EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32018R1861

Een versterkt Schengeninformatiesysteem

Een versterkt Schengeninformatiesysteem

 

SAMENVATTING VAN:

Verordening (EU) 2018/1860 betreffende het gebruik van het Schengeninformatiesysteem voor de terugkeer van onderdanen van derde landen die illegaal op het grondgebied van de lidstaten verblijven

Verordening (EU) 2018/1861 betreffende de instelling, de werking en het gebruik van het Schengeninformatiesysteem op het gebied van grenscontroles en tot wijziging van de overeenkomst ter uitvoering van het Akkoord van Schengen

Verordening (EU) 2018/1862 betreffende de instelling, de werking en het gebruik van het Schengeninformatiesysteem op het gebied van politiële en justitiële samenwerking in strafzaken

WAT IS HET DOEL VAN DE VERORDENINGEN?

Het Schengeninformatiesysteem (SIS), dat in 1995 werd opgericht na de afschaffing van de controles aan de binnengrenzen in de Europese Unie (EU), is een grootschalige database ter ondersteuning van de samenwerking op het gebied van controle aan de buitengrenzen en wetshandhaving tussen de lidstaten van het Schengenakkoord (momenteel 26 EU-lidstaten en vier geassocieerde landen).

De drie verordeningen zijn bedoeld om SIS II — opgericht in 2006 en operationeel sinds 2013 — te versterken, met name in het licht van de uitdagingen op het gebied van migratie en veiligheid. Zij vervangen de wetgeving in de Verordeningen (EG) nr. 1986/2006 en (EG) nr. 1987/2006en Besluit 2007/533/JBZ.

KERNPUNTEN

Systeemarchitectuur

Het SIS bestaat uit vertegenwoordigers van de volgende organisaties:

  • Een centraal systeem (centrale SIS) met:
    • een technische ondersteuningsfunctie (CS-SIS), met een database (SIS-database) voor technisch toezicht en beheer, en een CS-SIS-back-up;
    • een uniforme nationale interface (NI-SIS).
  • Een nationaal systeem (N.SIS) in elk land voor de communicatie met het centrale SIS, inclusief ten minste één nationale of gedeelde N.SIS-back-up; Het N.SIS kan een gegevensbestand bevatten (een “nationale kopie”) dat een volledige of gedeeltelijke kopie van de SIS-database bevat. Het is niet mogelijk om gegevensbestanden in een ander N.SIS te doorzoeken, tenzij de betrokken landen ermee hebben ingestemd het bestand te delen.
  • Een communicatie-infrastructuur tussen CS-SIS, CS-SIS-back-up en de NI-SIS biedt een versleuteld virtueel netwerk voor SIS-gegevens en de uitwisseling ervan tussen de aanvullende informatieaanvraag bij de nationale aanmeldingsbureaus (Sirene).

Het Agentschap van de Europese Unie voor het operationele beheer van grootschalige IT-systemen op het gebied van vrijheid, veiligheid en recht (eu-LISA):

  • is verantwoordelijk voor het operationele beheer van het centrale SIS;
  • voert onderhoudswerkzaamheden en technische ontwikkelingen uit die nodig zijn voor een soepele werking van het centrale SIS;
  • implementeert technische oplossingen om de ononderbroken beschikbaarheid van het centrale SIS te versterken;
  • kan in uitzonderlijke omstandigheden een extra kopie ontwikkelen van de SIS-databank;
  • publiceert een lijst van N.SIS-kantoren en Sirene-bureaus.

De procedureregels bepalen dat:

  • signaleringen* slechts zo lang in het SIS mogen blijven als nodig is voor hun specifieke doel en moeten worden verwijderd wanneer ze hun doel hebben bereikt;
  • signaleringen binnen bepaalde perioden moeten worden herzien; de lidstaat kan dan besluiten om ze te verlengen, anders worden ze automatisch verwijderd — de herzieningsperioden zijn:
    • 5 jaar voor signaleringen van personen die met het oog op aanhouding ten behoeve van overlevering of uitlevering worden gezocht en van vermiste personen die al dan niet in bescherming moeten worden genomen,
    • 3 jaar voor signaleringen van personen die worden gezocht met het oog op ondersteuning bij een gerechtelijke procedure, onbekende gezochte personen, signaleringen met het oog op terugkeer en signaleringen met het oog op weigering van toegang en verblijf; indien de nationale beslissing waarop de signalering met het oog op terugkeer of de signalering met het oog op weigering van toegang en verblijf is gebaseerd, echter voorziet in een langere geldigheidsduur dan 3 jaar, wordt de signalering binnen 5 jaar opnieuw beoordeeld,
    • 1 jaar voor risicokinderen, kwetsbare personen die beschermd moeten worden tegen reizen en personen voor discreet onderzoek of specifieke controles,
    • 10 jaar voor voorwerpen voor onopvallend onderzoek of gerichte controles of voor inbeslagneming of gebruik als bewijsmateriaal in strafprocedures; de Europese Commissie heeft uitvoeringshandelingen aangenomen om kortere herzieningstermijnen vast te stellen voor bepaalde categorieën signaleringen van voorwerpen;
  • de categorieën gegevens die in het systeem moeten worden ingevoerd, zodanig moeten zijn ontworpen dat eindgebruikers een persoon kunnen identificeren en snel beslissingen kunnen nemen; zij omvatten de minimale set gegevens (achternaam, geboortedatum, reden voor de signalering en te nemen actie) en andere gegevens, zoals type strafbaar feit, foto’s en dactyloscopische gegevens*, indien beschikbaar;
  • het gebruik van biometrische en dactyloscopische gegevens in overeenstemming moet zijn met de EU-wetgeving en de grondrechten, en moet voldoen aan minimale kwaliteitsnormen en technische specificaties;
  • een zaak adequaat, relevant en voldoende belangrijk moet zijn om een SIS-signalering te rechtvaardigen; een signalering in verband met een terroristisch misdrijf voldoet bijvoorbeeld aan deze criteria;
  • alleen de signalerende lidstaat gegevens in het SIS mag wijzigen, aanvullen, corrigeren, bijwerken of verwijderen;
  • een land dat een signalering onverenigbaar acht met zijn nationale recht, internationale verplichtingen of wezenlijke belangen, een markering* kan aanbrengen aan de waarschuwing, geeft dit aan dat het geen actie zal ondernemen op zijn grondgebied.

Kosten

  • De EU-begroting dekt de operationele, onderhouds- en ontwikkelingskosten van het centrale SIS en de communicatie-infrastructuur.
  • De lidstaten dragen de operationele, onderhouds- en ontwikkelingskosten van hun eigen N.SIS.

Belangrijkste details van elke verordening

Verordening (EU) 2018/1860 versterkt de handhaving en doeltreffendheid van het terugkeerbeleid van de EU.

  • Er worden gemeenschappelijke voorwaarden en procedures vastgesteld voor het opnemen en verwerken van signaleringen en het uitwisselen van aanvullende informatie over niet-EU-onderdanen tegen wie een terugkeerbesluit* is genomen.
  • De nationale autoriteiten moeten waarschuwingen invoeren zodra een terugkeerbesluit is genomen.
  • Er moeten categorieën gegevens worden vastgesteld die in de waarschuwing moeten worden opgenomen.
  • De verordening stelt geharmoniseerde procedures vast voor:
    • bevestiging van terugkeer — controle of een terugkeerbesluit is nageleefd en, zo niet, de kennisgeving aan de relevante autoriteiten;
    • schrapping van signaleringen om ervoor te zorgen dat er geen vertraging optreedt tussen het vertrek van een niet-EU-onderdaan en de activering van een inreisverbod, indien relevant;
    • verplicht overleg tussen nationale autoriteiten:
      • alvorens een verblijfsvergunning of visum voor verblijf van langere duur te verlenen of te verlengen aan een niet-EU-onderdaan die in een andere lidstaat gesignaleerd staat met een inreisverbod,
      • alvorens een signalering op te nemen over een terugkeerbesluit betreffende een niet-EU-onderdaan die houder is van een geldige verblijfsvergunning of een geldig visum voor verblijf van langere duur afgegeven door een andere lidstaat, of wanneer dit in een later stadium blijkt.

Verordening (EU) 2018/1861 heeft betrekking op het gebruik van het SIS voor inreisverboden.

  • Ze stelt de voorwaarden en procedures vast voor het invoeren en verwerken van signaleringen en de uitwisseling van aanvullende informatie* over niet-EU-burgers aan wie de toegang tot of het recht op verblijf in de EU wordt geweigerd.
  • Ze introduceert categorieën gegevens die in de waarschuwing moeten worden opgenomen.
  • Ze introduceert geharmoniseerde procedures voor:
    • verplichte binnenkomst van een signalering wanneer een niet-EU-onderdaan de toegang of het recht op verblijf wordt geweigerd omdat hij een bedreiging vormt voor de veiligheid of omdat tegen hem een beperkende maatregel is genomen die de binnenkomst in of de doorreis door een lidstaat verhindert;
    • het invoeren van signaleringen van niet-EU-onderdanen die het recht van vrij verkeer binnen de EU genieten;
    • verplichte raadpleging tussen nationale autoriteiten voordat een verblijfsvergunning of visum voor verblijf van langere duur wordt verleend of verlengd aan een onderdaan van een derde land aan wie het recht op toegang tot of verblijf in een andere lidstaat is geweigerd; voor of na opneming van een signalering met het oog op weigering van toegang en verblijf van een onderdaan van een derde land die houder is van een geldige verblijfsvergunning of een geldig visum voor verblijf van langere duur dat door een andere lidstaat is verleend.
  • Ze garandeert niet-EU-onderdanen het recht om schriftelijk op de hoogte te worden gesteld als zij gesignaleerd staan.

Verordening (EU) 2018/1862 verbetert en breidt het gebruik van het SIS voor samenwerking tussen politiële en justitiële autoriteiten uit.

  • In deze verordening worden de voorwaarden en procedures vastgesteld voor het opnemen en verwerken van signaleringen in het SIS betreffende gezochte en vermiste personen en voorwerpen, en voor de uitwisseling van aanvullende informatie en gegevens in het kader van de politiële en justitiële samenwerking in strafzaken.
  • Ze behandelt procedures voor waarschuwingen over:
    • personen die worden gezocht met het oog op arrestatie, overlevering of uitlevering;
    • vermiste personen;
    • kwetsbare personen die moeten worden verhinderd om te reizen, hetzij voor hun eigen bescherming, hetzij ter voorkoming van bedreigingen voor de openbare orde of veiligheid;
    • kinderen die risico lopen, met name op ontvoering, mensenhandel of betrokkenheid bij terrorisme;
    • personen die worden gezocht als getuige met het oog op een gerechtelijke procedure of personen die door de justitiële autoriteiten zijn opgeroepen in het kader van een strafprocedure;
    • onbekende personen die worden gezocht met het oog op identificatie;
    • discrete of specifieke controles en naspeuringen om strafbare feiten te voorkomen, op te sporen, te onderzoeken of te vervolgen, een strafrechtelijke veroordeling uit te voeren of bedreigingen van de openbare veiligheid te voorkomen;
    • voorwerpen die in beslag moeten worden genomen of moeten worden gebruikt als bewijsmateriaal in strafprocedures, met name gemakkelijk identificeerbare voorwerpen als auto’s, vaartuigen, luchtvaartuigen, vuurwapens, identiteitsdocumenten en bankbiljetten.

Informatiesignaleringen over niet-EU-burgers

  • Verordening (EU) 2022/1190 wijzigt Verordening (EU) 2018/1862 door regels vast te stellen met betrekking tot informatieve waarschuwingen die gericht zijn op niet-EU-onderdanen die verdacht worden van betrokkenheid bij terrorisme en andere ernstige misdrijven die zijn opgenomen in bijlage I bij de verordening betreffende het agentschap voor samenwerking inzake rechtshandhaving van de Europese Unie (Europol) (Verordening (EU) 2016/794 — zie de samenvatting). Dit zorgt ervoor dat hun bewegingen kunnen worden gecontroleerd en dat alle relevante informatie over hen gemakkelijk en onmiddellijk kan worden opgevraagd door wetshandhavingsinstanties in de lidstaten.
  • De lidstaten kunnen in het belang van de EU informatiesignaleringen over onderdanen van niet-EU-landen in het SIS opnemen op voorstel van Europol om een informatiesignalering op te nemen op basis van informatie die is ontvangen van de autoriteiten van niet-EU-landen of internationale organisaties. Europol moet zijn functionaris voor gegevensbescherming op de hoogte stellen wanneer het een dergelijk voorstel doet.
  • Europol kan voorstellen om informatiesignaleringen in het SIS op te nemen wanneer Europol oordeelt dat:
    • er een feitelijke aanwijzing is dat een persoon terroristische misdrijven of andere ernstige misdrijven wil plegen of pleegt; of
    • een algemene beoordeling van een persoon, in het bijzonder op basis van eerdere strafbare feiten, reden geeft om aan te nemen dat die persoon een dergelijk strafbaar feit zou kunnen plegen.
  • Voordat de informatie in het SIS wordt opgenomen, moet Europol zich ervan vergewissen dat de signalering noodzakelijk en gerechtvaardigd is, dat de informatie betrouwbaar en accuraat is en dat er in het systeem niet reeds een signalering met betrekking tot de betrokken persoon is opgenomen. Vervolgens geeft zij de informatie die zij heeft over het specifieke geval en de resultaten van haar beoordeling door aan de lidstaten en stelt zij voor dat een of meer lidstaten een informatiesignalering in het SIS invoeren. De lidstaten moeten de nodige procedures invoeren voor het opnemen, bijwerken en verwijderen van signaleringen in het SIS.

De rechten van betrokkenen

Individuen hebben het recht:

  • op toegang tot gegevens die op hen betrekking hebben en die in het SIS verwerkt zijn;
  • op correctie van onjuiste gegevens;
  • om een rechtsvordering bij de rechtbank of bevoegde toezichthoudende autoriteiten in te stellen om toegang te krijgen tot een signalering die op hen betrekking heeft, deze te corrigeren, te wissen, informatie te verkrijgen of schadevergoeding te verkrijgen.

Lidstaten:

  • zetten zich in voor de uitvoering van uitspraken over rechten op het gebied van gegevensbescherming;
  • brengen jaarlijks verslag uit aan het Europees Comité voor gegevensbescherming over het aantal verzoeken dat ze hebben ontvangen om inzage in gegevens en om correctie van onnauwkeurigheden in gegevens, en over het aantal rechtszaken en de uitkomst daarvan.

Onafhankelijke toezichthoudende autoriteiten zien toe op de rechtmatigheid van de nationale verwerking van persoonsgegevens in het SIS; de bij Verordening (EU) 2018/1725 ingestelde Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming vervult dezelfde rol voor eu-LISA. De twee werken samen om een gecoördineerd toezicht op het SIS te garanderen.

De volgende autoriteiten hebben toegang tot gegevens in het SIS.

  • Nationale autoriteiten, die verantwoordelijk zijn voor:
    • grens-, politie- en douanecontroles;
    • het voorkomen, opsporen, onderzoeken of vervolgen van terroristische misdrijven of andere ernstige strafbare feiten;
    • het onderzoeken van de voorwaarden en het nemen van beslissingen, onder andere over verblijfsvergunningen en visa voor verblijf van langere duur, over de toegang, het verblijf en de terugkeer van niet-EU-onderdanen;
    • veiligheidscontroles van niet-EU-onderdanen die internationale bescherming vragen;
    • het onderzoeken van visumaanvragen (alleen voor bepaalde categorieën signaleringen);
    • naturalisatiebeslissingen;
    • nationale gerechtelijke autoriteiten, inclusief diegenen die verantwoordelijk zijn voor openbare vervolgingen in strafzaken en gerechtelijke onderzoeken;
    • afgifte van kentekenbewijzen voor voertuigen, boten, vliegtuigen en vuurwapens.
  • De onderstaande EU-agentschappen hebben recht op toegang tot en bevraging van SIS-gegevens bij het uitvoeren van hun taken binnen hun respectieve mandaten:
    • Europol heeft toegang tot alle gegevens, niet slechts tot enkele, zoals voorheen het geval was. SIS-lidstaten moeten de wetshandhavingsinstantie informeren over hits of signaleringen in verband met terroristische misdrijven;
    • Eurojust behandelt de justitiële samenwerking in strafzaken;
    • Teams vanhet Europees Grens- en Kustwachtagentschap zijn betrokken bij terugkeergerelateerde taken en ondersteuningsteams voor migratiebeheer.

De bovengenoemde EU-agentschappen stellen de signalerende lidstaat op de hoogte wanneer uit een bevraging blijkt dat er een signalering bestaat. Zij mogen geen delen van het SIS verbinden of gegevens overdragen naar hun eigen systeem.

De Commissie evalueert elke vijf jaar het gebruik dat deze agentschappen maken van het SIS.

Verantwoordelijkheden

Elke SIS-lidstaat:

  • zorgt ervoor dat de gegevens accuraat en up-to-date zijn en rechtmatig in het SIS worden ingevoerd en opgeslagen, en dat de algemene regels voor gegevensverwerking worden nageleefd;
  • is verantwoordelijk voor het opzetten, de werking, het onderhoud en de verdere ontwikkeling van zijn N.SIS en voor het aansluiten ervan op de NI-SIS in overeenstemming met normen, protocollen en technische procedures;
  • garandeert de ononderbroken beschikbaarheid van SIS-gegevens voor eindgebruikers;
  • geeft zijn signaleringen door via zijn N.SIS;
  • wijst een N.SIS-instantie aan die de centrale verantwoordelijkheid draagt voor de soepele werking en beveiliging van haar N.SIS, de toegang van de nationale autoriteiten tot het SIS, de algemene naleving van de verordening en de passende beschikbaarheid van het SIS voor alle eindgebruikers;
  • wijst een nationale autoriteit (het Sirene-bureau) aan als centraal contactpunt dat 24 uur per dag, 7 dagen per week operationeel is voor de uitwisseling en beschikbaarheid van alle aanvullende informatie over signaleringen en om vervolgmaatregelen te vergemakkelijken;
  • stelt beveiligings-, bedrijfscontinuïteits- en uitwijkplannen vast om gegevens te beschermen en onbevoegde toegang te voorkomen;
  • past beroepsgeheim en vertrouwelijkheidsregels toe, inclusief nauwlettend toezicht op externe contractanten; particuliere bedrijven en organisaties mogen het operationele beheer van het N.SIS niet uitvoeren;
  • houdt elektronische logboeken bij, die normaal gesproken na drie jaar worden gewist, over signaleringen, toegang tot en uitwisseling van persoonsgegevens, om na te gaan of de doorzoeking rechtmatig was en om de integriteit en de veiligheid van de gegevens te waarborgen;
  • voert een nationaal SIS-opleidingsprogramma uit voor personeel met toegang tot het SIS over gegevensbeveiliging en grondrechten, waaronder regels en voorschriften voor gegevensbescherming en gegevensverwerking.

De Commissie:

  • stelt uitvoeringshandelingen en gedelegeerde handelingen vast met betrekking tot technische aspecten van het SIS en werkt deze waar nodig bij;
  • heeft krachtens Verordening (EU) 2022/922 (zie de samenvatting) een algemene coördinerende rol voor het evaluatie- en controlemechanisme dat het samen met de EU-regeringen uitvoert om ervoor te zorgen dat de Schengenregels op nationaal niveau volledig worden toegepast;
  • voert een algemene evaluatie uit van het centrale SIS, de aanvullende informatie-uitwisseling tussen nationale autoriteiten, waaronder een beoordeling van het geautomatiseerde dactyloscopische identificatiesysteem, en de SIS-informatiecampagnes drie jaar nadat de verordening van toepassing wordt en vervolgens om de vier jaar.

Het eu-LISA is verantwoordelijk voor:

  • het centrale SIS en het operationele beheer ervan, inclusief kwaliteitscontroles van de gegevens die het bevat, en alle taken die nodig zijn om ervoor te zorgen dat het elke dag van het jaar 24/7 functioneert;
  • communicatie-infrastructuur en de belangrijkste aspecten daarvan, met name toezicht, veiligheid, coördinatie tussen de aangesloten landen en aanbieders, en budgettaire en contractuele kwesties;
  • met betrekking tot de Sirene-bureaus, het coördineren, beheren en ondersteunen van testactiviteiten, het onderhouden en bijwerken van technische specificaties over aanvullende informatie-uitwisseling tussen de bureaus en de communicatie-infrastructuur, en het beheren van technische wijzigingen;
  • het nemen van de nodige maatregelen om gegevens te beschermen en ongeoorloofde toegang of ongeoorloofd gebruik te voorkomen, met inbegrip van beveiligings-, bedrijfscontinuïteits- en noodherstelplannen voor het centrale SIS en de communicatie-infrastructuur;
  • beroepsgeheim en vertrouwelijkheidsregels, en het bijhouden van elektronische logboeken, onder dezelfde voorwaarden als nationale autoriteiten;
  • het openbaar maken via het Publicatieblad van de Europese Unie van een lijst van nationale autoriteiten die gemachtigd zijn om in het SIS naar gegevens te zoeken;
  • het produceren van dagelijkse, maandelijkse en jaarlijkse statistieken over het aantal registraties per signaleringscategorie, waarbij persoonlijke gegevens worden weggelaten — de rapporten worden vervolgens openbaar gemaakt.

Voorlichtingscampagne

  • De Commissie voert de campagne uit, in samenwerking met toezichthoudende autoriteiten en de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming. Deze werd gelanceerd toen de wetgeving van kracht werd en zal regelmatig worden herhaald om het publiek te informeren over:
    • de doelstellingen van het SIS;
    • de gegevens die het bevat;
    • de autoriteiten die er toegang tot hebben;
    • de rechten van de betrokkenen.
  • De Commissie onderhoudt een publiek toegankelijke website met alle relevante informatie over het SIS.
  • De lidstaten moeten, in samenwerking met hun toezichthoudende autoriteiten, het publiek informeren over het SIS.

VANAF WANNEER ZIJN DE VERORDENINGEN VAN TOEPASSING?

De nieuwe regels zijn in opeenvolgende fasen van kracht geworden, zodat er voldoende tijd is om de nodige wettelijke, operationele en technische maatregelen en regelingen in te voeren.

Op grond van Uitvoeringsbesluit (EU) 2023/201 van de Commissie zijn de werkzaamheden van het SIS overeenkomstig de Verordeningen (EU) 2018/1861 en (EU) 2018/1862 op 7 maart 2023 begonnen. Verordeningen (EU) 2018/1860, (EU) 2018/1861 en (EU) 2018/1862 zijn nu volledig van toepassing.

ACHTERGROND

  • Hoewel SIS is gebaseerd is op verschillende wetgeving, is het één enkel systeem voor de uitwisseling van gegevens en verzoeken tussen de leden.
  • Het is het meest gebruikte en grootste systeem voor de uitwisseling van informatie over veiligheid en grensbeheer in Europa. In 2022 werd het meer dan 12 miljard keer geraadpleegd en zorgde het voor 263.452 hits met betrekking tot buitenlandse signaleringen
  • Het is actief in 30 Europese landen: in alle lidstaten (behalve Cyprus) en vier landen die bij Schengen zijn aangesloten (IJsland, Liechtenstein, Noorwegen en Zwitserland).

KERNBEGRIPPEN

Signalering. Een reeks gegevens aan de hand waarvan autoriteiten een persoon of voorwerp kunnen identificeren en dienovereenkomstig kunnen handelen.
Dactyloscopische gegevens. Gegevens over handpalm- en vingerafdrukken.
Markering. Opschorting van de geldigheid van een signalering op nationaal niveau die kan worden toegevoegd aan signaleringen met het oog op aanhouding, signaleringen van vermiste en kwetsbare personen, signaleringen voor onopvallend onderzoek en gerichte controles en aan informatiesignaleringen.
Terugkeerbesluit. Een administratieve of rechterlijke beslissing waarbij het verblijf van een niet-EU-onderdaan illegaal wordt verklaard en een terugkeerverplichting wordt opgelegd.
Aanvullende informatie. Informatie die geen deel uitmaakt van de signaleringsgegevens in het SIS, maar er wel mee verbonden is.

BELANGRIJKSTE DOCUMENTEN

Verordening (EU) 2018/1860 van het Europees Parlement en de Raad van 28 november 2018 betreffende het gebruik van het Schengeninformatiesysteem voor de terugkeer van illegaal verblijvende onderdanen van derde landen (PB L 312 van 7.12.2018, blz. 1-13).

Achtereenvolgende wijzigingen aan Verordening (EU) 2018/1860 werden in de basistekst opgenomen. Deze geconsolideerde versie is enkel van documentaire waarde.

Verordening (EU) 2018/1861 van het Europees Parlement en de Raad van 28 november 2018 betreffende de instelling, de werking en het gebruik van het Schengeninformatiesysteem (SIS) op het gebied van grenscontroles, tot wijziging van de Overeenkomst ter uitvoering van het Akkoord van Schengen en tot wijziging en intrekking van Verordening (EG) nr. 1987/2006 (PB L 312 van 7.12.2018, blz. 14-55).

Zie de geconsolideerde versie.

Verordening (EU) 2018/1862 van het Europees Parlement en de Raad van 28 november 2018 betreffende de instelling, de werking en het gebruik van het Schengeninformatiesysteem (SIS) op het gebied van politiesamenwerking en justitiële samenwerking in strafzaken, tot wijziging en intrekking van Besluit 2007/533/JBZ van de Raad en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1986/2006 van het Europees Parlement en de Raad en Besluit 2010/261/EU van de Commissie (PB L 312 van 7.12.2018, blz. 56-106).

Zie de geconsolideerde versie.

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Verordening (EG) 2022/922 van de Raad van 9 juni 2022 betreffende de instelling en de werking van een evaluatie- en toezichtmechanisme voor de controle op de toepassing van het Schengenacquis, en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 1053/2013 (PB L 160 van 15.6.2022, blz. 1-27).

Verordening (EU) 2018/1726 van het Europees Parlement en de Raad van 14 november 2018 betreffende het Agentschap van de Europese Unie voor het operationeel beheer van grootschalige IT-systemen op het gebied van vrijheid, veiligheid en recht (eu-LISA), tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1987/2006 en Besluit 2007/533/JBZ van de Raad en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 1077/2011 (PB L 295 van 21.11.2018, blz. 99-137).

Zie de geconsolideerde versie.

Richtlijn (EU) 2017/541 van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2017 inzake terrorismebestrijding en ter vervanging van Kaderbesluit 2002/475/JBZ van de Raad en tot wijziging van Besluit 2005/671/JBZ van de Raad (PB L 88 van 31.3.2017, blz. 6-21).

Verordening (EU) 2016/794 van het Europees Parlement en de Raad van 11 mei 2016 betreffende het Agentschap van de Europese Unie voor samenwerking op het gebied van rechtshandhaving (Europol) en tot vervanging en intrekking van de Besluiten 2009/371/JBZ, 2009/934/JBZ, 2009/935/JBZ, 2009/936/JBZ en 2009/968/JBZ van de Raad (PB L 135 van 24.5.2016, blz. 53-114).

Zie de geconsolideerde versie.

Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG (algemene verordening gegevensbescherming) (PB L 119 van 4.5.2016, blz. 1-88).

Zie de geconsolideerde versie.

Richtlijn (EU) 2016/680 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door bevoegde autoriteiten met het oog op de voorkoming, het onderzoek, de opsporing en de vervolging van strafbare feiten of de tenuitvoerlegging van straffen, en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Kaderbesluit 2008/977/JBZ van de Raad (PB L 119 van 4.5.2016, blz. 89-131).

Zie de geconsolideerde versie.

Verordening (EU) 2016/399 van het Europees Parlement en de Raad van 9 maart 2016 betreffende een Uniecode voor de overschrijding van de grenzen door personen (Schengengrenscode) (codificatie) (PB L 77, 23.3.2016, blz. 1-52).

Zie de geconsolideerde versie.

Richtlijn 2008/115/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 over gemeenschappelijke normen en procedures in de lidstaten voor de terugkeer van onderdanen van derde landen die illegaal op hun grondgebied verblijven (PB L 348 van 24.12.2008, blz. 98-107).

Het Schengenacquis als bedoeld in artikel 1, lid 2, van Besluit 1999/435/EG van de Raad van 20 mei 1999 (PB L 239 van 22.9.2000, blz. 1-473).

Besluit 1999/435/EG van de Raad van 20 mei 1999 tot vaststelling in overeenstemming met de desbetreffende bepalingen van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap en het Verdrag betreffende de Europese Unie, van de rechtsgrondslag van elk van de bepalingen of besluiten die het Schengen-acquis vormen (PB L 176 van 10.7.1999, blz. 1-16).

Laatste bijwerking 26.04.2023

Naar boven