This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 31979L0359
Council Directive 79/359/EEC of 26 March 1979 on the programme to speed up the conversion of certain areas under vines in the Charentes departments
Richtlijn 79/359/EEG van de Raad van 26 maart 1979 betreffende het programma voor het versnellen van de omschakeling van wijngaarden in de Charente- departementen
Richtlijn 79/359/EEG van de Raad van 26 maart 1979 betreffende het programma voor het versnellen van de omschakeling van wijngaarden in de Charente- departementen
PB L 85 van 5.4.1979, p. 34–36
(DA, DE, EN, FR, IT, NL) Dit document is verschenen in een speciale editie.
(ES, PT)
No longer in force, Date of end of validity: 31/07/1982
Richtlijn 79/359/EEG van de Raad van 26 maart 1979 betreffende het programma voor het versnellen van de omschakeling van wijngaarden in de Charente- departementen
Publicatieblad Nr. L 085 van 05/04/1979 blz. 0034 - 0036
Bijzondere uitgave in het Spaans: Hoofdstuk 03 Deel 16 blz. 0071
Bijzondere uitgave in het Portugees: Hoofdstuk 03 Deel 16 blz. 0071
++++ RICHTLIJN VAN DE RAAD van 26 maart 1979 betreffende het programma voor het versnellen van de omschakeling van wijngaarden in de Charente-departementen ( 79/359/EEG ) DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN , Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap , inzonderheid op artikel 43 , Gezien het voorstel van de Commissie ( 1 ) , Gezien het advies van het Europese Parlement ( 2 ) , Gezien het advies van het Economisch en Sociaal Comité ( 3 ) , Overwegende dat , krachtens artikel 39 , lid 2 , sub a ) , van het Verdrag , bij het totstandbrengen van het gemeenschappelijk landbouwbeleid rekening moet worden gehouden met de maatschappelijke structuur van de landbouw en de structurele en natuurlijke ongelijkheid tussen de verschillende landbouwgebieden ; Overwegende dat om de in artikel 39 , lid 1 , sub a ) en b ) , van het Verdrag vermelde doeleinden van het gemeenschappelijk landbouwbeleid te verwezenlijken , op het niveau van de Gemeenschap bijzondere maatregelen moeten worden getroffen die zijn aangepast aan de situatie in de minst begunstigde landbouwgebieden ; Overwegende dat de departementen Charente en Charente Maritime zich uit het oogpunt van het landbouwinkomen en van de werkgelegenheid , zowel in de landbouw als er buiten , in een ongunstige situatie bevinden ; dat het derhalve dienstig is de structurele ontwikkeling van de wijnbouw in dit gebied te begeleiden en aldus het inkomen uit de landbouw en de werkgelegenheid blijvend te beïnvloeden ; Overwegende dat te dien einde het wijnbouwpotentieel van de Charente-departementen beter aan de behoeften van de markt dient te worden aangepast door de omschakeling van wijngaarden die zijn gelegen in gebieden die niet bijzonder geschikt zijn voor de wijnbouw en die kunnen worden aangepast voor andere teelten , te stimuleren ; dat de producenten door middel van bijzondere financiële steun dienen te worden aangemoedigd deze wijngaarden om te schakelen ; Overwegende dat uit hetgeen voorafgaat volgt dat de beoogde maatregelen een gemeenschappelijke actie vormen in de zin van artikel 6 van Verordening ( EEG ) nr . 729/70 van de Raad van 21 april 1970 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid ( 4 ) , laatstelijk gewijzigd bij Verordening ( EEG ) nr . 2788/72 ( 5 ) ; Overwegende dat het tot de bevoegdheden van de Commissie behoort om , na advies van het Permanent Comité voor de landbouwstructuur , een door de Franse Republiek ingediend programma goed te keuren , HEEFT DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD : Artikel 1 Om het evenwicht tussen de wijnbouwproduktie en het normale gebruik in de Charente-departementen te herstellen , wordt een door de Franse Republiek ten uitvoer te leggen gemeenschappelijke actie in de zin van artikel 6 , lid 1 , van Verordening ( EEG ) nr . 729/70 ingesteld , die ten doel heeft de omschakeling van een gedeelte van het wijngaardareaal dat bestemd is voor de produktie van wijn die kan worden verwerkt tot bepaalde soorten brandewijn met oorsprongsbenaming , te versnellen . Artikel 2 1 . De financiële bijdrage van de Gemeenschap mag slechts worden gebruikt in het kader van een programma dat van toepassing is op alle om te schakelen oppervlakten van het wijnbouwareaal in de Charentedepartementen . Dit programma wordt door de Franse Republiek bij de Commissie ingediend . 2 . Het in lid 1 bedoelde programma wordt , na raadpleging van het Comité van het Fonds over de financiële aspecten , onderzocht en goedgekeurd volgens de procedure van artikel 18 , leden 2 en 3 , van Richtlijn 72/159/EEG ( 6 ) . Artikel 3 In het in artikel 2 bedoelde programma , dat het mogelijk moet maken het evenwicht tussen de wijnbouwproduktie en het normale gebruik in de Charente-departementen te herstellen , moeten de volgende gegevens worden vermeld : - aantal met wijnstokken beplante hectaren die na de omschakeling definitief aan de wijnbouw zullen zijn onttrokken , - ligging van de percelen en datum van aanplant , - tijdschema van de rooiingswerszaamheden , - informatie betreffende de geschiktheid van de omgeschakelde percelen voor andere produkties , - maatregelen voor het stimuleren van de omschakeling van de hierboven bedoelde percelen in de vorm van een eenmalige bijzondere premie , - het bedrag van de overwogen steun , - verbintenis om binnen het betrokken bedrijf percelen met een oppervlakte gelijk aan die waarvoor steun wordt verleend , definitief aan de wijnbouw te onttrekken , - de met deze maatregelen beoogde doeleinden , vergeleken met de huidige situatie , zowel uit kwalitatief als uit kwantitatief oogpunt . Artikel 4 1 . De door de Franse Republiek in het kader van het in artikel 2 bedoelde programma gedane uitgaven voor de bijzondere omschakelingspremie bedoeld in artikel 3 , vijfde streepje , komen voor financiering uit het Fonds , afdeling Oriëntatie , in aanmerking , op voorwaarde dat de premie niet hoger is dan 4 000 rekeneenheden per omgeschakelde hectare . 2 . Het Fonds , afdeling Oriëntatie , vergoedt de Franse Republiek 50 % van de voor financiering in aanmerking komende uitgaven als bedoeld in lid 1 , voor ten hoogste 7 500 hectare . Artikel 5 1 . De duur van de gemeenschappelijke actie bedraagt drie wijnoogstjaren te rekenen vanaf de aanvang van het wijnoogstjaar dat volgt op de datum waarop deze richtlijn van toepassing wordt . 2 . De totale kosten van de gemeenschappelijke actie ten laste van het Fonds worden geraamd op 15 miljoen Europese rekeneenheden over de gehele duur van de actie . Artikel 6 Bij de goedkeuring van het in artikel 2 bedoelde programma stelt de Commissie , in overleg met de Franse Republiek , vast op welke wijze laatstgenoemde haar periodiek mededeling moet doen over het verloop van het programma . De Franse Republiek wijst bij deze gelegenheid de met de technische uitvoering van het programma belaste instanties aan . Artikel 7 1 . Onverminderd het bepaalde in artikel 8 van Verordening ( EEG ) nr . 729/70 , treft de Franse Republiek , overeenkomstig de nationale wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen , de nodige maatregelen om de uitbetaalde bedragen terug te vorderen indien de in artikel 3 , zevende streepje , bedoelde verbintenis niet wordt nagekomen . Zij stelt de Commissie in kennis van de getroffen maatregelen en brengt haar met name op gezette tijden op de hoogte van de stand van de desbetreffende administratieve en gerechtelijke procedures . 2 . De teruggevorderde bedragen worden overgemaakt aan de organen of diensten die de betalingen hebben verricht en worden door deze , in verhouding tot de bijdragen van de Gemeenschap , in mindering gebracht op de door het Fonds gefinancierde uitgaven . 3 . De financiële consequenties die voortvloeien uit de onmogelijkheid tot terugvordering van de uitbetaalde bedragen worden door de Gemeenschap gedragen in verhouding tot haar bijdrage . 4 . De wijze van toepassing van dit artikel wordt vastgesteld volgens de procedure van artikel 13 van Verordening ( EEG ) nr . 729/70 . Artikel 8 1 . De aanvragen tot vergoeding hebben betrekking op de door de Franse Republiek tijdens een kalenderjaar gedane uitgaven en worden bij de Commissie ingediend voor 1 juli van het daaropvolgende jaar . 2 . De bijstand van het Fonds wordt vastgesteld overeenkomstig artikel 7 , lid 1 , van Verordening ( EEG ) nr . 729/70 . 3 . Het Fonds kan voorschotten verlenen overeenkomstig de door de Franse Republiek vastgestelde financieringsvoorwaarden en naar gelang van de uitvoering van het programma . 4 . Artikel 6 , lid 5 , van Verordening ( EEG ) nr . 729/70 is van toepassing op de onderhavige richtlijn . 5 . De wijze van toepassing van dit artikel wordt vastgesteld volgens de procedure van artikel 13 van Verordening ( EEG ) nr . 729/70 . Artikel 9 Deze richtlijn is van toepassing zodra de Raad heeft beslist over het voorstel van de Commissie tot wijziging van Verordening ( EEG ) nr . 729/70 . Artikel 10 Deze richtlijn is gericht tot de Franse Republiek . Gedaan te Brussel , 26 maart 1979 . Voor de Raad De Voorzitter P . MEHAIGNERIE ( 1 ) PB nr . C 232 van 30 . 9 . 1978 , blz . 15 . ( 2 ) PB nr . C 6 van 8 . 1 . 1979 , blz . 66 . ( 3 ) Advies uitgebracht op 30 . 11 . 1978 ( nog niet verschenen in het Publikatieblad ) . ( 4 ) PB nr . L 94 van 28 . 4 . 1970 , blz . 13 . ( 5 ) PB nr . L 295 van 30 . 12 . 1972 , blz . 1 . ( 6 ) PB nr . L 96 van 23 . 4 . 1972 , blz . 1 .