Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32012D0040

    2012/40/EU: Uitvoeringsbesluit van de Commissie van 24 januari 2012 tot wijziging van Beschikking 2008/855/EG wat betreft de verzending naar andere lidstaten van bepaald vlees en bepaalde vleesproducten uit bedrijven die zijn gelegen in de gebieden die zijn vermeld in deel III van de bijlage bij die beschikking (Kennisgeving geschied onder nummer C(2012) 181) Voor de EER relevante tekst

    PB L 23 van 26.1.2012, p. 9–11 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    Dit document is verschenen in een speciale editie. (HR)

    Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 15/12/2013; opgeheven door 32013D0764

    ELI: http://data.europa.eu/eli/dec_impl/2012/40/oj

    26.1.2012   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    L 23/9


    UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE

    van 24 januari 2012

    tot wijziging van Beschikking 2008/855/EG wat betreft de verzending naar andere lidstaten van bepaald vlees en bepaalde vleesproducten uit bedrijven die zijn gelegen in de gebieden die zijn vermeld in deel III van de bijlage bij die beschikking

    (Kennisgeving geschied onder nummer C(2012) 181)

    (Voor de EER relevante tekst)

    (2012/40/EU)

    DE EUROPESE COMMISSIE,

    Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

    Gezien Richtlijn 89/662/EEG van de Raad van 11 december 1989 inzake veterinaire controles in het intracommunautaire handelsverkeer in het vooruitzicht van de totstandbrenging van de interne markt (1), en met name artikel 9, lid 4,

    Gezien Richtlijn 90/425/EEG van de Raad van 26 juni 1990 inzake veterinaire en zoötechnische controles in het intracommunautaire handelsverkeer in bepaalde levende dieren en producten in het vooruitzicht van de totstandbrenging van de interne markt (2), en met name artikel 10, lid 4,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)

    Bij Beschikking 2008/855/EG van de Commissie van 3 november 2008 betreffende maatregelen op het gebied van de diergezondheid in verband met klassieke varkenspest in sommige lidstaten (3) zijn bepaalde maatregelen vastgesteld ter bestrijding van klassieke varkenspest in de lidstaten of in de in de bijlage bij die beschikking vermelde regio’s van lidstaten.

    (2)

    Artikel 7, lid 1, van Beschikking 2008/855/EG bepaalt dat de betrokken lidstaten waarvan gebieden in deel III van de bijlage zijn vermeld, ervoor moeten zorgen dat er geen zendingen vers varkensvlees uit bedrijven die zijn gelegen in de in deel III van die bijlage opgenomen gebieden, en vleesbereidingen en vleesproducten van of met dergelijk vlees uit die gebieden naar andere lidstaten worden verzonden.

    (3)

    In deel III van die bijlage is momenteel het gehele grondgebied van Roemenië opgenomen.

    (4)

    Roemenië heeft de Commissie informatie verstrekt waaruit blijkt dat de situatie met betrekking tot klassieke varkenspest in die lidstaat sinds de vaststelling van Beschikking 2008/855/EG aanzienlijk is verbeterd.

    (5)

    Roemenië heeft gevraagd dat de verzending naar de andere lidstaten van vers varkensvlees en vleesbereidingen en vleesproducten van of met vers vlees van varkens die in die lidstaat worden gehouden, wordt toegestaan mits de veiligheid van die goederen door middel van een gekanaliseerd systeem wordt gegarandeerd.

    (6)

    Een dergelijk systeem zou bestaan uit bedrijven of een of meer epidemiologische eenheden die een gemeenschappelijk bioveiligheidsbeheerssysteem toepassen en uit een vaste leveringsketen om te zorgen voor een afzonderlijke gezondheidsstatus in verband met klassieke varkenspest voor de daarin gehouden subpopulatie varkens. Die bedrijven of epidemiologische eenheden zijn gelegen in gebieden waar surveillance-, bestrijdings- en bioveiligheidsmaatregelen worden toegepast.

    (7)

    De tot het gekanaliseerde systeem behorende bedrijven en de inrichtingen die vers varkensvlees en vleesbereidingen en vleesproducten van of met dergelijk vlees produceren, opslaan en verwerken moeten door de bevoegde autoriteit worden erkend en ter kennisgeving aan de Commissie worden meegedeeld, mits zij voldoen aan de aanvullende gezondheidsvoorwaarden van Beschikking 2008/855/EG.

    (8)

    De productie, opslag en verwerking van dergelijk vlees en vleesbereidingen en vleesproducten van of met dergelijk vlees moet gescheiden plaatsvinden van die van andere producten van of met vlees dat is afgeleid van varkens uit bedrijven buiten het kanaliseringssysteem die zijn gelegen in de gebieden, vermeld in deel III van de bijlage bij Beschikking 2008/855/EG.

    (9)

    Om te zorgen voor de veiligheid van het (de) in het kader van het kanaliseringssysteem geproduceerde vlees, vleesproducten en vleesbereidingen moeten door de bevoegde autoriteit regelmatige inspecties worden uitgevoerd in de bedrijven die deel uitmaken van het gekanaliseerde systeem.

    (10)

    Richtlijn 2001/89/EG van de Raad van 23 oktober 2001 betreffende maatregelen van de Gemeenschap ter bestrijding van klassieke varkenspest (4) bevat minimummaatregelen van de Unie om klassieke varkenspest te bestrijden. Die richtlijn bepaalt dat, zodra een primair geval van klassieke varkenspest bij wilde varkens is bevestigd, de bevoegde autoriteit onmiddellijk een aantal in die richtlijn beschreven maatregelen moet opleggen om de bestrijding van de ziekte tegen te gaan.

    (11)

    Bij de regelmatige inspecties die door de bevoegde autoriteit worden uitgevoerd in de bedrijven die deel uitmaken van het gekanaliseerde systeem moet met name worden nagegaan of die maatregelen daadwerkelijk worden toegepast.

    (12)

    In Beschikking 2002/106/EG van de Commissie van 1 februari 2002 houdende goedkeuring van een diagnosehandboek tot vaststelling van diagnostische procedures, bemonsteringsprocedures en criteria voor de evaluatie van de resultaten van laboratoriumtests voor de bevestiging van klassieke varkenspest (5) worden de meest geschikte bemonsteringsprocedures en criteria voor de evaluatie van de resultaten van de laboratoriumtests voor een behoorlijke diagnose van deze ziekte in verschillende situaties aangegeven. Die procedures en criteria moeten daarom worden gebruikt tijdens de regelmatige inspecties die door de bevoegde autoriteit worden uitgevoerd in de bedrijven die deel uitmaken van het kanaliseringssysteem.

    (13)

    Verordening (EG) nr. 854/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 houdende vaststelling van specifieke voorschriften voor de organisatie van de officiële controles van voor menselijke consumptie bestemde producten van dierlijke oorsprong (6) bepaalt dat de lidstaten ervoor moeten zorgen dat officiële controles van vers vlees overeenkomstig bijlage I bij die verordening worden uitgevoerd. Die verordening bepaalt ook dat gezondheidsmerken moeten worden aangebracht wanneer de officiële controles geen gebreken aan het licht hebben gebracht die het vlees ongeschikt maken voor menselijke consumptie. Bijgevolg moet vers vlees dat in het kader van het kanaliseringssysteem wordt geproduceerd, om naar andere lidstaten te kunnen worden verzonden, worden gemerkt met het gezondheidsmerk dat is vastgesteld in hoofdstuk III van sectie I van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 854/2004.

    (14)

    Verordening (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 houdende vaststelling van specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong (7) bepaalt dat de exploitanten van levensmiddelenbedrijven geen product van dierlijke oorsprong in de handel mogen brengen, dat is gehanteerd in een inrichting die overeenkomstig die verordening moet worden erkend, tenzij er een gezondheidsmerk op is aangebracht overeenkomstig Verordening (EG) nr. 854/2004 of, wanneer die verordening niet in het aanbrengen van een gezondheidsmerk voorziet, er een identificatiemerk op is aangebracht overeenkomstig bijlage II bij Verordening (EG) nr. 853/2004. De varkensvlees bevattende vleesbereidingen en vleesproducten die in het kader van het kanaliseringssysteem worden geproduceerd, moeten daarom met het in sectie I van bijlage II bij Verordening (EG) nr. 853/2004 bedoelde identificatiemerk worden gemerkt om naar andere lidstaten te kunnen worden verzonden.

    (15)

    In juli 2011 heeft het Voedsel- en Veterinair Bureau (VVB) een audit in Roemenië uitgevoerd. Er is een aantal significante gebreken geconstateerd wat betreft de uitvoering van het programma voor de bestrijding en monitoring van klassieke varkenspest en het door Roemenië voorgestelde gekanaliseerde systeem. De conclusie van het verslag was echter dat de uitvoering van een dergelijk system in die lidstaat effectief kan functioneren mits enkele vrij kleine wijzigingen worden aangebracht. In het verslag van het VVB zijn aan de Roemeense autoriteiten specifieke aanbevelingen gedaan om deze gebreken te verhelpen. Na de audit heeft Roemenië de Commissie ervan in kennis gesteld dat de tijdens de audit geconstateerde gebreken nu ingevolge de uitvoering van een actieplan zijn gecorrigeerd. De Commissie heeft deze correcties onderzocht en is van mening dat zij toereikend zijn om het gekanaliseerde systeem effectief te laten functioneren.

    (16)

    Bovendien is het door Roemenië ingediende programma voor de bestrijding en monitoring van klassieke varkenspest voor de periode van 1 januari 2012 tot en met 31 december 2012 goedgekeurd bij Uitvoeringsbesluit 2011/807/EU van de Commissie van 30 november 2011 tot goedkeuring van de door de lidstaten voor 2012 en volgende jaren ingediende jaarlijkse en meerjarenprogramma's en van de financiële bijdrage van de Unie voor de uitroeiing, bestrijding en bewaking van bepaalde dierziekten en zoönosen (8). In het kader van dat programma en in de context van bovengenoemd actieplan heeft Roemenië aanvullende surveillancemaatregelen in verband met klassieke varkenspest met gunstige resultaten uitgevoerd.

    (17)

    In het licht van de beschikbare gegevens moet de verzending naar andere lidstaten van vers varkensvlees en vleesbereidingen en vleesproducten van of met dergelijk vlees van in Roemenië gehouden varkens overeenkomstig de bepalingen van dit besluit worden toegestaan, mits het door die lidstaat voorgestelde gekanaliseerde systeem wordt uitgevoerd.

    (18)

    Beschikking 2008/855/EG moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

    (19)

    De in dit besluit vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid,

    HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Het volgende artikel 8 quater wordt ingevoegd in Beschikking 2008/855/EG:

    „Artikel 8 quater

    Verzending naar andere lidstaten van vers varkensvlees en vleesbereidingen en vleesproducten van of met dergelijk vlees uit de in deel III van de bijlage vermelde gebieden

    1.   In afwijking van artikel 7, lid 1, mogen de betrokken lidstaten waarvan gebieden in deel III van de bijlage zijn vermeld, de verzending naar andere lidstaten van vers varkensvlees en vleesbereidingen en vleesproducten van of met dergelijk vlees naar andere lidstaten toestaan indien zij:

    a)

    afgeleid zijn van varkens die sinds hun geboorte zijn gehouden in bedrijven:

    i)

    die voor dat doel door de bevoegde autoriteit zijn erkend en waarvan die autoriteit aan de Commissie en de andere lidstaten kennisgeving heeft gedaan;

    ii)

    die een door de bevoegde autoriteit goedgekeurd bioveiligheidsplan toepassen;

    iii)

    die alleen varkens hebben binnengebracht van bedrijven:

    die overeenkomstig dit besluit zijn erkend, of

    die zijn gelegen in niet in de bijlage vermelde gebieden en niet overeenkomstig de nationale of EU-wetgeving gedurende een periode van zes maanden vóór het binnenbrengen van de varkens onderworpen zijn geweest aan beperkingen in verband met klassieke varkenspest; de aan de datum van erkenning van het bedrijf overeenkomstig dit besluit voorafgaande periode is in die periode van zes maanden inbegrepen;

    iv)

    die regelmatig door de bevoegde autoriteit met tussenpozen van niet meer dan drie maanden worden geïnspecteerd; tijdens die inspecties moet de bevoegde autoriteit ten minste:

    de richtsnoeren van hoofdstuk III van de bijlage bij Beschikking 2002/106/EG volgen;

    een klinisch onderzoek overeenkomstig de controle- en bemonsteringsprocedures van deel A van hoofdstuk IV van de bijlage bij Beschikking 2002/106/EG uitvoeren;

    nagaan of de bepalingen van artikel 15, lid 2, onder b), tweede streepje en vierde tot en met zevende streepje, van Richtlijn 2001/89/EG daadwerkelijk worden toegepast;

    bij niet-naleving van de bepalingen de erkenning onmiddellijk schorsen of intrekken;

    v)

    waar de dieren zijn onderworpen aan laboratoriumtests op klassieke varkenspest die met negatieve resultaten zijn uitgevoerd op monsters die zijn genomen overeenkomstig de bemonsteringsprocedures die zijn vastgesteld in het surveillanceplan voor klassieke varkenspest dat door de bevoegde autoriteit is uitgevoerd gedurende een periode van ten minste zes maanden vóór het vervoer naar het onder b) bedoelde slachthuis;

    vi)

    die zijn gelegen in het centrum van een gebied met een straal van ten minste 10 km waarin de dieren in de varkensbedrijven zijn onderworpen aan laboratoriumtests op klassieke varkenspest die met negatieve resultaten zijn uitgevoerd op monsters die zijn genomen overeenkomstig de bemonsteringsprocedures die zijn vastgesteld in het surveillanceplan voor klassieke varkenspest dat door de bevoegde autoriteiten is uitgevoerd gedurende een periode van ten minste drie maanden vóór het vervoer naar het onder b) bedoelde slachthuis;

    vii)

    die zijn gelegen in een district waarin:

    een door de Commissie goedgekeurd programma voor de bestrijding en monitoring van klassieke varkenspest wordt uitgevoerd;

    de incidentie en prevalentie van klassieke varkenspest bij als landbouwhuisdier gehouden varkens en wilde varkens aanzienlijk is verminderd;

    de laatste twaalf maanden geen bewijs van de circulatie van het virus van klassieke varkenspest is gevonden;

    b)

    zijn geproduceerd in slachthuizen, uitsnijderijen en vleesverwerkingsinrichtingen:

    i)

    die voor dat doel door de bevoegde autoriteit zijn erkend en waarvan die autoriteit aan de Commissie en de andere lidstaten kennisgeving heeft gedaan;

    ii)

    waarin de productie, opslag en verwerking van vers vlees en vleesbereidingen en vleesproducten van of met dergelijk vlees dat(die) in aanmerking komt(komen) voor verzending naar andere lidstaten gescheiden plaatsvindt van de productie, opslag en verwerking van andere producten van of met vers vlees en vleesbereidingen en vleesproducten van of met vlees afgeleid van varkens die afkomstig zijn van andere bedrijven dan die welke zijn erkend overeenkomstig punt a), i).

    2.   Het in lid 1 bedoelde verse varkensvlees wordt gemerkt zoals voorgeschreven in hoofdstuk III van sectie I van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 854/2004.

    De vleesbereidingen en vleesproducten van of met in lid 1 bedoeld vlees worden gemerkt zoals voorgeschreven in sectie I van bijlage II bij Verordening (EG) nr. 853/2004.”.

    Artikel 2

    Dit besluit is gericht tot de lidstaten.

    Gedaan te Brussel, 24 januari 2012.

    Voor de Commissie

    John DALLI

    Lid van de Commissie


    (1)  PB L 395 van 30.12.1989, blz. 13.

    (2)  PB L 224 van 18.8.1990, blz. 29.

    (3)  PB L 302 van 13.11.2008, blz. 19.

    (4)  PB L 316 van 1.12.2001, blz. 5.

    (5)  PB L 39 van 9.2.2002, blz. 71.

    (6)  PB L 139 van 30.4.2004, blz. 206.

    (7)  PB L 139 van 30.4.2004, blz. 55.

    (8)  PB L 322 van 6.12.2011, blz. 11.


    Top