EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31994R0804

Verordening (EG) nr. 804/94 van de Commissie van 11 april 1994 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2158/92 van de Raad wat informatiesystemen betreffende bosbranden betreft

PB L 93 van 12.4.1994, p. 11–15 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT)

Dit document is verschenen in een speciale editie. (FI, SV, CS, ET, LV, LT, HU, MT, PL, SK, SL, BG, RO)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 02/12/2006; opgeheven door 32006R1737

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/1994/804/oj

31994R0804

Verordening (EG) nr. 804/94 van de Commissie van 11 april 1994 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2158/92 van de Raad wat informatiesystemen betreffende bosbranden betreft

Publicatieblad Nr. L 093 van 12/04/1994 blz. 0011 - 0015
Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 3 Deel 56 blz. 0284
Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 3 Deel 56 blz. 0284


VERORDENING (EG) Nr. 804/94 VAN DE COMMISSIE van 11 april 1994 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2158/92 van de Raad wat informatiesystemen betreffende bosbranden betreft

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 2158/92 van de Raad van 23 juli 1992 betreffende de bescherming van de bossen in de Gemeenschap tegen brand (1), en met name op artikel 5, lid 3,

Overwegende dat volgens artikel 5, lid 2, van Verordening (EEG) nr. 2158/92 het opzetten van een informatiesysteem betreffende bosbranden door de Lid-Staten tot doel heeft de uitwisseling van informatie over bosbranden te bevorderen, voortdurend het effect te beoordelen van de activiteiten die de Lid-Staten en de Commissie op het gebied van de bescherming van de bossen tegen brand ontplooien, conclusies te trekken over de brandgevaarlijke perioden, de mate van brandgevaarlijkheid en de oorzaken van brandgevaar en strategieën te ontwikkelen voor de bescherming van de bossen tegen brand, en met name voor het wegnemen of beperken van de oorzaken;

Overwegende dat de informatie ter beoordeling van de doeltreffendheid van de maatregelen als bedoeld in artikel 5, lid 2, van Verordening (EEG) nr. 2158/92 moet kunnen worden gebruikt om bij te dragen tot het opstellen van het in artikel 10, lid 3, van die verordening bedoelde verslag over de werkzaamheden in het kader van de actie;

Overwegende dat voor het bereiken van de doelstellingen de Lid-Staten ten minste een aantal gelijksoortige, op communautair niveau vergelijkbare en met een bepaalde frequentie toegankelijke gegevens dienen te verzamelen, die als de "gemeenschappelijke basisinformatie over bosbranden" worden aangeduid;

Overwegende dat de harmonisatie van deze gegevens op communautair niveau geleidelijk dient te verlopen en dat de gemeenschappelijke basisinformatie met name door nauwe samenwerking tussen de Lid-Staten en de Commissie in het kader van het Permanent Comité voor de bosbouw moet worden ontwikkeld, een en ander om te voorkomen dat de bestaande nationale systemen voor het verkrijgen van gegevens over bosbranden worden verstoord; dat het in dit verband met name wenselijk is te voorzien in een gefaseerde opneming van gegevens in de gemeenschappelijke basisinformatie;

Overwegende dat de Lid-Staten ten minste aan de bepalingen inzake de basisinformatie over bosbranden moeten voldoen om een bijdrage van de Gemeenschap voor het opzetten van het informatiesysteem te kunnen ontvangen;

Overwegende dat dient te worden bepaald aan welke voorwaarden de aanvragen om een bijdrage moeten voldoen om te kunnen worden getoetst aan de in artikel 5, lid 2, van Verordening (EEG) nr. 2158/92 omschreven doelstellingen;

Overwegende dat de in deze verordening vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Permanent Comité voor de bosbouw,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

1. De Lid-Staten verzamelen een stel gegevens over de bosbranden dat beantwoordt aan de in artikel 5, lid 2, van Verordening (EEG) nr. 2158/92 omschreven doelstellingen.

2. Het stel gegevens omvat ten minste bepaalde gelijksoortige en op communautair niveau vergelijkbare gegevens die de gemeenschappelijke basisinformatie over bosbranden als omschreven in bijlage I vormen.

3. Het verzamelen van het stel gegevens mag worden beperkt tot de bij de klassen zeer en middelmatig brandgevaarlijk ingedeelde gebieden van het grondgebied van de Lid-Staten.

4. Vanaf de datum van inwerkingtreding van deze verordening stellen de Lid-Staten elk jaar de gegevens die deel uitmaken van de gemeenschappelijke basisinformatie, ter beschikking van de Commissie.

5. Op met redenen omkleed verzoek van de Lid-Staten kunnen termijnen worden vastgesteld voor de beschikbaarstelling van de gegevens die tot de gemeenschappelijke basisinformatie behoren.

6. In bijlage I zijn technische voorschriften voor de uitvoering van dit artikel opgenomen.

Artikel 2

1. De aanvragen om financiële bijstand voor het starten, verbeteren of tot nieuwe geografische gebieden uitbreiden van het verzamelen van het in artikel 1, lid 1, bedoelde stel gegevens moeten de in bijlage II genoemde gegevens en bescheiden bevatten.

2. Aanvragen die niet aan het bepaalde in lid 1 voldoen, worden niet in aanmerking genomen.

Artikel 3

Deze verordening treedt in werking op de zevende dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

Gedaan te Brussel, 11 april 1994.

Voor de Commissie

René STEICHEN

Lid van de Commissie

(1) PB nr. L 217 van 31. 7. 1992, blz. 3.

BIJLAGE I

TECHNISCHE VOORSCHRIFTEN VOOR DE UITVOERING VAN ARTIKEL 1 De gemeenschappelijke basisinformatie over bosbranden als bedoeld in artikel 1, lid 2, van deze verordening moet voor elke officieel geregistreerde bosbrand de in punt 1 hierna vermelde gegevens bevatten en met ingang van 1 januari 1994 tevens de in punt 2 hierna vermelde gegevens.

Voor de in het navolgende gebruikte termen "bos", "bosbrand", "beboste grond" en "niet-beboste grond" gelden de nationale definities.

1. Vanaf de datum van inwerkingtreding van deze verordening te verzamelen gegevens

a) Datum waarop het eerste alarm is ontvangen

Plaatselijke datum (dag, maand, jaar) waarop de officiële dienst voor bescherming van de betrokken bossen tegen brand ervan in kennis is gesteld dat de brand was uitgebroken.

Voorbeeld: Op 21 juni 1990 21. 6. 1990.

b) Precieze tijd waarop het eerste alarm is ontvangen

Plaatselijke tijd (uur, minuut) waarop de officiële dienst voor de bescherming van de betrokken bossen tegen brand ervan in kennis is gesteld dat de brand was uitgebroken.

Voorbeeld: Om tien over één in de middag 13.10.

c) Datum waarop de eerste bluswerkzaamheden zijn verricht

Plaatselijke datum (dag, maand, jaar) waarop het eerste blusteam is aangekomen op de plaats waar de bosbrand woedde.

Voorbeeld: Op 21 juni 1990 21. 6. 1990.

d) Precieze tijd waarop de eerste bluswerkzaamheden zijn verricht

Plaatselijke tijd (uur, minuut) waarop het eerste blusteam is aangekomen op de plaats waar de bosbrand woedde.

Voorbeeld: Om half twee in de middag 13.30.

e) Datum waarop de brand was geblust

Plaatselijke datum (dag, maand, jaar) waarop de brand volledig was geblust, d.w.z. waarop het laatste blusteam de plaats van de bosbrand heeft verlaten.

Voorbeeld: Op 21 juni 1990 21. 6. 1990.

f) Precieze tijd waarop de brand was geblust

Plaatselijke tijd (uur, minuut) waarop de brand volledig was geblust, d.w.z. waarop het laatste blusteam de plaats van de bosbrand heeft verlaten.

Voorbeeld: Om tien vóór zes in de middag 17.50.

g) Plaats waar de brand is uitgebroken

Gemeente waaruit is gemeld dat de brand was uitgebroken, en administratieve gebieden waartoe deze gemeente behoort, in volgorde van toenemende belangrijkheid (provincie of departement, regio of gewest en land).

Voorbeeld: Gemeente Grasse

Departement of provincie Alpes Maritimes

Regio of gewest Provence, Alpes, Côte d'Azur

Land Frankrijk.

h) Totale verbrande oppervlakte

Totale oppervlakte die door de brand is aangetast, en gebruikte oppervlakte-eenheid. Gewerkt dient te worden met de oppervlakte-eenheid en de meetnauwkeurigheid die in de Lid-Staat gebruikelijk zijn.

Voorbeeld: 121,28 hectare 121,28 ha.

i) Verdeling van de verbrande oppervlakte in beboste en niet-beboste grond

Oppervlakte van de verbrande beboste en niet-beboste grond en gebruikte oppervlakte-eenheid of procentueel aandeel van de beboste en de niet-beboste grond in de totale door de brand aangetaste oppervlakte. Gewerkt dient te worden met de oppervlakte-eenheid en de meetnauwkeurigheid die in de Lid-Staat gebruikelijk zijn.

Voorbeeld: Beboste grond 91,28 ha

Niet-beboste grond 30,00 ha,

of

Beboste grond 75,26 %

Niet-beboste grond 24,74 %.

j) Vermoedelijke oorzaak van de bosbrand

Categorie waartoe de vermoedelijke oorzaak van de brand behoort, te kiezen uit de onderstaande vier categorieën:

1. Onbekende oorzaak.

2. Natuurlijke oorzaak, bij voorbeeld blikseminslag.

3. Ongeluk of nalatigheid, d.w.z. een oorzaak die rechtstreeks of zijdelings aan de mens te wijten is, waarbij het echter niet de bedoeling was een stuk bos te vernielen (voorbeelden: elektrische leiding, spoorweg, werkzaamheden, barbecue, uit de hand gelopen poging om een stuk grond af te branden, enz.).

4. Brandstichting, d.w.z. een om een of andere reden opzettelijk verrichte handeling die de vernieling van een stuk bos door brand tot doel heeft.

Voorbeeld: Vermoedelijke oorzaak 4.

2. Uiterlijk vanaf 1 januari 1995 te verzamelen aanvullende gegevens

k) Code van de gemeente

Europese code van de gemeente waar de brand is uitgebroken. Het betreft negen cijfers die staan voor de Lid-Staat, de regio, de provincie en de gemeente. Met behulp van deze code kan de administratieve plaats waar de brand is uitgebroken, dus heel eenvoudig worden vastgelegd. De Commissie zal de lijst van de Europese codes van gemeenten op een elektronische informatiedrager aan elke Lid-Staat kunnen mededelen.

Voorbeeld: 01 Lid-Staat 05 Regio 02 Provincie 789

Gemeente.

BIJLAGE II

IN HET KADER VAN DE AANVRAGEN OM COMMUNAUTAIRE BIJSTAND ALS BEDOELD IN ARTIKEL 2, LID 1, VAN DEZE VERORDENING TE VERSTREKKEN GEGEVENS EN BESCHEIDEN De bijstandsaanvragen moeten worden opgesteld volgens het onderstaande schema:

1. Aanvrager

2. Algemene beschrijving van het project waarop de aanvraag betrekking heeft

2.1. Titel van het project.

2.2. Beschrijving van de context en de doelstellingen van het project.

2.3. Gedetailleerde beschrijving van het project (Alle bescheiden, documenten, kaarten, enz. die tot een beter begrip van het project kunnen bijdragen, dienen te worden bijgevoegd).

2.4. Geografische gebieden waarop de aanvraag betrekking heeft, en klasse van brandgevaarlijkheid waarbij die gebieden zijn ingedeeld.

2.5. Beoogde data voor de start en de beëindiging van het project.

2.6. Bijdrage van het project aan het bereiken van de doelstellingen die zijn omschreven in artikel 5, lid 2, van Verordening (EEG) nr. 2158/92.

3. Gewenste financiering van het project

3.1. Totale kosten van het project (in nationale valuta).

3.2. Kosten waarvoor de bijstand wordt gevraagd (in nationale valuta).

3.3. Gevraagde bijstand (in nationale valuta).

3.4. Organisatie waaraan de betrokken bedragen moeten worden overgemaakt en rekeningnummer.

Top