Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32022D0726

Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/726 van de Commissie van 10 mei 2022 houdende vaststelling van de gelijkwaardigheid, teneinde het recht van vrij verkeer binnen de Unie te faciliteren, van door de Republiek Indonesië afgegeven COVID-19-certificaten met de overeenkomstig Verordening (EU) 2021/953 van het Europees Parlement en de Raad afgegeven certificaten (Voor de EER relevante tekst)

C/2022/3125

PB L 134 van 11.5.2022, p. 34–36 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, GA, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Legal status of the document In force

ELI: http://data.europa.eu/eli/dec_impl/2022/726/oj

11.5.2022   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 134/34


UITVOERINGSBESLUIT (EU) 2022/726 VAN DE COMMISSIE

van 10 mei 2022

houdende vaststelling van de gelijkwaardigheid, teneinde het recht van vrij verkeer binnen de Unie te faciliteren, van door de Republiek Indonesië afgegeven COVID-19-certificaten met de overeenkomstig Verordening (EU) 2021/953 van het Europees Parlement en de Raad afgegeven certificaten

(Voor de EER relevante tekst)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) 2021/953 van het Europees Parlement en de Raad van 14 juni 2021 betreffende een kader voor de afgifte, verificatie en aanvaarding van interoperabele COVID-19-vaccinatie-, test- en herstelcertificaten (digitaal EU-covidcertificaat) teneinde het vrije verkeer tijdens de COVID-19-pandemie te faciliteren (1), en met name artikel 8, lid 2,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Verordening (EU) 2021/953 wordt een kader vastgesteld voor de afgifte, verificatie en aanvaarding van interoperabele COVID-19-vaccinatie-, test- en herstelcertificaten (“digitaal EU-covidcertificaat”), teneinde de uitoefening van het recht van vrij verkeer door de houders van dergelijke certificaten tijdens de COVID-19-pandemie te faciliteren. Voorts helpt de verordening de geleidelijke en gecoördineerde opheffing door de lidstaten te faciliteren van de ingestelde beperkingen van het vrije verkeer, in overeenstemming met het Unierecht, teneinde de verspreiding van SARS-CoV-2 in te dijken.

(2)

Verordening (EU) 2021/953 staat toe dat door derde landen aan burgers van de Unie en hun familieleden afgegeven COVID-19-certificaten worden aanvaard indien de Commissie van oordeel is dat die COVID-19-certificaten zijn afgegeven overeenkomstig normen die als gelijkwaardig moeten worden beschouwd met die welke op grond van die verordening zijn vastgesteld. Voorts moeten de lidstaten overeenkomstig Verordening (EU) 2021/954 van het Europees Parlement en de Raad (2) de regels van Verordening (EU) 2021/953 toepassen op onderdanen van derde landen die niet binnen het toepassingsgebied van die verordening vallen, maar die legaal op hun grondgebied verblijven of wonen en overeenkomstig het Unierecht het recht hebben naar andere lidstaten te reizen. Daarom moeten alle in dit besluit vastgestelde gelijkwaardigheidsbevindingen van toepassing zijn op door de Republiek Indonesië aan burgers van de Unie en hun familieleden afgegeven COVID-19-vaccinatiecertificaten. Evenzo moeten dergelijke gelijkwaardigheidsbevindingen op grond van Verordening (EU) 2021/954 ook gelden voor COVID-19-vaccinatiecertificaten die de Republiek Indonesië onder de in die verordening vastgestelde voorwaarden afgeeft aan onderdanen van derde landen die legaal op het grondgebied van de lidstaten verblijven of wonen.

(3)

Op 24 november 2021 heeft de Republiek Indonesië de Commissie gedetailleerde informatie verstrekt over de afgifte van interoperabele COVID-19-vaccinatiecertificaten overeenkomstig het “DIVOC”-systeem. De Republiek Indonesië heeft de Commissie meegedeeld dat zij van oordeel was dat haar COVID-19-certificaten worden afgegeven volgens een norm en via een technologisch systeem die interoperabel zijn met het bij Verordening (EU) 2021/953 vastgestelde vertrouwenskader en waarmee de echtheid, geldigheid en integriteit van de certificaten kunnen worden geverifieerd. In dit verband heeft de Republiek Indonesië de Commissie meegedeeld dat de door de Republiek Indonesië overeenkomstig het “DIVOC”-systeem afgegeven COVID-19-vaccinatiecertificaten de in de bijlage bij Verordening (EU) 2021/953 bedoelde gegevens bevatten.

(4)

De Republiek Indonesië heeft de Commissie ook meegedeeld dat zij vaccinatie-, test- en herstelcertificaten aanvaardt die door de lidstaten en EER-landen zijn afgegeven overeenkomstig Verordening (EU) 2021/953.

(5)

Naar aanleiding van een verzoek van de Republiek Indonesië heeft de Commissie op 12 april 2022 technische tests uitgevoerd waaruit bleek dat de COVID-19-vaccinatiecertificaten door de Republiek Indonesië worden afgegeven overeenkomstig het “DIVOC”-systeem, dat interoperabel is met het bij Verordening (EU) 2021/953 vastgestelde vertrouwenskader, en waarmee de echtheid, geldigheid en integriteit van de certificaten kunnen worden geverifieerd. De Commissie heeft ook bevestigd dat de door de Republiek Indonesië overeenkomstig het “DIVAC”-systeem afgegeven COVID-19-vaccinatiecertificaten de nodige gegevens bevatten.

(6)

Daarnaast heeft de Republiek Indonesië de Commissie meegedeeld dat zij interoperabele vaccinatiecertificaten voor COVID-19-vaccins afgeeft. Momenteel gaat het onder meer om Comirnaty, Spikevax, CoronaVac, Vaxzevria en BBIBP-CorV.

(7)

De Republiek Indonesië heeft de Commissie ook meegedeeld dat zij geen interoperabele testcertificaten voor nucleïnezuuramplificatietests afgeeft en evenmin voor snelle antigeentests.

(8)

Voorts heeft de Republiek Indonesië de Commissie meegedeeld dat zij geen interoperabele herstelcertificaten afgeeft.

(9)

Voorts heeft de Republiek Indonesië de Commissie meegedeeld dat wanneer verificateurs in Indonesië certificaten verifiëren, de daarin opgenomen persoonsgegevens uitsluitend worden verwerkt om de vaccinatie-, test- of herstelstatus van de houder te verifiëren en te bevestigen, en daarna niet worden bewaard.

(10)

Bijgevolg is voldaan aan de nodige elementen om vast te stellen dat door de Republiek Indonesië overeenkomstig het “DIVOC”-systeem afgegeven COVID-19-vaccinatiecertificaten als gelijkwaardig moeten worden beschouwd met die welke overeenkomstig Verordening (EU) 2021/953 zijn afgegeven.

(11)

Daarom moeten door de Republiek Indonesië overeenkomstig het “DIVOC”-systeem afgegeven COVID-19-vaccinatiecertificaten worden aanvaard onder de in artikel 5, lid 5, van Verordening (EU) 2021/953 bedoelde voorwaarden.

(12)

Opdat dit besluit operationeel kan worden, moet de Republiek Indonesië worden aangesloten op het bij Verordening (EU) 2021/953 vastgestelde vertrouwenskader voor digitale EU-covidcertificaten.

(13)

Ter bescherming van de belangen van de Unie, met name op het gebied van volksgezondheid, kan de Commissie gebruikmaken van haar bevoegdheden om de toepassing van dit besluit op te schorten of het besluit in te trekken indien niet langer wordt voldaan aan de voorwaarden van artikel 8, lid 2, van Verordening (EU) 2021/953.

(14)

Om de Republiek Indonesië zo snel mogelijk aan te sluiten op het bij Verordening (EU) 2021/953 vastgestelde vertrouwenskader voor digitale EU-covidcertificaten, moet dit besluit in werking treden op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

(15)

De in dit besluit vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het comité dat is ingesteld bij artikel 14 van Verordening (EU) 2021/953,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Door de Republiek Indonesië overeenkomstig het “DIVOC”-systeem afgegeven COVID-19-vaccinatiecertificaten worden, teneinde het recht van vrij verkeer binnen de Unie te faciliteren, behandeld als gelijkwaardig met die welke zijn afgegeven overeenkomstig Verordening (EU) 2021/953.

Artikel 2

De Republiek Indonesië wordt aangesloten op het bij Verordening (EU) 2021/953 vastgestelde vertrouwenskader voor digitale EU-covidcertificaten.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 10 mei 2022.

Voor de Commissie

De voorzitter

Ursula VON DER LEYEN


(1)   PB L 211 van 15.6.2021, blz. 1.

(2)  Verordening (EU) 2021/954 van het Europees Parlement en de Raad van 14 juni 2021 betreffende een kader voor de afgifte, verificatie en aanvaarding van interoperabele COVID-19-vaccinatie-, test- en herstelcertificaten (digitaal EU-covidcertificaat) ten aanzien van onderdanen van derde landen die legaal op het grondgebied van de lidstaten verblijven of wonen tijdens de COVID-19-pandemie (PB L 211 van 15.6.2021, blz. 24).


Top