt passende maatregelen om discriminatie op grond van geslacht, ras of etnische afkomst, godsdienst of overtuiging, handicap, leeftijd of seksuele geaardheid bij de toegang tot de door de faciliteit ondersteunde projecten te voorkomen.

Artikel 4

Coördinatie van middelen

1.   De faciliteit zal een bedrag van 3 000 000 000 EUR coördineren.

2.   Daarvan is 500 000 000 EUR afkomstig van de EU-begroting, waarvoor nadien individuele financieringsbesluiten moeten worden vastgesteld overeenkomstig artikel 84, lid 2, van Verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012 en overeenkomstig het Financieel Reglement en de voorschriften van de respectieve basishandeling.

3.   Uitgaande van hun financiële toezeggingen zullen de lidstaten 2 500 000 000 EUR bijdragen, volgens de verdeelsleutel die is opgenomen in de bijlage.

Artikel 5

Stuurgroep

1.   De stuurgroep van de faciliteit geeft strategische leiding aan de coördinatie van de te verlenen steun.

De stuurgroep ziet ook voortdurend toe op de uitvoering van de faciliteit.

De stuurgroep bestaat uit twee vertegenwoordigers van de Commissie en één vertegenwoordiger per lidstaat.

Turkije is lid van de stuurgroep in een adviserende rol om volledige coördinatie van de maatregelen ter plaatse te waarborgen, met uitzondering van onmiddellijke humanitaire hulp.

De stuurgroep wordt voorgezeten door de Commissie.

De vertegenwoordigers van de lidstaten en van de Commissie mogen niet in een belangenconflict zoals gedefinieerd in Verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012 verkeren.

2.   De Commissie is verantwoordelijk voor het definitieve besluit over de bepaling van de prioriteiten, de identificatie van maatregelen en de toewijzing van middelen, maar streeft zoveel mogelijk naar consensus.

3.   Binnen twee maanden na de datum van vaststelling van dit besluit stelt de stuurgroep op voorstel van de Commissie zijn reglement van orde op en keurt hij dit reglement goed.

4.   Het secretariaat van de faciliteit wordt verzorgd door de Commissie.

Artikel 6

Uitvoering

1.   De Commissie selecteert en coördineert de uitvoering van de maatregelen, met name door middel van toetsing vooraf.

2.   Voorrang wordt gegeven aan maatregelen met betrekking tot onmiddellijke humanitaire hulp, ontwikkelingshulp en andere bijstand aan vluchtelingen en gastgemeenschappen, nationale en lokale autoriteiten bij het beheer en de aanpak van de gevolgen van de vluchtelingenstroom.

De Turkse autoriteiten worden geraadpleegd over alle maatregelen met uitzondering van onmiddellijke humanitaire hulp.

De Commissie overlegt regelmatig met de bevoegde autoriteiten van de lidstaten en de geëigende autoriteiten in Turkije.

3.   De acties en maatregelen die worden gefinancierd uit de EU-begroting, worden uitgevoerd overeenkomstig het Financieel Reglement en de voorschriften van de respectieve basishandeling.

4.   De bijdragen van de lidstaten voor de financiering van acties en maatregelen die worden geselecteerd en gecoördineerd overeenkomstig dit besluit, worden in de begroting van de Unie opgenomen als externe bestemmingsontvangsten overeenkomstig artikel 21, lid 2, onder b), van Verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012. Deze bijdragen worden hetzij via direct beheer door de Commissie uitgevoerd overeenkomstig artikel 58, lid 1, onder a), van Verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012, hetzij via indirect beheer door taken tot uitvoering van de begroting toe te vertrouwen aan organen als bedoeld in artikel 58, lid 1, onder c), van Verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012, waaronder privaatrechtelijke organen van een lidstaat.

5.   Acties met betrekking tot onmiddellijke humanitaire hulp die in het kader van de faciliteit worden gecoördineerd, worden geselecteerd en uitgevoerd volgens de beginselen die zijn vastgelegd in de Europese consensus betreffende humanitaire hulp.

Artikel 7

Zichtbaarheid

De Commissie verstrekt informatie over en geeft bekendheid aan de acties die worden ondersteund door de faciliteit om de zichtbaarheid te waarborgen.

Artikel 8

Informatie, toezicht en evaluatie

1.   De Commissie informeert het Europees Parlement en de Raad geregeld over de uitvoering van de faciliteit.

2.   De Commissie brengt het Europees Parlement en de Raad elk jaar verslag uit over de uitvoering van de faciliteit.

3.   De Commissie voert vóór 31 december 2019 een evaluatie uit van de faciliteit, waarbij de lidstaten ten volle worden betrokken.

Artikel 9

Slotbepalingen

1.   De faciliteit wordt ingesteld met ingang van 1 januari 2016 voor financiële bijdragen voor de begrotingsjaren 2016 en 2017. Vóór 21 december 2015 delen de lidstaten aan de Commissie het tijdschema voor hun bijdragen mee, inclusief het geplande betalingsschema voor 2016-2017.

2.   De Commissie evalueert de financiële capaciteit, de duur en de aard van de financiering vóór 31 december 2016.

Gedaan te Straatsburg, 24 november 2015.

Voor de Commissie

Johannes HAHN

Lid van de Commissie


(1)  Verordening (EU) nr. 232/2014 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een Europees nabuurschapsinstrument (PB L 77 van 15.3.2014, blz. 27).

(2)  Verordening (EU) nr. 233/2014 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking voor de periode 2014-2020 (PB L 77 van 15.3.2014, blz. 44).

(3)  Verordening (EU) nr. 231/2014 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een instrument voor pretoetredingssteun (IPA II) (PB L 77 van 15.3.2014, blz. 11).

(4)  Verordening (EU) nr. 230/2014 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een instrument voor bijdrage aan stabiliteit en vrede (PB L 77 van 15.3.2014, blz. 1).

(5)  PB L 163 van 2.7.1996, blz. 1.

(6)  Gezamenlijke verklaring van de Raad en en de vertegenwoordigers van de regeringen van de lidstaten, in het kader van de Raad bijeen, het Europees Parlement en de Commissie: „De Europese consensus betreffende humanitaire hulp” (PB C 25 van 30.1.2008, blz. 1).

(7)  PB L 77 van 15.3.2014, blz. 95.

(8)  PB L 298 van 26.10.2012, blz. 1.


BIJLAGE

Lidstaat

1 % van het bruto nationaal inkomen

(EUR)

Verdeelsleutel op basis van het bni

Bijdrage aan de Vluchtelingenfaciliteit voor Turkije

(EUR)

België

4 044 908 000

2,88 %

72 055 025,81

Bulgarije

412 388 025

0,29 %

7 346 181,86

Tsjechië

1 429 950 658

1,02 %

25 472 799,77

Denemarken

2 691 551 852

1,92 %

47 946 662,36

Duitsland

29 998 426 500

21,38 %

534 384 810,63

Estland

195 941 500

0,14 %

3 490 455,12

Ierland

1 605 484 000

1,14 %

28 599 708,83

Griekenland

1 758 757 000

1,25 %

31 330 077,48

Spanje

10 723 591 000

7,64 %

191 027 490,92

Frankrijk

21 697 735 000

15,46 %

386 518 273,19

Kroatië

414 701 663

0,30 %

7 387 396,46

Italië

15 782 177 500

11,25 %

281 139 943,61

Cyprus

162 048 000

0,12 %

2 886 684,40

Letland

245 937 500

0,18 %

4 381 071,93

Litouwen

363 756 951

0,26 %

6 479 879,52

Luxemburg

302 768 000

0,22 %

5 393 436,90

Hongarije

1 028 794 578

0,73 %

18 326 701,09

Malta

79 473 735

0,06 %

1 415 726,15

Nederland

6 589 010 000

4,70 %

117 375 051,69

Oostenrijk

3 201 701 000

2,28 %

57 034 337,54

Polen

3 997 275 344

2,85 %

71 206 509,04

Portugal

1 708 890 500

1,22 %

30 441 767,55

Roemenië

1 517 506 692

1,08 %

27 032 502,06

Slovenië

366 916 000

0,26 %

6 536 154,06

Slowakije

737 276 500

0,53 %

13 133 667,62

Finland

1 992 220 500

1,42 %

35 488 940,55

Zweden

4 301 727 510

3,07 %

76 629 947,27

Verenigd Koninkrijk

22 990 023 751

16,38 %

409 538 796,60

Totaal

140 340 939 259

1

2 500 000 000,00


Top