Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32007L0007

    Richtlijn 2007/7/EG van de Commissie van 14 februari 2007 tot wijziging van bepaalde bijlagen bij de Richtlijnen 86/362/EEG en 90/642/EEG van de Raad wat betreft maximumgehalten aan residuen van atrazine, lambda-cyhalothrin, fenmedifam, methomyl, linuron, penconazool, pymetrozine, bifenthrin en abamectine (Voor de EER relevante tekst )

    PB L 43 van 15.2.2007, p. 19–31 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
    PB L 56M van 29.2.2008, p. 46–58 (MT)

    Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 31/08/2008; stilzwijgende opheffing door 32005R0396

    ELI: http://data.europa.eu/eli/dir/2007/7/oj

    15.2.2007   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    L 43/19


    RICHTLIJN 2007/7/EG VAN DE COMMISSIE

    van 14 februari 2007

    tot wijziging van bepaalde bijlagen bij de Richtlijnen 86/362/EEG en 90/642/EEG van de Raad wat betreft maximumgehalten aan residuen van atrazine, lambda-cyhalothrin, fenmedifam, methomyl, linuron, penconazool, pymetrozine, bifenthrin en abamectine

    (Voor de EER relevante tekst)

    DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

    Gelet op Richtlijn 86/362/EEG van de Raad van 24 juli 1986 tot vaststelling van maximumgehalten aan residuen van bestrijdingsmiddelen in en op granen (1), en met name op artikel 10,

    Gelet op Richtlijn 90/642/EEG van de Raad van 27 november 1990 tot vaststelling van maximumgehalten aan residuen van bestrijdingsmiddelen in en op bepaalde producten van plantaardige oorsprong, met inbegrip van groenten en fruit (2), en met name op artikel 7,

    Gelet op Richtlijn 91/414/EEG van de Raad van 15 juli 1991 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (3), en met name op artikel 4, lid 1, onder f),

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)

    Overeenkomstig Richtlijn 91/414/EEG valt de toelating van gewasbeschermingsmiddelen voor gebruik op bepaalde gewassen onder de bevoegdheid van de lidstaten. Deze toelating moet stoelen op een beoordeling van de gevolgen voor de gezondheid van mens en dier en voor het milieu. Bij deze beoordeling moet onder meer worden gekeken naar de blootstelling van toedieners en omstanders, de milieueffecten in bodem, water en lucht, en de gevolgen bij mens en dier van de consumptie van residuen op behandelde gewassen.

    (2)

    De maximumresidugehalten (MRL’s) worden vastgesteld op basis van een zodanige toepassing van de minimumhoeveelheden bestrijdingsmiddelen die voor een effectieve gewasbescherming nodig zijn dat de hoeveelheid residu zo klein mogelijk is en toxicologisch aanvaardbaar blijft, met name wat de geschatte opname via de voeding betreft.

    (3)

    De MRL’s voor onder de Richtlijnen 86/363/EEG en 90/642/EEG vallende bestrijdingsmiddelen moeten voortdurend worden bekeken en kunnen worden gewijzigd om rekening te houden met nieuwe of veranderde toepassingen. De Commissie is in kennis gesteld van nieuwe of gewijzigde toepassingen die zullen leiden tot andere gehalten aan residuen van lambda-cyhalothrin, fenmedifam, methomyl, linuron, penconazool en pymetrozine.

    (4)

    De levenslange blootstelling van de consument aan die bestrijdingsmiddelen via levensmiddelen die residuen daarvan kunnen bevatten, is beoordeeld en geëvalueerd volgens in de Gemeenschap gangbare procedures en werkwijzen en door de Wereldgezondheidsorganisatie gepubliceerde richtsnoeren (4). Bij deze beoordeling is er rekening mee gehouden dat abamectine ook als diergeneesmiddel voor voedselproducerende dieren wordt gebruikt en dat er voor die stof maximumresidugehalten zijn vastgesteld overeenkomstig Verordening (EEG) nr. 2377/90 van de Raad van 26 juni 1990 houdende een communautaire procedure tot vaststelling van maximumwaarden voor residuen van geneesmiddelen voor diergeneeskundig gebruik in levensmiddelen van dierlijke oorsprong (5). Op grond van die beoordeling en die evaluaties moeten de MRL’s voor die bestrijdingsmiddelen zodanig worden vastgesteld dat de aanvaardbare dagelijkse inname niet wordt overschreden.

    (5)

    Voor lambda-cyhalothrin, methomyl, linuron en pymetrozine bestaat een acute referentiedosis (ARfD) en is de acute blootstelling van de consument via elk levensmiddel dat residuen van deze bestrijdingsmiddelen kan bevatten volgens momenteel in de Gemeenschap gangbare procedures en werkwijzen en door de Wereldgezondheidsorganisatie gepubliceerde richtsnoeren beoordeeld en geëvalueerd. Er is rekening gehouden met het advies en de aanbevelingen van het Wetenschappelijk Comité voor planten, met name over de bescherming van de consument van met bestrijdingsmiddelen behandelde levensmiddelen (6). Op grond van de beoordeling van de inname via de voeding moeten de MRL’s voor deze bestrijdingsmiddelen zodanig worden vastgesteld dat de ARfD niet wordt overschreden. Uit de beschikbare informatie voor de overige stoffen blijkt dat geen ARfD en dus ook geen beoordeling van de acute effecten nodig is.

    (6)

    Wat atrazine op granen betreft, zijn sinds de vaststelling van Richtlijn 2006/61/EG van de Commissie van 7 juli 2006 tot wijziging van de bijlagen bij de Richtlijnen 86/362/EEG, 86/363/EEG en 90/642/EEG van de Raad wat betreft maximumgehalten aan residuen voor atrazine, azinfos-ethyl, cyfluthrin, ethefon, fenthion, methamidofos, methomyl, paraquat en triazofos (7) nieuwe gegevens beschikbaar waaruit blijkt dat een hoger MRL dan het MRL dat door die richtlijn in Richtlijn 86/362/EEG is ingevoegd, veilig voor de consument is. Het bij Richtlijn 2006/61/EG ingevoegde MRL moet daarom door een hoger MRL worden vervangen.

    (7)

    Wanneer toegelaten toepassingen van gewasbeschermingsmiddelen niet tot detecteerbare gehalten aan residuen van bestrijdingsmiddelen in of op het levensmiddel leiden, wanneer er geen toegelaten toepassingen zijn, wanneer door de lidstaten toegelaten toepassingen niet met de nodige gegevens zijn onderbouwd, of wanneer toepassingen in derde landen die leiden tot residuen in of op levensmiddelen die op de markt van de Gemeenschap verkrijgbaar kunnen zijn, niet met de nodige gegevens zijn onderbouwd, moeten de MRL’s op de ondergrens van de analytische bepaling worden vastgesteld.

    (8)

    Het is daarom passend voor die bestrijdingsmiddelen nieuwe MRL’s vast te stellen.

    (9)

    Dat op communautair niveau voorlopige MRL’s worden vastgesteld of gewijzigd, neemt niet weg dat de lidstaten overeenkomstig artikel 4, lid 1, onder f), van Richtlijn 91/414/EEG en bijlage VI daarbij voorlopige MRL’s voor fenmedifam, linuron, penconazool en pymetrozine kunnen vaststellen. Een periode van vier jaar wordt voldoende geacht om de ontwikkeling van andere toepassingen van deze stoffen mogelijk te maken. Daarna moeten de voorlopige communautaire MRL’s definitief worden.

    (10)

    Richtlijn 90/642/EEG moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

    (11)

    De in deze richtlijn vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid,

    HEEFT DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Bijlage II bij Richtlijn 86/362/EEG wordt gewijzigd overeenkomstig bijlage I bij deze richtlijn.

    Artikel 2

    Bijlage II bij Richtlijn 90/642/EEG wordt gewijzigd overeenkomstig bijlage II bij deze richtlijn.

    Artikel 3

    1.   Wat artikel 1 betreft, dienen de lidstaten uiterlijk op 20 januari 2007 de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen vast te stellen en bekend te maken om aan deze richtlijn te voldoen. Zij delen de Commissie die bepalingen onverwijld mee, alsmede een tabel ter weergave van het verband tussen die bepalingen en deze richtlijn.

    Zij passen die bepalingen toe vanaf 21 januari 2007.

    2.   Wat artikel 2 betreft, dienen de lidstaten uiterlijk op 15 augustus 2007 de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen vast te stellen en bekend te maken om aan deze richtlijn te voldoen. Zij delen de Commissie die bepalingen onverwijld mee, alsmede een tabel ter weergave van het verband tussen die bepalingen en deze richtlijn.

    Zij passen die bepalingen toe vanaf 16 augustus 2007.

    3.   Wanneer de lidstaten de in de leden 1 en 2 bedoelde bepalingen aannemen, wordt in die bepalingen zelf of bij de officiële bekendmaking daarvan naar deze richtlijn verwezen. De regels voor die verwijzing worden vastgesteld door de lidstaten.

    4.   De lidstaten delen de Commissie de tekst van de belangrijkste bepalingen van intern recht mede die zij op het onder deze richtlijn vallende gebied vaststellen.

    Artikel 4

    Deze richtlijn treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

    Artikel 5

    Deze richtlijn is gericht tot de lidstaten.

    Gedaan te Brussel, 14 februari 2007.

    Voor de Commissie

    Markos KYPRIANOU

    Lid van de Commissie


    (1)  PB L 221 van 7.8.1986, blz. 37. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2006/92/EG van de Commissie (PB L 311 van 10.11.2006, blz. 31).

    (2)  PB L 350 van 14.12.1990, blz. 71. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2006/92/EG van de Commissie.

    (3)  PB L 230 van 19.8.1991, blz. 1. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2006/136/EG van de Commissie (PB L 349 van 12.12.2006, blz. 42).

    (4)  Richtsnoeren voor het voorspellen van de opname via de voeding van residuen van bestrijdingsmiddelen (herziene versie), opgesteld door GEMS/voedselprogramma in samenwerking met het Codex-comité voor residuen van bestrijdingsmiddelen, gepubliceerd door de Wereldgezondheidsorganisatie, 1997 (WHO/FSF/FOS/97.7).

    (5)  PB L 224 van 18.8.1990, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1831/2006 van de Commissie (PB L 354 van 14.12.2006, blz. 5).

    (6)  Opinion regarding questions relating to amending the annexes to Council Directives 86/362/EEC, 86/363/EEC and 90/642/EEC (uitgebracht op 14.7.1998), Opinion regarding variable pesticide residues in fruit and vegetables (uitgebracht op 14.7.1998), http://europa.eu.int/comm/food/fs/sc/scp/outcome_ppp_en.html

    (7)  PB L 206 van 27.7.2006, blz. 12.


    BIJLAGE I

    In deel A van bijlage II bij Richtlijn 86/362/EEG wordt de regel voor atrazine vervangen door:

    Residuen van bestrijdingsmiddelen

    Maximumgehalte in mg/kg

    „Atrazine

    0,1 (1)

    GRANEN


    (1)  Geeft aan dat het maximumresidugehalte voorlopig is vastgesteld tot 1 januari 2008 in afwachting van de indiening van gegevens door de aanvrager. Als op die datum nog geen gegevens zijn ontvangen, zal het MRL bij een richtlijn of een verordening worden ingetrokken.”


    BIJLAGE II

    In deel A van bijlage II bij Richtlijn 90/642/EEG worden de kolommen voor lambda-cyhalothrin, fenmedifam, methomyl, linuron, penconazool, pymetrozine, bifenthrin en abamectine vervangen door:

     

    Residuen van bestrijdingsmiddelen en maximumgehalten aan residuen (mg/kg)

    Groepen en voorbeelden van afzonderlijke producten waarop de maximumgehalten van residuen van bestrijdingsmiddelen van toepassing zijn

    Lambda-cyhalothrin

    Fenmedifam

    Methomyl/thiodicarb

    (som uitgedrukt als methomyl)

    Linuron

    Penconazool

    Pymetrozine

    Bifenthrin

    Abamectine

    (som van avermectine B1a, avermectine B1b en delta-8,9 isomeer van avermectine B1a)

    „1.

    Fruit, vers, gedroogd of ongekookt, bevroren, zonder toegevoegde suiker; noten

     

     

     

    0,05 (1)  (2)

     

     

     

     

    i)

    CITRUSVRUCHTEN

     

    0,05 (1)  (2)

     

     

    0,05 (1)

    0,3

    0,1

    0,01 (1)

    Grapefruits

    0,1

     

    0,5

     

     

     

     

     

    Citroenen

    0,2

     

    1

     

     

     

     

     

    Limoenen

    0,2

     

    1

     

     

     

     

     

    Mandarijnen (inclusief clementines en andere kruisingen)

    0,2

     

    1

     

     

     

     

     

    Sinaasappelen

    0,1

     

    0,5

     

     

     

     

     

    Pomelo’s

    0,1

     

    0,5

     

     

     

     

     

    Andere

    0,02 (1)

     

    0,05 (1)

     

     

     

     

     

    ii)

    NOTEN (al dan niet in de dop, schil of schaal)

    0,05 (1)

    0,05 (1)  (2)

    0,05 (1)

     

    0,05 (1)

    0,02 (1)

    0,05 (1)

    0,01 (1)

    Amandelen

     

     

     

     

     

     

     

     

    Paranoten

     

     

     

     

     

     

     

     

    Cashewnoten

     

     

     

     

     

     

     

     

    Kastanjes

     

     

     

     

     

     

     

     

    Kokosnoten

     

     

     

     

     

     

     

     

    Hazelnoten

     

     

     

     

     

     

     

     

    Macadamianoten

     

     

     

     

     

     

     

     

    Pecannoten

     

     

     

     

     

     

     

     

    Pijnboompitten

     

     

     

     

     

     

     

     

    Pistaches (pimpernoten)

     

     

     

     

     

     

     

     

    Walnoten

     

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

     

     

     

     

     

     

     

     

    iii)

    PITVRUCHTEN

    0,1

    0,05 (1)  (2)

    0,2

     

    0,2

    0,02 (1)

    0,3

    0,01 (1)

    Appelen

     

     

     

     

     

     

     

     

    Peren

     

     

     

     

     

     

     

     

    Kweeperen

     

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

     

     

     

     

     

     

     

     

    iv)

    STEENVRUCHTEN

     

    0,05 (1)  (2)

     

     

     

     

    0,2

    0,01 (1)

    Abrikozen

    0,2

     

    0,2

     

    0,1

    0,05

     

     

    Kersen

     

     

    0,1

     

     

     

     

     

    Perziken (inclusief nectarines en soortgelijke kruisingen)

    0,2

     

    0,2

     

    0,1

    0,05

     

     

    Pruimen

     

     

    0,5

     

     

     

     

     

    Andere

    0,1

     

    0,05 (1)

     

    0,05 (1)

    0,02 (1)

     

     

    v)

    BESVRUCHTEN EN KLEIN FRUIT

     

     

     

     

     

     

     

     

    a)

    Tafel- en wijndruiven

    0,2

    0,05 (1)  (2)

     

     

    0,2

    0,02 (1)

    0,2

    0,01 (1)

    Tafeldruiven

     

     

    0,05 (1)

     

     

     

     

     

    Wijndruiven

     

     

    1

     

     

     

     

     

    b)

    Aardbeien (andere dan bosaardbeien)

    0,5

    0,1 (2)

    0,05 (1)

     

    0,05 (1)

    0,5

    0,5

    0,1

    c)

    Rubussoorten (andere dan wilde vruchten)

    0,02 (1)

    0,05 (1)  (2)

    0,05 (1)

     

    0,05 (1)

     

     

     

    Bramen

     

     

     

     

     

    3

    0,3

    0,1

    Dauwbramen

     

     

     

     

     

     

     

     

    Loganbessen

     

     

     

     

     

     

     

     

    Frambozen

     

     

     

     

     

    3

    0,3

    0,1

    Andere

     

     

     

     

     

    0,02 (1)

    0,05 (1)

    0,01 (1)

    d)

    Ander klein fruit en besvruchten (voor zover niet wild)

     

    0,05 (1)  (2)

    0,05 (1)

     

     

     

     

    0,01 (1)

    Blauwe bosbessen

    0,02 (1)

     

     

     

     

     

     

     

    Veenbessen

    0,02 (1)

     

     

     

     

     

     

     

    Aalbessen (rood, zwart en wit)

    0,1

     

     

     

    0,5

    0,1

    0,5

     

    Kruisbessen

    0,1

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

    0,02 (1)

     

     

     

    0,05 (1)

    0,02 (1)

    0,05 (1)

     

    e)

    Wilde besvruchten en wilde vruchten

    0,2

    0,05 (1)  (2)

    0,05 (1)

     

    0,05 (1)

    0,02 (1)

    0,05 (1)

    0,01 (1)

    vi)

    DIVERSE VRUCHTEN

     

    0,05 (1)  (2)

    0,05 (1)

     

    0,05 (1)

    0,02 (1)

     

     

    Avocado’s

     

     

     

     

     

     

     

     

    Bananen

     

     

     

     

     

     

    0,1

     

    Dadels

     

     

     

     

     

     

     

     

    Vijgen

     

     

     

     

     

     

     

     

    Kiwi’s

     

     

     

     

     

     

     

     

    Kumquats

     

     

     

     

     

     

     

     

    Lychees

     

     

     

     

     

     

     

     

    Mango’s

     

     

     

     

     

     

    0,3

     

    Olijven (tafelolijven)

    0,5

     

     

     

     

     

     

     

    Olijven (olieproductie)

    0,5

     

     

     

     

     

     

     

    Papaja’s

     

     

     

     

     

     

    0,5

    0,05

    Passievruchten

     

     

     

     

     

     

     

     

    Ananassen

     

     

     

     

     

     

     

     

    Granaatappels

     

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

    0,02  (1)

     

     

     

     

     

    0,05 (1)

    0,01 (1)

    2.   

    Groenten, vers of ongekookt, bevroren of gedroogd

    i)

    WORTEL- EN KNOLGEWASSEN

     

     

     

     

    0,05 (1)

    0,02 (1)

    0,05 (1)

    0,01 (1)

    Rode bieten

     

    0,1 (2)

     

     

     

     

     

     

    Wortelen

     

     

     

    0,2 (2)

     

     

     

     

    Cassave

     

     

     

     

     

     

     

     

    Knolselderij

    0,1

     

     

    0,5 (2)

     

     

     

     

    Mierikswortel (peperwortel)

     

     

     

     

     

     

     

     

    Aardperen (topinamboers)

     

     

     

     

     

     

     

     

    Pastinaken

     

     

     

    0,2 (2)

     

     

     

     

    Wortelpeterselie

     

     

     

    0,2 (2)

     

     

     

     

    Radijzen

    0,1

     

    0,5

     

     

     

     

     

    Schorseneren

     

     

     

     

     

     

     

     

    Bataten (zoete aardappelen)

     

     

     

     

     

     

     

     

    Koolrapen

     

     

     

     

     

     

     

     

    Rapen

     

     

     

     

     

     

     

     

    Yams

     

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

    0,02 (1)

    0,05 (1)  (2)

    0,05 (1)

    0,05 (1)  (2)

     

     

     

     

    ii)

    BOLGEWASSEN

     

    0,05 (1)  (2)

    0,05 (1)

    0,05 (1)  (2)

    0,05 (1)

    0,02 (1)

    0,05 (1)

    0,01 (1)

    Knoflook

     

     

     

     

     

     

     

     

    Uien

     

     

     

     

     

     

     

     

    Sjalotten

     

     

     

     

     

     

     

     

    Bosuien

    0,05

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

    0,02 (1)

     

     

     

     

     

     

     

    iii)

    VRUCHTGROENTEN

     

    0,05 (1)  (2)

     

    0,05 (1)  (2)

     

     

     

     

    a)

    Solanaceae

     

     

     

     

     

     

    0,2

     

    Tomaten

    0,1

     

    0,2

     

    0,1

    0,5

     

    0,02

    Pepers (paprika’s)

    0,1

     

    0,2

     

    0,2

    1

     

    0,05

    Aubergines

    0,5

     

    0,2

     

    0,1

    0,5

     

    0,02

    Okra’s

     

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

    0,02 (1)

     

    0,05 (1)

     

    0,05  (1)

    0,02 (1)

     

    0,01 (1)

    b)

    Cucurbitaceae met eetbare schil

    0,1

     

    0,05 (1)

     

    0,1

    0,5

    0,1

    0,02

    Komkommers

     

     

     

     

     

     

     

     

    Augurken

     

     

     

     

     

     

     

     

    Courgettes

     

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

     

     

     

     

     

     

     

     

    c)

    Cucurbitaceae met niet-eetbare schil

    0,05

     

    0,05 (1)

     

    0,1

    0,2

    0,05 (1)

    0,01 (1)

    Meloenen

     

     

     

     

     

     

     

     

    Pompoenen

     

     

     

     

     

     

     

     

    Watermeloenen

     

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

     

     

     

     

     

     

     

     

    d)

    Suikermais

    0,05

     

    0,05 (1)

     

    0,05 (1)

    0,02 (1)

    0,05 (1)

    0,01 (1)

    iv)

    KOOLSOORTEN

     

    0,05 (1)  (2)

     

    0,05 (1)  (2)

    0,05 (1)

     

     

    0,01 (1)

    a)

    Bloemkoolachtigen

    0,1

     

     

     

     

    0,02 (1)

    0,2

     

    Broccoli

     

     

    0,2

     

     

     

     

     

    Bloemkool

     

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

     

     

    0,05 (1)

     

     

     

     

     

    b)

    Sluitkoolachtigen

     

     

    0,05 (1)

     

     

     

    1

     

    Spruitjes

    0,05

     

     

     

     

     

     

     

    Sluitkool

    0,2

     

     

     

     

    0,05

     

     

    Andere

    0,02 (1)

     

     

     

     

    0,02 (1)

     

     

    c)

    Bladkoolachtigen

    1

     

    0,05 (1)

     

     

    0,2

    0,05 (1)

     

    Chinese kool

     

     

     

     

     

     

     

     

    Boerenkool

     

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

     

     

     

     

     

     

     

     

    d)

    Koolrabi

    0,02 (1)

     

    0,05 (1)

     

     

    0,02 (1)

    0,05 (1)

     

    v)

    BLADGROENTEN EN VERSE KRUIDEN

     

     

     

     

    0,05 (1)

     

     

     

    a)

    Sla en dergelijke

    1

    0,05 (1)  (2)

     

    0,05 (1)  (2)

     

    2

    2

    0,1

    Tuinkers

     

     

     

     

     

     

     

     

    Veldsla

     

     

     

     

     

     

     

     

    Sla

     

     

    0,3

     

     

     

     

     

    Andijvie

     

     

     

     

     

     

     

     

    Rucola

     

     

     

     

     

     

     

     

    Bladeren en stengels van koolsoorten

     

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

     

     

    0,05 (1)

     

     

     

     

     

    b)

    Spinazie en dergelijke

    0,5

    0,5 (2)

     

    0,05 (1)  (2)

     

    0,02 (1)

    0,05 (1)

    0,01 (1)

    Spinazie

     

     

    0,05

     

     

     

     

     

    Snijbiet

     

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

     

     

    0,05 (1)

     

     

     

     

     

    c)

    Waterkers

    0,02 (1)

    0,05 (1)  (2)

    0,05 (1)

    0,05 (1)  (2)

     

    0,02 (1)

    0,05 (1)

    0,01 (1)

    d)

    Witlof

    0,02 (1)

    0,05 (1)  (2)

    0,05 (1)

    0,05 (1)  (2)

     

    0,02 (1)

    0,05 (1)

    0,01 (1)

    e)

    Kruiden

    1

    7

    0,3

    1 (2)

     

    1

    0,05 (1)

    1

    Kervel

     

     

     

     

     

     

     

     

    Bieslook

     

     

     

     

     

     

     

     

    Peterselie

     

     

     

     

     

     

     

     

    Bladselderij

     

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

     

     

     

     

     

     

     

     

    vi)

    PEULGROENTEN (vers)

     

    0,05 (1)  (2)

    0,05 (1)

     

    0,05 (1)

    1

     

    0,01 (1)

    Bonen (met peul)

    0,2

     

     

     

     

     

    0,50

     

    Bonen (zonder peul)

     

     

     

    0,1 (2)

     

     

     

     

    Erwten (met peul)

    0,2

     

     

     

     

     

    0,1

     

    Erwten (zonder peul)

    0,2

     

     

    0,1 (2)

     

     

     

     

    Andere

    0,02 (1)

     

     

    0,05 (1)  (2)

     

     

    0,05 (1)

     

    vii)

    STENGELGROENTEN (vers)

     

     

    0,05 (1)

     

     

    0,02 (1)

    0,05 (1)

    0,01 (1)

    Asperges

     

     

     

     

     

     

     

     

    Kardoen

     

     

     

     

     

     

     

     

    Bleekselderij

    0,3

     

     

    0,1 (2)

     

     

     

     

    Knolvenkel

    0,3

     

     

    0,1 (2)

     

     

     

     

    Artisjokken

     

    0,2 (2)

     

     

    0,2

     

     

     

    Prei

    0,3

     

     

     

     

     

     

     

    Rabarber

     

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

    0,02 (1)

    0,05 (1)  (2)

     

    0,05 (1)  (2)

    0,05 (1)

     

     

     

    viii)

    FUNGI

     

    0,05 (1)  (2)

    0,05 (1)

    0,05 (1)  (2)

    0,05 (1)

    0,02 (1)

    0,05 (1)

    0,01 (1)

    a)

    Gekweekte paddenstoelen

    0,02 (1)

     

     

     

     

     

     

     

    b)

    Wilde paddenstoelen

    0,5

     

     

     

     

     

     

     

    3.

    Peulvruchten

    0,02 (1)

    0,05 (1)  (2)

    0,05 (1)

    0,05 (1)  (2)

    0,05 (1)

    0,02 (1)

    0,05 (1)

    0,01 (1)

    Bonen

     

     

     

     

     

     

     

     

    Linzen

     

     

     

     

     

     

     

     

    Erwten

     

     

     

     

     

     

     

     

    Lupinen

     

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

     

     

     

     

     

     

     

     

    4.

    Oliehoudende zaden

    0,02 (1)

    0,1 (1)  (2)

     

    0,1 (1)  (2)

    0,05 (1)

     

    0,1 (1)

    0,02 (1)

    Lijnzaad

     

     

     

     

     

     

     

     

    Pinda’s

     

     

    0,1

     

     

     

     

     

    Papaverzaad

     

     

     

     

     

     

     

     

    Sesamzaad

     

     

     

     

     

     

     

     

    Zonnebloempitten

     

     

     

     

     

     

     

     

    Kool- en raapzaad

     

     

     

     

     

     

     

     

    Sojabonen

     

     

    0,1

     

     

     

     

     

    Mosterdzaad

     

     

     

     

     

     

     

     

    Katoenzaad

     

     

    0,1

     

     

    0,05

     

     

    Hennepzaad

     

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

     

     

    0,05 (1)

     

     

    0,02 (1)

     

     

    5.

    Aardappelen

    0,02 (1)

    0,05 (1)  (2)

    0,05 (1)

    0,05 (1)  (2)

    0,05 (1)

    0,02 (1)

    0,05 (1)

    0,01 (1)

    Vroege aardappelen

     

     

     

     

     

     

     

     

    Bewaaraardappelen

     

     

     

     

     

     

     

     

    6.

    Thee (gedroogde bladeren en stengels, al dan niet gefermenteerd, van Camellia sinensis)

    1

    0,1 (1)  (2)

    0,1 (1)

    0,1 (1)  (2)

    0,1 (1)

    0,1 (1)

    5

    0,02 (1)

    7.

    Hop (gedroogd), inclusief hoppellets en niet-geconcentreerd poeder

    10

    0,1 (1)  (2)

    10

    0,1 (1)  (2)

    0,5

    15

    10

    0,05


    (1)  Geeft de ondergrens van de analytische bepaling aan.

    (2)  Geeft aan dat het maximumresidugehalte voorlopig is vastgesteld overeenkomstig artikel 4, lid 1, onder f), van Richtlijn 91/414/EEG: behoudens wijzigingen wordt dit gehalte definitief vanaf 7 maart 2011.”


    Top