Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 61999CJ0383

Samenvatting van het arrest

Trefwoorden
Samenvatting

Trefwoorden

1. Hogere voorziening - Ontvankelijkheid - Partij die ten dele in ongelijk is gesteld

(Statuut-EG van het Hof van Justitie, art. 49)

2. Gemeenschapsmerk - Definitie en verkrijging van gemeenschapsmerk - Absolute weigeringsgronden - Merken uitsluitend bestaande uit tekens of aanduidingen die kunnen dienen tot aanduiding van kenmerken van waar - Criteria

(Verordening nr. 40/94 van de Raad, art. 7, lid 1, sub b en c, en 12)

3. Gemeenschapsmerk - Definitie en verkrijging van gemeenschapsmerk - Absolute weigeringsgronden - Merken uitsluitend bestaande uit tekens of aanduidingen die kunnen dienen tot aanduiding van kenmerken van waar - Woordcombinatie Baby-dry"

(Verordening nr. 40/94 van de Raad, art. 7, lid 1, sub c)

Samenvatting

1. Aangezien het Gerecht de aan zijn toezicht onderworpen handeling slechts gedeeltelijk heeft vernietigd en niettegenstaande het feit dat het dictum de in het arrest geformuleerde beperking niet uitdrukkelijk overneemt, zijn de vorderingen van rekwirante in werkelijkheid slechts gedeeltelijk toegewezen. Zij is dus gedeeltelijk in het ongelijk gesteld, zodat zij een belang heeft bij het instellen van hogere voorziening tegen dit arrest. De hogere voorziening, die ertoe strekt het bestreden arrest op dit punt te vernietigen, moet dan ook ontvankelijk worden verklaard.

( cf. punten 22, 25-27 )

2. Uit artikel 7, lid 1, sub b en c, juncto artikel 12 van verordening nr. 40/94 inzake het gemeenschapsmerk volgt dat het verbod om zuiver beschrijvende tekens of aanduidingen als merk in te schrijven tot doel heeft, te voorkomen dat als merk worden ingeschreven tekens of aanduidingen die, wegens hun overeenkomst met de gebruikelijke wijze van aanduiding van de betrokken waren of diensten of van de eigenschappen daarvan, niet de functie kunnen vervullen van identificatie van de onderneming die ze op de markt brengt, en dus het onderscheidend vermogen missen die voor het vervullen van deze functie vereist is.

De tekens en aanduidingen waarop artikel 7, lid 1, sub c, van voornoemde verordening doelt, zijn dus slechts die welke in het normale gebruik uit het oogpunt van de consument kunnen dienen ter aanduiding, hetzij rechtstreeks, hetzij door vermelding van een van de essentiële eigenschappen ervan, van een waar of dienst als die waarvoor de inschrijving is aangevraagd. Verder kan de inschrijving van een merk dat tekens en aanduidingen bevat die aan deze omschrijving beantwoorden, slechts worden geweigerd op voorwaarde dat het geen andere tekens of aanduidingen bevat en dat bovendien de zuiver beschrijvende tekens en aanduidingen waaruit het bestaat, niet worden gepresenteerd of geschikt op een wijze die het geheel onderscheidt van de gebruikelijke wijzen van aanduiding van de betrokken waren of diensten of van de essentiële eigenschappen daarvan.

Met betrekking tot merken die uit woorden bestaan, moet een eventueel beschrijvend karakter niet alleen worden vastgesteld ten aanzien van elk van de woorden afzonderlijk, doch ook ten aanzien van het geheel dat zij vormen. Elk merkbaar verschil tussen de formulering van de woordcombinatie waarvoor inschrijving wordt aangevraagd, en de terminologie die in het normale taalgebruik van de betrokken categorie consumenten wordt gebezigd om de waar of de dienst of de essentiële eigenschappen daarvan aan te duiden, is geschikt om deze woordcombinatie onderscheidend vermogen te verlenen, zodat zij als merk kan worden ingeschreven.

( cf. punten 37 en 39-40 )

3. Met betrekking tot de inschrijving van de woordcombinatie Baby-dry" als gemeenschapsmerk voor wegwerpluiers van papier of cellulose en luiers van stof, geldt dat deze woorden, samengenomen, niet kunnen worden geacht een beschrijvend karakter te hebben; zij vloeien veeleer voort uit een taalkundige vondst die het aldus gevormde merk in staat stelt een onderscheidende rol te spelen, en de inschrijving ervan kan niet met een beroep op artikel 7, lid 1, sub c, van verordening nr. 40/94 worden geweigerd.

Ook al kan elk van de twee woorden waaruit het geheel is samengesteld, deel uitmaken van de uitdrukkingen die in de omgangstaal ter aanduiding van de functie van luiers voor baby's worden gebruikt, dit neemt niet weg dat de nevenschikking ervan, die qua structuur ongebruikelijk is, geen uitdrukking vormt die in de Engelse taal bekend staat als een aanduiding van dergelijke producten of een weergave van de essentiële eigenschappen daarvan.

( cf. punten 43-44 )

Top