EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32002D1006

2002/1006/EG: Besluit van de Raad van 19 december 2002 tot toekenning van aanvullende financiële bijstand aan Moldavië

PB L 351 van 28.12.2002, p. 76–77 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 27/12/2005

ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2002/1006/oj

32002D1006

2002/1006/EG: Besluit van de Raad van 19 december 2002 tot toekenning van aanvullende financiële bijstand aan Moldavië

Publicatieblad Nr. L 351 van 28/12/2002 blz. 0076 - 0077


Besluit van de Raad

van 19 december 2002

tot toekenning van aanvullende financiële bijstand aan Moldavië

(2002/1006/EG)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, met name op artikel 308,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Gezien het advies van het Europees Parlement(1),

Overwegende hetgeen volgt:

(1) De Commissie heeft het Economisch en Financieel Comité geraadpleegd alvorens dit voorstel in te dienen.

(2) Moldavië onderneemt thans fundamentele politieke en economische hervormingen en doet aanzienlijke inspanningen om op de weg naar omschakeling vooruitgang te boeken.

(3) Moldavië enerzijds en de Europese Gemeenschappen en de lidstaten anderzijds hebben een partnerschap-samenwerkingsovereenkomst gesloten die op 1 juli 1998 in werking is getreden.

(4) De autoriteiten van Moldavië zijn met het IMF een macro-economisch programma overeengekomen dat ondersteund wordt door een in december 2000 goedgekeurde armoedebestrijdings- en groeifaciliteit van drie jaar en hebben het voornemen geuit dit programma in het kader van een nieuwe adequate financieringsfaciliteit voort te zetten.

(5) Bij Besluit 2000/452/EG van 10 juli 2000(2) heeft de Raad macro-financiële bijstand van ten hoogste 15 miljoen EUR in de vorm van een langlopende lening aan Moldavië ter beschikking gesteld.

(6) De situatie van Moldavië ten aanzien van de buitenlandse schuld is in toenemende mate verontrustend en het land heeft een zeer hoge verhouding schuld/export en schuld/ontvangsten centrale overheid.

(7) Overwegende dat de Moldavische autoriteiten hebben verzocht om financiële bijstand van de internationale financiële instellingen, de Gemeenschap en andere bilaterale donoren. Rekening houdend met de financiële middelen van het IMF en de Wereldbank, de komende maanden een belangrijk resterend tekort moet worden gedekt om de deviezenreserves van het land te verhogen en de beleidsdoelstellingen van het hervormingsprogramma van de autoriteiten te ondersteunen.

(8) Het IMF, de Wereldbank, de ADB en de EBWO het initiatief hebben genomen door op 20 april 2002 een ministersbijeenkomst te organiseren om een initiatief ten behoeve van de GOS-landen met een laag inkomen te onderzoeken dat onder andere erop gericht was financiële steun tegen preferentiële voorwaarden te verlenen aan de armste landen van het GOS, waaronder Moldavië.

(9) Moldavië thans in aanmerking komt voor leningen tegen zeer gunstige voorwaarden van de Wereldbank en het IMF en op dit ogenblik het hoofd moet bieden aan zeer kritieke economische, sociale en politieke omstandigheden.

(10) Onder deze omstandigheden en onverminderd de bevoegdheden van de begrotingsautoriteit is verlening door de Gemeenschap van macro-financiële bijstand aan Moldavië in de vorm van giften een passende maatregel om het begunstigde land op dit kritieke moment te ondersteunen.

(11) Deze bijstand dient door de Commissie te worden beheerd.

(12) In het Verdrag zijn voor de goedkeuring van dit besluit geen andere bevoegdheden voorzien dan die van artikel 308,

BESLUIT:

Artikel 1

1. De Gemeenschap stelt Moldavië een macro-financiële bijstand beschikbaar in de vorm van een gift om te zorgen voor een houdbare betalingsbalans en de deviezenreserves te vergroten.

2. De bijstand beloopt ten hoogste 15 miljoen EUR.

3. Deze lening wordt in nauw overleg met het Economisch en Financieel Comité beheerd door de Commissie op een wijze die in overeenstemming is met de tussen het IMF en Moldavië gesloten overeenkomsten.

Artikel 2

1. De Commissie wordt gemachtigd, na overleg met het Economisch en Financieel Comité, met de Moldavische autoriteiten overeenstemming te bereiken over de aan de lening te verbinden voorwaarden betreffende het economisch beleid. Deze voorwaarden moeten in overeenstemming zijn met de in artikel 1, lid 3, bedoelde overeenkomsten.

2. De Commissie onderzoekt periodiek, in samenwerking met het Economisch en Financieel Comité en in coördinatie met het IMF, of het economisch beleid van Moldavië in overeenstemming is met de doelstellingen van deze financiële bijstand en of aan de daaraan verbonden voorwaarden wordt voldaan.

Artikel 3

1. De bijstand wordt aan Moldavië ter beschikking gesteld in ten minste twee tranches. Onder voorbehoud van het bepaalde in artikel 2 wordt de eerste tranche uitgekeerd op basis van bevredigende voortgang bij de uitvoering van het met het IMF in het kader van de huidige armoedebestrijdings- en groeifaciliteit overeengekomen macro-economische programma of van een latere overeenkomst in de hogere krediettranches.

2. Onder voorbehoud van het bepaalde in artikel 2 worden de tweede en verdere tranches uitgekeerd op basis van een bevredigende stand van zaken bij de uitvoering van het macro-economische programma van Moldavië en niet eerder dan drie maanden na de uitkering van de eerste tranche.

3. De middelen worden betaald aan de Nationale Bank van Moldavië.

4. Alle kosten die de Gemeenschap bij het sluiten en uitvoeren van de in dit besluit bedoelde transacties maakt, komen ten laste van Moldavië.

Artikel 4

Tenminste eenmaal per jaar, en vóór september, brengt de Commissie aan het Europees Parlement en aan de Raad een verslag uit, waarin een evaluatie van de tenuitvoerlegging van dit besluit is opgenomen.

Artikel 5

1. Dit besluit wordt van kracht op de dag waarop het wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen. Het verstrijkt twee jaar na de dag van bekendmaking.

2. Besluit 2000/452/EG van de Raad wordt hierbij ingetrokken.

Gedaan te Brussel, 19 december 2002.

Voor de Raad

De voorzitster

L. Espersen

(1) Advies bekendgemaakt op 5 december 2002 (nog niet verschenen in het Publicatieblad).

(2) PB L 181 van 20.7.2000, blz. 77.

Top