EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32012D0427

2012/427/EU: Uitvoeringsbesluit van de Commissie van 24 juli 2012 inzake de erkenning van de regeling „Scottish Quality Farm Assured Combinable Crops Limited” voor het aantonen van de naleving van de duurzaamheidscriteria van de Richtlijnen 98/70/EG en 2009/28/EG van het Europees Parlement en de Raad

PB L 198 van 25.7.2012, p. 17–18 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Dit document is verschenen in een speciale editie. (HR)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 29/06/2015; opgeheven door 32015D0887

ELI: http://data.europa.eu/eli/dec_impl/2012/427/oj

25.7.2012   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 198/17


UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE

van 24 juli 2012

inzake de erkenning van de regeling „Scottish Quality Farm Assured Combinable Crops Limited” voor het aantonen van de naleving van de duurzaamheidscriteria van de Richtlijnen 98/70/EG en 2009/28/EG van het Europees Parlement en de Raad

(2012/427/EU)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Richtlijn 2009/28/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 april 2009 ter bevordering van het gebruik van energie uit hernieuwbare bronnen en houdende wijziging en intrekking van Richtlijn 2001/77/EG en Richtlijn 2003/30/EG (1), en met name artikel 18, lid 6,

Gezien Richtlijn 98/70/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 oktober 1998 betreffende de kwaliteit van benzine en van dieselbrandstof (2), als gewijzigd bij Richtlijn 2009/30/EG (3), en met name artikel 7 quater, lid 6,

Na raadpleging van het bij artikel 25, lid 2, van Richtlijn 2009/28/EG opgerichte raadgevend comité,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij de Richtlijnen 98/70/EG en 2009/28/EG zijn duurzaamheidscriteria voor biobrandstoffen vastgesteld. De bepalingen van de artikelen 7 ter, 7 quater en bijlage IV van Richtlijn 98/70/EG zijn vergelijkbaar met de bepalingen van artikel 17 en 18 en bijlage V van Richtlijn 2009/28/EG.

(2)

Wanneer biobrandstoffen en vloeibare biomassa in aanmerking moeten worden genomen voor de doeleinden van artikel 17, lid 1, onder a), b) en c), van Richtlijn 2009/28/EG verplichten de lidstaten de marktpartijen aan te tonen dat die biobrandstoffen en vloeibare biomassa voldoen aan de duurzaamheidscriteria van artikel 17, lid 2 tot en met 5, van Richtlijn 2009/28/EG.

(3)

Overeenkomstig overweging 76 van Richtlijn 2009/28/EG moeten onredelijke lasten voor het bedrijfsleven worden vermeden; vrijwillige regelingen kunnen bijdragen tot efficiënte oplossingen om de naleving van deze duurzaamheidscriteria aan te tonen.

(4)

De Commissie kan besluiten dat een vrijwillige nationale of internationale regeling aantoont dat leveringen van biobrandstoffen beantwoorden aan de duurzaamheidscriteria van artikel 17, leden 3 tot en met 5, van Richtlijn 2009/28/EG of dat een vrijwillige nationale of internationale regeling om broeikasgasreductie te meten nauwkeurige gegevens bevat voor de doelstellingen van artikel 17, lid 2, van die richtlijn.

(5)

De Commissie kan een dergelijke vrijwillige regeling voor een periode van 5 jaar erkennen.

(6)

Als een marktpartij bewijzen of gegevens indient die verkregen zijn overeenkomstig een door de Commissie erkende regeling, mag een lidstaat, voor zover het erkenningsbesluit daarop betrekking heeft, de leverancier niet vragen om verdere bewijzen van de naleving van de duurzaamheidscriteria in te dienen.

(7)

Het verzoek tot erkenning van de regeling „Scottish Quality Farm Assured Combinable Crops Limited” is op 27 maart 2012 bij de Commissie ingediend. Deze regeling heeft betrekking op wintertarwe, maïs en koolzaad, geproduceerd in het noorden van Groot-Brittannië, tot op het eerste punt van levering van deze gewassen. De erkende regeling wordt beschikbaar gemaakt op het bij Richtlijn 2009/28/EG opgerichte transparantieplatform. De Commissie moet rekening houden met overwegingen van commerciële gevoeligheid en kan ertoe besluiten de regeling slechts gedeeltelijk te publiceren.

(8)

Uit beoordelingen van de regeling „Scottish Quality Farm Assured Combinable Crops Limited” is gebleken dat zij de duurzaamheidscriteria van artikel 7 ter, leden 3, 4 en 5, van Richtlijn 98/70/EG en van artikel 17, leden 3, 4 en 5, van Richtlijn 2009/28/EG voldoende bestrijkt en dat zij bovendien tot op het eerste punt van levering van de desbetreffende gewassen een massabalansmethodologie toepast in overeenstemming met de eisen van artikel 7 quater, lid 1, van Richtlijn 98/70/EG en van artikel 18, lid 1, van Richtlijn 2009/28/EG. Bij deze regeling worden nauwkeurige gegevens versterkt inzake twee elementen die vereist zijn voor de toepassing van artikel 7 ter, lid 2, van Richtlijn 98/70/EG en artikel 17, lid 2, van Richtlijn 2009/28/EG, meer bepaald het geografische gebied waarvan de gewassen afkomstig zijn en de op jaarbasis berekende broeikasgasemissies uit wijzigingen van koolstofvoorraden door veranderingen in landgebruik. Voor een klein percentage van de leden van de regeling worden de duurzaamheidscriteria niet nageleefd op een deel van hun land. De regeling geeft in de onlinegegevensbank met betrekking tot de leden van de regeling aan of het land van de leden ervan geheel, dan wel gedeeltelijk in overeenstemming is met de duurzaamheidscriteria en vermeldt op het „Scottish Quality Crops”-paspoort dat leveringen in overeenstemming zijn met de duurzaamheidscriteria.

(9)

Uit de evaluatie van de „Scottish Quality Farm Assured Combinable Crops Limited”-regeling is gebleken dat zij beantwoordt aan passende normen inzake betrouwbaarheid, transparantie en onafhankelijke auditing.

(10)

Aanvullende duurzaamheidselementen van de „Scottish Quality Farm Assured Combinable Crops Limited”-regeling worden niet in aanmerking genomen voor dit besluit. Deze aanvullende duurzaamheidselementen zijn niet verplicht om overeenstemming aan te tonen met de duurzaamheidseisen van de Richtlijnen 98/70/EG en 2009/28/EG,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

De vrijwillige regeling „Scottish Quality Farm Assured Combinable Crops Limited”, waarvoor op 27 maart 2012 een verzoek tot erkenning is ingediend bij de Commissie, toont bij middel van het „Scottish Quality Crops”-paspoort aan dat leveringen van wintertarwe, maïs en koolzaad beantwoorden aan de duurzaamheidscriteria van artikel 17, leden 3, 4 en 5, van Richtlijn 2009/28/EG en artikel 7 ter, leden 3, 4 en 5, van Richtlijn 98/70/EG. De regeling bevat ook accurate gegevens voor de toepassing van artikel 17, lid 2, van Richtlijn 2009/28/EG en van artikel 7 ter, lid 2, van Richtlijn 98/70/EG met betrekking tot de op jaarbasis berekende broeikasgasemissies uit wijzigingen van koolstofvoorraden door veranderingen in landgebruik (e l ) als bedoeld in punt 1 van deel C van bijlage IV van Richtlijn 98/70/EG en punt 1 van deel C van bijlage V van Richtlijn 2009/28/EG, waarbij wordt aangetoond dat die emissies gelijk zijn aan nul, en het geografische gebied als bedoeld in punt 6 van deel C van bijlage IV van Richtlijn 98/70/EG en punt 6 van deel C van bijlage V van Richtlijn 2009/28/EG.

De vrijwillige regeling „Scottish Quality Farm Assured Combinable Crops Limited” mag worden gebruikt tot op het eerste punt van levering voor de leveringen waarvoor moet worden aangetoond dat zij voldoen aan artikel 7 quater, lid 1, van Richtlijn 98/70/EG en artikel 18, lid 1, van Richtlijn 2009/28/EG.

Artikel 2

Dit besluit is geldig voor een periode van vijf jaar na de inwerkingtreding ervan. Wanneer de regeling na de goedkeuring ervan inhoudelijke wijzigingen ondergaat die gevolgen kunnen hebben voor de grondslag van dit besluit, worden dergelijke wijzingen onmiddellijk aan de Commissie gemeld. De Commissie beoordeelt de gemelde wijzigingen om na te gaan of de regeling nog steeds voldoende betrekking heeft op de duurzaamheidscriteria waarvoor ze is erkend.

Als duidelijk wordt aangetoond dat de regeling elementen die van doorslaggevend belang voor dit besluit worden geacht, niet ten uitvoer heeft gelegd en als een ernstige en structurele inbreuk op deze elementen heeft plaatsgevonden, kan de Commissie dit besluit intrekken.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 24 juli 2012.

Voor de Commissie

De voorzitter

José Manuel BARROSO


(1)  PB L 140 van 5.6.2009, blz. 16.

(2)  PB L 350 van 28.12.1998, blz. 58.

(3)  PB L 140 van 5.6.2009, blz. 88.


Top