This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 32005R1289
Commission Regulation (EC) No 1289/2005 of 4 August 2005 initiating an investigation concerning the possible circumvention of anti-dumping measures imposed by Council Regulation (EC) No 408/2002 on imports of certain zinc oxides originating in the People's Republic of China by imports of certain zinc oxides consigned from Kazakhstan, whether declared as originating in Kazakhstan or not, and making such imports subject to registration
Verordening (EG) nr. 1289/2005 van de Commissie van 4 augustus 2005 tot opening van een onderzoek naar de mogelijke ontduiking van de bij Verordening (EG) nr. 408/2002 van de Raad vastgestelde antidumpingmaatregelen ten aanzien van zinkoxide uit de Volksrepubliek China, door verzending van zinkoxide vanuit Kazachstan, bij invoer al dan niet aangegeven als van oorsprong uit Kazachstan, en tot registratie van deze invoer
Verordening (EG) nr. 1289/2005 van de Commissie van 4 augustus 2005 tot opening van een onderzoek naar de mogelijke ontduiking van de bij Verordening (EG) nr. 408/2002 van de Raad vastgestelde antidumpingmaatregelen ten aanzien van zinkoxide uit de Volksrepubliek China, door verzending van zinkoxide vanuit Kazachstan, bij invoer al dan niet aangegeven als van oorsprong uit Kazachstan, en tot registratie van deze invoer
PB L 204 van 5.8.2005, p. 7–10
(ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, NL, PL, PT, SK, SL, FI, SV) Dit document is verschenen in een speciale editie.
(BG, RO)
PB L 287M van 18.10.2006, p. 281–284
(MT)
No longer in force, Date of end of validity: 06/03/2007
5.8.2005 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 204/7 |
VERORDENING (EG) Nr. 1289/2005 VAN DE COMMISSIE
van 4 augustus 2005
tot opening van een onderzoek naar de mogelijke ontduiking van de bij Verordening (EG) nr. 408/2002 van de Raad vastgestelde antidumpingmaatregelen ten aanzien van zinkoxide uit de Volksrepubliek China, door verzending van zinkoxide vanuit Kazachstan, bij invoer al dan niet aangegeven als van oorsprong uit Kazachstan, en tot registratie van deze invoer
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 384/96 van de Raad van 22 december 1995 betreffende beschermende maatregelen tegen invoer met dumping uit landen die geen lid zijn van de Europese Gemeenschap (1) (hierna „de basisverordening” genoemd), en met name op artikel 13, lid 3 en artikel 14, leden 3 en 5,
Na overleg met het Raadgevend Comité,
Overwegende hetgeen volgt:
A. VERZOEK
(1) |
De Commissie heeft een verzoek ontvangen op grond van artikel 13, lid 3, van de basisverordening om een onderzoek in te stellen naar de mogelijke ontduiking van de antidumpingmaatregelen ten aanzien van zinkoxide uit de Volksrepubliek China. |
(2) |
Het verzoek werd op 27 juni 2005 ingediend door Eurométaux namens producenten die goed zijn voor meer dan 45 % van de productie van zinkoxide in de EU. |
B. PRODUCT
(3) |
De antidumpingmaatregelen die mogelijkerwijs worden ontdoken zijn de antidumpingmaatregelen ten aanzien van zinkoxide (chemische formule ZnO) met een ZnO-gehalte van ten minste 93 gewichtspercenten, doorgaans aangegeven onder de GN-code 2817 00 00 (hierna „het betrokken product” genoemd), uit de Volksrepubliek China. De GN-code wordt slechts ter informatie vermeld. |
(4) |
Er wordt een onderzoek ingesteld naar zinkoxide (chemische formule ZnO) met een ZnO-gehalte van ten minste 93 gewichtspercenten, dat vanuit Kazachstan in de EU wordt ingevoerd en dat doorgaans onder dezelfde code wordt aangegeven als het betrokken product uit de Volksrepubliek China. |
C. THANS GELDENDE MAATREGELEN
(5) |
De maatregelen die op het betrokken product uit de Volksrepubliek China van toepassing zijn, en die mogelijkerwijs worden ontdoken, werden vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 408/2002 van de Raad (2), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1623/2003 van de Raad (3). |
D. MOTIVERING
(6) |
Het verzoek bevat voldoende bewijsmateriaal dat de antidumpingmaatregelen ten aanzien van het betrokken product uit de Volksrepubliek China worden ontdoken door overlading van dit product in Kazachstan. |
(7) |
Het bewijsmateriaal is als volgt:
|
E. PROCEDURE
(8) |
Gelet op het voorgaande is de Commissie tot de conclusie gekomen dat er voldoende bewijsmateriaal is om op grond van artikel 13 van de basisverordening een onderzoek te openen en de invoer te registreren van het betrokken product dat vanuit Kazachstan in de EU wordt ingevoerd, al dan niet aangegeven als van oorsprong uit Kazachstan, overeenkomstig artikel 14, lid 5, van de basisverordening. |
a) Vragenlijsten
(9) |
Om de informatie te verkrijgen die zij voor haar onderzoek nodig heeft, zal de Commissie een vragenlijst toezenden aan producenten/exporteurs en organisaties van producenten/exporteurs in Kazachstan, aan producenten/exporteurs en organisaties van producenten/exporteurs in de Volksrepubliek China, aan de importeurs en organisaties van importeurs in de EU die medewerking hebben verleend aan het onderzoek dat tot de thans geldende maatregelen heeft geleid en aan de autoriteiten van de Volksrepubliek China en Kazachstan. Zo nodig kunnen ook inlichtingen worden ingewonnen bij de EU-producenten. |
(10) |
Alle belanghebbenden dienen zo spoedig mogelijk, doch in ieder geval binnen de in artikel 3 vermelde termijn, per fax contact op te nemen met de Commissie, zodat zij binnen de in artikel 3, lid 1, vermelde termijn, een vragenlijst kunnen aanvragen. Er wordt op gewezen dat de in artikel 3, lid 2, vermelde termijn op alle partijen van toepassing is. |
(11) |
De autoriteiten van de Volksrepubliek China en van Kazachstan worden van de opening van het onderzoek in kennis gesteld. |
b) Het schriftelijk en mondeling verstrekken van inlichtingen
(12) |
Belanghebbenden wordt verzocht hun standpunt schriftelijk uiteen te zetten en bewijsmateriaal toe te zenden. Voorts zal de Commissie de partijen horen die dit aanvragen en die kunnen aantonen dat er bijzondere redenen zijn om hen te horen. |
c) Vrijstelling van registratie van de invoer of van maatregelen
(13) |
Daar de mogelijke ontduiking buiten de EU plaatsvindt, kan vrijstelling, overeenkomstig artikel 13, lid 4, van de basisverordening worden verleend aan producenten van het betrokken product in Kazachstan die kunnen aantonen dat zij geen banden hebben met producenten waarop antidumpingmaatregelen van toepassing zijn en dat zij zich niet schuldig maken aan ontduikingspraktijken in de zin van artikel 13, leden 1 en 2, van de basisverordening. Producenten die vrijstelling wensen te verkrijgen dienen daartoe een met bewijsmateriaal gestaafd verzoek in te dienen binnen de in artikel 3, lid 3, vermelde termijn. |
(14) |
Daar vrijstelling slechts kan worden toegestaan aan ondernemingen waarbij een onderzoek is ingesteld, moeten producenten die vrijstelling wensen te verkrijgen aantonen dat zij voldoen aan de criteria voor een individuele behandeling die zijn opgenomen in artikel 9, lid 5, van de basisverordening. Hiertoe moeten, binnen de in artikel 3, lid 3, vermelde termijn, met bewijsmateriaal gestaafde verzoeken worden ingediend met behulp van het door de Commissie verstrekte aanvraagformulier. |
(15) |
Mocht bij het onderzoek blijken, zoals hierboven vermeld, dat via Kazachstan andere ontduikingspraktijken dan overlading plaatsvinden, dan kan het onderzoek ook op die andere praktijken betrekking hebben. Indien blijkt dat assemblage plaatsvindt, moet bij het onderzoek naar deze assemblage, overeenkomstig artikel 13, lid 2, van de basisverordening, worden vastgesteld of de onderneming die de vrijstelling heeft aangevraagd op marktvoorwaarden werkt, dat wil zeggen of deze voldoet aan de criteria van artikel 2, lid 7, onder c), van de basisverordening. Hiertoe moeten, binnen de in artikel 3, lid 3, vermelde termijn, met bewijsmateriaal gestaafde verzoeken worden ingediend met behulp van het door de Commissie verstrekte aanvraagformulier. |
F. REGISTRATIE
(16) |
Overeenkomstig artikel 14, lid 5, van de basisverordening dient de invoer van het betrokken product uit Kazachstan te worden geregistreerd om ervoor te zorgen dat, indien bij het onderzoek blijkt dat de antidumpingrechten worden ontdoken, deze met terugwerkende kracht kunnen worden geheven vanaf de datum van registratie van de invoer uit Kazachstan. |
G. TERMIJNEN
(17) |
In het belang van het behoorlijk bestuur dient een termijn te worden vastgesteld waarbinnen:
|
(18) |
Er wordt op gewezen dat de meeste in de basisverordening genoemde procedurerechten slechts kunnen worden uitgeoefend indien de betrokkene zich binnen de bij artikel 3 vastgestelde termijn kenbaar maakt. |
H. MEDEWERKING
(19) |
Indien een belanghebbende binnen de gestelde termijnen geen toegang geeft tot de nodige informatie, deze anderszins niet verstrekt of het onderzoek ernstig belemmert, kunnen, overeenkomstig artikel 18 van de basisverordening, op grond van de beschikbare gegevens conclusies worden getrokken, zowel in positieve als in negatieve zin. |
(20) |
De Commissie kan de verstrekte informatie, indien deze onjuist of misleidend blijkt, buiten beschouwing laten en overeenkomstig artikel 18 van de basisverordening gebruik maken van beschikbare gegevens. Indien een belanghebbende geen of slechts gedeeltelijk medewerking verleent, en de bevindingen daarom op de beschikbare gegevens worden gebaseerd overeenkomstig artikel 18 van de basisverordening, kan het resultaat voor hem ongunstiger zijn dan wanneer hij wel medewerking had verleend, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Er wordt een onderzoek geopend op grond van artikel 13, lid 3, van Verordening (EG) nr. 384/96 om vast te stellen of de invoer vanuit Kazachstan van zinkoxide (chemische formule ZnO) met een ZnO-gehalte van ten minste 93 gewichtspercenten, ingedeeld onder de GN-code 2817 00 00 (Taric-code 2817000013), al dan niet aangegeven als van oorsprong uit Kazachstan, de ontduiking inhoudt van de bij Verordening (EG) nr. 408/2002 vastgestelde antidumpingmaatregelen.
Artikel 2
Overeenkomstig artikel 13, lid 3, en artikel 14, lid 5, van Verordening (EG) nr. 384/96 wordt de douane de opdracht gegeven het nodige te doen om de invoer van de in artikel 1 beschreven goederen te registreren.
Deze registratie duurt negen maanden vanaf de inwerkingtreding van deze verordening.
De Commissie kan bij verordening de douane de opdracht gegeven op te houden met de registratie van de invoer van de in artikel 1 omschreven goederen indien deze zijn vervaardigd door producenten die een vrijstelling van registratie hebben aangevraagd en die konden aantonen dat zij de antidumpingmaatregelen niet hebben ontdoken.
Artikel 3
1. Vragenlijsten dienen te worden aangevraagd binnen 15 dagen na de bekendmaking van deze verordening in het Publicatieblad van de Europese Unie.
2. Belanghebbenden die wensen dat bij het onderzoek met hun opmerkingen rekening wordt gehouden, dienen binnen 40 dagen na de bekendmaking van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie, tenzij anders vermeld, contact met de Commissie op te nemen, hun standpunt uiteen te zetten en het antwoord op de vragenlijst en eventuele andere gegevens te doen toekomen.
3. Producenten in Kazachstan die wensen dat hun producten van registratie bij invoer of van maatregelen worden vrijgesteld dienen hiertoe een met bewijsmateriaal gestaafd verzoek in te dienen binnen een termijn van 40 dagen na de bekendmaking van deze verordening in het Publicatieblad van de Europese Unie. Met bewijsmateriaal gestaafde verzoeken om een individuele behandeling en, indien van toepassing, verzoeken om verkrijging van de status van een op marktvoorwaarden werkend bedrijf moeten ook binnen deze termijn van 40 dagen worden ingediend.
4. Binnen dezelfde termijn van 40 dagen kunnen belanghebbenden ook vragen door de Commissie te worden gehoord.
5. Alle opmerkingen over deze kwestie, verzoeken om een mondeling onderhoud, om vragenlijsten of om vrijstelling moeten schriftelijk worden ingediend (niet elektronisch, tenzij anders vermeld) onder opgave van naam, adres, e-mailadres, telefoon- en faxnummer van de betrokkene. Alle schriftelijke opmerkingen, met inbegrip van de in deze verordening gevraagde informatie, antwoorden op de vragenlijst en correspondentie die op vertrouwelijke basis worden verstrekt, moeten van het opschrift „Limited” (4) zijn voorzien en moeten, overeenkomstig artikel 19, lid 2, van de basisverordening, vergezeld gaan van een niet-vertrouwelijke versie waarop is vermeld „For inspection by interested parties”.
Correspondentieadres van de Commissie:
Europese Commissie |
Directoraat-generaal Handel |
Directoraat B |
Kamer: J-79 5/16 |
B-1049 Brussel |
Fax: (32 2) 295 65 05 |
Artikel 4
Deze verordening treedt in werking op de dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 4 augustus 2005.
Voor de Commissie
Peter MANDELSON
Lid van de Commissie
(1) PB L 56 van 6.3.1996, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 461/2004 (PB L 77 van 13.3.2004, blz. 12).
(2) PB L 62 van 5.3.2002, blz. 7.
(3) PB L 232 van 18.9.2003, blz. 1.
(4) Dit betekent dat de documenten slechts voor intern gebruik zijn bestemd en beschermd zijn in de zin van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 1049/2001 van het Europees Parlement en de Raad inzake de toegang van het publiek tot documenten van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie (PB L 145 van 31.5.2001, blz. 43). Deze documenten zijn vertrouwelijk op grond van artikel 19 van de basisverordening en artikel 6 van de WTO-overeenkomst inzake de tenuitvoerlegging van artikel VI van de GATT 1994 (Antidumpingovereenkomst).