Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31975R3025

Verordening (EEG) nr. 3025/75 van de Commissie van 17 november 1975 tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 1470/68 van de Commissie betreffende het nemen en het omzetten van monsters alsmede betreffende het bepalen van het oliegehalte, het gehalte aan onzuiverheden en het vochtgehalte van oliehoudende zaden

PB L 300 van 20.11.1975, p. 5–7 (DA, DE, EN, FR, IT, NL)

Dit document is verschenen in een speciale editie. (EL, ES, PT, FI, SV)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 01/07/1996

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/1975/3025/oj

31975R3025

Verordening (EEG) nr. 3025/75 van de Commissie van 17 november 1975 tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 1470/68 van de Commissie betreffende het nemen en het omzetten van monsters alsmede betreffende het bepalen van het oliegehalte, het gehalte aan onzuiverheden en het vochtgehalte van oliehoudende zaden

Publicatieblad Nr. L 300 van 20/11/1975 blz. 0005 - 0007
Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 3 Deel 6 blz. 0241
Bijzondere uitgave in het Grieks: Hoofdstuk 03 Deel 14 blz. 0107
Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 3 Deel 6 blz. 0241
Bijzondere uitgave in het Spaans: Hoofdstuk 03 Deel 9 blz. 0180
Bijzondere uitgave in het Portugees: Hoofdstuk 03 Deel 9 blz. 0180


++++

VERORDENING ( EEG ) Nr . 3025/75 VAN DE COMMISSIE

van 17 november 1975

tot wijziging van Verordening ( EEG ) nr . 1470/68 van de Commissie betreffende het nemen en het omzetten van monsters alsmede betreffende het bepalen van het oliegehalte , het gehalte aan onzuiverheden en het vochtgehalte van oliehoudende zaden

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN ,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap ,

Gelet op Verordening nr . 136/66/EEG van de Raad van 22 september 1966 houdende de totstandbrenging van een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector oliën en vetten ( 1 ) , laatstelijk gewijzigd bij Verordening ( EEG ) nr . 1707/73 ( 2 ) , inzonderheid op artikel 26 , lid 3 , en artikel 27 , lid 5 ,

Gelet op Verordening nr . 142/67/EEG van de Raad van 21 juni 1967 betreffende de restituties bij uitvoer van koolzaad , raapzaad en zonnebloemzaad ( 3 ) , laatstelijk gewijzigd bij Verordening ( EEG ) nr . 2429/72 ( 4 ) , inzonderheid op artikel 6 ,

Overwegende dat , ten einde bij koolzaad en raapzaad het gehalte aan herikzaden nauwkeurig te bepalen , een geschikte methode dient te worden vastgesteld ; dat daarom dient te worden overgegaan tot wijziging van Verordening ( EEG ) nr . 1470/68 van de Commissie van 23 september 1968 betreffende het nemen en het omzetten van monsters alsmede betreffende bepalen van het oliegehalte , het gehalte aan onzuiverheden en het vochtgehalte van oliehoudende zaden ( 5 ) , laatstelijk gewijzigd bij Verordening ( EEG ) nr . 2377/74 ( 6 ) ,

Overwegende dat de in deze verordening vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Comité van beheer voor oliën en vetten ,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD :

Artikel 1

Artikel 1 , lid 1 , van Verordening ( EEG ) nr . 1470/68 komt als volgt te luiden :

" 1 . Onder voorbehoud van het in de volgende leden bepaalde wordt het nemen van monsters , het verkleinen van laboratoriummonsters in analysemonsters alsmede het bepalen van het gehalte aan onzuiverheden en het vochtgehalte , als bedoeld in artikel 4 van Verordening ( EEG ) nr . 282/67/EEG , in artikel 2 van Verordening ( EEG ) nr . 651/71 en in artikel 33 van Verordening ( EEG ) nr . 1204/72 , uitgevoerd volgens de methoden omschreven in respectievelijk de bijlagen I , II , III , IV en IV bis van deze verordening . "

Artikel 2

Artikel 2 bis van Verordening ( EEG ) nr . 1470/68 komt als volgt te luiden :

" 1 . Om koolzaad en raapzaad van zaad van " Sinapis arvensis " ( herikzaad ) te onderscheiden wordt een vergrootglas gebruikt met een vergrotingsfactor van ten minste 4 .

2 . In twijfelgevallen wordt voor het maken van het in lid 1 bedoelde onderscheid de in bijlage IV bis vermelde methode gebruikt . "

Artikel 3

Aan Verordening ( EEG ) nr . 1470/68 wordt een bijlage IV bis toegevoegd , waarvan de tekst is opgenomen in de bijlage bij deze verordening .

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat .

Gedaan te Brussel , 17 november 1975 .

Voor de Commissie

P . J . LARDINOIS

Lid van de Commissie

( 1 ) PB nr . 172 van 30 . 9 . 1966 , blz . 3025/66 .

( 2 ) PB nr . L 175 van 29 . 6 . 1973 , blz . 5 .

( 3 ) PB nr . 125 van 26 . 6 . 1967 , blz . 2461/67 .

( 4 ) PB nr . L 264 van 23 . 11 . 1972 , blz . 1 .

( 5 ) PB nr . L 239 van 28 . 9 . 1968 , blz . 2 .

( 6 ) PB nr . L 254 van 19 . 9 . 1974 , blz . 7 .

BIJLAGE

" BIJLAGE IV BIS

VASTSTELLING VAN HET GEHALTE AAN ZAAD VAN SINAPIS ARVENSIS ( HERIKZAAD ) IN KOOLZAAD

Benodigdheden

Een analytische balans .

Een zeef met ronde zeefgaten die een diameter hebben van 1,8 mm .

Niet fluorescerend chromatografisch filtreerpapier .

Een 5 % KOH oplossing .

Een ultravioletlamp met een lichtsterkte van 365 - 366 nm .

Schaaltjes met deksel , bij voorkeur Petrischaaltjes .

Een pneumatische of elektronische teller .

Werkwijze

1 . De analyse heeft betrekking op een aliquote hoeveelheid koolzaad , na afscheiding van de andere onzuiverheden dan Sinapis arvensiszaad .

2 . Zeef tweemaal 5 g van het monster gewogen met een nauwkeurigheid van 0,001 g met een zeef met ronde zeefgaten die een diameter hebben van 1,8 mm . Weeg de zaden die door de zeefgaten vallen en notter hun gewicht .

3 . Het filtreerpapier wordt goed passend en plat op de bodem van de benodigde schaaltjes geplaatst ; bevochtig het filtreerpapier met een 5 % KOH oplossing die zo recent is vervaardigd dat geen omzetting in carbonaat heeft plaatsgevonden .

Verwijder het teveel aan vloeistof .

4 . Leg de zaden die door de zeefgaten vielen op het filtreerpapier en registreer hun aantal eventueel met behulp van een pneumatische of elektronische teller ; verwijder de beschadigde zaden daar zij een lichtblauwe fluorescentie kunnen veroorzaken .

Nadat de zaden in het schaaltje zijn gelegd moet dit worden afgedekt om verdamping en daarmee om juiste resultaten te vermijden .

Laat gedurende 45 minuten inwerken bij 20 * C .

5 . Bekijk de zaden onder een ultravioletlamp met een lichtsterkte van 365 - 366 nm .

Alleen het zaad van Sinapis arvensis geeft een geelgroene fluorescentie terwijl koolzaad geen lichteffect geeft ( uitgezonderd in het bij punt 4 vermelde geval ) .

Tel de zaden Sinapis arvensis en registreer hun aantal .

6 . Berekening van het gehalte aan Sinapis arvensis in koolzaad .

a ) Bereken het percentage zaden Sinapis arvensis ( S ) op het totaal aantal op het filtreerpapier geplaatste zaden .

b ) Bereken het gewicht in grammen van de zaden Sinapis arvensis ( K ) in het gebruikte monster ( 5 gram ) met onderstaande formule :

K = ( T maal S ) /100

waarin T = het gewicht in grammen van de zaden die door de zeefgaten zijn gevallen ( punt 2 ) .

Bereken het gewicht in grammen ( X ) van de zaden Sinapis arvensis , die voorkomen in de oorspronkelijke proefeenheid , met onderstaande formule :

X = ( M a maal K ) /M5

waarin :

M a = het gewicht in grammen van de oorspronkelijke proefeenheid koolzaad na afscheiding van het stof ( M1 ) en de onzuiverheden ( M2a + M3a ) die werden geregistreerd overeenkomstig bijlage IV ;

M5 = het gewicht van het monster van ongeveer 5 g .

c ) Bereken het percentage ( Y ) van het gewicht in grammen van de zaden Sinapis arvensis ( X ) in de oorspronkelijke proefeenheid , met onderstaande formule :

Y = ( X maal 100 ) /M o

waarin M o = het gewicht in gram van de oorspronkelijke proefeenheid .

7 . De bepalingen betreffende de herhaalbaarheid bedoeld onder 6 , 2 van bijlage IV zijn van toepassing . "

Top