Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31985R3117

Verordening (EEG) nr. 3117/85 van de Raad van 4 november 1985 tot vaststelling van de algemene voorschriften voor de toekenning van compenserende vergoedingen voor sardines

PB L 297 van 9.11.1985, p. 1–2 (DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL)

Dit document is verschenen in een speciale editie. (ES, PT, FI, SV, CS, ET, LV, LT, HU, MT, PL, SK, SL, BG, RO)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 18/06/2009; opgeheven door 32009R0492

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/1985/3117/oj

31985R3117

Verordening (EEG) nr. 3117/85 van de Raad van 4 november 1985 tot vaststelling van de algemene voorschriften voor de toekenning van compenserende vergoedingen voor sardines

Publicatieblad Nr. L 297 van 09/11/1985 blz. 0001 - 0002
Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 4 Deel 2 blz. 0037
Bijzondere uitgave in het Spaans: Hoofdstuk 04 Deel 4 blz. 0025
Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 4 Deel 2 blz. 0037
Bijzondere uitgave in het Portugees: Hoofdstuk 04 Deel 4 blz. 0025


*****

VERORDENING (EEG) Nr. 3117/85 VAN DE RAAD

van 4 november 1985

tot vaststelling van de algemene voorschriften voor de toekenning van compenserende vergoedingen voor sardines

DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,

Gelet op het Verdrag inzake de toetreding van Spanje en Portugal, inzonderheid op artikel 2, lid 3, alsmede op de aan dit Verdrag gehechte Akte, inzonderheid op de artikelen 171 en 358 daarvan,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Overwegende dat bij de Toetredingsakte van Spanje en Portugal een bijzondere regeling is ingesteld om de prijzen van sardines in de nieuwe Lid-Staten en in de Lid-Staten van de Gemeenschap in haar samenstelling van vóór 1 januari 1986 aan de prijzen in het Middellandse-Zeegebied aan te passen; dat deze regeling vergezeld gaat van een onmiddellijk na de toetreding in te stellen regeling van compenserende vergoedingen voor de producenten van sardines uit de Gemeenschap in haar samenstelling van vóór 1 januari 1986, waarvan de toepassingsbepalingen uiterlijk op 31 december 1985 moeten worden vastgesteld;

Overwegende dat deze bijzondere regeling voor het aanpassen van de prijzen rechtstreeks van invloed is op het inkomenspeil van de producenten van sardines uit de Atlantische Oceaan in de huidige Lid-Staten van de Gemeenschap in haar samenstelling van vóór 1 januari 1986, en dat zij het bestaande evenwicht op het gebied van de produktie van sardines in die Gemeenschap wijzigt;

Overwegende dat dit nieuwe kader, dat de mededingingsvoorwaarden op de markt van de Lid-Staten van de Gemeenschap in haar samenstelling van vóór 1 januari 1986 wijzigt, ook van invloed is op het inkomenspeil van de producenten van sardines van deze Lid-Staten in het Middellandse-Zeegebied;

Overwegende dat dientengevolge de algemene voorschriften voor de toekenning van deze vergoedingen dienen te worden vastgesteld; dat, in verband met de bijzondere bepalingen voor de aanpassing van de prijzen, bij de bepaling van de voorwaarden voor de toekenning van deze vergoedingen onderscheid moet worden gemaakt tussen producenten van sardines uit de Atlantische Oceaan en producenten van sardines uit het Middellandse-Zeegebied;

Overwegende dat de vergoeding voor sardines uit de Middellandse Zee degressief is gedurende het tijdvak waarin de prijzen worden aangepast; dat het tempo van de degressiviteit wordt bepaald door het jaarlijks door de Raad vast te stellen prijspeil;

Overwegende dat bij de bepaling van de voorwaarden voor de toekenning van de vergoeding voor sardines uit de Middellandse Zee rekening moet worden gehouden met de gevolgen van de gewijzigde concurrentieverhoudingen voor het inkomen van de betrokken producenten en voorts met de noodzaak het prijsverschil tussen de overheersende Mediterrane en Atlantische produkties te compenseren, zonder dat dit evenwel mag leiden tot vervalsing van de concurrentie tussen de verwerkende industrieën van de uitgebreide Gemeenschap,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING

VASTGESTELD:

Artikel 1

In deze verordening worden de algemene voorschriften vastgesteld voor de toekenning gedurende het tijdvak van de in de Toetredingsakte van Spanje en Portugal omschreven aanpassing van de sardineprijzen, van compenserende vergoedingen voor sardineproducenten van de Gemeenschap in haar samenstelling van vóór 1 januari 1986.

Artikel 2

1. Er wordt een compenserende vergoeding toegekend voor sardines uit de Atlantische Oceaan die zijn geproduceerd in de Gemeenschap in haar samenstelling van vóór 1 januari 1986 en die:

- behoren tot de kwaliteitsklassen E en A als omschreven in Verordening (EEG) nr. 103/76 (1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 3166/82 (2),

- tot een maximum van 2 000 ton per jaar, voor menselijke consumptie te koop zijn aangeboden door producentenorganisaties in de zin van artikel 5, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 3796/81 (3) tegen een prijs die ten minste gelijk is aan de communautaire ophoudprijs, als omschreven in artikel 12, lid 1, van die verordening, maar lager is dan een gegarandeerde minimumprijs, en

- bestemd zijn voor verwerking.

2. De vergoeding wordt aan de producentenorganisaties toegekend voor zover deze:

- vóór de toetreding zijn opgericht en erkend overeenkomstig Verordening (EEG) nr. 3796/81;

- in de twee jaar vóór de datum van toetreding ophoudprijzen voor sardines hebben toegepast onder de in artikel 13 van Verordening (EEG) nr. 3796/81 gestelde voorwaarden.

3. De in lid 1 bedoelde gegarandeerde minimumprijs is gelijk aan de in het laatste jaar vóór de toetreding geldende ophoudprijs, gecorrigeerd overeenkomstig de eventuele aanpassing die van toepassing is op de oriëntatieprijs voor het daaropvolgende visseizoen.

4. Het bedrag van de vergoeding is gelijk aan het verschil tussen de door de producent ontvangen verkoopprijs en de gegarandeerde minimumprijs.

5. De in artikel 13 van Verordening (EEG) nr. 3796/81 bedoelde financiële vergoeding wordt berekend op basis van de in lid 3 omschreven gegarandeerde minimumprijs.

Artikel 3

1. Er wordt een compenserende vergoeding toegekend voor sardines uit de Middellandse Zee die in de Gemeenschap in haar samenstelling van vóór 1 januari 1986 zijn geproduceerd:

- die behoren tot de grootteklassen 3 en 4 en de kwaliteitsklassen E en A als omschreven in Verordening (EEG) nr. 103/76,

- die tot een maximum van 43 000 ton per jaar zijn verkocht en daadwerkelijk zijn geleverd voor verwerking tot conserven van post 16.04 van het gemeenschappelijk douanetarief, of tot gezouten produkten die worden aangeboden in hermetisch gesloten verpakkingen, en

- waarvan de verkoopprijs in het eerste verkoopstadium ten minste gelijk is aan de communautaire ophoudprijs. Deze prijs wordt voor elk van de betrokken categorieën produkten ten minste verhoogd met het verschil tussen de ophoudprijzen voor sardines uit de Atlantische Oceaan enerzijds en de ophoudprijs voor sardines uit de Middellandse Zee anderzijds welke van toepassing zijn in de Gemeenschap in haar samenstelling van vóór 1 januari 1986.

2. De hoeveelheden die voor de vergoeding in aanmerking komen, worden voor elke producentenorganisatie of voor elke producent bepaald op basis van de hoeveelheden die in de periode 1982 tot en met 1984 zijn geleverd voor de in lid 1 bedoelde vormen van verwerking.

3. Het bedrag van de vergoeding is gelijk aan het verschil tussen de ophoudprijs die in de Gemeenschap in haar samenstelling van vóór 1 januari 1986 van toepassing is voor Atlantische sardines van de betrokken grootteklasse en de ophoudprijs die in de nieuwe Lid-Staten van toepassing is voor Atlantische sardines van grootteklasse 2.

4. De vergoeding wordt uitgekeerd aan de verwerkende bedrijven.

5. De in artikel 14, lid 3, van Verordening (EEG) nr. 3796/81 bedoelde premie en de in dit artikel bedoelde vergoeding kunnen niet samengaan.

Artikel 4

De bepalingen ter uitvoering van deze verordening worden vastgesteld volgens de procedure van artikel 33 van Verordening (EEG) nr. 3796/81.

Artikel 5

Deze verordening treedt op 1 januari 1986 in werking onder voorbehoud van de inwerkingtreding van het Verdrag betreffende de toetreding van Spanje en Portugal.

Zij is van toepassing met ingang van 1 maart 1986.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

Gedaan te Brussel, 4 november 1985.

Voor de Raad

De Voorzitter

R. STEICHEN

(1) PB nr. L 20 van 28. 1. 1976, blz. 29.

(2) PB nr. L 332 van 27. 11. 1982, blz. 4.

(3) PB nr. L 379 van 31. 12. 1981, blz. 1.

Top