Het doel van de verordening is om het wegverkeer schoner te maken, de emissiereductiedoelstellingen voor broeikasgassen van de Europese Unie (EU) (zie de samenvatting) voor 2030 en later te halen en bij te dragen aan de doelstellingen van de Overeenkomst van Parijs.

KERNPUNTEN

In de verordening worden CO₂-emissievereisten voor nieuwe personenauto’s en nieuwe lichte bedrijfsvoertuigen (d.w.z. bestelwagens) vastgesteld.
Verordening (EU) 2023/851 wijzigt Verordening (EU) 2019/631 en brengt de CO₂-emissiereductiedoelstellingen van de EU voor nieuwe auto’s en bestelwagens in overeenstemming met de herziene klimaatdoelstellingen van de EU, zoals uiteengezet in de klimaatwet van de EU (Verordening (EU) 2021/1119), waarbij de EU zich verplichtte om de nettobroeikasgasemissies tegen 2030 met ten minste 55% te verminderen ten opzichte van 1990 en tegen 2050 klimaatneutraal te zijn.
Deze vereisten dragen bij aan het bereiken van het doel om tegen 2030 de broeikasgasemissies in de sectoren die niet onder het emissiehandelssysteem vallen, met 40% te verminderen ten opzichte van 2005.

Emissiereductiestreefcijfers

De verordening schrijft voor dat de gemiddelde jaarlijkse CO₂-uitstoot van het gehele EU-wagenpark van nieuwe auto’s en nieuwe bestelwagens ten opzichte van 2021 moet worden verminderd:
- met 15% voor de periode 2025-2029;
- met 55% voor nieuwe auto’s en 50% voor nieuwe bestelwagens voor de periode 2030-2034;
- met 100% vanaf 1 januari 2035.
Elk jaar stelt de Europese Commissie het specifieke CO₂-emissiestreefcijfer voor elke fabrikant vast in een uitvoeringshandeling. Daarnaast berekent zij hun gemiddelde emissies tijdens het voorafgaande jaar om hun prestaties bij het naleven van deze streefcijfers te evalueren (zie Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/2087 voor 2020).
Fabrikanten die hun specifieke emissiestreefcijfer overschrijden, moeten een bijdrage voor overtollige emissies betalen van 95 euro per g/km overschrijding voor elk nieuw geregistreerd voertuig.

Stimulansen voor de ingebruikneming van emissievrije en emissiearme voertuigen

Van 1 januari 2025 tot 31 december 2029 geldt een benchmark voor emissievrije en emissiearme voertuigen (ZLEV’s), waarbij de specifieke CO₂-emissiedoelstelling voor een fabrikant wordt versoepeld als zijn aandeel ZLEV’s (voertuigen met een uitstoot van 0 tot 50 g/km) dat in een bepaald jaar wordt geregistreerd, hoger ligt dan de volgende niveaus: 25% voor auto’s en 17% voor bestelwagens.
Voor de berekening van het aandeel ZLEV’s in het wagenpark van een fabrikant is een boekhoudregel van toepassing. Deze kent een groter gewicht toe aan ZLEV’s met lagere CO₂-emissies.

Samenwerking, afwijkingen en eco-innovaties

Dit zijn maatregelen waardoor fabrikanten gemakkelijker hun streefcijfers kunnen halen.
Fabrikanten kunnen een groep vormen, in welk geval een gezamenlijke doelstelling geldt voor de hele groep.
Fabrikanten die jaarlijks minder dan 1.000 nieuwe auto’s of bestelwagens registreren, zijn vrijgesteld van het halen van bepaalde emissiedoelstellingen, tenzij ze een afwijking hebben aangevraagd.
Fabrikanten die minder dan 10.000 auto’s of 22.000 bestelwagens registreren, kunnen een afwijking voor “fabrikanten van kleine aantallen” aanvragen. De afwijking vervelt vanaf 2036.
Fabrikanten die tussen de 10.000 en 300.000 auto’s registreren, kunnen een “afwijking voor nichefabrikanten” aanvragen. Deze afwijking vervalt vanaf 2029.
Fabrikanten kunnen ook “eco-innovatiekredieten” krijgen voor innovatieve technologieën. Het maximum voor dergelijke kredieten wordt vanaf 2025 geleidelijk afgebouwd.

Robuuste emissiegegevens

Er zijn regels van toepassing die ervoor moeten zorgen dat de geregistreerde emissiegegevens robuust en representatief voor de werkelijkheid zijn, door voor te schrijven dat:

autoriteiten nagaan of de CO₂-emissie- en brandstofverbruikswaarden zoals door de fabrikanten opgenomen in het conformiteitscertificaat, overeenkomen met de waarden van deze voertuigen als ze in gebruik zijn;
de Commissie de gegevens over de werkelijke CO₂-emissies en het werkelijke brandstof- of energieverbruik van voertuigen monitort (zie Uitvoeringsverordering (EU) 2021/392).

CO₂-uitstoot gedurende de levenscyclus

De Commissie zal tegen 2025 een methode voorstellen om gegevens over de CO₂-uitstoot gedurende de volledige levenscyclus van auto’s en bestelwagens die op de EU-markt worden verkocht te beoordelen en te rapporteren.
Vanaf 1 juni 2026 kunnen fabrikanten beginnen met rapporteren op basis van deze gemeenschappelijke EU-methode voor de CO₂-uitstoot gedurende de hele levenscyclus.

Voortgangsverslag

Uiterlijk op 31 december 2025, en daarna om de twee jaar, moet de Commissie bij het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie een verslag indienen over de voortgang op weg naar emissievrije mobiliteit. In het verslag moet met name worden gecontroleerd en beoordeeld of er behoefte is aan eventuele aanvullende maatregelen om een rechtvaardige overgang te vereenvoudigen, onder meer met financiële middelen. In het verslag zal de Commissie rekening houden met alle factoren die bijdragen tot een kostenefficiënte vooruitgang naar klimaatneutraliteit tegen 2050.

Samen met het eerste voortgangsverslag moet de Commissie een analyse indienen om eventuele financieringstekorten te identificeren om te zorgen voor een rechtvaardige overgang in de toeleveringsketen voor de auto-industrie, met in het bijzonder aandacht voor kleine en middelgrote ondernemingen en de regio’s die het zwaarst worden getroffen door de overgang. Dit zal waar nodig gepaard gaan met voorstellen voor adequate financiële maatregelen om de vastgestelde behoeften aan te pakken.

Evaluatie

In 2026 moet de Commissie de doeltreffendheid en het effect van de verordening beoordelen en een verslag indienen bij het Parlement en de Raad.

VANAF WANNEER IS DE VERORDENING VAN TOEPASSING?

Het besluit is sinds 1 januari 2020 van toepassing.

Met Verordening (EU) 2019/631 werden Verordeningen (EG) nr. 443/2009 en (EU) nr. 510/2011 (en latere wijzigingen daarvan) herzien en vervangen.

ACHTERGROND

Zie voor meer informatie:

CO₂-emissieprestatienormen voor auto’s en bestelwagens (Europese Commissie).

BELANGRIJKSTE DOCUMENT

Verordening (EU) 2019/631 van het Europees Parlement en de Raad van 17 april 2019 tot vaststelling van CO₂-emissienormen voor nieuwe personenauto’s en nieuwe lichte bedrijfsvoertuigen, en tot intrekking van Verordeningen (EG) nr. 443/2009 en (EU) nr. 510/2011 (herschikking) (PB L 111 van 25.4.2019, blz. 13-53).

Achtereenvolgende wijzigingen aan Verordening (EU) 2019/631 werden in de basistekst opgenomen. Deze geconsolideerde versie is enkel van documentaire waarde.

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Verordening (EU) 2021/1119 van het Europees Parlement en de Raad van 30 juni 2021 tot vaststelling van een kader voor de verwezenlijking van klimaatneutraliteit, en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 401/2009 en Verordening (EU) 2018/1999 (“Europese klimaatwet”) (PB L 243 van 9.7.2021, blz. 1-17).

Uitvoeringsverordening (EU) 2021/392 van de Commissie van 4 maart 2021 betreffende de monitoring en rapportering van gegevens met betrekking tot de CO₂-emissies van personenauto’s en lichte bedrijfsvoertuigen overeenkomstig Verordening (EU) 2019/631 van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van de Uitvoeringsverordeningen (EU) nr. 1014/2010, (EU) nr. 293/2012, (EU) 2017/1152 en (EU) 2017/1153 van de Commissie (PB L 77 van 5.3.2021, blz. 8-25).

Verordening (EU) 2018/842 van het Europees Parlement en de Raad van 30 mei 2018 betreffende bindende jaarlijkse broeikasgasemissiereducties door de lidstaten van 2021 tot en met 2030 teneinde bij te dragen aan klimaatmaatregelen om aan de toezeggingen uit hoofde van de Overeenkomst van Parijs te voldoen, en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 525/2013 (PB L 156 van 19.6.2018, blz. 26-42).

Zie de geconsolideerde versie.

Verordening (EU) 2018/858 van het Europees Parlement en de Raad van 30 mei 2018 betreffende de goedkeuring van en het markttoezicht op motorvoertuigen en aanhangwagens daarvan en systemen, onderdelen en technische eenheden die voor dergelijke voertuigen zijn bestemd, tot wijziging van Verordeningen (EG) nr. 715/2007 en (EG) nr. 595/2009 en tot intrekking van Richtlijn 2007/46/EG (PB L 151 van 14.6.2018, blz. 1-218).

Zie de geconsolideerde versie.

Richtlijn 2014/94/EU van het Europees Parlement en de Raad van 22 oktober 2014 betreffende de uitrol van infrastructuur voor alternatieve brandstoffen (PB L 307 van 28.10.2014, blz. 1-20).

Zie de geconsolideerde versie.

Verordening (EG) nr. 715/2007 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2007 betreffende de typegoedkeuring van motorvoertuigen met betrekking tot emissies van lichte personen- en bedrijfsvoertuigen (Euro 5 en Euro 6) en de toegang tot reparatie- en onderhoudsinformatie (PB L 171 van 29.6.2007, blz. 1-16).

Zie de geconsolideerde versie.

Laatste bijwerking 23.04.2023

Top

All