This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Strengthening EU disaster prevention, preparedness and response
Rampen in de EU: naar een betere preventie, paraatheid en respons
Rampen in de EU: naar een betere preventie, paraatheid en respons
Besluit nr. 1313/2013/EU betreffende een Uniemechanisme voor civiele bescherming
Doelstellingen
De belangrijkste doelstelling van het mechanisme is om systemen voor de preventie, de paraatheid en de respons ten aanzien van door de mens en de natuur veroorzaakte rampen binnen en buiten de EU doeltreffender te maken. Hoewel de nadruk ligt op het beschermen van mensen, valt ook het beschermen van het milieu en eigendommen, waaronder natuurlijk erfgoed, onder de verantwoordelijkheden.
De specifieke doelstellingen van het mechanisme zijn:
Risicopreventie en -beheersing
Rampenpreventie is een belangrijk aandachtspunt van het mechanisme, waarbij bijzondere nadruk ligt op risicobeoordeling en risicobeheersingsplanning. Besluit nr. 1313/2013 zoals gewijzigd door Besluit (EU) 2019/420 schrijft voor dat lidstaten:
Zoals uiteengezet in Wijzigingsverordening (EU) 2021/836 zal de Commissie samen met de lidstaten doelstellingen over de rampbestendigheid bepalen en ontwikkelen. Deze niet-bindende doelstellingen zullen worden vervat in aanbevelingen van de Commissie en worden gebaseerd op scenario’s waarin wordt uitgegaan van huidige situaties en op toekomstgerichte scenario’s, waarbij gegevens over gebeurtenissen in het verleden en de gevolgen van klimaatverandering voor de risico’s op rampen worden meegenomen.
Kennisnetwerk op het gebied van Europese civiele bescherming
Ter verbetering van opleidingen en kennisuitwisseling moet de Commissie op grond van Wijzigingsbesluit (EU) 2019/420 een netwerk opzetten van relevante onderzoekers, organen en instellingen inzake civiele bescherming en rampenbeheersing, met inbegrip van kenniscentra en universiteiten. Zij vormen, samen met de Commissie, een kennisnetwerk op het gebied van Europese civiele bescherming.
Op 10 november 2021 richtte de Commissie formeel het kennisnetwerk op (Uitvoeringsbesluit 2021/1956). Met het uitvoeringsbesluit worden de bestuurstructuur van het kennisnetwerk en de werking ervan vastgelegd. De bestuurstructuur van het kennisnetwerk bestaat uit een raad van beheer en twee werkgroeppijlers (capaciteitsontwikkeling en wetenschap). Het secretariaat wordt verzorgd door de Commissie.
De Commissie moet bovendien:
Coördinatiecentrum voor respons in noodsituaties (ERCC)
Om de paraatheid bij en de respons op rampen op het niveau van de EU te verbeteren, is er een ERCC dat vierentwintig uur per dag, zeven dagen per week operationeel is en vanuit Brussel door de Commissie wordt beheerd. Het ERCC is een coördinatiecentrum en vormt de operationele tak van het mechanisme.
Bijkomende hulpmiddelen zijn:
Wijzigingsverordening (EU) 2021/836 biedt het ERCC verbeterde capaciteit op operationeel en analytisch gebied en op het gebied van monitoring, informatiebeheer en communicatie.
rescEU
Met Wijzigingsbesluit (EU) 2019/420 is ook rescEU opgezet, een aanvullende pool van middelen om bijstand te verlenen in situaties waarin de algehele aanwezige middelen op nationaal niveau en de door de lidstaten aan de Europese pool voor civiele bescherming vooraf toegezegde middelen niet volstaan om doeltreffend te reageren.
De oorspronkelijke samenstelling van rescEU ten aanzien van middelen- en kwaliteitsvereisten werd uiteengezet in Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/570. In eerste instantie bestond rescEU uit middelen voor:
Vervolgens is het toepassingsgebied uitgebreid tot voorraadvorming, decontaminatie op het gebied van CBRN-incidenten en middelen voor vervoer en logistiek (zie hierna).
Met Wijzigingsverordening (EU) 2021/836 werd de mogelijkheid geïntroduceerd voor de Commissie om rechtstreeks de nodige rescEU-middelen aan te kopen op het gebied van vervoer en logistiek en andere capaciteiten (uitsluitend in naar behoren gemotiveerde spoedgevallen). De rescEU-middelen worden volledig door de Commissie gefinancierd.
De Commissie bepaalt door middel van uitvoeringshandelingen de middelen van rescEU, rekening houdend met:
De Commissie heeft Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/570 acht keer gewijzigd.
In Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1310 zijn verdere uitvoeringsvoorschriften voor rescEU vastgesteld. In deze uitvoeringshandeling zijn alle regels vastgelegd die nodig zijn voor een reddingsoperatie door rescEU, zoals de criteria voor inzet en voor onverenigbare verzoeken, regels voor ontbinding en regels voor nationaal gebruik.
Begroting
Deelname
Deelname aan het mechanisme en de hierboven vermelde hulpmiddelen staat open voor landen van de Europese Economische Ruimte, toetredende landen, kandidaat-landen en mogelijke kandidaat-landen. Naast de lidstaten nemen Bosnië-Herzegovina, IJsland, Montenegro, Noord-Macedonië, Noorwegen, Servië en Turkije deel aan het mechanisme.
Overig
Op 5 mei 2022 heeft de Commissie Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/706 aangenomen met daarin de criteria en procedures voor het uitreiken van medailles voor de erkenning van langdurige inzet voor en buitengewone bijdragen aan het mechanisme. De uitvoeringshandeling voorziet in twee soorten medailles: een voor langdurige inzet en een voor een buitengewone bijdrage. Het toepassingsgebied bestrijkt activiteiten van de gehele rampenbeheersingscyclus. De medailles worden uitgereikt tijdens het Europees Forum voor civiele bescherming of andere formele plechtigheden die op ad-hocbasis worden georganiseerd.
Het besluit is sinds 1 januari 2014 van toepassing.
Zie voor meer informatie:
Besluit nr. 1313/2013/EU van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 betreffende een Uniemechanisme voor civiele bescherming (PB L 347 van 20.12.2013, blz. 924-947)
Achtereenvolgende wijzigingen aan Besluit nr. 1313/2013/EU zijn opgenomen in de oorspronkelijke tekst. Deze geconsolideerde versie is enkel van documentaire waarde.
Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/706 van de Commissie van 5 mei 2022 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor Besluit nr. 1313/2013/EU van het Europees Parlement en de Raad, wat betreft criteria en procedures voor de erkenning van langdurige inzet voor en buitengewone bijdragen aan het Uniemechanisme voor civiele bescherming (PB L 132 van 6.5.2022, blz. 102-106)
Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/1956 van de Commissie van 10 november 2021 betreffende de oprichting en organisatie van het Uniekennisnetwerk op het gebied van civiele bescherming (PB L 399 van 11.11.2021, blz. 1-7)
Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1310 van de Commissie van 31 juli 2019 tot vaststelling van regels voor de werking van de Europese pool voor civiele bescherming en rescEU (PB L 204 van 2.8.2019, blz. 94-99)
Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/570 van de Commissie van 8 april 2019 tot vaststelling van regels voor de uitvoering van Besluit nr. 1313/2013/EU van het Europees Parlement en de Raad betreffende de rescEU-capaciteit en tot wijziging van Uitvoeringsbesluit 2014/762/EU van de Commissie (PB L 99 van 10.4.2019, blz. 41-45)
Zie de geconsolideerde versie.
Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/142 van de Commissie van 15 januari 2018 tot wijziging van Uitvoeringsbesluit 2014/762/EU tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen van Besluit nr. 1313/2013/EU van het Europees Parlement en de Raad betreffende een Uniemechanisme voor civiele bescherming (PB L 25, 30.1.2018, blz. 40-48)
Uitvoeringsbesluit 2014/762/EU van de Commissie van 16 oktober 2014 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen van Besluit nr. 1313/2013/EU van het Europees Parlement en de Raad betreffende een Uniemechanisme voor civiele bescherming en tot intrekking van de Beschikkingen 2004/277/EG, Euratom en 2007/606/EG, Euratom van de Commissie (PB L 320 van 6.11.2014, blz. 1-45)
Zie de geconsolideerde versie.
Werkdocument van de diensten van de Commissie — Tussentijdse evaluatie van het Uniemechanisme voor civiele bescherming (2014-2016) bij het document Verslag van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad betreffende de tussentijdse evaluatie van Uniemechanisme voor civiele bescherming voor de periode 2014-2016 (SWD(2017) 287 final van 30.8.2017)
Laatste bijwerking 19.05.2022