Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 22001A0208(01)

Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Gemeenschap en elk van de EVA-landen die tariefpreferenties verlenen in het kader van het Stelsel van algemene preferenties (Noorwegen en Zwitserland), volgens welke goederen waarin bestanddelen van oorsprong uit Noorwegen of Zwitserland zijn gebruikt, bij binnenkomst in het douanegebied van de Gemeenschap worden behandeld als goederen die een component van communautaire oorsprong bevatten (wederkerige overeenkomst)

PB L 38 van 8.2.2001, p. 25–32 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

Dit document is verschenen in een speciale editie. (CS, ET, LV, LT, HU, MT, PL, SK, SL, BG, RO, HR)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 31/01/2019; vervangen door 22019A0128(01) en 22019A0129(01)

Related Council decision

22001A0208(01)

Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Gemeenschap en elk van de EVA-landen die tariefpreferenties verlenen in het kader van het Stelsel van algemene preferenties (Noorwegen en Zwitserland), volgens welke goederen waarin bestanddelen van oorsprong uit Noorwegen of Zwitserland zijn gebruikt, bij binnenkomst in het douanegebied van de Gemeenschap worden behandeld als goederen die een component van communautaire oorsprong bevatten (wederkerige overeenkomst)

Publicatieblad Nr. L 038 van 08/02/2001 blz. 0025 - 0032


Overeenkomst

in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Gemeenschap en elk van de EVA-landen die tariefpreferenties verlenen in het kader van het Stelsel van algemene preferenties (Noorwegen en Zwitserland), volgens welke goederen waarin bestanddelen van oorsprong uit Noorwegen of Zwitserland zijn gebruikt, bij binnenkomst in het douanegebied van de Gemeenschap worden behandeld als goederen die een component van communautaire oorsprong bevatten (wederkerige overeenkomst)

A. Brief van de Gemeenschap

Mijne heren,

1. De Gemeenschap en Zwitserland zijn van oordeel dat zij ten aanzien van het Stelsel van algemene preferenties (SAP), soortgelijke regels van oorsprong toepassen uitgaande van de volgende algemene grondbeginselen:

- omschrijving van het begrip "product van oorsprong" volgens dezelfde criteria;

- bepalingen op het gebied van regionale cumulatie van oorsprong;

- bepalingen op het gebied van cumulatie van oorsprong met materialen van oorsprong, in de zin van de regels van oorsprong van het SAP, van de Europese Gemeenschap, van Zwitserland of van Noorwegen;

- een tolerantie in het percentage niet van oorsprong zijnde bestanddelen;

- de verplichting dat de goederen rechtstreeks vanaf het begunstigde land moeten worden vervoerd;

- bepalingen op het gebied van afgifte en aanvaarding van het vervangende certificaat van oorsprong formulier A (hierna het vervangende certificaat genoemd);

- de noodzaak van administratieve samenwerking met de bevoegde autoriteiten van de begunstigde landen inzake het certificaat van oorsprong formulier A.

2. De Gemeenschap en Zwitserland erkennen wederzijds de materialen van oorsprong van de andere partij of van Noorwegen (in de zin van de regels van oorsprong van het SAP) die zijn verwerkt en gebruikt bij de vervaardiging van een product van oorsprong van het begunstigde SAP-land als zijnde van oorsprong uit dit begunstigde land.

De douaneautoriteiten van de Gemeenschap, van Zwitserland of van Noorwegen verlenen elkaar elke passende administratieve bijstand, in het bijzonder op het gebied van de verificatie van de certificaten inzake goederenvervoer EUR.1 behorende bij de in de eerste alinea bedoelde materialen. De bepalingen betreffende de administratieve samenwerking die zijn vastgesteld in protocol nr. 3 van de Overeenkomst EG-Zwitserland, in bijlage B van de EVA-overeenkomst of in protocol nr. 4 van de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, zijn van overeenkomstige toepassing.

De bepalingen van deze paragraaf zijn niet van toepassing op de producten van de hoofdstukken 1 tot en met 24 van het geharmoniseerd systeem.

3. De Gemeenschap en Zwitserland aanvaarden op basis van wederkerigheid de vervangende certificaten die zijn afgegeven door de douaneautoriteiten van de andere partij bij deze overeenkomst, in plaats van de certificaten van oorsprong formulier A die door de bevoegde autoriteiten van de begunstigde landen zijn afgegeven, mits:

- deze procedure de vervanging van het certificaat van oorsprong formulier A betreft, met uitsluiting van elk ander document van oorsprongscertificering;

- het vervangende certificaat op schriftelijk verzoek van de wederuitvoerder wordt opgesteld;

- de betrokken goederen in de Gemeenschap of in Zwitserland, naar gelang van het geval, onder douanetoezicht zijn gebleven en in voorkomend geval geen andere verrichtingen hebben gekend dan uitladen, opnieuw laden, opdelen of andere verrichtingen teneinde de goederen in ongewijzigde staat te houden;

- het douanekantoor dat belast is met het toezicht op deze verrichting, het oorspronkelijke certificaat van oorsprong formulier A aanzuivert door het vermelden van de volgnummers van het of van de overeenkomstige vervangende certifica(a)t(en);

- voor de betrokken producten geen afwijking van de regels van oorsprong geldt;

- de douaneautoriteiten van de Gemeenschap en van Zwitserland elkaar alle passende administratieve bijstand verlenen, in het bijzonder op het gebied van controle achteraf; meer bepaald zorgen de autoriteiten van het land waar het vervangende certificaat wordt afgegeven, op verzoek van het land van bestemming van de goederen, voor de controle achteraf van de geldigheid van het overeenkomstige oorspronkelijke certificaat van oorsprong formulier A.

4. Het vervangende certificaat dient als volgt te worden opgesteld:

- het dient in het vak rechtsboven de naam te vermelden van het land waar het is afgegeven;

- één van de navolgende vermeldingen dient in vak 4 voor te komen: "certificat de remplacement" of "replacement certificate", alsmede de datum van afgifte van het oorspronkelijke certificaat van oorsprong formulier A en het volgnummer daarvan;

- de naam van de wederuitvoerder dient in vak 1 voor te komen;

- de naam van de uiteindelijke geadresseerde kan in vak 2 voorkomen;

- alle vermeldingen die op het oorspronkelijke certificaat van oorsprong formulier A voorkomen en die betrekking hebben op de wederuitgevoerde producten dienen in de vakken 3 tot en met 9 te worden overgenomen;

- de verwijzingen naar de factuur van de wederuitvoerder dienen in vak 10 voor te komen;

- de visering van de douaneautoriteit die het vervangende certificaat heeft afgegeven, dient in vak 11 voor te komen. Deze autoriteit is slechts verantwoordelijk voor het opstellen van het vervangende certificaat. De vermeldingen die in vak 12 zijn aangebracht aangaande het land van oorsprong en het land van bestemming zijn de vermeldingen die op het oorspronkelijke certificaat van oorsprong formulier A voorkomen. De wederuitvoerder dient in dit vak te tekenen. Doet hij dit te goeder trouw, dan wordt hij niet aansprakelijk gehouden voor de nauwkeurigheid van de op het oorspronkelijke certificaat van oorsprong formulier A aangebrachte vermeldingen;

- het douanekantoor dat met deze verrichting is belast, vermeldt op het oorspronkelijke certificaat van oorsprong formulier A het gewicht, de nummers en de aard van de opnieuw verzonden pakketten en geeft daarop de volgnummers aan van het of van de overeenkomstige vervangende certific(a)at(en). Het oorspronkelijke certificaat van oorsprong formulier A, alsmede het verzoek om een vervangend certificaat, dienen ten minste gedurende drie jaar door het betrokken douanekantoor te worden bewaard;

- een fotokopie van het oorspronkelijke certificaat van oorsprong formulier A kan aan het vervangende certificaat worden gehecht.

5. Elk van de twee partijen bij deze overeenkomst kan de toepassing ervan terstond opschorten wanneer deze partij ernstig twijfelt aan de correcte uitvoering daarvan. Zij stelt de bevoegde autoriteiten van de andere partij daar evenwel tevoren van in kennis.

6. De kennisgeving op basis van wederkerigheid van de Europese Gemeenschap en Zwitserland van het vervullen van de interne procedures in verband met de invoering van de cumulatie van oorsprong met materialen van oorsprong uit de Europese Gemeenschap en Zwitserland in hun onderscheiden SAP, zal leiden tot de inwerkingtreding van deze overeenkomst op een gezamenlijk overeen te komen datum.

Ik moge u verzoeken mij te willen bevestigen dat uw regering met het bovenstaande instemt.

Gelieve, mijne heren, de verzekering van mijn bijzondere hoogachting te aanvaarden.

Gedaan te Brussel, 14 december 2000.

Voor de Raad van de Europese Unie

>PIC FILE= "L_2001038NL.002601.EPS">

B. Brief van Zwitserland

Mijne heren,

Ik heb de eer de ontvangst te bevestigen van uw brief, welke als volgt luidt:

"1. De Gemeenschap en Zwitserland zijn van oordeel dat zij ten aanzien van het Stelsel van algemene preferenties (SAP), soortgelijke regels van oorsprong toepassen uitgaande van de volgende algemene grondbeginselen:

- omschrijving van het begrip 'product van oorsprong' volgens dezelfde criteria;

- bepalingen op het gebied van regionale cumulatie van oorsprong;

- bepalingen op het gebied van cumulatie van oorsprong met materialen van oorsprong, in de zin van de regels van oorsprong van het SAP, van de Europese Gemeenschap, van Zwitserland of van Noorwegen;

- een tolerantie in het percentage niet van oorsprong zijnde bestanddelen;

- de verplichting dat de goederen rechtstreeks vanaf het begunstigde land moeten worden vervoerd;

- bepalingen op het gebied van afgifte en aanvaarding van het vervangende certificaat van oorsprong formulier A (hierna het vervangende certificaat genoemd);

- de noodzaak van administratieve samenwerking met de bevoegde autoriteiten van de begunstigde landen inzake het certificaat van oorsprong formulier A.

2. De Gemeenschap en Zwitserland erkennen wederzijds de materialen van oorsprong van de andere partij of van Noorwegen (in de zin van de regels van oorsprong van het SAP) die zijn verwerkt en gebruikt bij de vervaardiging van een product van oorsprong van het begunstigde SAP-land als zijnde van oorsprong uit dit begunstigde land.

De douaneautoriteiten van de Gemeenschap, van Zwitserland of van Noorwegen verlenen elkaar elke passende administratieve bijstand, in het bijzonder op het gebied van de verificatie van de certificaten inzake goederenvervoer EUR.1 behorende bij de in de eerste alinea bedoelde materialen. De bepalingen betreffende de administratieve samenwerking die zijn vastgesteld in protocol nr. 3 van de Overeenkomst EG-Zwitserland, in bijlage B van de EVA-overeenkomst of in protocol nr. 4 van de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, zijn van overeenkomstige toepassing.

De bepalingen van deze paragraaf zijn niet van toepassing op de producten van de hoofdstukken 1 tot en met 24 van het geharmoniseerd systeem.

3. De Gemeenschap en Zwitserland aanvaarden op basis van wederkerigheid de vervangende certificaten die zijn afgegeven door de douaneautoriteiten van de andere partij bij deze overeenkomst, in plaats van de certificaten van oorsprong formulier A die door de bevoegde autoriteiten van de begunstigde landen zijn afgegeven, mits:

- deze procedure de vervanging van het certificaat van oorsprong formulier A betreft, met uitsluiting van elk ander document van oorsprongscertificering;

- het vervangende certificaat op schriftelijk verzoek van de wederuitvoerder wordt opgesteld;

- de betrokken goederen in de Gemeenschap of in Zwitserland, naar gelang van het geval, onder douanetoezicht zijn gebleven en in voorkomend geval geen andere verrichtingen hebben gekend dan uitladen, opnieuw laden, opdelen of andere verrichtingen teneinde de goederen in ongewijzigde staat te houden;

- het douanekantoor dat belast is met het toezicht op deze verrichting, het oorspronkelijke certificaat van oorsprong formulier A aanzuivert door het vermelden van de volgnummers van het of van de overeenkomstige vervangende certifica(a)t(en);

- voor de betrokken producten geen afwijking van de regels van oorsprong geldt;

- de douaneautoriteiten van de Gemeenschap en van Zwitserland elkaar alle passende administratieve bijstand verlenen, in het bijzonder op het gebied van controle achteraf; meer bepaald zorgen de autoriteiten van het land waar het vervangende certificaat wordt afgegeven, op verzoek van het land van bestemming van de goederen, voor de controle achteraf van de geldigheid van het overeenkomstige oorspronkelijke certificaat van oorsprong formulier A.

4. Het vervangende certificaat dient als volgt te worden opgesteld:

- het dient in het vak rechtsboven de naam te vermelden van het land waar het is afgegeven;

- één van de navolgende vermeldingen dient in vak 4 voor te komen: 'certificat de remplacement' of 'replacement certificate', alsmede de datum van afgifte van het oorspronkelijke certificaat van oorsprong formulier A en het volgnummer daarvan;

- de naam van de wederuitvoerder dient in vak 1 voor te komen;

- de naam van de uiteindelijke geadresseerde kan in vak 2 voorkomen;

- alle vermeldingen die op het oorspronkelijke certificaat van oorsprong formulier A voorkomen en die betrekking hebben op de wederuitgevoerde producten dienen in de vakken 3 tot en met 9 te worden overgenomen;

- de verwijzingen naar de factuur van de wederuitvoerder dienen in vak 10 voor te komen;

- de visering van de douaneautoriteit die het vervangende certificaat heeft afgegeven, dient in vak 11 voor te komen. Deze autoriteit is slechts verantwoordelijk voor het opstellen van het vervangende certificaat. De vermeldingen die in vak 12 zijn aangebracht aangaande het land van oorsprong en het land van bestemming zijn de vermeldingen die op het oorspronkelijke certificaat van oorsprong formulier A voorkomen. De wederuitvoerder dient in dit vak te tekenen. Doet hij dit te goeder trouw, dan wordt hij niet aansprakelijk gehouden voor de nauwkeurigheid van de op het oorspronkelijke certificaat van oorsprong formulier A aangebrachte vermeldingen;

- het douanekantoor dat met deze verrichting is belast, vermeldt op het oorspronkelijke certificaat van oorsprong formulier A het gewicht, de nummers en de aard van de opnieuw verzonden pakketten en geeft daarop de volgnummers aan van het of van de overeenkomstige vervangende certific(a)at(en). Het oorspronkelijke certificaat van oorsprong formulier A, alsmede het verzoek om een vervangend certificaat, dienen ten minste gedurende drie jaar door het betrokken douanekantoor te worden bewaard;

- een fotokopie van het oorspronkelijke certificaat van oorsprong formulier A kan aan het vervangende certificaat worden gehecht.

5. Elk van de twee partijen bij deze overeenkomst kan de toepassing ervan terstond opschorten wanneer deze partij ernstig twijfelt aan de correcte uitvoering daarvan. Zij stelt de bevoegde autoriteiten van de andere partij daar evenwel tevoren van in kennis.

6. De kennisgeving op basis van wederkerigheid van de Europese Gemeenschap en Zwitserland van het vervullen van de interne procedures in verband met de invoering van de cumulatie van oorsprong met materialen van oorsprong uit de Europese Gemeenschap en Zwitserland in hun onderscheiden SAP, zal leiden tot de inwerkingtreding van deze overeenkomst op een gezamenlijk overeen te komen datum.".

Ik heb de eer u te bevestigen dat mijn regering met de inhoud van deze brief instemt.

Gelieve, mijne heren, de verzekering van mijn bijzondere hoogachting te aanvaarden.

Gedaan te Brussel, 14 december 2000.

Voor de Zwitserse Bondsraad

>PIC FILE= "L_2001038NL.002801.EPS">

A. Brief van de Gemeenschap

Mijne heren,

1. De Gemeenschap en Noorwegen zijn van oordeel dat zij ten aanzien van het Stelsel van algemene preferenties (SAP), soortgelijke regels van oorsprong toepassen uitgaande van de volgende algemene grondbeginselen:

- omschrijving van het begrip "product van oorsprong" volgens dezelfde criteria;

- bepalingen op het gebied van regionale cumulatie van oorsprong;

- bepalingen op het gebied van cumulatie van oorsprong met materialen van oorsprong, in de zin van de regels van oorsprong van het SAP, van de Europese Gemeenschap, van Noorwegen of van Zwitserland;

- een tolerantie in het percentage niet van oorsprong zijnde bestanddelen;

- de verplichting dat de goederen rechtstreeks vanaf het begunstigde land moeten worden vervoerd;

- bepalingen op het gebied van afgifte en aanvaarding van het vervangende certificaat van oorsprong formulier A (hierna het vervangende certificaat genoemd);

- de noodzaak van administratieve samenwerking met de bevoegde autoriteiten van de begunstigde landen inzake het certificaat van oorsprong formulier A.

2. De Gemeenschap en Noorwegen erkennen wederzijds de materialen van oorsprong van de andere partij of van Zwitserland (in de zin van de regels van oorsprong van het SAP) die zijn verwerkt en gebruikt bij de vervaardiging van een product van oorsprong van het begunstigde SAP-land als zijnde van oorsprong uit dit begunstigde land.

De douaneautoriteiten van de Gemeenschap, van Noorwegen of van Zwitserland verlenen elkaar elke passende administratieve bijstand, in het bijzonder op het gebied van de verificatie van de certificaten inzake goederenvervoer EUR.1 behorende bij de in de eerste alinea bedoelde materialen. De bepalingen betreffende de administratieve samenwerking die zijn vastgesteld in protocol nr. 3 van de Overeenkomst EG-Zwitserland, in bijlage B van de EVA-overeenkomst of in protocol nr. 4 van de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, zijn van overeenkomstige toepassing.

De bepalingen van deze paragraaf zijn niet van toepassing op de producten van de hoofdstukken 1 tot en met 24 van het geharmoniseerd systeem.

3. De Gemeenschap en Noorwegen aanvaarden op basis van wederkerigheid de vervangende certificaten die zijn afgegeven door de douaneautoriteiten van de andere partij bij deze overeenkomst, in plaats van de certificaten van oorsprong formulier A die door de bevoegde autoriteiten van de begunstigde landen zijn afgegeven, mits:

- deze procedure de vervanging van het certificaat van oorsprong formulier A betreft, met uitsluiting van elk ander document van oorsprongscertificering;

- het vervangende certificaat op schriftelijk verzoek van de wederuitvoerder wordt opgesteld;

- de betrokken goederen in de Gemeenschap of in Noorwegen, naar gelang van het geval, onder douanetoezicht zijn gebleven en in voorkomend geval geen andere verrichtingen hebben gekend dan uitladen, opnieuw laden, opdelen of andere verrichtingen teneinde de goederen in ongewijzigde staat te houden;

- het douanekantoor dat belast is met het toezicht op deze verrichting, het oorspronkelijke certificaat van oorsprong formulier A aanzuivert door het vermelden van de volgnummers van het of van de overeenkomstige vervangende certifica(a)t(en);

- voor de betrokken producten geen afwijking van de regels van oorsprong geldt;

- de douaneautoriteiten van de Gemeenschap en van Noorwegen elkaar alle passende administratieve bijstand verlenen, in het bijzonder op het gebied van controle achteraf; meer bepaald zorgen de autoriteiten van het land waar het vervangende certificaat wordt afgegeven, op verzoek van het land van bestemming van de goederen, voor de controle achteraf van de geldigheid van het overeenkomstige oorspronkelijke certificaat van oorsprong formulier A.

4. Het vervangende certificaat dient als volgt te worden opgesteld:

- het dient in het vak rechtsboven de naam te vermelden van het land waar het is afgegeven;

- één van de navolgende vermeldingen dient in vak 4 voor te komen: "certificat de remplacement" of "replacement certificate", alsmede de datum van afgifte van het oorspronkelijke certificaat van oorsprong formulier A en het volgnummer daarvan;

- de naam van de wederuitvoerder dient in vak 1 voor te komen;

- de naam van de uiteindelijke geadresseerde kan in vak 2 voorkomen;

- alle vermeldingen die op het oorspronkelijke certificaat van oorsprong formulier A voorkomen en die betrekking hebben op de wederuitgevoerde producten dienen in de vakken 3 tot en met 9 te worden overgenomen;

- de verwijzingen naar de factuur van de wederuitvoerder dienen in vak 10 voor te komen;

- de visering van de douaneautoriteit die het vervangende certificaat heeft afgegeven, dient in vak 11 voor te komen. Deze autoriteit is slechts verantwoordelijk voor het opstellen van het vervangende certificaat. De vermeldingen die in vak 12 zijn aangebracht aangaande het land van oorsprong en het land van bestemming zijn de vermeldingen die op het oorspronkelijke certificaat van oorsprong formulier A voorkomen. De wederuitvoerder dient in dit vak te tekenen. Doet hij dit te goeder trouw, dan wordt hij niet aansprakelijk gehouden voor de nauwkeurigheid van de op het oorspronkelijke certificaat van oorsprong formulier A aangebrachte vermeldingen;

- het douanekantoor dat met deze verrichting is belast, vermeldt op het oorspronkelijke certificaat van oorsprong formulier A het gewicht, de nummers en de aard van de opnieuw verzonden pakketten en geeft daarop de volgnummers aan van het of van de overeenkomstige vervangende certific(a)at(en). Het oorspronkelijke certificaat van oorsprong formulier A, alsmede het verzoek om een vervangend certificaat, dienen ten minste gedurende drie jaar door het betrokken douanekantoor te worden bewaard;

- een fotokopie van het oorspronkelijke certificaat van oorsprong formulier A kan aan het vervangende certificaat worden gehecht.

5. Elk van de twee partijen bij deze overeenkomst kan de toepassing ervan terstond opschorten wanneer deze partij ernstig twijfelt aan de correcte uitvoering daarvan. Zij stelt de bevoegde autoriteiten van de andere partij daar evenwel tevoren van in kennis.

6. De kennisgeving op basis van wederkerigheid van de Europese Gemeenschap en Noorwegen van het vervullen van de interne procedures in verband met de invoering van de cumulatie van oorsprong met materialen van oorsprong uit de Europese Gemeenschap en Noorwegen in hun onderscheiden SAP, zal leiden tot de inwerkingtreding van deze overeenkomst op een gezamenlijk overeen te komen datum.

Ik moge u verzoeken mij te willen bevestigen dat uw regering met het bovenstaande instemt.

Gelieve, mijne heren, de verzekering van mijn bijzondere hoogachting te aanvaarden.

Gedaan te Brussel, 29 januari 2001.

Voor de Raad van de Europese Unie

>PIC FILE= "L_2001038NL.003001.EPS">

B. Brief van Noorwegen

Mijne heren,

Ik heb de eer de ontvangst te bevestigen van uw brief, welke als volgt luidt:

"1. De Gemeenschap en Noorwegen zijn van oordeel dat zij ten aanzien van het Stelsel van algemene preferenties (SAP), soortgelijke regels van oorsprong toepassen uitgaande van de volgende algemene grondbeginselen:

- omschrijving van het begrip 'product van oorsprong' volgens dezelfde criteria;

- bepalingen op het gebied van regionale cumulatie van oorsprong;

- bepalingen op het gebied van cumulatie van oorsprong met materialen van oorsprong, in de zin van de regels van oorsprong van het SAP, van de Europese Gemeenschap, van Noorwegen of van Zwitserland;

- een tolerantie in het percentage niet van oorsprong zijnde bestanddelen;

- de verplichting dat de goederen rechtstreeks vanaf het begunstigde land moeten worden vervoerd;

- bepalingen op het gebied van afgifte en aanvaarding van het vervangende certificaat van oorsprong formulier A (hierna het vervangende certificaat genoemd);

- de noodzaak van administratieve samenwerking met de bevoegde autoriteiten van de begunstigde landen inzake het certificaat van oorsprong formulier A.

2. De Gemeenschap en Noorwegen erkennen wederzijds de materialen van oorsprong van de andere partij of van Zwitserland (in de zin van de regels van oorsprong van het SAP) die zijn verwerkt en gebruikt bij de vervaardiging van een product van oorsprong van het begunstigde SAP-land als zijnde van oorsprong uit dit begunstigde land.

De douaneautoriteiten van de Gemeenschap, van Noorwegen of van Zwitserland verlenen elkaar elke passende administratieve bijstand, in het bijzonder op het gebied van de verificatie van de certificaten inzake goederenvervoer EUR.1 behorende bij de in de eerste alinea bedoelde materialen. De bepalingen betreffende de administratieve samenwerking die zijn vastgesteld in protocol nr. 3 van de Overeenkomst EG-Zwitserland, in bijlage B van de EVA-overeenkomst of in protocol nr. 4 van de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, zijn van overeenkomstige toepassing.

De bepalingen van deze paragraaf zijn niet van toepassing op de producten van de hoofdstukken 1 tot en met 24 van het geharmoniseerd systeem.

3. De Gemeenschap en Noorwegen aanvaarden op basis van wederkerigheid de vervangende certificaten die zijn afgegeven door de douaneautoriteiten van de andere partij bij deze overeenkomst, in plaats van de certificaten van oorsprong formulier A die door de bevoegde autoriteiten van de begunstigde landen zijn afgegeven, mits:

- deze procedure de vervanging van het certificaat van oorsprong formulier A betreft, met uitsluiting van elk ander document van oorsprongscertificering;

- het vervangende certificaat op schriftelijk verzoek van de wederuitvoerder wordt opgesteld;

- de betrokken goederen in de Gemeenschap of in Noorwegen, naar gelang van het geval, onder douanetoezicht zijn gebleven en in voorkomend geval geen andere verrichtingen hebben gekend dan uitladen, opnieuw laden, opdelen of andere verrichtingen teneinde de goederen in ongewijzigde staat te houden;

- het douanekantoor dat belast is met het toezicht op deze verrichting, het oorspronkelijke certificaat van oorsprong formulier A aanzuivert door het vermelden van de volgnummers van het of van de overeenkomstige vervangende certifica(a)t(en);

- voor de betrokken producten geen afwijking van de regels van oorsprong geldt;

- de douaneautoriteiten van de Gemeenschap en van Noorwegen elkaar alle passende administratieve bijstand verlenen, in het bijzonder op het gebied van controle achteraf; meer bepaald zorgen de autoriteiten van het land waar het vervangende certificaat wordt afgegeven, op verzoek van het land van bestemming van de goederen, voor de controle achteraf van de geldigheid van het overeenkomstige oorspronkelijke certificaat van oorsprong formulier A.

4. Het vervangende certificaat dient als volgt te worden opgesteld:

- het dient in het vak rechtsboven de naam te vermelden van het land waar het is afgegeven;

- één van de navolgende vermeldingen dient in vak 4 voor te komen: 'certificat de remplacement' of 'replacement certificate', alsmede de datum van afgifte van het oorspronkelijke certificaat van oorsprong formulier A en het volgnummer daarvan;

- de naam van de wederuitvoerder dient in vak 1 voor te komen;

- de naam van de uiteindelijke geadresseerde kan in vak 2 voorkomen;

- alle vermeldingen die op het oorspronkelijke certificaat van oorsprong formulier A voorkomen en die betrekking hebben op de wederuitgevoerde producten dienen in de vakken 3 tot en met 9 te worden overgenomen;

- de verwijzingen naar de factuur van de wederuitvoerder dienen in vak 10 voor te komen;

- de visering van de douaneautoriteit die het vervangende certificaat heeft afgegeven, dient in vak 11 voor te komen. Deze autoriteit is slechts verantwoordelijk voor het opstellen van het vervangende certificaat. De vermeldingen die in vak 12 zijn aangebracht aangaande het land van oorsprong en het land van bestemming zijn de vermeldingen die op het oorspronkelijke certificaat van oorsprong formulier A voorkomen. De wederuitvoerder dient in dit vak te tekenen. Doet hij dit te goeder trouw, dan wordt hij niet aansprakelijk gehouden voor de nauwkeurigheid van de op het oorspronkelijke certificaat van oorsprong formulier A aangebrachte vermeldingen;

- het douanekantoor dat met deze verrichting is belast, vermeldt op het oorspronkelijke certificaat van oorsprong formulier A het gewicht, de nummers en de aard van de opnieuw verzonden pakketten en geeft daarop de volgnummers aan van het of van de overeenkomstige vervangende certific(a)at(en). Het oorspronkelijke certificaat van oorsprong formulier A, alsmede het verzoek om een vervangend certificaat, dienen ten minste gedurende drie jaar door het betrokken douanekantoor te worden bewaard;

- een fotokopie van het oorspronkelijke certificaat van oorsprong formulier A kan aan het vervangende certificaat worden gehecht.

5. Elk van de twee partijen bij deze overeenkomst kan de toepassing ervan terstond opschorten wanneer deze partij ernstig twijfelt aan de correcte uitvoering daarvan. Zij stelt de bevoegde autoriteiten van de andere partij daar evenwel tevoren van in kennis.

6. De kennisgeving op basis van wederkerigheid van de Europese Gemeenschap en Noorwegen van het vervullen van de interne procedures in verband met de invoering van de cumulatie van oorsprong met materialen van oorsprong uit de Europese Gemeenschap en Noorwegen in hun onderscheiden SAP, zal leiden tot de inwerkingtreding van deze overeenkomst op een gezamenlijk overeen te komen datum.".

Ik heb de eer u te bevestigen dat mijn regering met de inhoud van deze brief instemt.

Gelieve, mijne heren, de verzekering van mijn bijzondere hoogachting te aanvaarden.

Gedaan te Brussel, 29 januari 2001.

Voor de regering van het Koninkrijk Noorwegen

>PIC FILE= "L_2001038NL.003201.EPS">

Top