Interoperabiliteit van het Europese netwerk voor luchtverkeersbeveiliging

 

SAMENVATTING VAN:

Verordening (EG) nr. 552/2004 betreffende de interoperabiliteit van het Europese netwerk voor luchtverkeersbeveiliging

WAT IS HET DOEL VAN DE VERORDENING?

Deze verordening, die deel uitmaakt van een wetgevingspakket inzake luchtverkeersbeveiliging gericht op de totstandbrenging van een gemeenschappelijk Europees luchtruim, bevat gemeenschappelijke eisen om de interoperabiliteit tussen de verschillende luchtverkeersbeveiligingssystemen die worden gebruikt, te garanderen.

Bij de verordening wordt een geharmoniseerd systeem voor de certificering van onderdelen en systemen vastgesteld, en het doel ervan is tweeledig:

• de interoperabiliteit tot stand brengen tussen de verschillende systemen, onderdelen en bijbehorende procedures van het Europese netwerk voor luchtverkeersbeveiliging;
• zorgen voor de invoering van nieuwe overeengekomen en goedgekeurde operationele en technologische concepten in luchtverkeersbeveiliging.

Er moet worden opgemerkt dat de verordening met ingang van september 2018 is ingetrokken door Verordening (EU) 2018/1139 (zie samenvatting), hoewel sommige regels van de verordening van toepassing blijven tot 12 september 2023.

KERNPUNTEN

Essentiële eisen

Het Europese netwerk voor luchtverkeersbeveiliging, de systemen en de onderdelen ervan moeten voldoen aan essentiële eisen. Er zijn twee soorten essentiële eisen.

• Algemene eisen. Naadloze werking, ondersteuning van nieuwe operationele concepten, veiligheid, civiel-militaire coördinatie, milieuvoorwaarden, beginselen inzake de logische architectuur voor systemen en beginselen inzake de bouw van systemen.
• Specifieke eisen. Systemen en procedures voor het luchtruimbeheer, systemen en procedures voor de regeling van de luchtverkeersstromen, systemen en procedures voor de luchtverkeersdiensten, communicatiesystemen en -procedures voor grond-tot-grond-, lucht-tot-grond- en lucht-tot-lucht-communicatie, navigatieprocedures, plaatsbepalingssystemen en -procedures, systemen en procedures voor luchtvaartinlichtingendiensten en voor het gebruik van meteorologische informatie.

Implementatiemaatregelen voor interoperabiliteit

De implementatiemaatregelen voor interoperabiliteit moeten:

• specifieke eisen bevatten, met name op het gebied van veiligheid;
• voor zover nodig, specifieke eisen omschrijven, met name met betrekking tot de gecoördineerde invoering van nieuwe operationele concepten;
• de procedures voor de beoordeling van specifieke conformiteit omschrijven, met inschakeling van aangemelde instanties voor de beoordeling van de conformiteit of de geschiktheid voor gebruik van onderdelen, en voor de verificatie van systemen;
• de implementatievoorwaarden vermelden, inclusief, voor zover nodig, de datum waarop de belanghebbende partijen daaraan moeten voldoen.

Communautaire specificaties

Deze specificaties kunnen:

• Europese normen zijn voor systemen of onderdelen, samen met de relevante procedures, die zijn opgesteld door de Europese normalisatie-instellingen; of
• specificaties zijn die door de Europese Organisatie voor de Veiligheid van de Luchtvaart (Eurocontrol) zijn opgesteld voor kwesties inzake operationele coördinatie tussen verleners van luchtvaartnavigatiediensten.

EG-verklaring van conformiteit of geschiktheid voor gebruik van onderdelen

• Onderdelen moeten vergezeld gaan van een EG-verklaring van conformiteit of geschiktheid voor gebruik (EG staat voor Europese Gemeenschap).
• Voordat een systeem in dienst wordt gesteld, moet de betrokken verlener van luchtvaartnavigatiediensten een EG-verklaring van verificatie opstellen waarin nakoming wordt bevestigd, en moet hij die, met een technisch dossier, indienen bij de nationale toezichthoudende autoriteit.

Vrijwaringsbepalingen

• Wanneer de nationale toezichthoudende instantie constateert dat een onderdeel of een systeem dat vergezeld gaat van een EG-verklaring van conformiteit of verificatie niet aan de essentiële eisen voor interoperabiliteit voldoet, moet hij de toepassing van het onderdeel beperken of het gebruik ervan verbieden. De betrokken EU-lidstaat moet de Europese Commissie onmiddellijk in kennis stellen van dergelijke maatregelen, onder opgaven van zijn redenen.
• Indien de Commissie vaststelt dat de maatregelen die door de nationale toezichthoudende autoriteit zijn genomen, niet gerechtvaardigd zijn, zal zij de betrokken lidstaat verzoeken ervoor te zorgen dat deze onmiddellijk worden ingetrokken.

Overgangsbepalingen

• Met ingang van 20 oktober 2005 zijn de essentiële eisen van toepassing op het in dienst stellen van systemen en onderdelen van het Europese netwerk voor luchtverkeersbeveiliging.
• Sinds 20 april 2011 moeten alle systemen en onderdelen van het Europese netwerk voor luchtverkeersbeveiliging die in gebruik zijn, aan de essentiële eisen voldoen.

VANAF WANNEER IS DE VERORDENING VAN TOEPASSING?

De verordening is sinds 20 april 2004 van toepassing.

ACHTERGROND

Zie voor meer informatie:

• Gemeenschappelijk Europees luchtruim (Europese Commissie).

BELANGRIJKSTE DOCUMENT

Verordening (EG) nr. 552/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 10 maart 2004 betreffende de interoperabiliteit van het Europese netwerk voor luchtverkeersbeveiliging (“de interoperabiliteitsverordening”) (PB L 96 van 31.3.2004, blz. 26-42).

Achtereenvolgende wijzigingen in Verordening (EG) nr. 552/2004 werden in de basistekst opgenomen. Deze geconsolideerde versie is enkel van documentaire waarde.

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Uitvoeringsverordening (EU) 2020/469 van de Commissie van 14 februari 2020 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 923/2012, Verordening (EU) nr. 139/2014 en Verordening (EU) 2017/373, voor wat betreft de voorschriften voor luchtverkeersbeheers-/luchtvaartnavigatiediensten, het ontwerp van luchtruimstructuren en de gegevenskwaliteit, en de veiligheid van start- en landingsbanen, en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 73/2010 (PB L 104 van 3.4.2020, blz. 1-243).

Zie de geconsolideerde versie.

Verordening (EU) 2018/1139 van het Europees Parlement en de Raad van 4 juli 2018 inzake gemeenschappelijke regels op het gebied van burgerluchtvaart en tot oprichting van een Agentschap van de Europese Unie voor de veiligheid van de luchtvaart, en tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 2111/2005, (EG) nr. 1008/2008, (EU) nr. 996/2010, (EU) nr. 376/2014 en de Richtlijnen 2014/30/EU en 2014/53/EU van het Europees Parlement en de Raad, en tot intrekking van de Verordeningen (EG) nr. 552/2004 en (EG) nr. 216/2008 van het Europees Parlement en de Raad en Verordening (EEG) nr. 3922/91 van de Raad (PB L 212 van 22.8.2018, blz. 1-122).

Zie de geconsolideerde versie.

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1079/2012 van de Commissie van 16 november 2012 tot vaststelling van de eisen voor de kanaalafstand bij mondelinge communicatie in het gemeenschappelijke Europese luchtruim (PB L 320 van 17.11.2012, blz. 14-24).

Zie de geconsolideerde versie.

Verordening (EG) nr. 262/2009 van de Commissie van 30 maart 2009 tot vaststelling van de eisen inzake de gecoördineerde toewijzing en toepassing van Mode S-ondervragingscodes in het gemeenschappelijke Europese luchtruim (PB L 84 van 31.3.2009, blz. 20-32).

Zie de geconsolideerde versie.

Verordening (EG) nr. 29/2009 van de Commissie van 16 januari 2009 tot vaststelling van de eisen inzake datalinkdiensten voor het gemeenschappelijke Europese luchtruim (PB L 13 van 17.1.2009, blz. 3-19).

Zie de geconsolideerde versie.

Verordening (EG) nr. 633/2007 van de Commissie van 7 juni 2007 tot vaststelling van de eisen voor de toepassing van een protocol voor de overdracht van vluchtberichten met het oog op de aanmelding, coördinatie en overdracht van vluchten tussen luchtverkeersleidingseenheden (PB L 146 van 8.6.2007, blz. 7-13).

Zie de geconsolideerde versie.

Verordening (EG) nr. 1033/2006 van de Commissie van 4 juli 2006 tot vaststelling van de vereisten inzake de procedures voor vliegplannen in de aan de vlucht voorafgaande fase in het gemeenschappelijke Europese luchtruim (PB L 186 van 7.7.2006, blz. 46-50).

Zie de geconsolideerde versie.

Verordening (EG) nr. 1032/2006 van de Commissie van 6 juli 2006 tot vaststelling van de eisen voor automatische systemen voor de uitwisseling van vluchtgegevens met het oog op de aanmelding, coördinatie en overdracht van vluchten tussen luchtverkeersleidingseenheden (PB L 186 van 7.7.2006, blz. 27-45).

Zie de geconsolideerde versie.

Verordening (EG) nr. 549/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 10 maart 2004 tot vaststelling van het kader voor de totstandbrenging van het gemeenschappelijke Europese luchtruim (“de kaderverordening”) (Voor de EER relevante tekst) — Verklaring van de lidstaten over militaire kwesties die verband houden met het gemeenschappelijke Europese luchtruim (PB L 96 van 31.3.2004, blz. 1-9).

Zie de geconsolideerde versie.

Verordening (EG) nr. 550/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 10 maart 2004 betreffende de verlening van luchtvaartnavigatiediensten in het gemeenschappelijk Europees luchtruim (“de luchtvaartnavigatiedienstenverordening”) (PB L 96 van 31.3.2004, blz. 10-19).

Zie de geconsolideerde versie.

Verordening (EG) nr. 551/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 10 maart 2004 betreffende de organisatie en het gebruik van het gemeenschappelijk Europees luchtruim (“de luchtruimverordening”) (Voor de EER relevante tekst) — Verklaring van de Commissie (PB L 96 van 31.3.2004, blz. 20-25).

Zie de geconsolideerde versie.

Laatste bijwerking 24.06.2022