This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 31992D0260
92/260/EEC: Commission Decision of 10 April 1992 on animal health conditions and veterinary certification for temporary admission of registered horses
92/260/EEG: Beschikking van de Commissie van 10 april 1992 inzake veterinairrechtelijke voorschriften en veterinaire certificering voor tijdelijke toelating van geregistreerde paarden
92/260/EEG: Beschikking van de Commissie van 10 april 1992 inzake veterinairrechtelijke voorschriften en veterinaire certificering voor tijdelijke toelating van geregistreerde paarden
PB L 130 van 15.5.1992, p. 67–83
(ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT) Dit document is verschenen in een speciale editie.
(FI, SV, CS, ET, LV, LT, HU, MT, PL, SK, SL, BG, RO, HR)
No longer in force, Date of end of validity: 30/09/2018; opgeheven door 32018R0659
92/260/EEG: Beschikking van de Commissie van 10 april 1992 inzake veterinairrechtelijke voorschriften en veterinaire certificering voor tijdelijke toelating van geregistreerde paarden
Publicatieblad Nr. L 130 van 15/05/1992 blz. 0067 - 0083
Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 3 Deel 42 blz. 0061
Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 3 Deel 42 blz. 0061
BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE van 10 april 1992 inzake veterinairrechtelijke voorschriften en veterinaire certificering voor tijdelijke toelating van geregistreerde paarden (92/260/EEG) DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN, Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap, Gelet op Richtlijn 90/426/EEG van de Raad van 26 juni 1990 tot vaststelling van veterinairrechtelijke voorschriften voor het verkeer van paardachtigen en de invoer van paardachtigen uit derde landen (1), laatstelijk gewijzigd bij Beschikking 92/130/EEG van de Commissie (2), en met name op artikel 15, onder a), en artikel 16, Overwegende dat bij Beschikking 79/542/EEG van de Raad (3), laatstelijk gewijzigd bij Beschikking 92/162/EEG van de Commissie (4), de lijst is vastgesteld van derde landen waaruit de Lid-Staten met name de invoer van paardachtigen toestaan; Overwegende dat ook rekening moet worden gehouden met de regionalisering van bepaalde op de bovengenoemde lijst voorkomende derde landen, waarop Beschikking 92/160/EEG van de Commissie (5), gewijzigd bij Beschikking 92/161/EEG (6), betrekking heeft; Overwegende dat, aangezien in verscheidene derde landen overeenkomstige gezondheidssituaties voorkomen, het verantwoord is een aantal gezondheidszones voor de invoer van paardachtigen vast te stellen; Overwegende dat de verschillende categorieën paarden hun eigen kenmerken hebben en dat invoer ervan wordt toegestaan voor verschillende doeleinden; dat derhalve specifieke gezondheidseisen moeten worden vastgesteld voor de tijdelijke toelating van geregistreerde paarden; Overwegende dat, aangezien er onderscheiden gezondheidssituaties bestaan, verschillende gezondheidscertificaten voor de tijdelijke toelating van geregistreerde paarden vastgesteld moeten worden; Overwegende dat deze beschikking voor 31 december 1992 dient te worden herzien; Overwegende dat de in deze beschikking vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Permanent veterinair comité, HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN: Artikel 1 Onverminderd Beschikking 92/160/EEG staan de Lid-Staten de tijdelijke toelating toe van geregistreerde paarden - die afkomstig zijn uit in de in bijlage I vermelde landen en - die voldoen aan de eisen die zijn vermeld in het gezondheidscertificaat waarvan het model voorkomt in bijlage II. Artikel 2 Deze beschikking is gericht tot de Lid-Staten. Gedaan te Brussel, 10 april 1992. Voor de Commissie Ray MAC SHARRY Lid van de Commissie (1) PB nr. L 224 van 18. 8. 1990, blz. 42. (2) PB nr. L 47 van 22. 2. 1992, blz. 26. (3) PB nr. L 146 van 14. 6. 1979, blz. 15. (4) PB nr. L 71 van 18. 3. 1992, blz. 30. (5) PB nr. L 71 van 18. 3. 1992, blz. 27. (6) PB nr. L 71 van 18. 3. 1992, blz. 29. BIJLAGE I Groep A Oostenrijk, Finland, Groenland, IJsland, Noorwegen, Zweden, Zwitserland. Groep B Australië, Bulgarije, Cyprus, Estland, Hongarije, Joegoslavië, Kroatië, Letland, Litouwen, Nieuw-Zeeland, Oekraïne, Polen, Roemenië, Rusland (1), Slovenië, Tsjechoslowakije, Wit-Rusland. Groep C Canada, Hong-Kong, Japan, de Verenigde Staten van Amerika. Groep D Argentinië, Barbados, Bermuda, Bolivia, Brazilië (1), Chili, Colombia (1), Costa Rica (1), Cuba, Ecuador (1), Jamaïca, Mexico, Paraguay, Peru (1), Uruguay, Venezuela (1). Groep E Algerije, Bahrein, Egypte (1), Israël, Jordanië, Koeweit, Libië, Malta, Mauritius, Oman, Tunesië, Turkije (1), de Verenigde Arabische Emiraten. (1) Regionalisering van het land als omschreven in Beschikking 92/160/EEG. BIJLAGE II A. Gezondheidscertificaat voor tijdelijke toelating van geregistreerde paarden uit in groep A ingedeelde derde landen B. Gezondheidscertificaat voor tijdelijke toelating van geregistreerde paarden uit in groep B ingedeelde derde landen C. Gezondheidscertificaat voor tijdelijke toelating van geregistreerde paarden uit in groep C ingedeelde derde landen D. Gezondheidscertificaat voor tijdelijke toelating van geregistreerde paarden uit in groep D ingedeelde derde landen E. Gezondheidscertificaat voor tijdelijke toelating van geregistreerde paarden uit in groep E ingedeelde derde landen A GEZONDHEIDSCERTIFICAAT voor de tijdelijke toelating (minder dan negentig dagen) tot het grondgebied van de Gemeenschap van geregistreerde paarden uit Finland, Groenland, IJsland, Noorwegen, Oostenrijk, Zweden, Zwitserland Nummer van het certificaat: Derde land van verzending (1): Bevoegd ministerie: I. Identificatie van het paard a) Nummer van het identificatiedocument (paspoort): b) Afgegeven door (naam van de bevoegde autoriteit) II. Herkomst en bestemming van het paard Het paard wordt verzonden uit: (plaats van verzending) naar: (Lid-Staat en plaats van bestemming) Naam en adres van de afzender: Naam en adres van de geadresseerde: III. Gegevens met betrekking tot de gezondheid Ondergetekende verklaart dat het hierboven omschreven paard aan de volgende voorwaarden voldoet: a) het is afkomstig uit een land waar voor de volgende ziekten een aangifteplicht bestaat: paardepest, dourine, kwade droes, paardenencefalomyelitis (alle vormen, met inbegrip van VEE), infectieuze anemie, vesiculaire stomatitis, rabies, miltvuur; b) het is heden onderzocht en vertoont geen klinische ziekteverschijnselen (2); c) het gaat niet om een dier dat in het kader van een in de Lid-Staat uitgevoerd programma voor de uitroeiing van een besmettelijke ziekte moet worden afgemaakt; d) het dier heeft de laatste veertig dagen vóór de uitvoer verbleven op bedrijven onder veterinair toezicht in: - het land van verzending en/of - de Lid-Staten van de Gemeenschap en/of - Australië, Bulgarije, Canada, Cyprus, Estland, Finland, Groenland, Hongarije, Hong-Kong, Japan, Joegoslavië, Kroatië, Letland, Litouwen, Nieuw-Zeeland, Noorwegen, Oekraïne, Oostenrijk, Polen, Roemenië, Rusland, Slovenië, Tsjechoslowakije, de Verenigde Staten van Amerika, Wit-Rusland, IJsland, Zweden, Zwitserland (1). Als het dier naar het land van verzending is vervoerd vanuit een bij het derde streepje vermeld land, is het daar ingevoerd onder tenminste dezelfde diergezondheidsvoorwaarden als wanneer het paard rechtstreeks in de Europese Gemeenschap zou zijn ingevoerd; e) het dier is niet afkomstig van het grondgebied of in gevallen van officiële regionalisering volgens de EEG-wetgeving van een deel van het grondgebied van een derde land, waar: i) in de afgelopen twee jaar Venezolaanse paardenencefalomyelitis heeft geheerst; ii) in de afgelopen zes maanden dourine heeft geheerst; iii) in de afgelopen zes maanden kwade droes heeft geheerst; iv) - in de afgelopen zes maanden vesiculaire stomatitis heeft geheerst (3) of, in het andere geval - het dier op ............................... een virusneutralisatietest op vesiculaire stomatitis heeft ondergaan (5), dat wil zeggen binnen een periode van tien dagen vóór de uitvoer, met een negatief resultaat bij een verdunning van 1/12 (3) (4); v) - wanneer het een ongecastreerd mannelijk paard betreft, in de afgelopen zes maanden officieel virale paardenarthritis is geregistreerd (3) of, in het andere geval - het dier op ............................... een virusneutralisatietest op virale paardenarthritis heeft ondergaan (5), dat wil zeggen binnen een periode van tien dagen vóór de uitvoer, met een negatief resultaat bij een verdunning van 1/4 (3) (4) of - het sperma van het dier met een virusisolatietest is getest op virale paardenarthritis op ............................... (5), dat wil zeggen binnen eenentwintig dagen vóór de uitvoer, met een negatief resultaat (3) (4); f) het dier is niet afkomstig van het grondgebied of een deel van het grondgebied van een derde land dat volgens de EEG-wetgeving wordt beschouwd als besmet met paardepest: - het dier is niet ingeënt tegen paardepest (3); - het dier is tegen paardepest ingeënt op ............................... (3) (4) (5); g) het dier is niet afkomstig van een bedrijf waarvoor om veterinairrechtelijke redenen verbodsmaatregelen gelden en het is niet in contact geweest met paardachtigen van een bedrijf waarvoor om veterinairrechtelijke redenen verbodsmaatregelen gelden voor een termijn: i) van zes maanden vanaf de datum waarop de besmette paardachtigen zijn opgeruimd, in het geval van paardenencefalomyelitis; ii) die, in het geval van infectieuze anemie, eindigt op de datum waarop, nadat de besmette dieren zijn opgeruimd, de resterende dieren negatief hebben gereageerd op twee met een tussenpoos van drie maanden uitgevoerde Coggins-tests; iii) van zes maanden vanaf het laatste geval van vesiculaire stomatitis; iv) van één maand vanaf de datum van vaststelling van het laatste geval van rabies; v) van vijftien dagen vanaf de datum van vaststelling van het laatste geval van miltvuur, of van dertig dagen vanaf de datum waarop de dieren zijn opgeruimd en de lokalen zijn ontsmet, wanneer alle op het bedrijf aanwezige dieren van voor de ziekte vatbare soorten zijn geslacht of gedood en de lokalen zijn ontsmet; een uitzondering hierop is miltvuur, waarvoor verbodsmaatregelen gelden gedurende vijftien dagen; h) het dier is, naar zijn weten, in de laatste vijftien dagen niet in contact geweest met paardachtigen die aan een besmettelijke ziekte of infectie lijden. IV. Ondergetekende beschikt over een door de eigenaar of zijn vertegenwoordiger (3) ondertekende verklaring dat - het paard rechtstreeks van de plaats van verzending zal worden vervoerd naar de plaats van bestemming zonder dat het in contact komt met andere paardachtigen die niet vergezeld gaan van een dergelijk certificaat, in een voertuig dat van tevoren is gereinigd en ontsmet met een in het land van verzending officieel erkend ontsmettingsmiddel; - voldaan is aan de voorwaarden van punt III, onder d). VERKLARING Ondergetekende, (eigenaar, of zijn vertegenwoordiger (3), van het hierboven omschreven paard) verklaart dat: 1) het paard niet langer dan negentig dagen in de Europese Gemeenschap zal verblijven; 2) hij akkoord gaat met de in punt IV bedoelde verklaring; 3) dit paard sinds zijn geboorte in ................................................................................... (land van verzending) heeft verbleven of op ............................... in ............................... (land van verzending) is binnengekomen (3) (5). (plaats, datum) (handtekening) V. Dit certificaat is tien dagen geldig. In het geval van vervoer per schip wordt deze termijn verlengd voor zover nodig in verband met de reistijd. Datum Plaats Stempel en handtekening van de officiële dierenarts (Naam in hoofdletters en functie) VI. Datum en plaats van binnenkomst op het grondgebied van de Gemeenschap: (stempel en handtekening van de officiële dierenarts) Datum van verzending: VII. Wanneer het paard vervolgens van de in punt II aangegeven Lid-Staat naar een andere Lid-Staat wordt vervoerd, moet de geldigheidsduur van het certificaat nogmaals met tien dagen worden verlengd door een officiële dierenarts van de Lid-Staat van verzending. De totale duur van het verblijf van het paard op het grondgebied van de Gemeenschap mag niet meer bedragen dan negentig dagen. Ondergetekende verklaart dat hij het paard heden heeft onderzocht en dat het voldoet aan de voorwaarden van Richtlijn 90/426/EEG en met name de eisen van punt III, onder b, c), g) en h), van dit certificaat. Datum van onderzoek Plaats van onderzoek Plaats van bestemming Stempel en handtekening van de officiële dierenarts (Naam in hoofdletters en functie) (1) Of gedeelte van het grondgebied, overeenkomstig artikel 13, lid 2, van Richtlijn 90/426/EEG. (2) Het certificaat moet worden afgegeven op de datum van het inladen van het dier voor verzending naar de Lid-Staat van bestemming of op de laatste werkdag vóór de inscheping en dient zich tijdens de verblijfsduur van het paard in de Gemeenschap bij het identificatiedocument (paspoort) van het dier te bevinden. (3) Doorhalen wat niet van toepassing is. (4) In het identificatiedocument (paspoort) moet worden aangegeven: de uitgevoerde test(s), de resultaten ervan en of het dier is ingeënt. (5) Datum invullen. B GEZONDHEIDSCERTIFICAAT voor de tijdelijke toelating (minder dan negentig dagen) tot het grondgebied van de Gemeenschap van geregistreerde paarden uit Australië, Bulgarije, Cyprus, Estland, Hongarije, Joegoslavië, Kroatië, Letland, Litouwen, Nieuw-Zeeland, Oekraïne, Polen, Roemenië, Rusland, Slovenië, Tsjechoslowakije, Wit-Rusland Nummer van het certificaat: Derde land van verzending (1): Bevoegd ministerie: I. Identificatie van het paard a) Nummer van het identificatiedocument (paspoort): b) Afgegeven door (naam van de bevoegde autoriteit) II. Herkomst en bestemming van het paard Het paard wordt verzonden uit: (plaats van verzending) naar: (Lid-Staat en plaats van bestemming) Naam en adres van de afzender: Naam en adres van de geadresseerde: III. Gegevens met betrekking tot de gezondheid Ondergetekende verklaart dat het hierboven omschreven paard aan de volgende voorwaarden voldoet: a) het is afkomstig uit een land waar voor de volgende ziekten een aangifteplicht bestaat: paardepest, dourine, kwade droes, paardenencefalomyelitis (alle vormen, met inbegrip van VEE), infectieuze anemie, vesiculaire stomatitis, rabies, miltvuur; b) het is heden onderzocht en vertoont geen klinische ziekteverschijnselen (2); c) het gaat niet om een dier dat in het kader van een in de Lid-Staat uitgevoerd programma voor de uitroeiing van een besmettelijke ziekte moet worden afgemaakt; d) het dier heeft de laatste veertig dagen vóór de uitvoer verbleven op bedrijven onder veterinair toezicht in: - het land van verzending en/of - de Lid-Staten van de Gemeenschap en/of - Australië, Bulgarije, Canada, Cyprus, Estland, Finland, Groenland, Hongarije, Hong-Kong, Japan, Joegoslavië, Kroatië, Letland, Litouwen, Nieuw-Zeeland, Noorwegen, Oekraïne, Oostenrijk, Polen, Roemenië, Rusland, Slovenië, Tsjechoslowakije, de Verenigde Staten van Amerika, Wit-Rusland, IJsland, Zweden, Zwitserland (1). Als het dier naar het land van verzending is vervoerd vanuit een bij het derde streepje vermeld land, is het daar ingevoerd onder tenminste dezelfde diergezondheidsvoorwaarden als wanneer het paard rechtstreeks in de Europese Gemeenschap zou zijn ingevoerd; e) het dier is niet afkomstig van het grondgebied of in gevallen van officiële regionalisering volgens de EEG-wetgeving van een deel van het grondgebied van een derde land, waar: i) in de afgelopen twee jaar Venezolaanse paardenencefalomyelitis heeft geheerst; ii) in de afgelopen zes maanden dourine heeft geheerst; iii) in de afgelopen zes maanden kwade droes heeft geheerst; iv) - in de afgelopen zes maanden vesiculaire stomatitis heeft geheerst (3) of, in het andere geval - het dier op ............................... een virusneutralisatietest op vesiculaire stomatitis heeft ondergaan (5), dat wil zeggen binnen een periode van tien dagen vóór de uitvoer, met een negatief resultaat bij een verdunning van 1/12 (3) (4); v) - wanneer het een ongecastreerd mannelijk paard betreft, in de afgelopen zes maanden officieel virale paardenarthritis is geregistreerd (3) of, in het andere geval - het dier op ............................... een virusneutralisatietest op virale paardenarthritis heeft ondergaan (5), dat wil zeggen binnen een periode van tien dagen vóór de uitvoer, met een negatief resultaat bij een verdunning van 1/4 (3) (4) of - het sperma van het dier met een virusisolatietest is getest op virale paardenarthritis op ............................... (5), dat wil zeggen binnen eenentwintig dagen vóór de uitvoer, met een negatief resultaat (3) (4); f) het dier is niet afkomstig van het grondgebied of een deel van het grondgebied van een derde land dat volgens de EEG-wetgeving wordt beschouwd als besmet met paardepest: - het dier is niet ingeënt tegen paardepest (3); - het dier is tegen paardepest ingeënt op ............................... (3) (4) (5); g) het dier is niet afkomstig van een bedrijf waarvoor om veterinairrechtelijke redenen verbodsmaatregelen gelden en het is niet in contact geweest met paardachtigen van een bedrijf waarvoor om veterinairrechtelijke redenen verbodsmaatregelen gelden voor een termijn: i) van zes maanden vanaf de datum waarop de besmette paardachtigen zijn opgeruimd, in het geval van paardenencefalomyelitis; ii) die, in het geval van infectieuze anemie, eindigt op de datum waarop, nadat de besmette dieren zijn opgeruimd, de resterende dieren negatief hebben gereageerd op twee met een tussenpoos van drie maanden uitgevoerde Coggins-tests; iii) van zes maanden vanaf het laatste geval van vesiculaire stomatitis; iv) van één maand vanaf de datum van vaststelling van het laatste geval van rabies; v) van vijftien dagen vanaf de datum van vaststelling van het laatste geval van miltvuur, of van dertig dagen vanaf de datum waarop de dieren zijn opgeruimd en de lokalen zijn ontsmet, wanneer alle op het bedrijf aanwezige dieren van voor de ziekte vatbare soorten zijn geslacht of gedood en de lokalen zijn ontsmet; een uitzondering hierop is miltvuur, waarvoor verbodsmaatregelen gelden gedurende vijftien dagen; h) het dier is, naar zijn weten, in de laatste vijftien dagen niet in contact geweest met paardachtigen die aan een besmettelijke ziekte of infectie lijden; i) het heeft een Coggins-test op infectieuze anemie ondergaan op ............................... (5), uitgevoerd binnen drie maanden voorafgaand aan de dag van verzending, met negatief resultaat (4). IV. Ondergetekende beschikt over een door de eigenaar of zijn vertegenwoordiger (3) ondertekende verklaring dat - het paard rechtstreeks van de plaats van verzending zal worden vervoerd naar de plaats van bestemming zonder dat het in contact komt met andere paardachtigen die niet vergezeld gaan van een dergelijk certificaat, in een voertuig dat van tevoren is gereinigd en ontsmet met een in het land van verzending officieel erkend ontsmettingsmiddel; - voldaan is aan de voorwaarden van punt III, onder d). VERKLARING Ondergetekende, (eigenaar, of zijn vertegenwoordiger (3), van het hierboven omschreven paard) verklaart dat: 1) het paard niet langer dan negentig dagen in de Europese Gemeenschap zal verblijven; 2) hij akkoord gaat met de in punt IV bedoelde verklaring; 3) dit paard sinds zijn geboorte in ............................... (land van verzending) heeft verbleven of op ............................... in ............................... (land van verzending) is binnengekomen (3) (5). (plaats, datum) (handtekening) V. Dit certificaat is tien dagen geldig. In het geval van vervoer per schip wordt deze termijn verlengd voor zover nodig in verband met de reistijd. Datum Plaats Stempel en handtekening van de officiële dierenarts (Naam in hoofdletters en functie) VI. Datum en plaats van binnenkomst op het grondgebied van de Gemeenschap: (stempel en handtekening van de officiële dierenarts) Datum van verzending: VII. Wanneer het paard vervolgens van de in punt II aangegeven Lid-Staat naar een andere Lid-Staat wordt vervoerd, moet de geldigheidsduur van het certificaat nogmaals met tien dagen worden verlengd door een officiële dierenarts van de Lid-Staat van verzending. De totale duur van het verblijf van het paard op het grondgebied van de Gemeenschap mag niet meer bedragen dan negentig dagen. Ondergetekende verklaart dat hij het paard heden heeft onderzocht en dat het voldoet aan de voorwaarden van Richtlijn 90/426/EEG en met name de eisen van punt III, onder b, c), g) en h), van dit certificaat. Datum van onderzoek Plaats van onderzoek Plaats van bestemming Stempel en handtekening van de officiële dierenarts (Naam in hoofdletters en functie) (1) Of gedeelte van het grondgebied, overeenkomstig artikel 13, lid 2, van Richtlijn 90/426/EEG. (2) Het certificaat moet worden afgegeven op de datum van het inladen van het dier voor verzending naar de Lid-Staat van bestemming of op de laatste werkdag vóór de inscheping en dient zich tijdens de verblijfsduur van het paard in de Gemeenschap bij het identificatiedocument (paspoort) van het dier te bevinden. (3) Doorhalen wat niet van toepassing is. (4) In het identificatiedocument (paspoort) moet worden aangegeven: de uitgevoerde test(s), de resultaten ervan en of het dier is ingeënt. (5) Datum invullen. C GEZONDHEIDSCERTIFICAAT voor de tijdelijke toelating (minder dan negentig dagen) tot het grondgebied van de Gemeenschap van geregistreerde paarden uit Canada, Hong-Kong, Japan, de Verenigde Staten van Amerika Nummer van het certificaat: Derde land van verzending (1): Bevoegd ministerie: I. Identificatie van het paard a) Nummer van het identificatiedocument (paspoort): b) Afgegeven door (naam van de bevoegde autoriteit) II. Herkomst en bestemming van het paard Het paard wordt verzonden uit: (plaats van verzending) naar: (Lid-Staat en plaats van bestemming) Naam en adres van de afzender: Naam en adres van de geadresseerde: III. Gegevens met betrekking tot de gezondheid Ondergetekende verklaart dat het hierboven omschreven paard aan de volgende voorwaarden voldoet: a) het is afkomstig uit een land waar voor de volgende ziekten een aangifteplicht bestaat: paardepest, dourine, kwade droes, paardenencefalomyelitis (alle vormen, met inbegrip van VEE), infectieuze anemie, vesiculaire stomatitis, rabies, miltvuur; b) het is heden onderzocht en vertoont geen klinische ziekteverschijnselen (2); c) het gaat niet om een dier dat in het kader van een in de Lid-Staat uitgevoerd programma voor de uitroeiing van een besmettelijke ziekte moet worden afgemaakt; d) het dier heeft de laatste veertig dagen vóór de uitvoer verbleven op bedrijven onder veterinair toezicht in: - het land van verzending en/of - de Lid-Staten van de Gemeenschap en/of - Australië, Bulgarije, Canada, Cyprus, Estland, Finland, Groenland, Hongarije, Hong-Kong, Japan, Joegoslavië, Kroatië, Letland, Litouwen, Nieuw-Zeeland, Noorwegen, Oekraïne, Oostenrijk, Polen, Roemenië, Rusland, Slovenië, Tsjechoslowakije, de Verenigde Staten van Amerika, Wit-Rusland, IJsland, Zweden, Zwitserland (1). Als het dier naar het land van verzending is vervoerd vanuit een bij het derde streepje vermeld land, is het daar ingevoerd onder tenminste dezelfde diergezondheidsvoorwaarden als wanneer het paard rechtstreeks in de Europese Gemeenschap zou zijn ingevoerd; e) het dier is niet afkomstig van het grondgebied of in gevallen van officiële regionalisering volgens de EEG-wetgeving van een deel van het grondgebied van een derde land, waar: i) in de afgelopen twee jaar Venezolaanse paardenencefalomyelitis heeft geheerst; ii) in de afgelopen zes maanden dourine heeft geheerst; iii) in de afgelopen zes maanden kwade droes heeft geheerst; iv) - in de afgelopen zes maanden vesiculaire stomatitis heeft geheerst (3) of, in het andere geval - het dier op ............................... een virusneutralisatietest op vesiculaire stomatitis heeft ondergaan (5), dat wil zeggen binnen een periode van tien dagen vóór de uitvoer, met een negatief resultaat bij een verdunning van 1/12 (3) (4); v) - wanneer het een ongecastreerd mannelijk paard betreft, in de afgelopen zes maanden officieel virale paardenarthritis is geregistreerd (3) of, in het andere geval - het dier op ............................... een virusneutralisatietest op virale paardenarthritis heeft ondergaan (5), dat wil zeggen binnen een periode van tien dagen vóór de uitvoer, met een negatief resultaat bij een verdunning van 1/4 (3) (4) of - het sperma van het dier met een virusisolatietest is getest op virale paardenarthritis op ............................... (5), dat wil zeggen binnen eenentwintig dagen vóór de uitvoer, met een negatief resultaat (3) (4); f) het dier is niet afkomstig van het grondgebied of een deel van het grondgebied van een derde land dat volgens de EEG-wetgeving wordt beschouwd als besmet met paardepest: - het dier is niet ingeënt tegen paardepest (3); - het dier is tegen paardepest ingeënt op ............................... (3) (4) (5); g) het dier is niet afkomstig van een bedrijf waarvoor om veterinairrechtelijke redenen verbodsmaatregelen gelden en het is niet in contact geweest met paardachtigen van een bedrijf waarvoor om veterinairrechtelijke redenen verbodsmaatregelen gelden voor een termijn: i) van zes maanden vanaf de datum waarop de besmette paardachtigen zijn opgeruimd, in het geval van paardenencefalomyelitis; ii) die, in het geval van infectieuze anemie, eindigt op de datum waarop, nadat de besmette dieren zijn opgeruimd, de resterende dieren negatief hebben gereageerd op twee met een tussenpoos van drie maanden uitgevoerde Coggins-tests; iii) van zes maanden vanaf het laatste geval van vesiculaire stomatitis; iv) van één maand vanaf de datum van vaststelling van het laatste geval van rabies; v) van vijftien dagen vanaf de datum van vaststelling van het laatste geval van miltvuur, of van dertig dagen vanaf de datum waarop de dieren zijn opgeruimd en de lokalen zijn ontsmet, wanneer alle op het bedrijf aanwezige dieren van voor de ziekte vatbare soorten zijn geslacht of gedood en de lokalen zijn ontsmet; een uitzondering hierop is miltvuur, waarvoor verbodsmaatregelen gelden gedurende vijftien dagen; h) het dier is, naar zijn weten, in de laatste vijftien dagen niet in contact geweest met paardachtigen die aan een besmettelijke ziekte of infectie lijden; i) het heeft een Coggins-test op infectieuze anemie ondergaan op ............................... (5), uitgevoerd binnen drie maanden voorafgaand aan de dag van verzending, met negatief resultaat (4); j) het is in de laatste zes maanden niet ingeënt tegen Venezolaanse paardenencefalomyelitis (4); k) het is ingeënt tegen westerse en oosterse paardenencefalomyelitis met geïnactiveerde entstof op ............................... (5) of tegen Japanse B-encefalitis op ............................... (5), dat wil zeggen binnen zes maanden en ten minste dertig dagen vóór de verzending (4) of het heeft op .............................. (5) en op .............................. (5) twee hemaglutinatieremmingstests ondergaan op westerse en oosterse paardenencefalomyelitis met een tussenpoos van eenentwintig dagen tussen de twee tests, waarbij de tweede moet zijn uitgevoerd binnen tien dagen vóór de verzending met hetzij negatieve reacties, wanneer het niet was ingeënt (4), of zonder toeneming van het gehalte aan antilichamen, wanneer het niet langer dan zes maanden geleden ingeënt was (4) (6). IV. Ondergetekende beschikt over een door de eigenaar of zijn vertegenwoordiger (3) ondertekende verklaring dat - het paard rechtstreeks van de plaats van verzending zal worden vervoerd naar de plaats van bestemming zonder dat het in contact komt met andere paardachtigen die niet vergezeld gaan van een dergelijk certificaat, in een voertuig dat van tevoren is gereinigd en ontsmet met een in het land van verzending officieel erkend ontsmettingsmiddel; - voldaan is aan de voorwaarden van punt III, onder d). VERKLARING Ondergetekende, (eigenaar, of zijn vertegenwoordiger (3), van het hierboven omschreven paard) verklaart dat: 1) het paard niet langer dan negentig dagen in de Europese Gemeenschap zal verblijven; 2) hij akkoord gaat met de in punt IV bedoelde verklaring; 3) dit paard sinds zijn geboorte in ............................... (land van verzending) heeft verbleven of op ............................... in ............................... (land van verzending) is binnengekomen (3) (5). (plaats, datum) (handtekening) V. Dit certificaat is tien dagen geldig. In het geval van vervoer per schip wordt deze termijn verlengd voor zover nodig in verband met de reistijd. Datum Plaats Stempel en handtekening van de officiële dierenarts (Naam in hoofdletters en functie) VI. Datum en plaats van binnenkomst op het grondgebied van de Gemeenschap: (stempel en handtekening van de officiële dierenarts) Datum van verzending: VII. Wanneer het paard vervolgens van de in punt II aangegeven Lid-Staat naar een andere Lid-Staat wordt vervoerd, moet de geldigheidsduur van het certificaat nogmaals met tien dagen worden verlengd door een officiële dierenarts van de Lid-Staat van verzending. De totale duur van het verblijf van het paard op het grondgebied van de Gemeenschap mag niet meer bedragen dan negentig dagen. Ondergetekende verklaart dat hij het paard heden heeft onderzocht en dat het voldoet aan de voorwaarden van Richtlijn 90/426/EEG en met name de eisen van punt III, onder b, c), g) en h), van dit certificaat. Datum van onderzoek Plaats van onderzoek Plaats van bestemming Stempel en handtekening van de officiële dierenarts (Naam in hoofdletters en functie) (1) Of gedeelte van het grondgebied, overeenkomstig artikel 13, lid 2, van Richtlijn 90/426/EEG. (2) Het certificaat moet worden afgegeven op de datum van het inladen van het dier voor verzending naar de Lid-Staat van bestemming of op de laatste werkdag vóór de inscheping en dient zich tijdens de verblijfsduur van het paard in de Gemeenschap bij het identificatiedocument (paspoort) van het dier te bevinden. (3) Doorhalen wat niet van toepassing is. (4) In het identificatiedocument (paspoort) moet worden aangegeven: de uitgevoerde test(s), de resultaten ervan en of het dier is ingeënt. (5) Datum invullen. (6) De eisen voor de inenting tegen of het testen op westerse en oosterse paardenencefalomyelitis gelden alleen voor Canada en de Verenigde Staten van Amerika en de eis voor de inenting tegen Japanse B-encefalitis geldt alleen voor Hong-Kong en Japan. D GEZONDHEIDSCERTIFICAAT voor de tijdelijke toelating (minder dan negentig dagen) tot het grondgebied van de Gemeenschap van geregistreerde paarden uit Argentinië, Barbados, Bermuda, Bolivia, Brazilië, Chili, Colombia, Costa Rica, Cuba, Ecuador, Jamaica, Mexico, Paraguay, Peru, Uruguay, Venezuela Nummer van het certificaat: Derde land van verzending (1): Bevoegd ministerie: I. Identificatie van het paard a) Nummer van het identificatiedocument (paspoort): b) Afgegeven door (naam van de bevoegde autoriteit) II. Herkomst en bestemming van het paard Het paard wordt verzonden uit: (plaats van verzending) naar: (Lid-Staat en plaats van bestemming) Naam en adres van de afzender: Naam en adres van de geadresseerde: III. Gegevens met betrekking tot de gezondheid Ondergetekende verklaart dat het hierboven omschreven paard aan de volgende voorwaarden voldoet: a) het is afkomstig uit een land waar voor de volgende ziekten een aangifteplicht bestaat: paardepest, dourine, kwade droes, paardenencefalomyelitis (alle vormen, met inbegrip van VEE), infectieuze anemie, vesiculaire stomatitis, rabies, miltvuur; b) het is heden onderzocht en vertoont geen klinische ziekteverschijnselen (2); c) het gaat niet om een dier dat in het kader van een in de Lid-Staat uitgevoerd programma voor de uitroeiing van een besmettelijke ziekte moet worden afgemaakt; d) het dier heeft de laatste veertig dagen vóór de uitvoer verbleven op bedrijven onder veterinair toezicht in: - het land van verzending en/of - de Lid-Staten van de Gemeenschap en/of - Australië, Bulgarije, Canada, Cyprus, Estland, Finland, Groenland, Hongarije, Hong-Kong, Japan, Joegoslavië, Kroatië, Letland, Litouwen, Nieuw-Zeeland, Noorwegen, Oekraïne, Oostenrijk, Polen, Roemenië, Rusland, Slovenië, Tsjechoslowakije, de Verenigde Staten van Amerika, Wit-Rusland, IJsland, Zweden, Zwitserland (1). Als het dier naar het land van verzending is vervoerd vanuit een bij het derde streepje vermeld land, is het daar ingevoerd onder tenminste dezelfde diergezondheidsvoorwaarden als wanneer het paard rechtstreeks in de Europese Gemeenschap zou zijn ingevoerd; e) het dier is niet afkomstig van het grondgebied of in gevallen van officiële regionalisering volgens de EEG-wetgeving van een deel van het grondgebied van een derde land, waar: i) in de afgelopen twee jaar Venezolaanse paardenencefalomyelitis heeft geheerst; ii) in de afgelopen zes maanden dourine heeft geheerst; iii) in de afgelopen zes maanden kwade droes heeft geheerst; iv) - in de afgelopen zes maanden vesiculaire stomatitis heeft geheerst (3) of, in het andere geval - het dier op ............................... een virusneutralisatietest op vesiculaire stomatitis heeft ondergaan (5), dat wil zeggen binnen een periode van tien dagen vóór de uitvoer, met een negatief resultaat bij een verdunning van 1/12 (3) (4); v) - wanneer het een ongecastreerd mannelijk paard betreft, in de afgelopen zes maanden officieel virale paardenarthritis is geregistreerd (3) of, in het andere geval - het dier op ............................... een virusneutralisatietest op virale paardenarthritis heeft ondergaan (5), dat wil zeggen binnen een periode van tien dagen vóór de uitvoer, met een negatief resultaat bij een verdunning van 1/4 (3) (4) of - het sperma van het dier met een virusisolatietest is getest op virale paardenarthritis op ............................... (5), dat wil zeggen binnen eenentwintig dagen vóór de uitvoer, met een negatief resultaat (3) (4); f) het dier is niet afkomstig van het grondgebied of een deel van het grondgebied van een derde land dat volgens de EEG-wetgeving wordt beschouwd als besmet met paardepest: - het dier is niet ingeënt tegen paardepest (3); - het dier is tegen paardepest ingeënt op ............................... (3) (4) (5); g) het dier is niet afkomstig van een bedrijf waarvoor om veterinairrechtelijke redenen verbodsmaatregelen gelden en het is niet in contact geweest met paardachtigen van een bedrijf waarvoor om veterinairrechtelijke redenen verbodsmaatregelen gelden voor een termijn: i) van zes maanden vanaf de datum waarop de besmette paardachtigen zijn opgeruimd, in het geval van paardenencefalomyelitis; ii) die, in het geval van infectieuze anemie, eindigt op de datum waarop, nadat de besmette dieren zijn opgeruimd, de resterende dieren negatief hebben gereageerd op twee met een tussenpoos van drie maanden uitgevoerde Coggins-tests; iii) van zes maanden vanaf het laatste geval van vesiculaire stomatitis; iv) van één maand vanaf de datum van vaststelling van het laatste geval van rabies; v) van vijftien dagen vanaf de datum van vaststelling van het laatste geval van miltvuur, of van dertig dagen vanaf de datum waarop de dieren zijn opgeruimd en de lokalen zijn ontsmet, wanneer alle op het bedrijf aanwezige dieren van voor de ziekte vatbare soorten zijn geslacht of gedood en de lokalen zijn ontsmet; een uitzondering hierop is miltvuur, waarvoor verbodsmaatregelen gelden gedurende vijftien dagen; h) het dier is, naar zijn weten, in de laatste vijftien dagen niet in contact geweest met paardachtigen die aan een besmettelijke ziekte of infectie lijden; i) het heeft een Coggins-test op infectieuze anemie ondergaan op ............................... (5), uitgevoerd binnen drie maanden voorafgaand aan de dag van verzending, met negatief resultaat (4). j) het is in de laatste zes maanden niet ingeënt tegen Venezolaanse paardenencefalomyelitis (4); k) het is ingeënt tegen westerse en oosterse paardenencefalomyelitis met geïnactiveerde entstof op ............................... (5), dat wil zeggen binnen zes maanden en ten minste dertig dagen vóór de verzending (4) of het heeft op .............................. (5) en op .............................. (5) twee hemaglutinatieremmingstests ondergaan op westerse en oosterse paardenencefalomyelitis met een tussenpoos van eenentwintig dagen tussen de twee tests, waarbij de tweede moet zijn uitgevoerd binnen tien dagen vóór de verzending met hetzij negatieve reacties, wanneer het niet was ingeënt (4), of zonder toeneming van het gehalte aan antilichamen, wanneer het niet langer dan zes maanden geleden ingeënt was (4). IV. Ondergetekende beschikt over een door de eigenaar of zijn vertegenwoordiger (3) ondertekende verklaring dat - het paard rechtstreeks van de plaats van verzending zal worden vervoerd naar de plaats van bestemming zonder dat het in contact komt met andere paardachtigen die niet vergezeld gaan van een dergelijk certificaat, in een voertuig dat van tevoren is gereinigd en ontsmet met een in het land van verzending officieel erkend ontsmettingsmiddel; - voldaan is aan de voorwaarden van punt III, onder d). VERKLARING Ondergetekende, (eigenaar, of zijn vertegenwoordiger (3), van het hierboven omschreven paard) verklaart dat: 1) het paard niet langer dan negentig dagen in de Europese Gemeenschap zal verblijven; 2) hij akkoord gaat met de in punt IV bedoelde verklaring; 3) dit paard sinds zijn geboorte in ............................... (land van verzending) heeft verbleven of op ............................... in ............................... (land van verzending) is binnengekomen (3) (5). (plaats, datum) (handtekening) V. Dit certificaat is tien dagen geldig. In het geval van vervoer per schip wordt deze termijn verlengd voor zover nodig in verband met de reistijd. Datum Plaats Stempel en handtekening van de officiële dierenarts (Naam in hoofdletters en functie) VI. Datum en plaats van binnenkomst op het grondgebied van de Gemeenschap: (stempel en handtekening van de officiële dierenarts) Datum van verzending: VII. Wanneer het paard vervolgens van de in punt II aangegeven Lid-Staat naar een andere Lid-Staat wordt vervoerd, moet de geldigheidsduur van het certificaat nogmaals met tien dagen worden verlengd door een officiële dierenarts van de Lid-Staat van verzending. De totale duur van het verblijf van het paard op het grondgebied van de Gemeenschap mag niet meer bedragen dan negentig dagen. Ondergetekende verklaart dat hij het paard heden heeft onderzocht en dat het voldoet aan de voorwaarden van Richtlijn 90/426/EEG en met name de eisen van punt III, onder b, c), g) en h), van dit certificaat. Datum van onderzoek Plaats van onderzoek Plaats van bestemming Stempel en handtekening van de officiële dierenarts (Naam in hoofdletters en functie) (1) Of gedeelte van het grondgebied, overeenkomstig artikel 13, lid 2, van Richtlijn 90/426/EEG. (2) Het certificaat moet worden afgegeven op de datum van het inladen van het dier voor verzending naar de Lid-Staat van bestemming of op de laatste werkdag vóór de inscheping en dient zich tijdens de verblijfsduur van het paard in de Gemeenschap bij het identificatiedocument (paspoort) van het dier te bevinden. (3) Doorhalen wat niet van toepassing is. (4) In het identificatiedocument (paspoort) moet worden aangegeven: de uitgevoerde test(s), de resultaten ervan en of het dier is ingeënt. (5) Datum invullen. E GEZONDHEIDSCERTIFICAAT voor de tijdelijke toelating (minder dan negentig dagen) tot het grondgebied van de Gemeenschap van geregistreerde paarden uit Algerije, Bahrein, Egypte, Israël, Jordanië, Koeweit, Libië, Malta, Mauritius, Oman, Tunesië, Turkije, de Verenigde Arabische Emiraten Nummer van het certificaat: Derde land van verzending (1): Bevoegd ministerie: I. Identificatie van het paard a) Nummer van het identificatiedocument (paspoort): b) Afgegeven door (naam van de bevoegde autoriteit) II. Herkomst en bestemming van het paard Het paard wordt verzonden uit: (plaats van verzending) naar: (Lid-Staat en plaats van bestemming) Naam en adres van de afzender: Naam en adres van de geadresseerde: III. Gegevens met betrekking tot de gezondheid Ondergetekende verklaart dat het hierboven omschreven paard aan de volgende voorwaarden voldoet: a) het is afkomstig uit een land waar voor de volgende ziekten een aangifteplicht bestaat: paardepest, dourine, kwade droes, paardenencefalomyelitis (alle vormen, met inbegrip van VEE), infectieuze anemie, vesiculaire stomatitis, rabies, miltvuur; b) het is heden onderzocht en vertoont geen klinische ziekteverschijnselen (2); c) het gaat niet om een dier dat in het kader van een in de Lid-Staat uitgevoerd programma voor de uitroeiing van een besmettelijke ziekte moet worden afgemaakt; d) het dier heeft de laatste veertig dagen vóór de uitvoer verbleven op bedrijven onder veterinair toezicht in: - het land van verzending in een isolatie-inrichting en/of - de Lid-Staten van de Gemeenschap en/of - Australië, Bulgarije, Canada, Cyprus, Estland, Finland, Groenland, Hongarije, Hong-Kong, Japan, Joegoslavië, Kroatië, Letland, Litouwen, Nieuw-Zeeland, Noorwegen, Oekraïne, Oostenrijk, Polen, Roemenië, Rusland, Slovenië, Tsjechoslowakije, de Verenigde Staten van Amerika, Wit-Rusland, IJsland, Zweden, Zwitserland (1). Als het dier naar het land van verzending is vervoerd vanuit een bij het derde streepje vermeld land, is het daar ingevoerd onder tenminste dezelfde diergezondheidsvoorwaarden als wanneer het paard rechtstreeks in de Europese Gemeenschap zou zijn ingevoerd; e) het dier is niet afkomstig van het grondgebied of in gevallen van officiële regionalisering volgens de EEG-wetgeving van een deel van het grondgebied van een derde land, waar: i) in de afgelopen twee jaar Venezolaanse paardenencefalomyelitis heeft geheerst; ii) in de afgelopen zes maanden dourine heeft geheerst; iii) in de afgelopen zes maanden kwade droes heeft geheerst; iv) - in de afgelopen zes maanden vesiculaire stomatitis heeft geheerst (3) of, in het andere geval - het dier op ............................... een virusneutralisatietest op vesiculaire stomatitis heeft ondergaan (5), dat wil zeggen binnen een periode van tien dagen vóór de uitvoer, met een negatief resultaat bij een verdunning van 1/12 (3) (4); v) - wanneer het een ongecastreerd mannelijk paard betreft, in de afgelopen zes maanden officieel virale paardenarthritis is geregistreerd (3) of, in het andere geval - het dier op ............................... een virusneutralisatietest op virale paardenarthritis heeft ondergaan (5), dat wil zeggen binnen een periode van tien dagen vóór de uitvoer, met een negatief resultaat bij een verdunning van 1/4 (3) (4) of - het sperma van het dier met een virusisolatietest is getest op virale paardenarthritis op ............................... (5), dat wil zeggen binnen eenentwintig dagen vóór de uitvoer, met een negatief resultaat (3) (4); f) het dier is niet afkomstig van het grondgebied of een deel van het grondgebied van een derde land dat volgens de EEG-wetgeving wordt beschouwd als besmet met paardepest: - het dier is niet ingeënt tegen paardepest (3); - het dier is tegen paardepest ingeënt op ............................... (3) (4) (5); g) het dier is niet afkomstig van een bedrijf waarvoor om veterinairrechtelijke redenen verbodsmaatregelen gelden en het is niet in contact geweest met paardachtigen van een bedrijf waarvoor om veterinairrechtelijke redenen verbodsmaatregelen gelden voor een termijn: i) van zes maanden vanaf de datum waarop de besmette paardachtigen zijn opgeruimd, in het geval van paardenencefalomyelitis; ii) die, in het geval van infectieuze anemie, eindigt op de datum waarop, nadat de besmette dieren zijn opgeruimd, de resterende dieren negatief hebben gereageerd op twee met een tussenpoos van drie maanden uitgevoerde Coggins-tests; iii) van zes maanden vanaf het laatste geval van vesiculaire stomatitis; iv) van één maand vanaf de datum van vaststelling van het laatste geval van rabies; v) van vijftien dagen vanaf de datum van vaststelling van het laatste geval van miltvuur, of van dertig dagen vanaf de datum waarop de dieren zijn opgeruimd en de lokalen zijn ontsmet, wanneer alle op het bedrijf aanwezige dieren van voor de ziekte vatbare soorten zijn geslacht of gedood en de lokalen zijn ontsmet; een uitzondering hierop is miltvuur, waarvoor verbodsmaatregelen gelden gedurende vijftien dagen; h) het dier is, naar zijn weten, in de laatste vijftien dagen niet in contact geweest met paardachtigen die aan een besmettelijke ziekte of infectie lijden; i) het dier heeft de volgende bloedproeven ondergaan: - een Coggins-test op infectieuze anemie op ............................... (5), uitgevoerd binnen dertig dagen voorafgaand aan de dag van verzending, met negatief resultaat (4); - een complementbindingsreactie op dourine op ............................... (5), uitgevoerd binnen tien dagen voorafgaand aan de dag van verzending, met een negatief resultaat bij een verdunning van 1/10 (4); - een complementbindingsreactie op kwade droes op ............................... (5), uitgevoerd binnen tien dagen voorafgaand aan de dag van verzending, met negatief resultaat bij een verdunning van 1/10 (5); - twee tests op ............................... (5) en op ............................... (5) op paardepest als omschreven in bijlage D van Richtlijn 90/426/EEG, met een tussenpoos van eenentwintig en dertig dagen tussen de twee tests, waarbij de tweede moet zijn uitgevoerd binnen tien dagen vóór de verzending, met hetzij negatieve reacties, wanneer het niet was ingeënt (4), of zonder toeneming van het gehalte aan antilichamen, wanneer het ingeënt was (4). IV. Ondergetekende beschikt over een door de eigenaar of zijn vertegenwoordiger (3) ondertekende verklaring dat - het paard rechtstreeks van de plaats van verzending zal worden vervoerd naar de plaats van bestemming zonder dat het in contact komt met andere paardachtigen die niet vergezeld gaan van een dergelijk certificaat, in een voertuig dat van tevoren is gereinigd en ontsmet met een in het land van verzending officieel erkend ontsmettingsmiddel; - voldaan is aan de voorwaarden van punt III, onder d). VERKLARING Ondergetekende, (eigenaar, of zijn vertegenwoordiger (3), van het hierboven omschreven paard) verklaart dat: 1) het paard niet langer dan negentig dagen in de Europese Gemeenschap zal verblijven; 2) hij akkoord gaat met de in punt IV bedoelde verklaring; 3) dit paard sinds zijn geboorte in ............................... (land van verzending) heeft verbleven of op ............................... in ............................... (land van verzending) is binnengekomen (3) (5). (plaats, datum) (handtekening) V. Dit certificaat is tien dagen geldig. In het geval van vervoer per schip wordt deze termijn verlengd voor zover nodig in verband met de reistijd. Datum Plaats Stempel en handtekening van de officiële dierenarts (Naam in hoofdletters en functie) VI. Datum en plaats van binnenkomst op het grondgebied van de Gemeenschap: (stempel en handtekening van de officiële dierenarts) Datum van verzending: VII. Wanneer het paard vervolgens van de in punt II aangegeven Lid-Staat naar een andere Lid-Staat wordt vervoerd, moet de geldigheidsduur van het certificaat nogmaals met tien dagen worden verlengd door een officiële dierenarts van de Lid-Staat van verzending. De totale duur van het verblijf van het paard op het grondgebied van de Gemeenschap mag niet meer bedragen dan negentig dagen. Ondergetekende verklaart dat hij het paard heden heeft onderzocht en dat het voldoet aan de voorwaarden van Richtlijn 90/426/EEG en met name de eisen van punt III, onder b, c), g) en h), van dit certificaat. Datum van onderzoek Plaats van onderzoek Plaats van bestemming Stempel en handtekening van de officiële dierenarts (Naam in hoofdletters en functie) (1) Of gedeelte van het grondgebied, overeenkomstig artikel 13, lid 2, van Richtlijn 90/426/EEG. (2) Het certificaat moet worden afgegeven op de datum van het inladen van het dier voor verzending naar de Lid-Staat van bestemming of op de laatste werkdag vóór de inscheping en dient zich tijdens de verblijfsduur van het paard in de Gemeenschap bij het identificatiedocument (paspoort) van het dier te bevinden. (3) Doorhalen wat niet van toepassing is. (4) In het identificatiedocument (paspoort) moet worden aangegeven: de uitgevoerde test(s), de resultaten ervan en of het dier is ingeënt. (5) Datum invullen.