This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 32006H0565
Commission Recommendation of 11 August 2006 on containment programmes to limit the further spread of Diabrotica virgifera Le Conte in Community areas where its presence is confirmed
Aanbeveling van de Commissie van 11 augustus 2006 over beheersingsprogramma’s ter beperking van de verdere verspreiding van Diabrotica virgifera Le Conte in gebieden van de Gemeenschap waar de aanwezigheid ervan wordt bevestigd
Aanbeveling van de Commissie van 11 augustus 2006 over beheersingsprogramma’s ter beperking van de verdere verspreiding van Diabrotica virgifera Le Conte in gebieden van de Gemeenschap waar de aanwezigheid ervan wordt bevestigd
PB L 225 van 17.8.2006, pp. 30–31
(ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, NL, PL, PT, SK, SL, FI, SV)
PB L 118M van 8.5.2007, pp. 1098–1099
(MT)
In force
17.8.2006 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 225/30 |
AANBEVELING VAN DE COMMISSIE
van 11 augustus 2006
over beheersingsprogramma’s ter beperking van de verdere verspreiding van Diabrotica virgifera Le Conte in gebieden van de Gemeenschap waar de aanwezigheid ervan wordt bevestigd
(2006/565/EG)
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 211, tweede streepje,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Beschikking 2003/766/EG van de Commissie van 24 oktober 2003 tot vaststelling van noodmaatregelen om de verspreiding in de Gemeenschap van Diabrotica virgifera Le Conte („het organisme”) te voorkomen (1), voorziet in beperkingen voor het verbouwen van maïs in gebieden die vroeger bekend stonden als zijnde vrij van het organisme, maar waar het organisme is aangetroffen, alsmede in gebieden waar het organisme zich reeds heeft gevestigd. |
(2) |
Overeenkomstig artikel 4 bis, lid 2, van Beschikking 2003/766/EG kunnen de lidstaten op jaarbasis beheersingsprogramma’s in de besmette gebieden en de omgeving daarvan organiseren om de verspreiding van het organisme van de besmette gebieden naar gebieden die vrij zijn van het organisme te beperken. |
(3) |
Met het oog op een gecoördineerde aanpak van deze beheersingsprogramma’s moeten technische instructies worden verstrekt. |
(4) |
De beheersingsprogramma’s moeten worden gebaseerd op deugdelijke wetenschappelijke principes, de biologie van het organisme, het besmettingsniveau en het specifieke teeltsysteem van maïs in de lidstaat in kwestie. |
(5) |
Bij het opstellen van de technische instructies is rekening gehouden met de werkzaamheden en de ervaring van de bevoegde officiële instanties in de lidstaten wat de bestrijding van het organisme betreft. |
(6) |
De in deze aanbeveling vervatte technische instructies zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Plantenziektekundig Comité, |
BEVEELT AAN:
1) |
De precieze afbakening van besmette gebieden als bedoeld in artikel 4 bis, lid 1, van Beschikking 2003/766/EG moet worden gebaseerd op deugdelijke wetenschappelijke principes, de biologie van het organisme, het besmettingsniveau en het specifieke teeltsysteem van maïs in de lidstaat in kwestie. De afbakening van besmette gebieden moet worden herzien wanneer de in artikel 2 van Beschikking 2003/766/EG bedoelde inspecties in ten minste twee opeenvolgende jaren vergelijkbare resultaten opleveren wat de afwezigheid of aanwezigheid van het organisme betreft. |
2) |
Met het oog op de uitvoering van de beheersingsprogramma’s als bedoeld in artikel 4 bis, lid 2, van Beschikking 2003/766/EG moeten de lidstaten rekening houden met de volgende principes:
|
Gedaan te Brussel, 11 augustus 2006.
Voor de Commissie
Markos KYPRIANOU
Lid van de Commissie
(1) PB L 275 van 25.10.2003, blz. 49. Beschikking gewijzigd bij Beschikking 2006/564/EG (zie bladzijde 28 van dit Publicatieblad).