Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62021CJ0335

Arrest van het Hof (Negende kamer) van 22 september 2022.
Vicente tegen Delia.
Prejudiciële verwijzing – Oneerlijke bedingen in consumentenovereenkomsten – Richtlijn 93/13/EEG – Oneerlijke handelspraktijken jegens consumenten – Doeltreffendheidsbeginsel – Artikel 47 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie – Summiere procedure tot betaling van advocatenhonorarium – Mogelijk oneerlijk karakter van in een declaratie opgenomen bedingen – Nationale regeling die niet voorziet in de mogelijkheid van toetsing door de rechter – Artikel 4, lid 2 – Reikwijdte van de uitzondering – Richtlijn 2005/29/EG – Artikel 7 – Misleidende handelspraktijk – Overeenkomst tussen een advocaat en zijn cliënt op grond waarvan het de cliënt, op straffe van een financiële sanctie, verboden is om buiten medeweten van de advocaat of tegen diens advies in afstand te doen van instantie.
Zaak C-335/21.

Court reports – general – 'Information on unpublished decisions' section

ECLI identifier: ECLI:EU:C:2022:720

Zaak C‑335/21

Vicente

tegen

Delia

(verzoek om een prejudiciële beslissing,
ingediend door de Juzgado de Primera Instancia no 10 de Madrid)

Arrest van het Hof (Negende kamer) van 22 september 2022

„Prejudiciële verwijzing – Oneerlijke bedingen in consumentenovereenkomsten – Richtlijn 93/13/EEG – Oneerlijke handelspraktijken jegens consumenten – Doeltreffendheidsbeginsel – Artikel 47 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie – Summiere procedure tot betaling van advocatenhonorarium – Mogelijk oneerlijk karakter van in een declaratie opgenomen bedingen – Nationale regeling die niet voorziet in de mogelijkheid van toetsing door de rechter – Artikel 4, lid 2 – Reikwijdte van de uitzondering – Richtlijn 2005/29/EG – Artikel 7 – Misleidende handelspraktijk – Overeenkomst tussen een advocaat en zijn cliënt op grond waarvan het de cliënt, op straffe van een financiële sanctie, verboden is om buiten medeweten van de advocaat of tegen diens advies in afstand te doen van instantie”

  1. Bescherming van de consument – Oneerlijke bedingen in consumentenovereenkomsten – Richtlijn 93/13 – Nationale regeling die ziet op een vereenvoudigde procedure voor de betaling van advocatenhonoraria – Vordering ingesteld tegen de cliënt/consument waarop uitspraak wordt gedaan in een beschikking die door een niet-rechterlijk orgaan wordt gegeven

    (Art. 4, lid 3, VEU; Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, art. 47; richtlijn 93/13 van de Raad, art. 6, lid 1, en art. 7, lid 1)

    (zie punten 52‑58, 64‑70, 72‑75, dictum 1)

  2. Bescherming van de consument – Oneerlijke bedingen in consumentenovereenkomsten – Richtlijn 93/13 – Toepassingsgebied – Bedingen die het eigenlijke voorwerp van de overeenkomst bepalen of die betrekking hebben op de prijs of de vergoeding en op de als tegenprestatie te leveren goederen of te verrichten diensten – Begrip

    (Richtlijn 93/13 van de Raad, zoals gewijzigd bij richtlijn 2011/83, art. 4, lid 2)

    (zie punten 77‑80, dictum 2)

  3. Harmonisatie van de wetgevingen – Oneerlijke handelspraktijken van ondernemingen jegens consumenten – Richtlijn 2005/29 – Misleidende handelspraktijk – Begrip

    [Richtlijn 2005/29 van het Europees Parlement en de Raad, art. 2, c) en d), art. 3, lid 1, en art.7, leden 1 en 2]

    (zie punten 83‑87, dictum 3)

Zie de tekst van de beslissing.

Top