EUR-Lex Access to European Union law
This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 02014R0600-20220101
Regulation (EU) No 600/2014 of the European Parliament and of the Council of 15 May 2014 on markets in financial instruments and amending Regulation (EU) No 648/2012 (Text with EEA relevance)Text with EEA relevance
Consolidated text: Verordening (EU) nr. 600/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 betreffende markten in financiële instrumenten en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 648/2012 (Voor de EER relevante tekst)Voor de EER relevante tekst
Verordening (EU) nr. 600/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 betreffende markten in financiële instrumenten en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 648/2012 (Voor de EER relevante tekst)Voor de EER relevante tekst
02014R0600 — NL — 01.01.2022 — 005.003
Onderstaande tekst dient louter ter informatie en is juridisch niet bindend. De EU-instellingen zijn niet aansprakelijk voor de inhoud. Alleen de besluiten die zijn gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Unie (te raadplegen in EUR-Lex) zijn authentiek. Deze officiële versies zijn rechtstreeks toegankelijk via de links in dit document
VERORDENING (EU) Nr. 600/2014 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 15 mei 2014 betreffende markten in financiële instrumenten en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 648/2012 (PB L 173 van 12.6.2014, blz. 84) |
Gewijzigd bij:
|
|
Publicatieblad |
||
nr. |
blz. |
datum |
||
VERORDENING (EU) 2016/1033 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 23 juni 2016 |
L 175 |
1 |
30.6.2016 |
|
VERORDENING (EU) 2019/2033 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 27 november 2019 |
L 314 |
1 |
5.12.2019 |
|
VERORDENING (EU) 2019/2175 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 18 december 2019 |
L 334 |
1 |
27.12.2019 |
|
VERORDENING (EU) 2021/23 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 16 december 2020 |
L 22 |
1 |
22.1.2021 |
|
VERORDENING (EU) 2022/858 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 30 mei 2022 |
L 151 |
1 |
2.6.2022 |
Gerectificeerd bij:
VERORDENING (EU) Nr. 600/2014 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD
van 15 mei 2014
betreffende markten in financiële instrumenten en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 648/2012
(Voor de EER relevante tekst)
TITEL I
ONDERWERP, TOEPASSINGSGEBIED EN DEFINITIES
Artikel 1
Onderwerp en toepassingsgebied
In deze verordening zijn uniforme vereisten vastgelegd met betrekking tot de volgende zaken:
het openbaar maken van handelsgegevens aan het publiek;
het melden van transacties aan de bevoegde autoriteiten;
de handel in derivaten via georganiseerde handelsplatformen;
non-discriminerende toegang tot clearing en niet-discriminerende toegang tot de handel in benchmarks;
productinterventiebevoegdheden van bevoegde autoriteiten, en de ESMA en de EBA en bevoegdheden van de ESMA op het gebied van positiebeheercontrole en positielimieten;
het verstrekken van beleggingsdiensten of -activiteiten door ondernemingen uit derde landen met of zonder een bijkantoor na een toepasselijk gelijkwaardigheidsbesluit van de Commissie;
de vergunningverlening aan en het toezicht op aanbieders van datarapporteringsdiensten.
De ESMA legt die ontwerpen van technische reguleringsnormen uiterlijk op 3 juli 2015 voor aan de Commissie.
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid toegekend om de in de eerste alinea bedoelde technische reguleringsnormen vast te stellen overeenkomstig de in de artikelen 10 tot en met 14 van Verordening (EU) nr. 1095/2010 bedoelde procedure.
Daartoe legt de Commissie uiterlijk op 1 juni 2015 een verslag voor aan het Europees Parlement en de Raad waarin zij de behandeling beoordeelt van transacties door centrale banken van derde landen, die voor de toepassing van dit lid de Bank voor Internationale Betalingen omvat. Dit verslag bevat een analyse van hun statutaire taken en hun handelsvolumes in de Unie. In dit verslag:
worden de bepalingen vermeld die in de relevante derde landen gelden met betrekking tot de verplichte openbaarmaking van transacties van centrale banken, met inbegrip van transacties door leden van het ESCB in die derde landen, en
wordt het potentiële effect beoordeeld dat regelgeving inzake verplichte openbaarmaking in de Unie kan hebben op transacties met centrale banken van derde landen.
Als de conclusie in het verslag luidt dat de in lid 6 bedoelde vrijstelling noodzakelijk is inzake transacties waarbij de tegenpartij de centrale bank van een derde land is die operaties uitvoert in het kader van het monetaire beleid, het valutabeleid en ten behoeve van de financiële stabiliteit, bepaalt de Commissie dat die vrijstelling van toepassing is op de centrale bank van dat derde land.
Artikel 2
Definities
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
1. |
„beleggingsonderneming” : een beleggingsonderneming in de zin van artikel 4, lid 1, punt 1, van Richtlijn 2014/65/EU; |
2. |
„beleggingsdiensten en -activiteiten” : beleggingsdiensten en -activiteiten in de zin van artikel 4, lid 1, punt 2, van Richtlijn 2014/65/EU; |
3. |
„nevendiensten” : nevendiensten in de zin van artikel 4, lid 1, punt 3, van Richtlijn 2014/65/EU; |
4. |
„uitvoering van orders voor rekening van cliënten” : uitvoering van orders voor rekening van cliënten in de zin van artikel 4, lid 1, punt 5, van Richtlijn 2014/65/EU; |
5. |
„handelen voor eigen rekening” : handelen voor eigen rekening in de zin van artikel 4, lid 1, punt 6, van Richtlijn 2014/65/EU; |
6. |
„marktmaker” : marktmaker in de zin van artikel 4, lid 1, punt 7, van Richtlijn 2014/65/EU; |
7. |
„cliënt” : cliënt in de zin van artikel 4, lid 1, punt 9, van Richtlijn 2014/65/EU; |
8. |
„professionele cliënt” : professionele cliënt in de zin van artikel 4, lid 1, punt 10, van Richtlijn 2014/65/EU; |
9. |
„financieel instrument” : financieel instrument in de zin van artikel 4, lid 1, punt 15, van Richtlijn 2014/65/EU; |
10. |
„marktexploitant” : marktexploitant in de zin van artikel 4, lid 1, punt 18, van Richtlijn 2014/65/EU; |
11. |
„multilateraal systeem” : een multilateraal systeem in de zin van artikel 4, lid 1, punt 19, van Richtlijn 2014/65/EU; |
12. |
„beleggingsonderneming met systematische interne afhandeling” : beleggingsonderneming met systematische interne afhandeling in de zin van artikel 4, lid 1, punt 20, van Richtlijn 2014/65/EU; |
13. |
„gereglementeerde markt” : gereglementeerde markt in de zin van artikel 4, lid 1, punt 21, van Richtlijn 2014/65/EU; |
14. |
„multilaterale handelsfaciliteit” of „MTF” (multilateral trading facility) : multilaterale handelsfaciliteit in de zin van artikel 4, lid 1, punt 22, van Richtlijn 2014/65/EU; |
15. |
„georganiseerde handelsfaciliteit” of „OTF” (organised trading facility) : een georganiseerde handelsfaciliteit in de zin van artikel 4, lid 1, punt 23, van Richtlijn 2014/65/EU; |
16. |
„handelsplatform” : een handelsplatform in de zin van artikel 4, lid 1, punt 24, van Richtlijn 2014/65/EU; |
17. |
„liquide markt” :
a)
voor de toepassing van de artikelen 9, 11 en 18, een markt voor een financieel instrument of een klasse van financiële instrumenten waarop bereidwillige kopers en verkopers doorlopend aanwezig zijn, en waar de markt wordt beoordeeld overeenkomstig de hierna volgende criteria, rekening houdend met de specifieke marktstructuren van het betrokken financieel instrument of de betrokken klasse van financiële instrumenten:
i)
de gemiddelde frequentie en omvang van de transacties in verschillende marktomstandigheden, gelet op de aard en levenscyclus van producten binnen de klasse van financiële instrumenten;
ii)
het aantal en het soort marktdeelnemers, met inbegrip van de verhouding van marktdeelnemers tot verhandelde financiële instrumenten in een bepaald product;
iii)
de gemiddelde omvang van de spreads, indien beschikbaar;
b)
voor de toepassing van de artikelen 4, 5 en 14, een markt waarop een financieel instrument dagelijks wordt verhandeld en de markt wordt beoordeeld aan de hand van de volgende criteria:
i)
het vrij verhandelbaar gedeelte (de free float);
ii)
het gemiddelde dagelijkse aantal transacties in deze financiële instrumenten;
iii)
de gemiddelde dagelijkse omzet in deze financiële instrumenten; |
18. |
„bevoegde autoriteit” : een bevoegde autoriteit in de zin van artikel 4, lid 1, punt 26, van Richtlijn 2014/65/EU en, voor de vergunningverlening aan en het toezicht op aanbieders van datarapporteringsdiensten, de ESMA, met uitzondering van de goedgekeurde rapporteringsmechanismen (ARM’s) en goedgekeurde publicatieregelingen (APA’s) waarvoor overeenkomstig lid 3 van dit artikel een afwijking geldt; |
19. |
„kredietinstelling” : een kredietinstelling in de zin van artikel 4, lid 1, punt 1, van Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en de Raad ( 3 ); |
20. |
„bijkantoor” : bijkantoor in de zin van artikel 4, lid 1, punt 30, van Richtlijn 2014/65/EU; |
21. |
„nauwe banden” : nauwe banden in de zin van artikel 4, lid 1, punt 35, van Richtlijn 2014/65/EU; |
22. |
„leidinggevend orgaan” : een leidinggevend orgaan in de zin van artikel 4, lid 1, punt 36, van Richtlijn 2014/65/EU; |
22 bis. |
„directie” : directie als gedefinieerd in artikel 4, lid 1, punt 37, van Richtlijn 2014/65/EU; |
23. |
„gestructureerd deposito” : een gestructureerd deposito in de zin van artikel 4, lid 1, punt 43, van Richtlijn 2014/65/EU; |
24. |
„effecten” : effecten in de zin van artikel 4, lid 1, punt 44 van Richtlijn 2014/65/EU; |
25. |
„representatieve certificaten (depositary receipts)” : representatieve certificaten in de zin van artikel 4, lid 1, punt 45 van Richtlijn 2014/65/EU; |
26. |
„beursverhandeld fonds” of „ETF” (exchange-traded fund) : een beursverhandeld fonds in de zin van artikel 4, lid 1, punt 46 van Richtlijn 2014/65/EU; |
27. |
„certificaten” : op de kapitaalmarkt verhandelbare waardepapieren die in het geval van een terugbetaling van inbreng door de uitgevende instelling voor aandelen komen, maar na ongedekte obligaties en soortgelijke instrumenten; |
28. |
„gestructureerde financiële producten” : waardepapieren die bedoeld zijn om kredietrisico te securitiseren en over te dragen dat is verbonden aan een pool van financiële activa op basis waarvan de houder recht heeft op regelmatige betalingen die afhankelijk zijn van de geldstromen van de onderliggende activa; |
29. |
„derivaten” : financiële instrumenten in de zin van artikel 4, lid 1, punt 44, onder c) van Richtlijn 2014/65/EU, en die worden genoemd in deel C, punten 4 tot en met 10, van bijlage I bij Richtlijn 2014/65/EU; |
30. |
„grondstoffenderivaten” : financiële instrumenten in de zin van artikel 4, lid 1, punt 44, onder c) van Richtlijn 2014/65/EU, met betrekking tot een grondstof of een onderliggende waarde, als bedoeld in deel C, punt 10, van bijlage I bij Richtlijn 2014/65/EU of in deel C, punten 5, 6, 7 en 10, van bijlage I daarbij |
31. |
„CTP” : een CTP in de zin van artikel 2, punt 1, van Verordening (EU) nr. 648/2012; |
32. |
„op de beurs verhandeld derivaat” : een derivaat dat wordt verhandeld op een gereglementeerde markt of op de markt van een derde land die overeenkomstig artikel 28 van deze verordening als gelijkwaardig met een gereglementeerde markt wordt beschouwd, en dat als zodanig niet onder de definitie van otc-derivaat van artikel 2, lid 7, van Verordening (EU) nr. 648/2012 valt; |
33. |
„blijk van belangstelling die aanleiding geeft tot actie” (actionable indication of interest) : een bericht van het ene lid of de ene deelnemer aan het andere lid of de andere deelnemer binnen een handelssysteem met betrekking tot belangstelling voor handel, waarin alle noodzakelijke informatie is opgenomen om een transactie overeen te komen; |
34. |
„goedgekeurde publicatieregeling” of „APA” (approved publication arrangement) : een persoon die op grond van deze verordening een vergunning heeft voor dienstverlening op het gebied van de publicatie van transactiemeldingen namens beleggingsondernemingen krachtens de artikelen 20 en 21; |
35. |
„verstrekker van een consolidated tape” : een persoon aan wie op grond van deze verordening een vergunning is verleend voor dienstverlening op het gebied van het verzamelen van transactiemeldingen van gereglementeerde markten, MTF’s, OTF’s en APA’s voor financiële instrumenten die zijn vermeld in de artikelen 6, 7, 10, 12, 13, 20 en 21, en het consolideren daarvan in een doorlopende elektronische live datastroom die per financieel instrument gegevens met betrekking tot prijs en volume geeft; |
36. |
„goedgekeurd rapporteringsmechanisme” of „ARM” (approved reporting mechanism) : een persoon aan wie op grond van deze verordening een vergunning is verleend voor dienstverlening op het gebied van het rapporteren van bijzonderheden van transacties aan bevoegde autoriteiten of de ESMA namens beleggingsondernemingen; |
36 bis. |
„aanbieders van datarapporteringsdiensten” : een in de punten 34 tot en met 36 bedoelde persoon en een in artikel 27 ter, lid 2, bedoelde persoon; |
37. |
„lidstaat van herkomst” : lidstaat van herkomst in de zin van artikel 4, lid 1, punt 55 van Richtlijn 2014/65/EU; |
38. |
„lidstaat van ontvangst” : lidstaat van ontvangst in de zin van artikel 4, lid 1, punt 56 van Richtlijn 2014/65/EU; |
39. |
„benchmark” : een openbaar gemaakt of gepubliceerd rente, index of getal dat periodiek of regelmatig wordt bepaald door een formule toe te passen op dan wel op basis van de waarde van een of meer onderliggende activa of prijzen, met inbegrip van geraamde prijzen, werkelijke of geraamde rentetarieven of andere waarden, dan wel enquêtegegevens, en op basis waarvan het voor een financieel instrument te betalen bedrag of de waarde van een financieel instrument wordt bepaald; |
40. |
„interoperabiliteitsregeling” : een interoperabiliteitsregeling in de zin van artikel 2, punt 12, van Verordening (EU) nr. 648/2012; |
41. |
„financiële instelling uit een derde land” : een entiteit waarvan het hoofdkantoor in een derde land is gevestigd, die op grond van de wetgeving van dat derde land een vergunning of licentie heeft verkregen om een of meer van de diensten of activiteiten uit te voeren die zijn genoemd in Richtlijn 2013/36/EU, Richtlijn 2014/65/EU, Richtlijn 2009/138/EG van het Europees Parlement en de Raad ( 4 ), Richtlijn 2009/65/EG van het Europees Parlement en de Raad ( 5 ), Richtlijn 2003/41/EG van het Europees Parlement en de Raad ( 6 ) of Richtlijn 2011/61/EU van het Europees Parlement en de Raad ( 7 ); |
42. |
„onderneming uit een derde land” : een onderneming uit een derde land in de zin van artikel 4, lid 1, punt 57, van Richtlijn 2014/65/EU; |
43. |
„voor de groothandel bestemde energieproducten” : voor de groothandel bestemde energieproducten in de zin van artikel 2, punt 4, van Verordening (EU) nr. 1227/2011 van het Europees Parlement en de Raad ( 8 ); |
44. |
„landbouwgrondstoffenderivaten” : derivatencontracten met betrekking tot producten opgenomen in de lijst van artikel 1 van, en bijlage I, deel I tot XX en XXIV/1 bij Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad ( 9 ); |
45. |
„liquiditeitsfragmentatie” : een situatie waarin:
a)
de deelnemers aan een handelsplatform niet in staat zijn een transactie met een of meer andere deelnemers aan dat platform af te sluiten wegens het ontbreken van clearingregelingen waartoe alle deelnemers toegang hebben; of
b)
een clearinglid of zijn cliënten gedwongen zouden zijn hun posities in een financieel instrument op meer dan één CTP aan te houden, hetgeen de mogelijkheid tot verrekening van financiële posities zou beperken; |
46. |
„overheidsschuld” : overheidsschuld in de zin van artikel 4, lid 1, punt 61 van Richtlijn 2014/65/EU; |
47. |
„compressie van een portefeuille” : een risicoverlagende dienst waarbij twee of meer tegenpartijen enkele of alle derivaten die door hen zijn voorgelegd om te worden opgenomen in de compressie van een portefeuille, geheel of gedeeltelijk beëindigen en de beëindigde derivaten vervangen door een ander derivaat waarvan de gecombineerde notionele waarde kleiner is dan de gecombineerde notionele waarde van de beëindigde derivaten; |
48. |
„exchange for physical” : een transactie in een derivatencontract of ander financieel instrument dat afhankelijk is van de gelijktijdige uitvoering van een equivalente hoeveelheid van een onderliggende materiële waarde; |
49. |
„pakketorder” : een order die als één enkele eenheid is geprijsd:
a)
met het oog op het uitvoeren van een exchange for physical, of
b)
in twee of meer financiële instrumenten met het oog op het uitvoeren van een pakkettransactie; |
50. |
„pakkettransactie” :
a)
een exchange for physical, of
b)
een transactie die de uitvoering van twee of meer onderdelentransacties in financiële instrumenten omvat en die aan alle volgende criteria voldoet:
i)
de transactie vindt plaats tussen twee of meer tegenpartijen;
ii)
elk onderdeel van de transactie brengt een belangrijk economisch of financieel risico met zich mee in verhouding tot alle andere onderdelen;
iii)
de uitvoering van elk onderdeel vindt gelijktijdig plaats en is afhankelijk van de uitvoering van alle andere onderdelen. |
Bij het vaststellen van de gedelegeerde handeling neemt de Commissie één of meer van de volgende elementen in aanmerking:
de mate waarin de diensten worden verricht voor beleggingsondernemingen waaraan in slechts één lidstaat vergunning is verleend;
het aantal transactiemeldingen of transacties;
of de ARM of APA deel uitmaakt van een groep van financiëlemarktdeelnemers die grensoverschrijdend actief zijn.
Wanneer een entiteit voor een van de in haar hoedanigheid van aanbieder van datarapporteringsdiensten verrichte diensten onder toezicht van de ESMA staat, zijn geen van haar activiteiten als ARM of APA op grond van de overeenkomstig dit lid vastgestelde gedelegeerde handelingen uitgesloten van toezicht door de ESMA.
TITEL II
TRANSPARANTIE VOOR HANDELSPLATFORMEN
HOOFDSTUK 1
Transparantie voor eigenvermogensinstrumenten
Artikel 3
Vereisten met betrekking tot transparantie voor de handel voor handelsplatformen als het gaat om aandelen, representatieve certificaten, ETF’s, certificaten en andere vergelijkbare financiële instrumenten
Artikel 4
Ontheffingen voor eigenvermogensinstrumenten
De bevoegde autoriteiten hebben de mogelijkheid om marktexploitanten en beleggingsondernemingen die een handelsplatform exploiteren, ontheffing te verlenen van de verplichting om de in artikel 3, lid 1, genoemde informatie openbaar te maken voor:
systemen die orders matchen op basis van een handelsmethode waarbij de in artikel 3, lid 1, bedoelde prijs van het financiële instrument wordt afgeleid van het handelsplatform waar dat financiële instrument voor het eerst tot de handel is toegelaten, of de qua liquiditeit meest relevante markt, indien die referentieprijs op ruime schaal is bekendgemaakt en door de deelnemers aan de markt als een betrouwbare referentieprijs wordt beschouwd. Het voortdurende gebruik van deze ontheffing is onderworpen aan de voorwaarden vermeld in artikel 5.
systemen die bilateraal overeengekomen transacties formaliseren die:
worden verricht tegen een koers die valt binnen de actuele volumegewogen spread zoals die blijkt uit het orderboek of tegen de koersen van de marktmakers van het handelsplatform dat dat systeem exploiteert; deze transacties zijn onderworpen aan de voorwaarden vermeld in artikel 5;
transacties zijn in een niet-liquide aandeel, representatief certificaat, ETF, certificaat of ander vergelijkbaar financieel instrument dat niet valt onder een liquide markt, en worden verricht tegen een koers die valt binnen een bepaald percentage van een passende referentieprijs, waarbij het percentage en de referentieprijs van tevoren door de exploitant van het systeem worden vastgesteld; of
zijn onderworpen aan andere voorwaarden dan de actuele marktprijs van dat financiële instrument;
orders die van aanzienlijke omvang zijn in verhouding tot de normale marktomvang;
orders die in een faciliteit voor orderadministratie van het handelsplatform worden gehouden in afwachting van de bekendmaking ervan op de markt.
De referentieprijs als bedoeld in lid 1, onder a), wordt vastgesteld door verkrijging van:
het gemiddelde van de spread tussen de actuele bied- en laatprijzen op het handelsplatform waar dat financiële instrument voor het eerst tot de handel is toegelaten, of de qua liquiditeit meest relevante markt; of
indien de onder a) bedoelde prijs niet beschikbaar is, de openings- of de slotkoers van de betrokken handelssessie.
In de orders wordt alleen naar de onder b) bedoelde prijzen verwezen buiten de doorlopende handelsfase van de betrokken handelssessie.
Indien handelsplatformen systemen exploiteren die bilateraal overeengekomen transacties overeenkomstig lid 1, onder b), punt i), formaliseren:
worden die transacties overeenkomstig de voorschriften van het handelsplatform uitgevoerd;
zorgt het handelsplatform ervoor dat er regelingen, systemen en procedures bestaan om marktmisbruik of pogingen daartoe in verband met dergelijke bilateraal overeengekomen transacties overeenkomstig artikel 16 van Verordening (EU) nr. 596/2014 te voorkomen en op te sporen;
zet het handelsplatform systemen op, onderhoudt deze en past deze toe met het oog op de opsporing van pogingen om de ontheffing te gebruiken voor het omzeilen van andere voorschriften in deze verordening of in Richtlijn 2014/65/EU, en de melding van dergelijke pogingen aan de bevoegde autoriteit.
Wanneer een bevoegde autoriteit overeenkomstig lid 1, onder b), punt i) of iii), een ontheffing verleent, houdt die bevoegde autoriteit toezicht op het gebruik van de ontheffing door het handelsplatform om zich ervan te verzekeren dat de voorwaarden voor het gebruik van de ontheffing in acht worden genomen.
De bevoegde autoriteiten stellen de ESMA en de andere bevoegde autoriteiten in kennis van een dergelijke intrekking onder opgave van de volledige motivering van hun besluit.
De ESMA stelt ontwerpen van technische reguleringsnormen op waarbij het volgende nader wordt bepaald:
het bereik van de bied- en laatprijzen of de koersen van aangewezen marktmakers, en de diepte van de markt tegen die prijzen, welke openbaar moeten worden gemaakt voor elke klasse van een financieel instrument overeenkomstig artikel 3, lid 1, rekening houdend met de nodige afstemming op verschillende soorten handelssystemen als bedoeld in artikel 3, lid 2;
de qua liquiditeit van een financieel instrument meest relevante markt overeenkomstig lid 1, onder a);
de specifieke kenmerken van een bilateraal overeengekomen transactie met betrekking tot de verschillende manieren waarop het lid van of de deelnemer aan een handelsplatform die transactie kan uitvoeren;
de bilateraal overeengekomen transacties die niet bijdragen aan de prijsvorming en die gebruikmaken van de ontheffing als bedoeld in lid 1, onder b), punt iii);
de omvang van de orders die aanzienlijk zijn, en de soort en de minimale omvang van de orders die in een faciliteit voor orderadministratie van een handelsplatform worden bijgehouden in afwachting van de bekendmaking ervan op de markt, waarvoor krachtens lid 1 ontheffing mag worden verleend van de verplichting tot informatieverstrekking voor de handel voor elke betrokken klasse van financiële instrumenten;
De ESMA legt die ontwerpen van technische reguleringsnormen uiterlijk op 3 juli 2015 voor aan de Commissie.
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid toegekend om de in de eerste alinea bedoelde technische reguleringsnormen vast te stellen overeenkomstig de artikelen 10 tot en met 14 van Verordening (EU) nr. 1095/2010.
Artikel 5
Volumebeperkingsmechanisme
Om ervoor te zorgen dat het gebruik van de ontheffingen waarin is voorzien in artikel 4, lid 1, onder a) en artikel 4, lid 1 onder b), punt i), de prijsvorming niet overmatig schaadt, wordt de handel met gebruikmaking van die ontheffingen beperkt als volgt:
het percentage van de handel in een financieel instrument op een handelsplatform met gebruikmaking van die ontheffingen wordt beperkt tot 4 % van het totale volume van de handel in dat financieel instrument op alle handelsplatformen in de Unie gedurende de voorafgaande twaalf maanden;
de totale handel in de Unie in een financieel instrument met gebruikmaking van die ontheffingen wordt beperkt tot 8 % van het totale volume van de handel in dat financieel instrument op alle handelsplatforms in de Unie gedurende de voorafgaande twaalf maanden.
Dat volumebeperkingsmechanisme is niet van toepassing op bilateraal overeengekomen transacties in een aandeel, representatief certificaat, indexfonds, certificaat of ander vergelijkbaar financieel instrument waarvoor geen liquide markt bestaat, zoals bepaald overeenkomstig artikel 2, lid 1, punt 17, onder b), die worden verricht tegen een koers die valt binnen een bepaald percentage van een passende referentieprijs als bedoeld in artikel 4, lid 1, onder b), punt ii), noch op bilateraal overeengekomen transacties die zijn onderworpen aan andere voorwaarden dan de actuele marktprijs van dat financiële instrument als bedoeld in artikel 4, lid 1, onder b), punt iii).
Teneinde voor een betrouwbare basis te zorgen voor toezicht op de handel die met gebruikmaking van die ontheffingen plaatsvindt en om te bepalen of de in lid 1 bedoelde grenzen zijn overschreden, beschikken de exploitanten van handelsplatformen verplicht over systemen en procedures om:
de identificatie mogelijk te maken van alle transacties die op hun platform hebben plaatsgevonden met gebruikmaking van die ontheffingen; en
ervoor te zorgen dat het in lid 1, onder a), genoemde percentage handel dat met gebruikmaking van die ontheffingen mag worden verricht, in geen geval wordt overschreden.
De ESMA legt die ontwerpen van technische reguleringsnormen uiterlijk op 3 juli 2015 voor aan de Commissie.
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid toegekend om de in de eerste alinea bedoelde technische reguleringsnormen vast te stellen overeenkomstig de artikelen 10 tot en met 14 van Verordening (EU) nr. 1095/2010.
Artikel 6
Vereisten met betrekking tot transparantie na de handel voor handelsplatformen als het gaat om aandelen, representatieve certificaten, ETF’s, certificaten en andere vergelijkbare financiële instrumenten
Artikel 7
Toestemming voor uitgestelde openbaarmaking
De bevoegde autoriteiten kunnen in het bijzonder toestemming geven voor uitgestelde openbaarmaking met betrekking tot transacties die aanzienlijk van omvang zijn in vergelijking met de normale marktomvang voor het betreffende aandeel, representatief certificaat, ETF, certificaat of ander vergelijkbaar financieel instrument of de betreffende aandeelklasse, representatieve certificaten, ETF, certificaten en andere vergelijkbare financiële instrumenten.
Marktexploitanten en beleggingsondernemingen die een handelsplatform exploiteren, hebben voor de voorgestelde regeling voor uitgestelde openbaarmaking van transactiegegevens toestemming vooraf van de bevoegde autoriteit nodig en maken die regelingen duidelijk bekend aan de marktdeelnemers en het publiek. De ESMA houdt toezicht op de toepassing van die regelingen voor uitgestelde openbaarmaking van transactiegegevens en brengt jaarlijks verslag uit aan de Commissie over de wijze waarop zij in de praktijk worden toegepast.
Indien een bevoegde autoriteit toestemming geeft voor uitgestelde publicatie en een bevoegde autoriteit van een andere lidstaat het niet eens is met het uitstel of het niet eens is met de feitelijke toepassing van de gegeven toestemming, kan die bevoegde autoriteit de zaak terugverwijzen naar de ESMA, die kan optreden in overeenstemming met de bevoegdheden die aan haar zijn verleend krachtens artikel 19 van Verordening (EU) nr. 1095/2010.
De ESMA stelt ontwerpen van technische reguleringsnormen op waarin het volgende zodanig nader wordt geregeld dat de op grond van artikel 64 van Richtlijn 2014/65/EU vereiste informatie kan worden openbaar gemaakt:
de details van de transacties die beleggingsondernemingen, met inbegrip van beleggingsondernemingen met systematische interne afhandeling en marktexploitanten en beleggingsondernemingen die een handelsplatform exploiteren, overeenkomstig artikel 6, lid 1, voor elke betrokken klasse van financiële instrumenten aan het publiek beschikbaar moeten stellen, met inbegrip van identificatoren voor de verschillende typen transacties die op grond van artikel 6, lid 1, en artikel 20 openbaar worden gemaakt, waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen die welke worden bepaald door factoren die hoofdzakelijk verband houden met de waardering van de financiële instrumenten en die welke door andere factoren worden bepaald;
de tijdsbeperking die geacht wordt in overeenstemming te zijn met de verplichting om gegevens binnen een tijdsspanne die realtime zo dicht mogelijk benadert openbaar te maken, ook wanneer transacties buiten de normale handelsuren worden verricht.
de voorwaarden onder welke beleggingsondernemingen, met inbegrip van beleggingsondernemingen met systematische interne afhandeling en marktexploitanten en beleggingsondernemingen die een handelsplatform exploiteren, de details van transacties per categorie betrokken financiële instrumenten met uitstel openbaar mogen maken overeenkomstig lid 1 van dit artikel en artikel 20, lid 1;
de criteria die moeten worden toegepast om te bepalen voor welke transacties, gezien hun omvang of soort, met inbegrip van het liquiditeitsprofiel van het aandeel, representatief certificaat, ETF, certificaat of ander vergelijkbaar financieel instrument, uitgestelde openbaarmaking is toegestaan voor elke betrokken klasse van financiële instrumenten.
De ESMA legt die ontwerpen van technische reguleringsnormen uiterlijk op 3 juli 2015 voor aan de Commissie.
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid toegekend om de in de eerste alinea bedoelde technische reguleringsnormen vast te stellen overeenkomstig de artikelen 10 tot en met 14 van Verordening (EU) nr. 1095/2010.
HOOFDSTUK 2
Transparantie voor andere dan eigenvermogensinstrumenten
Artikel 8
Vereisten met betrekking tot transparantie voor de handel voor handelsplatformen als het gaat om obligaties, gestructureerde financiële producten, emissierechten en derivaten
Artikel 9
Ontheffingen voor andere dan eigenvermogensinstrumenten
De bevoegde autoriteiten hebben de mogelijkheid om marktexploitanten en beleggingsondernemingen die een handelsplatform exploiteren, ontheffing te verlenen van de verplichting om de in artikel 8, lid 1, genoemde informatie openbaar te maken voor:
orders die groot van omvang zijn in vergelijking met de normale marktomvang en orders die in een faciliteit voor orderadministratie van het handelsplatform worden bijgehouden in afwachting van de bekendmaking ervan op de markt;
tot actie aanleiding gevende blijken van belangstelling in prijsaanvraag (request-for-quote)- of voicetradingsystemen die een voor het financiële instrument specifieke omvang overtreffen, waarbij de liquiditeitsverschaffer aan onnodige risico’s zou worden blootgesteld en in aanmerking wordt genomen of de betrokken marktpartijen particuliere of institutionele beleggers zijn;
derivaten waarop de handelsverplichting van artikel 28 van deze verordening niet van toepassing is en andere financiële instrumenten waarvoor er geen liquide markt is;
orders met het oog op het uitvoeren van een exchange for physical;
pakketorders die aan een van de volgende voorwaarden voldoen:
ten minste één van de onderdelen ervan is een financieel instrument waarvoor geen liquide markt bestaat, tenzij een liquide markt bestaat voor de pakketorder als geheel;
ten minste één van de onderdelen ervan is van aanzienlijke omvang vergeleken met de normale marktomvang, tenzij een liquide markt bestaat voor het pakket als geheel;
alle onderdelen ervan worden uitgevoerd in een prijsaanvraag (request-for-quote) of voicetradingsysteem, en overtreffen de specifieke omvang van het instrument.
De bevoegde autoriteiten stellen de ESMA en de andere bevoegde autoriteiten onverwijld en vóór de inwerkingtreding in kennis van een dergelijke intrekking onder opgave van de volledige motivering van hun besluit.
De tijdelijke schorsing geldt voor een eerste periode van ten hoogste drie maanden vanaf de datum waarop de schorsing op de website van de relevante bevoegde autoriteit bekendgemaakt is. Een dergelijke schorsing kan met telkens ten hoogste drie maanden worden verlengd mits de gronden voor de tijdelijke schorsing nog steeds aanwezig zijn. Indien de tijdelijke schorsing na die periode van drie maanden niet wordt verlengd, komt zij automatisch te vervallen.
Alvorens op grond van dit lid de in artikel 8 bedoelde verplichtingen op te schorten of de tijdelijke schorsing ervan te verlengen, deelt de bevoegde autoriteit de ESMA haar voornemen mee en geeft zij tevens een verklaring. De ESMA geeft zo spoedig mogelijk een advies af aan de bevoegde autoriteit uit waarin zij aangeeft of volgens haar de schorsing of de verlenging van de tijdelijke schorsing gerechtvaardigd is overeenkomstig de eerste en tweede alinea.
De ESMA stelt ontwerpen van technische reguleringsnormen op waarbij het volgende nader wordt bepaald:
de parameters en de methoden voor het berekenen van de in lid 4 bedoelde liquiditeitsdrempel met betrekking tot het financieel instrument. De door de lidstaten gehanteerde parameters en methoden voor het berekenen van de drempel worden zo bepaald dat wanneer de drempel is bereikt, dit betekent dat alle platformen binnen de Unie tezamen beschouwd een aanzienlijke daling van de liquiditeit voor het betrokken financieel instrument te zien geven, op basis van de criteria van artikel 2, lid 1, punt 17);
het bereik van de bied- en laatprijzen of koersen, en de diepte van de blijken van belangstelling tegen die prijzen, of de indicatieve pretransactionele bied- en laatprijzen die dicht in de buurt liggen van de prijs van de blijken van belangstelling, die overeenkomstig artikel 8, leden 1 en 4, openbaar moeten worden gemaakt voor elke betrokken klasse van financiële instrumenten, rekening houdend met de nodige afstemming op de verschillende soorten handelssystemen als bedoeld in artikel 8, lid 2;
de omvang van de orders die aanzienlijk zijn, en de soort en de minimale omvang van de orders die in een faciliteit voor orderadministratie worden bijgehouden in afwachting van de bekendmaking ervan op de markt, waarvoor krachtens lid 1 ontheffing kan worden verleend van de verplichting tot pretransactionele informatieverstrekking voor elke betrokken klasse van financiële instrumenten;
de voor het financiële instrument specifieke omvang als bedoeld in lid 1, onder b), en de definitie van prijsaanvraag (request-for-quote)- en voicetradingsystemen waarvoor overeenkomstig lid 1 ontheffing van de verplichting tot pretransactionele informatieverstrekking kan worden verleend;
Voor het bepalen van de voor het financiële instrument specifieke omvang waarbij de liquiditeitsverschaffer aan onnodig risico zou worden blootgesteld en in aanmerking wordt genomen of de betrokken marktpartijen particuliere of institutionele beleggers zijn, overeenkomstig lid 1, onder b), houdt de ESMA rekening met de volgende factoren:
de vraag of liquiditeitsverschaffers bij een dergelijke omvang hun risico’s kunnen afdekken;
indien een markt voor het financiële instrument of een klasse financiële instrumenten ten dele uit particuliere beleggers bestaat, de gemiddelde waarde van de door deze beleggers verrichte transacties;
de financiële instrumenten of klassen van financiële instrumenten waarvoor geen liquide markt bestaat waarvoor krachtens lid 1 ontheffing van de verplichting tot informatieverstrekking voor de handel kan worden verleend.
De ESMA legt die ontwerpen van technische reguleringsnormen uiterlijk op 3 juli 2015 voor aan de Commissie.
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid toegekend om de in de eerste alinea bedoelde technische reguleringsnormen vast te stellen overeenkomstig de artikelen 10 tot en met 14 van Verordening (EU) nr. 1095/2010.
ESMA legt deze ontwerpen van technische reguleringsnormen uiterlijk op 28 februari 2017 voor aan de Commissie.
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid toegekend om de in de eerste alinea bedoelde technische reguleringsnormen overeenkomstig de artikelen 10 tot en met 14 van Verordening (EU) nr. 1095/2010 vast te stellen.
Artikel 10
Vereisten met betrekking tot transparantie na de handel voor handelsplatformen met betrekking tot obligaties, gestructureerde financiële producten, emissierechten en derivaten
Artikel 11
Toestemming voor uitgestelde openbaarmaking
De bevoegde autoriteiten kunnen in het bijzonder toestemming geven voor uitgestelde openbaarmaking met betrekking tot transacties die:
aanzienlijk van omvang zijn in vergelijking met de normale marktomvang voor die obligatie, dat gestructureerde financiële product, die emissierecht of dat derivaat dat, c.q. die verhandeld wordt op een handelsplatform, of voor die klasse van obligaties, gestructureerde financiële producten, emissierechten of derivaten die verhandeld worden op een handelsplatform; of
verband houden met een obligatie, een gestructureerd financieel product, een emissierecht of een derivaat dat, c.q. die verhandeld wordt op een handelsplatform, of voor een klasse van op een handelsplatform verhandelde obligaties, gestructureerde financiële producten, emissierechten of derivaten waarvoor geen liquide markt bestaat;
de omvang overtreffen welke specifiek is voor de obligatie of het gestructureerd financieel product, emissierecht of derivaat die/dat op een handelsplatform wordt verhandeld, of die klasse van obligatie, gestructureerd financieel product, emissierecht of derivaat dat op een handelsplatform wordt verhandeld, waarbij de liquiditeitsverschaffer aan onnodige risico’s zou worden blootgesteld en in aanmerking wordt genomen of de betrokken marktpartijen particuliere of institutionele beleggers zijn.
Marktexploitanten en beleggingsondernemingen die een handelsplatform exploiteren, hebben voor de voorgestelde regeling voor uitgestelde openbaarmaking van transactiegegevens toestemming vooraf van de bevoegde autoriteit nodig en maken die regelingen duidelijk bekend aan de marktdeelnemers en het publiek. De ESMA houdt toezicht op de toepassing van die regelingen voor uitgestelde openbaarmaking van transactiegegevens en brengt jaarlijks verslag uit aan de Commissie over de wijze waarop ze in de praktijk worden gebruikt.
De tijdelijke schorsing geldt voor een eerste periode van ten hoogste drie maanden vanaf de datum waarop de schorsing op de website van de relevante bevoegde autoriteit bekendgemaakt is. Een dergelijke schorsing kan met telkens ten hoogste drie maanden worden verlengd mits de gronden voor de tijdelijke schorsing nog steeds aanwezig zijn. Indien de tijdelijke schorsing na die periode van drie maanden niet wordt verlengd, komt zij automatisch te vervallen.
Alvorens de in artikel 10 bedoelde verplichtingen op te schorten of de tijdelijke schorsing ervan te verlengen, deelt de bevoegde autoriteit de ESMA haar voornemen mee en geeft zij tevens een verklaring. De ESMA geeft zo spoedig mogelijk een advies af aan de bevoegde autoriteit uit waarin zij aangeeft of volgens haar de schorsing of de verlenging van de tijdelijke schorsing gerechtvaardigd is overeenkomstig de eerste en tweede alinea.
De bevoegde autoriteiten kunnen, in combinatie met het verlenen van toestemming voor uitgestelde openbaarmaking:
voor de tijdsduur van het uitstel, de openbaarmaking verlangen van beperkte bijzonderheden van een transactie of van bijzonderheden van meerdere transacties in geaggregeerde vorm, dan wel een combinatie daarvan;
tijdens een verlengde termijn van uitstel het achterwege laten van de openbaarmaking van de omvang van een afzonderlijke transactie toestaan;
met betrekking tot andere dan eigenvermogensinstrumenten die geen overheidsschuld zijn, tijdens een verlengde termijn van uitstel de openbaarmaking van verscheidene transacties in geaggregeerde vorm toestaan;
met betrekking tot overheidsschuldinstrumenten, voor onbepaalde tijd de openbaarmaking van verscheidene transacties in geaggregeerde vorm toestaan.
Ten aanzien van overheidsschuldinstrumenten kan van de punten b) en d) afzonderlijk dan wel achtereenvolgens gebruik worden gemaakt, waarbij de omvang in geaggregeerde vorm kan worden openbaar gemaakt zodra de verlengde periode voor het achterwege laten van de openbaarmaking van de omvang eindigt.
Ten aanzien van alle andere financiële instrumenten worden na het verstrijken van de periode van uitstel de resterende bijzonderheden van de transactie en alle bijzonderheden van de afzonderlijke transacties openbaar gemaakt.
De ESMA stelt ontwerpen van technische reguleringsnormen op om het volgende zodanig nader te regelen dat de op grond van artikel 64 van Richtlijn 2014/65/EU vereiste informatie kan worden gepubliceerd:
de details van transacties die beleggingsondernemingen, met inbegrip van beleggingsondernemingen met systematische interne afhandeling, en marktexploitanten en beleggingsondernemingen die een handelsplatform exploiteren, overeenkomstig artikel 10, lid 1, voor elke betrokken klasse van financiële instrumenten aan het publiek beschikbaar moeten stellen, met inbegrip van identificatoren voor de verschillende soorten transacties die op grond van artikel 10, lid 1, en artikel 21, lid 1, openbaar moeten worden gemaakt, waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen die welke worden bepaald door factoren die hoofdzakelijk verband houden met de waardering van de financiële instrumenten en die welke door andere factoren worden bepaald;
de tijdsbeperking die geacht wordt in overeenstemming te zijn met de verplichting om gegevens binnen een tijdsspanne die realtime zo dicht mogelijk benadert openbaar te maken, ook wanneer transacties buiten de normale handelsuren worden verricht;
de voorwaarden onder welke beleggingsondernemingen, met inbegrip van beleggingsondernemingen met systematische interne afhandeling, en marktexploitanten en beleggingsondernemingen die een handelsplatform exploiteren, de details van transacties per categorie van betrokken financieel instrument met uitstel openbaar mogen maken overeenkomstig lid 1 van dit artikel, en artikel 21, lid 4;
de criteria die in aanmerking moeten worden genomen om te bepalen voor welke omvang of soort van transactie uitgestelde openbaarmaking en openbaarmaking van beperkte bijzonderheden van een transactie, of openbaarmaking van beperkte bijzonderheden van meerdere transacties in geaggregeerde vorm, of weglating van de openbaarmaking van de omvang van een transactie onder bijzondere verwijzing naar het toestaan van een verdere schorsingstermijn voor bepaalde financiële instrumenten, afhankelijk van hun liquiditeit, is toegestaan overeenkomstig lid 3.
De ESMA legt die ontwerpen van technische reguleringsnormen uiterlijk op 3 juli 2015 voor aan de Commissie.
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid toegekend om de in de eerste alinea bedoelde technische reguleringsnormen vast te stellen overeenkomstig de artikelen 10 tot en met 14 van Verordening (EU) nr. 1095/2010.
HOOFDSTUK 3
Verplichting om handelsgegevens afzonderlijk en tegen redelijke commerciële voorwaarden aan te bieden
Artikel 12
Verplichting om gegevens voor en na de handel afzonderlijk beschikbaar te stellen
De ESMA legt die ontwerpen van technische reguleringsnormen uiterlijk op 3 juli 2015 voor aan de Commissie.
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid toegekend om de in de eerste alinea bedoelde technische reguleringsnormen vast te stellen overeenkomstig de artikelen 10 tot en met 14 van Verordening (EU) nr. 1095/2010.
Artikel 13
Verplichting om gegevens voor en na de handel tegen redelijke commerciële voorwaarden beschikbaar te stellen
TITEL III
TRANSPARANTIE VOOR BELEGGINGSONDERNEMINGEN MET SYSTEMATISCHE INTERNE AFHANDELING EN BELEGGINGSONDERNEMINGEN DIE BUITEN DE BEURS HANDELEN EN VERHANDELINGSEENHEIDREGELING VOOR BELEGGINGSONDERNEMINGEN MET SYSTEMATISCHE INTERNE AFHANDELING
Artikel 14
Verplichting voor beleggingsondernemingen met systematische interne afhandeling tot openbaarmaking van vaste koersen voor aandelen, representatieve certificaten, ETF’s, certificaten en andere vergelijkbare financiële instrumenten
Indien er geen liquide markt voor de in de eerste alinea bedoelde financiële instrumenten bestaat, maken beleggingsondernemingen met systematische interne afhandeling de koersen op verzoek bekend aan hun cliënten.
De ESMA legt die ontwerpen van technische reguleringsnormen uiterlijk op 3 juli 2015 voor aan de Commissie.
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid toegekend om de in de eerste alinea bedoelde technische reguleringsnormen vast te stellen overeenkomstig de artikelen 10 tot en met 14 van Verordening (EU) nr. 1095/2010.
Artikel 15
Uitvoering van cliëntenorders
De lidstaten bepalen dat ondernemingen die voldoen aan de definitie van een beleggingsonderneming met systematische interne afhandeling, hiervan kennisgeven aan hun bevoegde autoriteit. Deze kennisgeving wordt doorgezonden naar de ESMA. De ESMA stelt een lijst op van alle beleggingsondernemingen met systematische interne afhandeling in de Unie.
De koersen worden onmiddellijk tegen redelijke commerciële voorwaarden openbaar gemaakt op zodanige wijze dat zij gemakkelijk toegankelijk zijn voor andere marktdeelnemers.
In gerechtvaardigde gevallen mogen zij die orders evenwel uitvoeren tegen betere prijzen, mits deze prijs valt binnen een openbaar gemaakt prijsbereik dat de marktsituatie benadert.
Artikel 16
Plichten van bevoegde autoriteiten
De bevoegde autoriteiten vergewissen zich ervan:
dat beleggingsondernemingen de overeenkomstig artikel 14 openbaar gemaakte bied- en laatprijzen regelmatig actualiseren en prijzen handhaven die de heersende marktsituatie weergeven;
dat beleggingsondernemingen voldoen aan de in artikel 15, lid 2, vermelde voorwaarden voor prijsverbetering.
Artikel 17
Toegang tot koersen
Om te zorgen voor efficiënte waardering van aandelen, representatieve certificaten, ETF’s, certificaten en andere vergelijkbare financiële instrumenten en beleggingsondernemingen de beste kansen te bieden om de voordeligste voorwaarden voor hun cliënten te bedingen, stelt de Commissie overeenkomstig artikel 50 gedelegeerde handelingen vast om de volgende zaken te specificeren:
de criteria om te bepalen wanneer een koers, als omschreven in artikel 15, lid 1, regelmatig en doorlopend openbaar wordt gemaakt en gemakkelijk toegankelijk is, en met welke middelen beleggingsondernemingen de verplichting om hun koersen openbaar te maken, kunnen nakomen, waarbij onder meer de volgende mogelijkheden worden geboden:
door middel van de voorzieningen van eender welke gereglementeerde markt die het desbetreffende financiële instrument tot de handel heeft toegelaten;
door middel van een APA;
door middel van eigen regelingen;
de criteria om voor de in artikel 15, lid 3, bedoelde transacties en orders te bepalen voor welke transacties uitvoering in verscheidene effecten onderdeel van één transactie is, of aan welke orders andere voorwaarden dan de actuele marktprijs verbonden zijn;
de criteria om te bepalen wat kan worden beschouwd als uitzonderlijke marktomstandigheden onder welke koersen mogen worden ingetrokken, alsmede de voorwaarden voor het aanpassen van koersen, als bedoeld in artikel 15, lid 1;
de criteria om vast te stellen wanneer het aantal en/of de omvang van de door cliënten gewenste orders de norm aanzienlijk overschrijdt, als bedoeld in lid 2;
de criteria om vast te stellen wanneer prijzen binnen een openbaar gemaakt prijsbereik dat de marktsituatie benadert, als bedoeld in artikel 15, lid 2, vallen.
Artikel 17 bis
Verhandelingseenheden
Koersen van beleggingsondernemingen met systematische interne afhandeling, prijsverbeteringen op die koersen en de gerealiseerde prijzen zijn in overeenstemming met de verhandelingseenheden als bepaald in artikel 49 van Richtlijn 2014/65/EU.
De toepassing van verhandelingseenheden belet niet dat beleggingsondernemingen met systematische interne afhandeling orders van aanzienlijke omvang matchen op het gemiddelde van de spread tussen de actuele biedprijzen en laatprijzen.
Artikel 18
Verplichting voor beleggingsondernemingen met systematische interne afhandeling tot openbaarmaking van vaste koersen met betrekking tot obligaties, gestructureerde financiële producten, emissierechten en derivaten
Beleggingsondernemingen maken vaste koersen openbaar voor de op een handelsplatform verhandelde obligaties, gestructureerde financiële producten, emissierechten en derivaten waarvoor zij als beleggingsonderneming met systematische interne afhandeling fungeren en waarvoor een liquide markt bestaat, wanneer de volgende voorwaarden vervuld zijn:
een cliënt van de beleggingsonderneming met systematische interne afhandeling vraagt om een koers;
de onderneming gaat akkoord met het verstrekken van de koers.
Beleggingsondernemingen met systematische interne afhandeling zijn niet tot de in lid 1 vastgestelde verplichting tot openbaarmaking van vaste koersen gehouden voor financiële instrumenten die onder de overeenkomstig artikel 9, lid 4, vastgestelde liquiditeitsdrempel vallen.
In gerechtvaardigde gevallen mogen zij evenwel orders uitvoeren tegen een betere prijs, mits de prijs valt binnen een openbaar gemaakt prijsbereik dat de marktsituatie benadert.
Artikel 19
Toezicht door de ESMA
Artikel 20
Openbaarmaking na de handel door beleggingsondernemingen, waaronder beleggingsondernemingen met systematische interne afhandeling, met betrekking tot aandelen, representatieve certificaten, ETF’s, certificaten en andere vergelijkbare financiële instrumenten
De ESMA stelt ontwerpen van technische reguleringsnormen op om het volgende te specificeren:
identificatoren voor de verschillende soorten transacties die op grond van dit artikel openbaar worden gemaakt, waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen die welke worden bepaald door factoren die hoofdzakelijk verband houden met de waardering van de financiële instrumenten en die welke door andere factoren worden bepaald;
de toepassing van de verplichting op grond van lid 1 op transacties waarbij gebruik wordt gemaakt van deze financiële instrumenten voor onderpand, lening of andere doeleinden waarbij de uitwisseling van financiële instrumenten wordt bepaald door andere factoren dan de actuele marktwaarde van het financiële instrument.
de partij bij een transactie die de transactie overeenkomstig lid 1 openbaar moet maken indien beide partijen bij de transactie beleggingsondernemingen zijn.
De ESMA legt die ontwerpen van technische reguleringsnormen uiterlijk op 3 juli 2015 voor aan de Commissie.
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid toegekend om de in de eerste alinea bedoelde technische reguleringsnormen vast te stellen overeenkomstig de artikelen 10 tot en met 14 van Verordening (EU) nr. 1095/2010.
Artikel 21
Openbaarmaking na de handel door beleggingsondernemingen, waaronder beleggingsondernemingen met systematische interne afhandeling, met betrekking tot obligaties, gestructureerde financiële producten, emissierechten en derivaten
Indien de op grond van artikel 11 genomen maatregelen voorzien in uitgestelde openbaarmaking en openbaarmaking van beperkte details of van details in geaggregeerde vorm, dan wel een combinatie daarvan, of in het achterwege laten van de openbaarmaking van het volume voor sommige categorieën van transacties met betrekking tot obligaties, gestructureerde financiële producten, emissierechten of derivaten die op een handelsplatform worden verhandeld, geldt die mogelijkheid ook voor die transacties als zij worden uitgevoerd buiten handelsplatformen.
De ESMA stelt ontwerpen van technische reguleringsnormen op om het volgende zodanig nader te regelen dat de op grond van artikel 64 van Richtlijn 2014/65/EU vereiste informatie kan worden gepubliceerd:
de identificatoren voor de verschillende soorten transacties die overeenkomstig dit artikel openbaar worden gemaakt, waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen die welke worden bepaald door factoren die hoofdzakelijk verband houden met de waardering van de financiële instrumenten en die welke door andere factoren worden bepaald;
de toepassing van de verplichting op grond van lid 1 op transacties waarbij gebruik wordt gemaakt van deze financiële instrumenten voor onderpand, lening of andere doeleinden waarbij de uitwisseling van financiële instrumenten wordt bepaald door andere factoren dan de actuele marktwaarde van het financiële instrument;
de partij bij een transactie die de transactie overeenkomstig lid 1 openbaar moet maken indien beide partijen bij de transactie beleggingsondernemingen zijn.
De ESMA legt die ontwerpen van technische reguleringsnormen uiterlijk op 3 juli 2015 voor aan de Commissie.
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid toegekend om de in de eerste alinea bedoelde technische reguleringsnormen vast te stellen overeenkomstig de 10 tot en met 14 van Verordening (EU) nr. 1095/2010.
Artikel 22
Informatieverstrekking met het oog op transparantie en andere berekeningen
Teneinde berekeningen te maken met het oog op de vaststelling van de eisen inzake transparantie vóór en na de handel en de handelsverplichtingsregelingen als bedoeld in de artikelen 3 tot en met 11, de artikelen 14 tot en met 21 en artikel 32, die van toepassing zijn op financiële instrumenten, alsmede om te bepalen of een beleggingsonderneming een beleggingsonderneming met systematische interne afhandeling is, kunnen de ESMA en bevoegde autoriteiten informatie verlangen van:
handelsplatformen;
APA’s; en
verstrekkers van een consolidated tape.
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid gedelegeerd om deze verordening aan te vullen door de in de eerste alinea bedoelde technische reguleringsnormen vast te stellen overeenkomstig de artikelen 10 tot en met 14 van Verordening (EU) nr. 1095/2010.
Artikel 23
Handelsverplichting voor beleggingsondernemingen
Een beleggingsonderneming zorgt ervoor dat haar transacties in aandelen die tot de handel op een gereglementeerde markt zijn toegelaten of die op een handelsplatform worden verhandeld, op een gereglementeerde markt, MTF of via een beleggingsonderneming met systematische interne afhandeling, dan wel op een overeenkomstig artikel 25, lid 4, onder a), van Richtlijn 2014/65/EU als gelijkwaardig aangemerkt handelsplatform in een derde land, naar gelang van het geval, worden verricht, tenzij de kenmerken daarvan inhouden dat zij:
niet-systematisch, ad hoc, onregelmatig en niet-frequent worden verricht, of
tussen in aanmerking komende en/of professionele tegenpartijen worden verricht en niet bijdragen aan de koersvorming.
De ESMA stelt ontwerpen van technische reguleringsnormen op ter specificatie van de bijzondere kenmerken van die transacties in aandelen die niet bijdragen aan de koersvorming als bedoeld in lid 1, rekening houdend met gevallen:
van niet-toewijsbare liquiditeitstransacties; of
waarin de ruil van dergelijke financiële instrumenten door andere factoren wordt bepaald dan door de actuele marktwaarde van het financiële instrument.
De ESMA legt die ontwerpen van technische reguleringsnormen uiterlijk op 3 juli 2015 voor aan de Commissie.
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid toegekend om de in de eerste alinea bedoelde technische reguleringsnormen vast te stellen overeenkomstig de artikelen 10 tot en met 14 van Verordening (EU) nr. 1095/2010.
TITEL IV
MELDEN VAN TRANSACTIES
Artikel 24
Verplichting om de integriteit van markten in stand te houden
Onverminderd de verdeling van de verantwoordelijkheden voor het doen naleven van Verordening (EU) nr. 596/2014 houden de bevoegde autoriteiten, gecoördineerd door de ESMA in overeenstemming met artikel 31 van Verordening (EU) nr. 1095/2010, toezicht op de activiteiten van beleggingsondernemingen om ervoor te zorgen dat deze optreden op loyale, billijke en professionele wijze en op een manier die bevorderlijk is voor de integriteit van de markt.
Artikel 25
Verplichting tot het bijhouden van gegevens
Die ontwerpen van technische reguleringsnormen bevatten de identificatiecode van het lid of de deelnemer die de order heeft doorgegeven, de identificatiecode van de order, de datum en het tijdstip van doorgifte van de order, de kenmerken van de order, waaronder het type order, de eventuele limietprijs, de geldigheidsperiode, eventuele specifieke orderinstructies, nadere bijzonderheden betreffende wijzigingen, annulering, gedeeltelijke of volledige uitvoering van de order, het agentschap of de voornaamste hoedanigheid waarin wordt opgetreden.
De ESMA legt die ontwerpen van technische reguleringsnormen uiterlijk op 3 juli 2015 voor aan de Commissie.
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid toegekend om de in de eerste alinea bedoelde technische reguleringsnormen overeenkomstig de artikelen 10 tot en met 14 van Verordening (EU) nr. 1095/2010 vast te stellen.
Artikel 26
Verplichting om transacties te melden
De bevoegde autoriteiten treffen overeenkomstig artikel 85 van Richtlijn 2014/65/EU de nodige regelingen om ervoor te zorgen dat ook de bevoegde autoriteit van de in termen van liquiditeit voor deze financiële instrumenten meest relevante markt die informatie ontvangt.
De bevoegde autoriteiten stellen zonder onnodige vertraging de overeenkomstig dit artikel gemelde informatie beschikbaar aan de ESMA.
De in lid 1 vastgelegde verplichting geldt voor:
financiële instrumenten die tot de handel zijn toegelaten of worden verhandeld op een handelsplatform of waarvoor een verzoek om toelating tot de handel is gedaan;
financiële instrumenten waarvan de onderliggende waarde een financieel instrument is dat op een handelsplatform wordt verhandeld; en
financiële instrumenten waarvan de onderliggende waarde een index of mand is die is samengesteld uit financiële instrumenten die op een handelsplatform worden verhandeld.
Voor transacties in de onder a) tot en met c) bedoelde financiële instrumenten is de verplichting van toepassing ongeacht of zij op het handelsplatform worden verricht.
Uiterlijk op 3 januari 2016 stelt de ESMA overeenkomstig artikel 16 van Verordening (EU) nr. 1095/2010 richtsnoeren op om ervoor te zorgen dat het gebruik van identificatoren voor juridische entiteiten (legal identity identifier — LEI) in de Unie voldoet aan de internationale normen, met name die van de Raad voor financiële stabiliteit (FSB).
De beleggingsondernemingen zijn verantwoordelijk voor de volledigheid, de nauwkeurigheid en de tijdige indiening van de meldingen bij de bevoegde autoriteit.
Bij wijze van afwijking van die verplichting, is een beleggingsonderneming die bijzonderheden van transacties meldt via een namens haar optredend ARM of een handelsplatform, niet verantwoordelijk voor tekortkomingen in de volledigheid, de nauwkeurigheid en de tijdige indiening van de meldingen die zijn toe te schrijven aan het ARM of het handelsplatform. In die gevallen is, behoudens artikel 66, lid 4, van Richtlijn 2014/65/EU, het ARM of het handelsplatform verantwoordelijk voor die tekortkomingen.
De beleggingsondernemingen moeten niettemin redelijke stappen ondernemen om na te gaan of de namens hen ingediende transactiemeldingen volledig, nauwkeurig en op tijd zijn.
De lidstaat van herkomst eist dat het handelsplatform, bij het doen van meldingen namens de beleggingsonderneming, over deugdelijke beveiligingsmechanismen beschikt teneinde de beveiliging en de authenticatie van de middelen voor de informatieoverdracht te garanderen, het risico op gegevensverminking en onbevoegde toegang tot een minimum te beperken en te voorkomen dat informatie uitlekt, waarbij de geheimhouding van de gegevens te allen tijde wordt gegarandeerd. De lidstaat van herkomst eist dat het handelsplatform voldoende middelen aanhoudt en beschikt over back-upvoorzieningen om zijn diensten te allen tijde te kunnen aanbieden en in stand te kunnen houden.
Systemen voor matching of melding van transacties, waaronder transactieregisters die zijn geregistreerd of erkend overeenkomstig titel VI van Verordening (EU) nr. 648/2012, kunnen door de bevoegde autoriteit worden goedgekeurd als ARM voor het toezenden van transactiemeldingen aan de bevoegde autoriteit overeenkomstig de leden 1, 3 en 9.
Wanneer de transacties aan een als ARM goedgekeurd transactieregister zijn gemeld overeenkomstig artikel 9 van Verordening (EU) nr. 648/2012 en deze meldingen de krachtens de leden 1, 3 en 9 vereiste details bevatten en door het transactieregister binnen de in lid 1 gestelde termijn aan de bevoegde autoriteit worden toegezonden, wordt de beleggingsonderneming geacht te hebben voldaan aan de verplichting op grond van lid 1.
Indien een transactiemelding fouten of omissies bevat, corrigeert het ARM, de beleggingsonderneming of het handelsplatform dat/die de transactie meldt, de informatie en dient een gecorrigeerde melding in bij de bevoegde autoriteit.
De ESMA stelt ontwerpen van technische reguleringsnormen op tot nadere regeling van:
de normen en formats voor de gegevens die moeten worden gemeld overeenkomstig de leden 1 en 3, waaronder de methoden en regelingen voor het melden van financiële transacties en de vorm en inhoud van dergelijke meldingen;
de criteria voor het definiëren van een relevante markt overeenkomstig lid 1;
de referenties van de gekochte of verkochte financiële instrumenten, het aantal, de datum en het tijdstip van de transactie, de prijs van de transactie, gedetailleerde gegevens over de identiteit van de cliënt, een kenmerk ter identificatie van cliënten namens wie de beleggingsonderneming de transactie heeft uitgevoerd, een kenmerk ter identificatie van de personen en de computeralgoritmen die binnen de beleggingsonderneming verantwoordelijk zijn voor het beleggingsbesluit en de uitvoering van de transactie, informatie ter identificatie van de toepasselijke ontheffing met gebruikmaking waarvan de transactie heeft plaatsgevonden, de middelen ter identificatie van de betreffende beleggingsondernemingen, de wijze waarop de transactie is uitgevoerd, de gegevensvelden die nodig zijn voor het verwerken en analyseren van de transactiemeldingen overeenkomstig lid 3; en
het kenmerk ter identificatie van shorttransacties in aandelen en overheidsschuld als bedoeld in lid 3;
de relevante categorieën financiële instrumenten die overeenkomstig lid 2 moeten worden gemeld;
de voorwaarden waaronder de lidstaten overeenkomstig lid 6 identificatoren voor juridische entiteiten moeten ontwikkelen, toekennen en handhaven, en de voorwaarden voor het gebruik van deze identificatoren door beleggingsondernemingen om overeenkomstig de leden 3, 4 en 5 te voorzien in een kenmerk ter identificatie van de cliënten in de transactiemeldingen die zij krachtens lid 1 moeten verrichten;
de toepassing van verplichtingen inzake het melden van transacties op bijkantoren van beleggingsondernemingen;
wat voor de toepassing van dit artikel onder een transactie en de uitvoering van een transactie moet worden verstaan;
wanneer een beleggingsonderneming voor de toepassing van lid 4 geacht wordt een order te hebben doorgegeven.
De ESMA legt die ontwerpen van technische reguleringsnormen uiterlijk op 3 juli 2015 voor aan de Commissie.
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid toegekend om de in de eerste alinea bedoelde technische reguleringsnormen overeenkomstig de artikelen 10 tot en met 14 van Verordening (EU) nr. 1095/2010 vast te stellen.
Artikel 27
Verplichting tot verstrekking van referentiegegevens voor financiële instrumenten
Ten aanzien van andere onder artikel 26, lid 2, vallende financiële instrumenten die via haar systeem worden verhandeld, verstrekt elke beleggingsonderneming met systematische interne afhandeling de ESMA referentiegegevens betreffende die financiële instrumenten.
De referentiegegevens ter identificatie worden in een elektronisch en gestandaardiseerd format gereed gemaakt voor toezending aan de ESMA vóór de aanvang van de handel in het financiële instrument waarop zij betrekking hebben. De referentiegegevens betreffende het financiële instrument worden geactualiseerd telkens als er zich veranderingen in de gegevens betreffende een financieel instrument voordoen. De ESMA maakt deze referentiegegevens onmiddellijk op haar website bekend. De ESMA geeft bevoegde autoriteiten zonder onnodige vertraging toegang tot die referentiegegevens.
Om bevoegde autoriteiten in staat te stellen overeenkomstig artikel 26 de werkzaamheden van beleggingsondernemingen te monitoren teneinde ervoor te zorgen dat zij eerlijk, billijk en professioneel optreden en op een manier die bevorderlijk is voor de integriteit van de markt, treft de ESMA, na raadpleging van de bevoegde autoriteiten, de nodige regelingen om ervoor te zorgen dat:
de ESMA overeenkomstig lid 1 van dit artikel de referentiegegevens voor financiële instrumenten daadwerkelijk ontvangt;
de kwaliteit van de overeenkomstig lid 1 van dit artikel ontvangen referentiegegevens voor financiële instrumenten adequaat is voor de melding van transacties overeenkomstig artikel 26;
de overeenkomstig lid 1 van dit artikel ontvangen referentiegegevens voor financiële instrumenten op efficiënte wijze en zonder onnodige vertraging worden uitgewisseld tussen de betrokken bevoegde autoriteiten;
er effectieve mechanismen voorhanden zijn tussen de ESMA en de bevoegde autoriteiten om problemen inzake levering of kwaliteit van gegevens op te lossen.
De ESMA stelt ontwerpen van technische reguleringsnormen op om de volgende punten nader in te vullen:
de gegevensstandaarden en -formaten voor de in lid 1 bedoelde referentiegegevens voor financiële instrumenten, met inbegrip van de methoden en regelingen voor de levering van die gegevens, en eventuele actualiseringen, aan de ESMA en de doorgifte ervan aan bevoegde autoriteiten overeenkomstig lid 1, alsmede de vorm en inhoud van die gegevens;
de technische maatregelen die nodig zijn met het oog op de voorzieningen die de ESMA en de bevoegde autoriteiten overeenkomstig lid 2 moeten treffen.
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid gedelegeerd om deze verordening aan te vullen door de in de eerste alinea bedoelde technische reguleringsnormen vast te stellen overeenkomstig de artikelen 10 tot en met 14 van Verordening (EU) nr. 1095/2010.
De ESMA kan de in lid 1 gespecificeerde rapportageverplichtingen voor bepaalde of alle financiële instrumenten opschorten indien aan alle volgende voorwaarden wordt voldaan:
de opschorting is nodig om de integriteit en de kwaliteit te bewaren van de referentiegegevens waarvoor de in lid 1 gespecificeerde rapportageverplichting geldt, welke in gevaar kunnen komen door:
ernstige onvolledigheid, onnauwkeurigheid of corruptie van de ingediende gegevens; of
niet-tijdige beschikbaarheid, of onderbreking of schade aan de werking van systemen die gebruikt zijn voor de indiening, verzameling, verwerking of opslag van de respectieve referentiegegevens door de ESMA, door nationale bevoegde instanties, door marktinfrastructuren, door clearing- en vereffeningssystemen en door belangrijke marktdeelnemers;
de bestaande Unievereisten die van toepassing zijn, hebben geen betrekking op de bedreiging;
de opschorting heeft op de efficiëntie van de financiële markten of op de beleggers geen enkel nadelig effect dat niet in een evenredige verhouding staat tot de voordelen van de maatregel;
de opschorting leidt niet tot regelgevingsarbitrage.
Bij het nemen van de in de eerste alinea van dit lid genoemde maatregel houdt de ESMA rekening met de mate waarin de maatregel de nauwkeurigheid en de volledigheid van de gerapporteerde gegevens waarborgt voor de in lid 2 gespecificeerde doeleinden.
Voordat zij besluit de in de eerste alinea genoemde maatregel te nemen, stelt de ESMA alle relevante bevoegde instanties in kennis.
De Commissie wordt gemachtigd overeenkomstig artikel 50 gedelegeerde handelingen vast te stellen om deze verordening aan te vullen door het specificeren van de in de eerste alinea bedoelde voorwaarden alsook van de omstandigheden waarin de in die alinea genoemde opschorting ophoudt van toepassing te zijn.
TITEL IV BIS
DATARAPPORTERINGSDIENSTEN
HOOFDSTUK 1
VERGUNNINGVERLENING AAN AANBIEDERS VAN DATARAPPORTERINGSDIENSTEN
Artikel 27 bis
Voor de toepassing van deze titel wordt onder nationale bevoegde autoriteit een bevoegde autoriteit in de zin van artikel 4, lid 1, punt 26, van richtlijn 2014/65/EU verstaan.
Artikel 27 ter
Vergunningvereisten
In afwijking van de eerste alinea van dit lid is een overeenkomstig de in artikel 2, lid 3, bedoelde gedelegeerde handeling geïdentificeerde APA of ARM onderworpen aan voorafgaande vergunningverlening en toezicht door de betrokken nationale bevoegde autoriteit overeenkomstig deze titel.
Wanneer de ESMA of, in voorkomend geval, een nationale bevoegde autoriteit een vergunning heeft ingetrokken overeenkomstig artikel 27 sexies, wordt die intrekking in het register bekendgemaakt voor een periode van vijf jaar.
Artikel 27 quater
Vergunningverlening aan aanbieders van datarapporteringsdiensten
Aanbieders van datarapporteringsdiensten krijgen voor de toepassing van deze titel van de ESMA of, in voorkomend geval, van de nationale bevoegde autoriteit vergunning verleend wanneer:
de aanbieder van datarapporteringsdiensten een in de Unie gevestigde rechtspersoon is; en
de aanbieder van datarapporteringsdiensten voldoet aan de in deze titel vervatte vereisten.
Artikel 27 quinquies
Procedures voor de toekenning en weigering van vergunningaanvragen
Wanneer de aanvraag onvolledig is, stelt de ESMA, of, in voorkomend geval, de nationale bevoegde autoriteit, een termijn vast waarbinnen de aanbieder van datarapporteringsdiensten aanvullende informatie moet verstrekken.
Wanneer de ESMA, of, in voorkomend geval, de nationale bevoegde autoriteit, een aanvraag volledig acht, stelt zij de aanbieder van datarapporteringsdiensten daarvan in kennis.
De ESMA stelt ontwerpen van technische reguleringsnormen op ter bepaling van:
de informatie die overeenkomstig lid 1 moet worden verstrekt, met inbegrip van het programma van werkzaamheden;
de informatie die in de kennisgevingen op grond van artikel 27 septies, lid 2, wordt verstrekt.
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid gedelegeerd om deze verordening aan te vullen door de in de eerste alinea bedoelde technische reguleringsnormen vast te stellen overeenkomstig de artikelen 10 tot en met 14 van Verordening (EU) nr. 1095/2010.
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid verleend om de in de eerste alinea bedoelde technische uitvoeringsnormen vast te stellen overeenkomstig artikel 15 van Verordening (EU) nr. 1095/2010.
Artikel 27 sexies
Intrekking van een vergunning
De ESMA of, in voorkomend geval, de nationale bevoegde autoriteit mag de vergunning van een aanbieder van datarapporteringsdiensten intrekken indien deze:
binnen twaalf maanden geen gebruik heeft gemaakt van de vergunning, uitdrukkelijk te kennen geeft geen gebruik van de vergunning te zullen maken of tijdens de voorafgaande zes maanden geen diensten heeft aangeboden;
de vergunning door het afleggen van valse verklaringen of op een andere onregelmatige wijze heeft verkregen;
niet meer voldoet aan de voorwaarden waarop hij zijn vergunning heeft verkregen;
deze verordening ernstig en stelselmatig heeft geschonden.
Artikel 27 septies
Vereisten voor het leidinggevend orgaan van een aanbieder van datarapporteringsdiensten
Het leidinggevend orgaan als geheel beschikt over voldoende kennis, vaardigheden en ervaring om inzicht te hebben in de activiteiten van de aanbieder van datarapporteringsdiensten. Elk lid van het leidinggevend orgaan handelt eerlijk, integer en met onafhankelijkheid van geest om, als dat nodig is, de besluiten van de directie op doeltreffende wijze aan te vechten en, als dat nodig is, op doeltreffende wijze toe te zien en controle uit te oefenen op de besluitvorming van de directie.
Wanneer een marktexploitant overeenkomstig artikel 27 quinquies een vergunning tot exploitatie van een APA, een verstrekker van een consolidated tape of een ARM aanvraagt en de leden van het leidinggevend orgaan van de APA, de verstrekker van een consolidated tape of het ARM dezelfden zijn als de leden van het leidinggevend orgaan van de gereglementeerde markt, worden die personen geacht te voldoen aan de vereisten van de eerste alinea.
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid gedelegeerd om deze verordening aan te vullen door de in de eerste alinea bedoelde technische reguleringsnormen vast te stellen overeenkomstig de artikelen 10 tot en met 14 van Verordening (EU) nr. 1095/2010.
HOOFDSTUK 2
VOORWAARDEN VOOR APA’S, VERSTREKKERS VAN EEN CONSOLIDATED TAPE EN ARM’S
Artikel 27 octies
Organisatorische eisen voor APA’s
De informatie die overeenkomstig lid 1 door een APA openbaar wordt gemaakt, omvat ten minste de volgende bijzonderheden:
de identificatiecode van het financiële instrument;
de prijs waartegen de transactie is gesloten;
de omvang van de transactie;
het tijdstip waarop de transactie heeft plaatsgevonden;
het tijdstip waarop de transactie is gemeld;
de eenheid van de prijs van de transactie;
de code voor het handelsplatform waarop de transactie is uitgevoerd of, wanneer de transactie was uitgevoerd via een beleggingsonderneming met systematische interne afhandeling, de code „SI” of anders de code „OTC”;
in voorkomend geval, een indicator dat de transactie aan specifieke voorwaarden was onderworpen.
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid gedelegeerd om deze verordening aan te vullen door de in de eerste alinea bedoelde technische reguleringsnormen vast te stellen overeenkomstig de artikelen 10 tot en met 14 van Verordening (EU) nr. 1095/2010.
De ESMA stelt ontwerpen van technische reguleringsnormen op ter specificatie van:
de middelen waarmee een APA aan de informatieverplichting van lid 1 kan voldoen;
de inhoud van de overeenkomstig lid 1 openbaar te maken informatie, waaronder ten minste de in lid 2 bedoelde informatie, op een wijze die publicatie van de op grond van dit artikel vereiste informatie mogelijk maakt;
de concrete organisatorische eisen die zijn vastgelegd in de leden 3, 4 en 5.
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid gedelegeerd om deze verordening aan te vullen door de in de eerste alinea bedoelde technische reguleringsnormen vast te stellen overeenkomstig de artikelen 10 tot en met 14 van Verordening (EU) nr. 1095/2010.
Artikel 27 novies
Organisatorische eisen voor verstrekkers van een consolidated tape
Die informatie omvat ten minste de volgende bijzonderheden:
de identificatiecode van het financiële instrument;
de prijs waartegen de transactie is gesloten;
de omvang van de transactie;
het tijdstip waarop de transactie heeft plaatsgevonden;
het tijdstip waarop de transactie is gemeld;
de eenheid van de prijs van de transactie;
de code voor het handelsplatform waarop de transactie is uitgevoerd of, wanneer de transactie was uitgevoerd via een beleggingsonderneming met systematische interne afhandeling, de code „SI” of anders de code „OTC”;
in voorkomend geval, het feit dat een computeralgoritme binnen de beleggingsonderneming verantwoordelijk was voor het beleggingsbesluit en de uitvoering van de transactie;
in voorkomend geval, een indicator dat de transactie aan specifieke voorwaarden was onderworpen;
indien overeenkomstig artikel 4, lid 1, onder a) of b), ontheffing was verleend van de verplichting om de in artikel 3, lid 1, genoemde informatie openbaar te maken, een markering om aan te geven welke van die ontheffingen voor die transactie gold.
De informatie wordt 15 minuten na de bekendmaking ervan door de verstrekker van een consolidated tape kosteloos beschikbaar gesteld. De verstrekker van een consolidated tape is in staat deze informatie op efficiënte en consistente wijze te verspreiden, zodat deze snel en op niet-discriminerende basis toegankelijk is in formats die gemakkelijk toegankelijk en bruikbaar zijn voor marktdeelnemers.
Een verstrekker van een consolidated tape beschikt over adequaat beleid en afdoende regelingen om overeenkomstig de artikelen 10 en 21 openbaar gemaakte informatie te verzamelen, deze in een continue elektronische datastroom te consolideren, en de informatie tegen redelijke commerciële voorwaarden voor het publiek beschikbaar te stellen binnen een tijdsspanne die realtime zo dicht mogelijk benadert als technisch haalbaar is, en met ten minste de volgende bijzonderheden:
de identificatiecode of identificatiekenmerken van het financiële instrument;
de prijs waartegen de transactie is gesloten;
de omvang van de transactie;
het tijdstip waarop de transactie heeft plaatsgevonden;
het tijdstip waarop de transactie is gemeld;
de eenheid van de prijs van de transactie;
de code voor het handelsplatform waarop de transactie is uitgevoerd of, wanneer de transactie was uitgevoerd via een beleggingsonderneming met systematische interne afhandeling, de code „SI” of anders de code „OTC”;
in voorkomend geval, een indicator dat de transactie aan specifieke voorwaarden was onderworpen.
De informatie wordt 15 minuten na de bekendmaking ervan door de verstrekker van een consolidated tape kosteloos beschikbaar gesteld. De verstrekker van een consolidated tape is in staat deze informatie op efficiënte en consistente wijze te verspreiden, zodat deze snel en op niet-discriminerende basis toegankelijk is in formaten die interoperabel en gemakkelijk toegankelijk en bruikbaar zijn voor marktdeelnemers.
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid gedelegeerd om deze verordening aan te vullen door de in de eerste alinea bedoelde technische reguleringsnormen vast te stellen overeenkomstig de artikelen 10 tot en met 14 van Verordening (EU) nr. 1095/2010.
De ESMA stelt ontwerpen van technische reguleringsnormen op ter specificatie van:
de middelen waarmee een verstrekker van een consolidated tape aan de informatieverplichting van de leden 1 en 2 kan voldoen;
de inhoud van de overeenkomstig de leden 1 en 2 openbaar te maken informatie;
de financiële instrumenten waarover in de datastroom gegevens moeten worden verstrekt en voor andere dan eigenvermogensinstrumenten de handelsplatformen en APA’s die moeten worden opgenomen;
andere middelen om te garanderen dat de gegevens die door verschillende verstrekkers van een consolidated tape worden bekendgemaakt, consistent zijn, kunnen worden afgezet tegen en vergeleken met vergelijkbare gegevens uit andere bronnen en kunnen worden samengevoegd op het niveau van de Unie;
de concrete organisatorische eisen die zijn vastgelegd in de leden 4 en 5.
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid gedelegeerd om deze verordening aan te vullen door de in de eerste alinea bedoelde technische reguleringsnormen vast te stellen overeenkomstig de artikelen 10 tot en met 14 van Verordening (EU) nr. 1095/2010.
Artikel 27 decies
Organisatorische eisen voor ARM’s
Het ARM beschikt over systemen waarmee het fouten of omissies die het ARM heeft veroorzaakt, kan opsporen, transactiemeldingen kan corrigeren en juiste en volledige transactiemeldingen aan de bevoegde autoriteit kan toezenden, of opnieuw toezenden, naargelang het geval.
De ESMA stelt ontwerpen van technische reguleringsnormen op ter specificatie van:
de middelen waarmee het ARM aan de informatieverplichting van lid 1 kan voldoen; en
de concrete organisatorische eisen die zijn vastgelegd in de leden 2, 3 en 4.
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid gedelegeerd om deze verordening aan te vullen door de in de eerste alinea bedoelde technische reguleringsnormen vast te stellen overeenkomstig de artikelen 10 tot en met 14 van Verordening (EU) nr. 1095/2010.
TITEL V
DERIVATEN
Artikel 28
Verplichting tot handel op gereglementeerde markten, MTF’s of OTF’s
Financiële tegenpartijen zoals gedefinieerd in artikel 2, lid 8, van Verordening (EU) nr. 648/2012 en niet-financiële tegenpartijen die voldoen aan de in artikel 10, lid 1, onder b), van die verordening bedoelde voorwaarden, mogen transacties die noch transacties binnen een groep zijn zoals gedefinieerd in artikel 3 van die verordening, noch transacties die vallen onder de overgangsbepalingen van artikel 89 van die verordening, met andere dergelijke financiële tegenpartijen of andere dergelijke niet-financiële tegenpartijen die voldoen aan de voorwaarden bedoeld in artikel 10, lid 1, onder b), van Verordening (EU) nr. 648/2012 in derivaten die behoren tot van een klasse derivaten waarvoor de handelsverplichting volgens de in artikel 32 beschreven procedure geldt en die zijn vermeld in het register dat is bedoeld in artikel 34, uitsluitend verrichten op:
gereglementeerde markten;
MTF’s;
OTF’s; of
handelsplatformen van derde landen, op voorwaarde dat de Commissie een besluit overeenkomstig lid 4 heeft vastgesteld en dat het derde land beschikt over een effectief gelijkwaardig systeem voor de erkenning van handelsplatformen waaraan op grond van Richtlijn 2014/65/EU vergunning is verleend om derivaten waarop een handelsverplichting van toepassing is verklaard op niet-exclusieve basis in dat derde land toe te laten tot de handel of te verhandelen.
De ESMA houdt regelmatig toezicht op de activiteit in derivaten waarop de handelsverplichting als beschreven in lid 1 niet van toepassing is verklaard, om vast te stellen in welke gevallen een bepaalde klasse contracten een systeemrisico kan vormen, en om reguleringsarbitrage te voorkomen tussen derivatentransacties waarvoor de handelsverplichting geldt en derivatentransacties waarvoor de handelsverplichting niet geldt.
Die besluiten hebben uitsluitend ten doel te bepalen of een handelsplatform in aanmerking komt voor de handel in derivaten waarop de handelsverplichting van toepassing is verklaard.
Het wettelijke en toezichtskader van een derde land wordt geacht een gelijkwaardig effect te hebben indien dat kader voldoet aan alle volgende voorwaarden:
handelsplatformen in dat derde land zijn vergunningplichtig en zijn doorlopend aan effectief toezicht en effectieve handhaving onderworpen;
handelsplatformen beschikken over duidelijke en transparante regels voor de toelating van financiële instrumenten tot de handel om ervoor te zorgen dat dergelijke financiële instrumenten op billijke, ordelijke en efficiënte wijze kunnen worden verhandeld en vrij verhandelbaar zijn;
emittenten van financiële instrumenten zijn onderworpen aan periodieke en doorlopende informatie-eisen die een hoge mate van beleggersbescherming garanderen;
het zorgt voor transparantie en integriteit van de markt door middel van regelgeving ter bestrijding van marktmisbruik in de vorm van handel met voorwetenschap en marktmanipulatie;
Een besluit van de Commissie krachtens dit lid kan worden beperkt tot een categorie of bepaalde categorieën handelsplatformen. In dat geval valt een handelsplatform van een derde land alleen onder lid 1, onder d), indien het tot de door het besluit van de Commissie bestreken categorie behoort.
De ESMA legt die ontwerpen van technische reguleringsnormen uiterlijk op 3 juli 2015 voor aan de Commissie.
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid toegekend om de in de eerste alinea bedoelde technische reguleringsnormen overeenkomstig de artikelen 10 tot en met 14 van Verordening (EU) nr. 1095/2010 vast te stellen.
Indien mogelijk en waar passend, zijn de in dit lid bedoelde technische reguleringsnormen identiek aan die welke overeenkomstig artikel 4, lid 4, van Verordening (EU) nr. 648/2012 zijn vastgesteld.
Artikel 29
Clearingverplichting voor derivaten die op gereglementeerde markten worden verhandeld en tijdstip van aanvaarding voor clearing
In dit lid wordt verstaan onder „geclearde derivaten”:
alle derivaten die moeten worden gecleard op grond van de clearingverplichting van lid 1 van dit artikel of op grond van de clearingverplichting van artikel 4 van Verordening (EU) nr. 648/2012;
alle derivaten over de clearing waarvan de betrokken partijen op een andere wijze overeenstemming hebben bereikt.
De ESMA is doorlopend bevoegd om verdere technische reguleringsnormen op te stellen om de geldende normen aan te passen, wanneer zij dit nodig acht, gezien de normen van de sector zich voortdurend ontwikkelen.
De ESMA legt de in de eerste alinea bedoelde ontwerpen van technische reguleringsnormen uiterlijk op 3 juli 2015 voor aan de Commissie
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid toegekend om de in de eerste en tweede alinea bedoelde ontwerpen van technische reguleringsnormen vast te stellen overeenkomstig de artikelen 10 tot en met 14 van Verordening (EU) nr. 1095/2010.
Artikel 30
Indirecte clearingregelingen
De ESMA legt die ontwerpen van technische reguleringsnormen uiterlijk op 3 juli 2015 voor aan de Commissie.
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid toegekend om de in dit lid bedoelde ontwerpen van technische reguleringsnormen vast te stellen overeenkomstig de artikelen 10 tot en met 14 van Verordening (EU) nr. 1095/2010.
Artikel 31
Comprimeren van portefeuilles
De Commissie kan, door middel van gedelegeerde handelingen in overeenstemming met artikel 50, maatregelen vaststellen om de volgende zaken te specificeren:
de elementen van de compressie van portefeuilles;
de op grond van lid 3 openbaar te maken informatie;
en wel zodanig dat zoveel mogelijk gebruik wordt gemaakt van eventueel bestaande registratie-, meldings- of bekendmakingsvoorschriften.
Artikel 32
Procedure voor handelsverplichting
De ESMA stelt ontwerpen van technische reguleringsnormen op om het volgende nader te bepalen:
welke klasse van derivaten waarvoor op grond van artikel 5, leden 2 en 4, van Verordening (EU) nr. 648/2012 de clearingverplichting geldt of relevante subset daarvan moet worden verhandeld op de in artikel 28, lid 1, van deze verordening bedoelde platformen;
de datum of data waarop de handelsverplichting van kracht wordt, met inbegrip van een eventuele gefaseerde invoering, en de categorieën van tegenpartijen waarvoor de verplichting geldt, indien technische reguleringsnormen overeenkomstig artikel 5, lid 2, onder b), van Verordening (EU) nr. 648/2012 voorzien in een dergelijke gefaseerde invoering en dergelijke categorieën van tegenpartijen.
De ESMA legt deze ontwerpen van technische reguleringsnormen voor aan de Commissie binnen zes maanden na de vaststelling van de technische reguleringsnormen overeenkomstig artikel 5, lid 2, van Verordening (EU) nr. 648/2012 door de Commissie.
Alvorens zij de ontwerpen van technische reguleringsnormen ter vaststelling aan de Commissie voorlegt, organiseert de ESMA een openbare raadpleging en kan zij, zo nodig, overleg plegen met de bevoegde autoriteiten van derde landen.
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid verleend de in de eerste alinea bedoelde technische reguleringsnormen vast te stellen overeenkomstig de artikelen 10 tot en met 14 van Verordening (EU) nr. 1095/2010.
De handelsverplichting treedt in werking indien:
de in lid 1, onder a), bedoelde klasse van derivaten of een relevante subset daarvan is toegelaten tot de handel of wordt verhandeld op ten minste één handelsplatform als bedoeld in artikel 28, lid 1, en
er in de klasse van derivaten of een relevante subset daarvan voldoende koop- en verkoopintenties van derde partijen zijn opdat een dergelijke klasse van derivaten als voldoende liquide wordt beschouwd om uitsluitend op de in artikel 28, lid 1, bedoelde platformen te worden verhandeld.
Bij het opstellen van de ontwerpen van technische reguleringsnormen als bedoeld in lid 1 bepaalt de ESMA of de klasse van derivaten of een relevante subset daarvan voldoende liquide is aan de hand van de volgende criteria:
de gemiddelde frequentie en omvang van de handel in allerlei marktomstandigheden, gelet op de aard en levenscyclus van producten binnen de derivatenklasse;
het aantal en het type actieve marktdeelnemers, met inbegrip van de verhouding van marktdeelnemers tot producten/contracten die in een bepaalde productmarkt worden verhandeld;
de gemiddelde omvang van de spreads.
Bij het ontwikkelen van deze ontwerpen van technische reguleringsnormen houdt de ESMA rekening met het verwachte effect dat die handelsverplichting kan hebben op de liquiditeit van een klasse van derivaten of een relevante subset daarvan en de commerciële activiteiten van eindgebruikers die geen financiële entiteiten zijn.
De ESMA bepaalt of de klasse van derivaten of een relevante subset daarvan alleen voldoende liquide is in transacties onder een bepaalde omvang.
Na de in de eerste alinea bedoelde kennisgeving door de ESMA kan de Commissie een verzoek publiceren tot het ontwikkelen van voorstellen voor het verhandelen van deze derivaten op de in artikel 28, lid 1, genoemde platformen.
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid toegekend om de in dit lid bedoelde technische reguleringsnormen vast te stellen overeenkomstig de artikelen 10 tot en met 14 van Verordening (EU) nr. 1095/2010.
De ESMA dient deze ontwerpen van technische reguleringsnormen uiterlijk op 3 juli 2015 in bij de Commissie.
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid toegekend om de in de eerste alinea bedoelde technische reguleringsnormen overeenkomstig de artikelen 10 tot en met 14 van Verordening (EU) nr. 1095/2010 vast te stellen.
Artikel 33
Mechanisme ter voorkoming van overlappende of tegenstrijdige regels
De Commissie kan uitvoeringshandelingen vaststellen waarbij zij verklaart dat het wettelijke kader, het toezichtskader en het handhavingskader van het bewuste derde land:
gelijkwaardig zijn aan de uit de artikelen 28 en 29 voortvloeiende vereisten;
waarborgen inzake het beroepsgeheim bieden die gelijkwaardig zijn aan de in deze verordening vervatte waarborgen;
doeltreffende op een billijke en niet-vertekenende wijze worden toegepast en gehandhaafd, zodat effectief toezicht en effectieve handhaving in dat derde land zijn gewaarborgd.
Die uitvoeringshandelingen worden overeenkomstig de in artikel 51 bedoelde onderzoeksprocedure vastgesteld.
Indien uit het verslag blijkt dat de autoriteiten van een derde land bij het toepassen van de gelijkwaardige vereisten duidelijk tekortschieten of inconsistent zijn, kan de Commissie de erkenning van het als gelijkwaardig aangemerkte wettelijke kader van het derde land in kwestie binnen 30 kalenderdagen na de presentatie van het verslag intrekken. Indien de uitvoeringshandeling inzake gelijkwaardigheid wordt ingetrokken, zijn transacties van tegenpartijen automatisch opnieuw aan alle in de artikelen 28 en 29 van deze verordening vastgestelde vereisten onderworpen.
Artikel 34
Register van derivaten die onder de handelsverplichting vallen
De ESMA publiceert en onderhoudt op haar website een register waarin op uitputtende en ondubbelzinnige wijze de derivaten worden vermeld waarvoor de handelsverplichting op de in artikel 28, lid 1, bedoelde platformen geldt, de platformen waar deze tot de handel zijn toegelaten of worden verhandeld en de data met ingang waarvan de verplichting in werking treedt.
TITEL VI
NIET-DISCRIMINERENDE CLEARINGTOEGANG VOOR FINANCIËLE INSTRUMENTEN
Artikel 35
Niet-discriminerende toegang tot een CTP
Onverminderd artikel 7 van Verordening (EU) nr. 648/2012 accepteert een CTP alle financiële instrumenten voor clearing op een niet-discriminerende en transparante basis, ook als het gaat om de onderpandvereisten en vergoedingen voor toegang, ongeacht op welk handelsplatform de transactie is uitgevoerd. Dit moet er in het bijzonder voor zorgen dat een handelsplatform het recht op niet-discriminerende behandeling heeft van de contracten die via dat handelsplatform worden verhandeld met betrekking tot:
de onderpandeisen en de verrekening van economisch gelijkwaardige contracten, indien de opname van dergelijke contracten bij vroegtijdige verrekening (close-out) en andere verrekeningsprocedures van een CTP overeenkomstig de toepasselijke insolventiewetgeving de soepele en ordelijke werking, de geldigheid of afdwingbaarheid van dergelijke procedures niet in gevaar zou brengen; en
cross-margining met gecorreleerde contracten die door dezelfde CTP worden gecleard op grond van een risicomodel dat voldoet aan artikel 41 van Verordening (EU) nr. 648/2012.
Een CTP mag eisen dat het handelsplatform zich houdt aan de door de CTP vastgestelde operationele en technische vereisten, met inbegrip van de vereisten inzake risicobeheer. Het in dit lid vastgestelde vereiste geldt niet voor een derivatencontract dat al onder de toegangsverplichtingen op grond van artikel 7 van Verordening (EU) nr. 648/2012 valt.
Een CTP is niet door dit artikel gebonden indien zij nauwe banden heeft met een handelsplatform dat kennisgeving heeft gedaan op grond van artikel 36, lid 5.
De bevoegde autoriteit van de CTP of die van het handelsplatform verleent een handelsplatform alleen toegang tot een CTP indien die toegang:
geen interoperabiliteitsregeling zou vereisen in het geval van andere derivaten dan otc-derivaten als omschreven in artikel 2, punt 7), van Verordening (EU) nr. 648/2012; of
geen bedreiging zou vormen voor de soepele en ordelijke werking van de markten, met name door liquiditeitsfragmentatie, of geen negatieve gevolgen zou hebben in termen van systeemrisico.
Punt a) van de eerste alinea laat de verlening van toegang geheel onverlet indien het verzoek zoals bedoeld in lid 2 interoperabiliteit vereist, en het handelsplatform en alle CTP’s die partij zijn bij de voorgestelde interoperabiliteitsregeling, met die regeling hebben ingestemd, en de risico’s waaraan de CTP die het verzoek ontvangt wordt blootgesteld en die uit posities tussen CTP’s voortkomen, bij een derde partij met zekerheden worden gedekt.
Indien de noodzaak van een interoperabiliteitsregeling geheel of gedeeltelijk de reden voor het weigeren van toegang is, dient het handelsplatform de CTP van advies en deelt het de ESMA mee welke andere CTP’s toegang tot het handelsplatform hebben; de ESMA maakt die informatie openbaar, zodat beleggingsondernemingen ervoor kunnen kiezen hun rechten krachtens artikel 37 van Richtlijn 2014/65/EU ten aanzien van die CTP’s uit te oefenen teneinde alternatieve toegangsregelingen te faciliteren.
Indien een bevoegde autoriteit de toegang weigert, deelt zij haar besluit binnen twee maanden na ontvangst van het in lid 2 bedoelde verzoek mee, en stelt zij de andere bevoegde autoriteit, de CTP en het handelsplatform in kennis van haar volledige motivering, inclusief de gegevens waarop het besluit is gebaseerd.
Ingeval de overgangsperiode wordt goedgekeurd, kan de CTP tijdens de duur van de overgangsregeling de rechten van toegang op grond van artikel 36 of dit artikel niet genieten met betrekking tot effecten en geldmarktinstrumenten. De bevoegde autoriteit stelt de leden van het college van bevoegde autoriteiten voor de CTP en de ESMA in kennis van het feit dat er een overgangsperiode is goedgekeurd. De ESMA publiceert een lijst van alle kennisgevingen die zij ontvangt.
Indien een CTP waarvoor de in dit lid bedoelde overgangsregeling is goedgekeurd, nauwe banden heeft met één of meer handelsplatformen, genieten die handelsplatformen tijdens de duur van de overgangsregeling geen toegangsrechten op grond van artikel 36 of dit artikel wat effecten en geldmarktinstrumenten betreft.
Een CTP die in de periode van drie jaar vóór de inwerkingtreding een vergunning heeft gekregen, maar is ontstaan door een fusie of verwerving waarbij ten minste één CTP betrokken is die vóór die periode een vergunning heeft gekregen, mag niet om de in dit lid bedoelde overgangsregelingen verzoeken.
De ESMA stelt ontwerpen van technische reguleringsnormen op om de volgende zaken te specificeren:
de specifieke voorwaarden waaronder een CTP een verzoek om toegang kan weigeren, met inbegrip van het verwachte transactievolume, het aantal en type gebruikers, regelingen voor het beheer van operationeel risico en complexiteit en andere factoren die significante ongewenste risico’s met zich brengen;
de omstandigheden waarin toegang door een CTP moet worden toegestaan, inclusief de vertrouwelijkheid van de verstrekte informatie met betrekking tot financiële instrumenten gedurende de ontwikkelingsfase, de niet-discriminerende en transparante basis met betrekking tot de vergoedingen voor clearing, onderpandeisen en de operationele eisen met betrekking tot margining;
de omstandigheden waarin het verlenen van toegang de soepele en ordelijke werking van de markten zou bedreigen of negatieve gevolgen zou hebben in termen van systeemrisico;
de procedure van kennisgeving op grond van lid 5;
de voorwaarden voor niet-discriminerende behandeling als het gaat om de wijze waarop de via dat platform verhandelde contracten worden behandeld met betrekking tot de onderpandeisen en de verrekening van economisch gelijkwaardige contracten en cross-margining met gecorreleerde contracten die door dezelfde CTP worden gecleard.
De ESMA legt die ontwerpen van technische reguleringsnormen uiterlijk op 3 juli 2015 voor aan de Commissie.
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid toegekend om de in de eerste alinea bedoelde technische reguleringsnormen vast te stellen overeenkomstig de artikelen 10 tot en met 14 van Verordening (EU) nr. 1095/2010.
Artikel 36
Niet-discriminerende toegang tot een handelsplatform
Een handelsplatform is niet door dit artikel gebonden indien het nauwe banden heeft met een CTP die kennisgeving heeft gedaan dat ze gebruik maakt van de overgangsregelingen van artikel 35, lid 5.
De bevoegde autoriteit van het handelsplatform of die van de CTP verleent een CTP alleen toegang tot een handelsplatform indien die toegang:
geen interoperabiliteitsregeling zou vereisen in het geval van andere derivaten dan otc-derivaten als omschreven in artikel 2, punt 7), van Verordening (EU) nr. 648/2012; of
geen bedreiging voor de soepele en ordelijke werking van de markten zou vormen, met name door liquiditeitsfragmentatie en het handelsplatform adequate mechanismen heeft ingevoerd om liquiditeitsfragmentatie te voorkomen, of geen negatieve gevolgen zou hebben in termen van systeemrisico.
Niets in de eerste alinea, onder a), belet dat toegang wordt verleend indien het verzoek bedoeld in lid 1 interoperabiliteit vereist, en het handelsplatform en alle CTP’s die partij zijn bij de voorgestelde interoperabiliteitsregeling, met die regeling hebben ingestemd, en de risico’s waaraan de CTP die het verzoek ontvangt wordt blootgesteld en die uit posities tussen CTP’s voortkomen, bij een derde partij met zekerheden worden gedekt.
Indien de noodzaak van een interoperabiliteitsregeling geheel of gedeeltelijk de reden voor het weigeren van toegang is, dient het handelsplatform de CTP van advies en deelt het de ESMA mee welke andere CTP’s toegang tot het handelsplatform hebben; de ESMA maakt die informatie openbaar, zodat beleggingsondernemingen ervoor kunnen kiezen hun rechten krachtens artikel 37 van Richtlijn 2014/65/EU ten aanzien van die CTP’s uit te oefenen teneinde alternatieve toegangsregelingen te faciliteren.
Indien een bevoegde autoriteit toegang weigert, deelt zij haar besluit binnen twee maanden na ontvangst van het in lid 2 bedoelde verzoek mee, en stelt zij de andere bevoegde autoriteit, het handelsplatform en de CTP in kennis van haar volledige motivering, inclusief de gegevens waarop het besluit is gebaseerd.
De relevante drempel voor de opt-out is een jaarlijks verhandeld nominaal bedrag van 1 000 000 miljoen EUR. Het nominale bedrag wordt aan één kant geteld en omvat alle transacties in op de beurs verhandelde derivaten die volgens de regels van het handelsplatform zijn gesloten.
Indien een handelsplatform tot een groep met nauwe onderlinge banden behoort, wordt de drempel berekend door de jaarlijkse verhandelde nominale bedragen van alle in de Unie gevestigde handelsplatforms van de groep als geheel op te tellen.
Indien een handelsplatform dat op grond van dit lid kennisgeving heeft gedaan, nauwe banden heeft met één of meer CTP’s, genieten die CTP’s tijdens de duur van de opt-out de toegangsrechten op grond van artikel 35 of dit artikel niet voor in de relevante drempel begrepen, op de beurs verhandelde, derivaten.
De ESMA stelt ontwerpen van technische reguleringsnormen op om de volgende zaken te specificeren:
de specifieke voorwaarden waaronder een handelsplatform een verzoek om toegang kan weigeren, met inbegrip van het verwachte transactievolume, het aantal en de soort gebruikers, regelingen voor het beheer van operationeel risico en complexiteit of andere factoren die significante ongewenste risico’s met zich brengen;
de omstandigheden waarin toegang moet worden verleend, inclusief de vertrouwelijkheid van de verstrekte informatie met betrekking tot financiële instrumenten gedurende de ontwikkelingsfase en de niet-discriminerende en transparante basis met betrekking tot de vergoedingen voor de toegang;
de omstandigheden waarin het verlenen van toegang de soepele en ordelijke werking van de markten zal bedreigen of negatieve gevolgen zou hebben in termen van systeemrisico;
de procedure van kennisgeving op grond van lid 5, met inbegrip van verdere specificaties voor de berekening van het notionele bedrag en de wijze waarop de ESMA de berekening van de volumes kan controleren en de opt-out kan goedkeuren.
De ESMA legt die ontwerpen van technische reguleringsnormen uiterlijk op 3 juli 2015 voor aan de Commissie.
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid toegekend om de in de eerste alinea bedoelde technische reguleringsnormen overeenkomstig de artikelen 10 tot en met 14 van Verordening (EU) nr. 1095/2010 vast te stellen.
Artikel 37
Niet-discriminerende toegang tot en verplichting tot licentieverlening voor benchmarks
In gevallen waarin de waarde van een financieel instrument wordt berekend uitgaande van een benchmark, moet een persoon met eigendomsrechten op de benchmark ervoor zorgen dat CTP’s en handelsplatformen ten behoeve van handel en clearing niet-discriminerende toegang krijgen tot:
relevante prijs- en gegevensstromen en informatie over de samenstelling, methode en prijsvorming van de betreffende benchmark voor clearing- en handelsdoeleinden; en
licenties.
Een licentie die toegang tot informatie omvat, wordt binnen drie maanden na indiening van het verzoek door een CTP of handelsplatform op billijke, redelijke en niet-discriminerende basis verleend.
De toegang wordt tegen een redelijke commerciële prijs verleend, met inachtneming van de prijs waartegen toegang tot de benchmark wordt verleend, of onder voorwaarden die gelijkwaardig zijn aan voorwaarden waaronder de intellectuele-eigendomsrechten in licentie worden gegeven aan andere CTP’s, andere handelsplatformen of andere betrokken personen ten behoeve van clearing en handel. Aan verschillende CTP’s, handelsplatformen of betrokken personen kunnen alleen verschillende prijzen worden gerekend als dat objectief gerechtvaardigd is op redelijke commerciële gronden, zoals de gevraagde hoeveelheid, omvang of reikwijdte.
Indien na ►M1 3 januari 2018 ◄ een nieuwe benchmark wordt ontwikkeld treedt de verplichting tot licentieverlening in werking niet later dan dertig maanden nadat een financieel instrument dat naar die benchmark verwijst, is begonnen met of is toegelaten tot de handel. Indien een persoon met eigendomsrechten op een nieuwe benchmark een bestaande benchmark bezit, moet die persoon vaststellen dat de nieuwe benchmark in vergelijking met die eventuele bestaande benchmark aan de volgende cumulatieve voorwaarden voldoet:
de nieuwe benchmark is niet louter een kopie of een aangepaste versie van die bestaande benchmark en de methode, met inbegrip van de onderliggende gegevens, van de nieuwe benchmark verschilt aanzienlijk van die van de bestaande benchmark; en
de nieuwe benchmark is geen vervanging voor de bestaande benchmark.
Dit lid doet geen afbreuk aan de toepassing van de mededingingsregels, in het bijzonder de artikelen 101 en 102 VWEU.
CTP’s, handelsplatformen of verwante entiteiten gaan met een verstrekker van een benchmark geen overeenkomst aan waarvan het effect zou zijn:
dat het een andere CTP of een ander handelsplatform onmogelijk wordt gemaakt toegang te krijgen tot dergelijke informatie of rechten zoals bedoeld in lid 1; of
dat het een andere CTP of een ander handelsplatform onmogelijk wordt gemaakt toegang te krijgen tot een dergelijke licentie, zoals bedoeld in lid 1;
De ESMA stelt ontwerpen van technische reguleringsnormen op om de volgende zaken te specificeren:
de informatie via licentieverlening die uitsluitend voor gebruik door de CTP of het handelsplatform beschikbaar moet worden gesteld op grond van lid 1, onder a);
andere omstandigheden waarin toegang wordt verleend, inclusief de vertrouwelijkheid van de verstrekte informatie;
de normen aan de hand waarvan kan worden bewezen dat een benchmark nieuw is overeenkomstig lid 2, onder a) en b).
De ESMA legt die ontwerpen van technische reguleringsnormen uiterlijk op 3 juli 2015 voor aan de Commissie.
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid toegekend om de in de eerste alinea bedoelde technische reguleringsnormen vast te stellen overeenkomstig de artikelen 10 tot en met 14 van Verordening (EU) nr. 1095/2010.
Artikel 38
Toegang voor CTP’s en handelsplatformen uit derde landen
CTP’s en handelsplatformen die in derde landen zijn gevestigd kunnen alleen om een vergunning en de toegangsrechten verzoeken overeenkomstig artikel 37 indien de Commissie overeenkomstig lid 3 van dit artikel in een besluit heeft vastgesteld dat het wettelijke en toezichtskader van het derde land wordt geacht te voorzien in een effectief gelijkwaardig systeem in het kader waarvan aan CTP’s en handelsplatformen waaraan krachtens rechtsstelsels van derde landen een vergunning is verleend op billijke, redelijke en niet-discriminerende basis toegang wordt verleend tot:
relevante prijs- en gegevensstromen en informatie over de samenstelling, methode en prijsvorming van benchmarks voor clearing- en handelsdoeleinden; en
licenties
van personen met eigendomsrechten op benchmarks die in het betreffende derde land zijn gevestigd.
Het wettelijke en toezichtskader van een derde land wordt gelijkwaardig geacht als het voldoet aan alle volgende voorwaarden:
handelsplatformen in het betreffende derde land zijn vergunningplichtig en zijn doorlopend aan effectief toezicht en effectieve handhaving onderworpen;
het voorziet in een effectief gelijkwaardig systeem om CTP’s en handelsplatformen waaraan krachtens rechtsstelsels van derde landen een vergunning is verleend effectieve toegang te verlenen tot in het betreffende derde land gevestigde CTP’s en handelsplatformen;
het wettelijke en toezichtskader van het betreffende derde land voorziet in een effectief gelijkwaardig systeem in het kader waarvan aan CTP’s en handelsplatformen waaraan krachtens rechtsstelsels van derde landen een vergunning is verleend op billijke, redelijke en niet-discriminerende basis effectieve toegang wordt verleend tot:
relevante prijs- en gegevensstromen en informatie over de samenstelling, methode en prijsvorming van benchmarks voor clearing- en handelsdoeleinden; en
licenties
van personen met eigendomsrechten op benchmarks die in het betreffende derde land zijn gevestigd.
TITEL VI BIS
BEVOEGDHEDEN VAN DE ESMA
HOOFDSTUK 1
Bevoegdheden en procedures
Artikel 38 bis
Bevoegdheidsuitoefening door de ESMA
De op grond van de artikelen 38 ter tot en met 38 sexies aan de ESMA, een functionaris van de ESMA of een andere door de ESMA gemachtigde persoon verleende bevoegdheden worden niet aangewend om de openbaarmaking te verlangen van aan het juridische verschoningsrecht onderworpen gegevens of documenten.
Artikel 38 ter
Informatieverzoek
De ESMA kan bij eenvoudig verzoek of bij besluit verlangen dat de volgende personen alle nodige informatie verschaffen om de ESMA in staat te stellen haar taken op grond van deze verordening te vervullen:
een APA, een verstrekker van een consolidated tape, een ARM, indien zij onder het toezicht van de ESMA vallen, en een beleggingsonderneming of een marktexploitant die een handelsplatform exploiteert om de datarapporteringsdiensten van een APA, een verstrekker van een consolidated tape of een ARM te exploiteren, en de personen onder wier zeggenschap zij staan of over wie zij zeggenschap uitoefenen;
de bestuurders van de in punt a) genoemde personen;
de accountants en adviseurs van de in punt a) genoemde personen.
Ieder eenvoudig informatieverzoek als bedoeld in lid 1:
verwijst naar dit artikel als rechtsgrondslag voor dat verzoek;
vermeldt het doel van dat verzoek;
geeft nader aan welke informatie wordt verlangd;
bepaalt binnen welke termijn de informatie moet worden verstrekt;
geeft aan dat de persoon die om de informatie wordt gevraagd, niet verplicht is die informatie te verstrekken, maar dat, als er vrijwillig op het verzoek wordt ingegaan, de verstrekte informatie niet onjuist of misleidend mag zijn;
vermeldt het bedrag van de geldboete die overeenkomstig artikel 38 nonies wordt opgelegd wanneer de verschafte informatie onjuist of misleidend is.
Wanneer de ESMA krachtens lid 1 bij besluit gelast informatie te verstrekken:
verwijst zij naar dit artikel als rechtsgrondslag voor dat verzoek;
vermeldt zij het doel van dat verzoek;
geeft zij nader aan welke informatie wordt verlangd;
bepaalt zij binnen welke termijn de informatie moet worden verstrekt;
vermeldt zij de dwangsommen die overeenkomstig artikel 38 decies zullen worden opgelegd wanneer de verlangde informatie onvolledig is;
vermeldt zij de geldboete die overeenkomstig artikel 38 nonies zal worden opgelegd wanneer de antwoorden op de vragen onjuist of misleidend zijn;
vermeldt zij dat tegen het besluit bezwaar kan worden gemaakt bij de bezwaarcommissie van de ESMA en dat bij het Hof van Justitie van de Europese Unie (Hof van Justitie) tegen het besluit beroep kan worden ingesteld overeenkomstig de artikelen 60 en 61 van Verordening (EU) nr. 1095/2010.
Artikel 38 quater
Algemene onderzoeken
Om haar taken op grond van deze verordening uit te voeren, kan de ESMA de nodige onderzoeken naar de in artikel 38 ter, lid 1, genoemde personen uitvoeren. In dat verband zijn de functionarissen van de ESMA en andere door de ESMA gemachtigde personen bevoegd:
alle vastleggingen, gegevens, procedures en ander materiaal te onderzoeken dat relevant is voor de uitvoering van hun taken, ongeacht de aard van de informatiedrager;
voor echt gewaarmerkte kopieën of uittreksels te maken of te verkrijgen van dergelijke vastleggingen, gegevens, procedures en ander materiaal;
alle in artikel 38 ter, lid 1, genoemde personen of hun vertegenwoordigers of personeelsleden op te roepen en te verzoeken om mondelinge of schriftelijke toelichting bij feiten of documenten met betrekking tot het onderwerp en het doel van de inspectie, en de antwoorden op te tekenen;
alle andere natuurlijke personen of rechtspersonen te horen die daarin toestemmen, om informatie betreffende het onderwerp van een onderzoek te verzamelen;
overzichten van telefoon- en dataverkeer op te vragen.
Wanneer een nationale rechterlijke instantie een aanvraag om toestemming voor een in lid 1, onder e), bedoeld verzoek om overzichten van telefoon- of dataverkeer ontvangt, vergewist die instantie zich ervan dat:
het in lid 3 bedoelde door de ESMA vastgestelde besluit authentiek is;
de te nemen maatregelen evenredig en niet willekeurig of buitensporig zijn.
Voor de toepassing van punt b) mag de nationale rechterlijke instantie de ESMA om nadere toelichting verzoeken, met name met betrekking tot de redenen die de ESMA heeft om aan te nemen dat op deze verordening inbreuk is gemaakt, en tot de ernst van de vermoedelijke inbreuk en de aard van de betrokkenheid van de aan de dwangmaatregelen onderworpen persoon. De nationale rechterlijke instantie mag evenwel niet de noodzakelijkheid van het onderzoek heroverwegen, noch vragen dat zij in het bezit wordt gesteld van de informatie in het dossier van de ESMA. Het besluit van de ESMA kan slechts door het Hof van Justitie op zijn rechtmatigheid worden getoetst volgens de procedure beschreven in Verordening (EU) nr. 1095/2010.
Artikel 38 quinquies
Inspecties ter plaatse
Wanneer een nationale rechterlijke instantie een aanvraag om de toestemming voor een in lid 1 bedoelde inspectie ter plaatse of voor de in lid 7 bedoelde bijstand ontvangt, vergewist die instantie zich ervan dat:
het in lid 5 bedoelde door de ESMA vastgestelde besluit authentiek is;
de te nemen maatregelen evenredig en niet willekeurig of buitensporig zijn.
Voor de toepassing van punt b) mag de nationale rechterlijke instantie de ESMA om nadere toelichting verzoeken, met name met betrekking tot de redenen die de ESMA heeft om aan te nemen dat op deze verordening inbreuk is gemaakt, en tot de ernst van de vermoedelijke inbreuk en de aard van de betrokkenheid van de aan de dwangmaatregelen onderworpen persoon. De nationale rechterlijke instantie mag evenwel niet de noodzakelijkheid van het onderzoek heroverwegen, noch vragen dat zij in het bezit wordt gesteld van de informatie in het dossier van de ESMA. Het besluit van de ESMA kan slechts door het Hof van Justitie op zijn rechtmatigheid worden getoetst volgens de procedure beschreven in Verordening (EU) nr. 1095/2010.
Artikel 38 sexies
Uitwisseling van informatie
De ESMA en de bevoegde autoriteiten verschaffen elkaar zonder onnodige vertraging de informatie die nodig is voor de uitoefening van hun taken op grond van deze verordening.
Artikel 38 septies
Beroepsgeheim
Het beroepsgeheim als bedoeld in artikel 76 van Richtlijn 2014/65/EU geldt voor de ESMA en voor alle personen die werkzaam zijn of zijn geweest voor de ESMA, of alle andere personen aan wie de ESMA taken heeft gedelegeerd, met inbegrip van door de ESMA aangestelde accountants en deskundigen.
Artikel 38 octies
Toezichtsmaatregelen van de ESMA
Wanneer de ESMA tot de bevinding komt dat een in artikel 38 ter, lid 1, onder a), genoemde persoon een inbreuk op een van de in titel IV bis vermelde voorschriften heeft gemaakt, neemt zij één of meer van de volgende maatregelen:
vaststelling van een besluit waarbij de persoon wordt gelast de inbreuk te beëindigen;
vaststelling van een besluit waarbij geldboeten of dwangsommen worden opgelegd overeenkomstig de artikelen 38 nonies en 38 decies;
het doen van openbare kennisgevingen.
Bij het nemen van de in lid 1 bedoelde maatregelen houdt de ESMA rekening met de aard en de ernst van de inbreuk, op basis van de volgende criteria:
de duur en de frequentie van de inbreuk;
de vraag of financiële criminaliteit veroorzaakt of gefaciliteerd is door, dan wel op enige andere wijze valt toe te schrijven aan de inbreuk;
de vraag of de inbreuk opzettelijk of uit onachtzaamheid is gemaakt;
de mate van verantwoordelijkheid van de voor de inbreuk verantwoordelijke persoon;
de financiële draagkracht van de voor de inbreuk verantwoordelijke persoon, zoals deze met name blijkt uit de totale omzet van de verantwoordelijke rechtspersoon of het jaarinkomen en het nettovermogen van de verantwoordelijke natuurlijke persoon;
de impact van de inbreuk op de belangen van beleggers;
de omvang van de door de voor de inbreuk verantwoordelijke persoon behaalde winsten of vermeden verliezen, dan wel de verliezen voor derden ten gevolge van de inbreuk, voor zover die zijn vast te stellen;
de mate waarin de voor de inbreuk verantwoordelijke persoon aan de ESMA medewerking heeft verleend, onverminderd de noodzaak te zorgen voor terugbetaling van de door die persoon behaalde winsten of vermeden verliezen;
eerdere inbreuken door de voor de inbreuk verantwoordelijke persoon;
maatregelen die de voor de inbreuk verantwoordelijke persoon na de inbreuk heeft genomen, om herhaling van de inbreuk te voorkomen.
De in de eerste alinea bedoelde openbaarmaking omvat het volgende:
een verklaring dat de voor de inbreuk verantwoordelijke persoon het recht heeft bezwaar te maken tegen het besluit;
in voorkomend geval, een verklaring dat bezwaar is gemaakt, met de vermelding dat dit bezwaar geen schorsende werking heeft;
een verklaring dat de bezwaarcommissie van de ESMA overeenkomstig artikel 60, lid 3, van Verordening (EU) nr. 1095/2010 de toepassing van het bestreden besluit kan opschorten.
HOOFDSTUK 2
BESTUURSRECHTELIJKE SANCTIES EN ANDERE BESTUURSRECHTELIJKE MAATREGELEN
Artikel 38 nonies
Geldboeten
Een inbreuk wordt geacht opzettelijk te zijn gepleegd als de ESMA objectieve factoren vaststelt die aantonen dat een persoon opzettelijk heeft gehandeld om de inbreuk te plegen.
Artikel 38 decies
Dwangsommen
De ESMA legt, bij besluit, dwangsommen op teneinde:
een persoon ertoe te dwingen een einde te maken aan een inbreuk, overeenkomstig een op grond van artikel 38 octies, lid 1, onder a), genomen besluit;
een in artikel 38 ter, lid 1, genoemde persoon ertoe te dwingen:
volledige informatie te verschaffen waarom is verzocht bij een besluit op grond van artikel 38 ter;
zich aan een onderzoek te onderwerpen en met name volledige vastleggingen, gegevens, procedures of enig ander verlangd materiaal over te leggen en andere informatie aan te vullen en te verbeteren die in het kader van een bij een besluit op grond van artikel 38 quater ingesteld onderzoek zijn verstrekt;
zich aan een bij een besluit op grond van artikel 38 quinquies gelaste inspectie ter plaatse te onderwerpen.
Artikel 38 undecies
Openbaarmaking, aard, tenuitvoerlegging en toewijzing van geldboeten en dwangsommen
De afdwinging verloopt volgens de procedureregels die van kracht zijn in de lidstaat op het grondgebied waarvan zij plaatsvindt.
Artikel 38 duodecies
Procedureregels voor het nemen van toezichtsmaatregelen en het opleggen van geldboeten
Artikel 38 terdecies
Horen van de betrokken personen
Het eerste lid is niet van toepassing indien dringende maatregelen vereist zijn om aanzienlijke en dreigende schade aan het financiële stelsel te voorkomen. In dat geval kan de ESMA een voorlopig besluit nemen en worden de betrokken personen zo spoedig mogelijk na het nemen van het besluit in de gelegenheid gesteld te worden gehoord.
Artikel 38 quaterdecies
Toetsing door het Hof van Justitie
Het Hof van Justitie heeft volledige rechtsmacht om besluiten van de ESMA waarbij een geldboete of een dwangsom wordt opgelegd, te toetsen. Het kan de opgelegde boete of dwangsom intrekken, verlagen of verhogen.
Artikel 38 quindecies
Vergunnings- en toezichtsvergoedingen
Artikel 38 sexdecies
Delegatie van taken door de ESMA aan bevoegde autoriteiten
Voordat een taak wordt gedelegeerd, pleegt de ESMA met de betrokken bevoegde autoriteit overleg over:
de reikwijdte van de te delegeren taak;
het tijdschema voor het vervullen van de taak; en
het overdragen van de noodzakelijke informatie door en aan de ESMA.
TITEL VII
TOEZICHTMAATREGELEN VOOR PRODUCTINTERVENTIE EN POSITIES
HOOFDSTUK 1
Producttoezicht en -interventie
Artikel 39
Markttoezicht
Artikel 40
Tijdelijke interventiebevoegdheden van de ESMA
In overeenstemming met artikel 9, lid 5, van Verordening (EU) nr. 1095/2010 kan de ESMA, mits aan de voorwaarden van de leden 2 en 3 is voldaan, de volgende zaken tijdelijk verbieden of beperken in de Unie:
het op de markt brengen, verspreiden of verkopen van bepaalde financiële instrumenten of financiële instrumenten met bepaalde specifieke kenmerken; of
een soort financiële activiteit of praktijk.
Een verbod of beperking kan gelden in omstandigheden of gebonden zijn aan voorwaarden die door de ESMA worden gespecificeerd.
De ESMA neemt alleen een besluit op grond van lid 1 als aan alle hiernavolgende voorwaarden is voldaan:
de voorgestelde maatregel heeft tot doel een significante reden tot bezorgdheid over beleggersbescherming of een bedreiging van het ordelijk functioneren en de integriteit van financiële markten of grondstoffenmarkten of van de stabiliteit van het financiële stelsel in de Unie of een deel daarvan aan te pakken;
de vereisten op grond van het Unierecht die van toepassing zijn op het betreffende financiële instrument of de betreffende activiteit wenden de bedreiging niet af;
een bevoegde autoriteit heeft of bevoegde autoriteiten hebben geen maatregelen genomen om de bedreiging af te wenden of de maatregelen die zijn genomen wenden de bedreiging niet adequaat af.
Als aan de voorwaarden van de eerste alinea wordt voldaan, kan ESMA het verbod of de beperking als bedoeld in lid 1 uit voorzorg opleggen voordat een financieel instrument op de markt is gebracht, verspreid of aan cliënten is verkocht.
Wanneer de ESMA op grond van dit artikel maatregelen neemt, ziet zij erop toe dat die maatregel:
geen nadelig effect heeft op de efficiëntie van de financiële markten of op de beleggers dat niet in verhouding staat tot de voordelen van de maatregel;
niet het risico van reguleringsarbitrage oplevert; en
indien de maatregel betrekking heeft op landbouwgrondstoffenderivaten, genomen is na overleg met de overheidsinstanties die bevoegd zijn voor het toezicht op en het beheer en de regulering van de fysieke markten voor landbouwproducten op grond van Verordening (EG) nr. 1234/2007.
Indien een bevoegde autoriteit of bevoegde autoriteiten een maatregel heeft of hebben genomen op grond van artikel 42, kan de ESMA elk van de in lid 1 genoemde maatregelen nemen zonder het in artikel 43 bedoelde advies uit te brengen.
Die criteria en factoren omvatten:
de complexiteit van een financieel instrument en de relatie tot de soort cliënt aan wie het wordt aangeboden en verkocht;
de omvang of de nominale waarde van een uitgifte van financiële instrumenten;
het innovatiegehalte van een financieel instrument, een activiteit of een praktijk;
de hefboomwerking van een financieel instrument of een praktijk.
Artikel 41
Tijdelijke interventiebevoegdheden van de EBA
In overeenstemming met artikel 9, lid 5, van Verordening (EU) nr. 1093/2010 kan de EBA, mits aan de voorwaarden van de leden 2 en 3 is voldaan, de volgende zaken tijdelijk verbieden of beperken in de Unie:
het op de markt brengen, verspreiden of verkopen van bepaalde gestructureerde deposito’s of gestructureerde deposito’s met bepaalde specifieke kenmerken; of
een soort financiële activiteit of praktijk.
Een verbod of beperking kan gelden in omstandigheden of gebonden zijn aan voorwaarden die door de EBA worden gespecificeerd.
De EBA neemt alleen een besluit op grond van lid 1 als aan alle hiernavolgende voorwaarden is voldaan:
de voorgestelde maatregel heeft tot doel een aanzienlijke reden tot bezorgdheid over de bescherming van beleggers of een bedreiging voor het ordelijk functioneren en de integriteit van financiële markten of voor de stabiliteit van het financiële stelsel in de Unie of een deel daarvan aan te pakken;
de reguleringsvoorschriften op grond van het Unierecht die van toepassing zijn op het betreffende gestructureerde deposito of de betreffende activiteit wenden de bedreiging niet af;
een bevoegde autoriteit heeft of bevoegde autoriteiten hebben geen maatregelen genomen om de bedreiging af te wenden of de maatregelen die zijn genomen wenden de bedreiging niet adequaat af.
Als aan de voorwaarden van de eerste alinea wordt voldaan, kan de EBA het verbod of de beperking als bedoeld in lid 1 uit voorzorg opleggen voordat een gestructureerd deposito op de markt is gebracht, verspreid of aan cliënten is verkocht.
Wanneer de EBA op grond van dit artikel maatregelen neemt, zorgt zij ervoor dat de maatregel:
geen nadelig effect heeft op de efficiëntie van de financiële markten of op de beleggers dat niet in verhouding staat tot de voordelen van de maatregel; [en]
niet het risico van reguleringsarbitrage oplevert.
Indien een bevoegde autoriteit of bevoegde autoriteiten een maatregel heeft of hebben genomen op grond van artikel 42, kan de EBA elk van de in lid 1 genoemde maatregelen nemen zonder het in artikel 43 bedoelde advies uit te brengen.
Die criteria en factoren omvatten:
de complexiteit van een gestructureerd deposito en de relatie tot de soort cliënt aan wie het wordt aangeboden en verkocht;
de omvang of de nominale waarde van een uitgifte van gestructureerde deposito’s;
het innovatiegehalte van een gestructureerd deposito, een activiteit of een praktijk;
de hefboomwerking van een gestructureerde deposito of een praktijk.
Artikel 42
Productinterventie door bevoegde autoriteiten
Een bevoegde autoriteit kan het volgende in of vanuit de betreffende lidstaat verbieden of beperken:
het op de markt brengen, verspreiden of verkopen van bepaalde financiële instrumenten of gestructureerde deposito’s of financiële instrumenten of gestructureerde deposito’s met bepaalde specifieke kenmerken; of
een soort financiële activiteit of praktijk.
Een bevoegde autoriteit kan een in lid 1 bedoelde maatregel nemen indien zij op redelijke gronden heeft geconcludeerd dat:
ofwel
een financieel instrument, een gestructureerd deposito of een financiële activiteit of praktijk een significante reden tot bezorgdheid over de beleggersbescherming vormt of een bedreiging vormt voor het ordelijk functioneren en de integriteit van financiële markten of grondstoffenmarkten, of voor de stabiliteit van het financiële stelsel of een deel daarvan in ten minste één lidstaat; of
een derivaat heeft een negatief effect op het prijsvormingsmechanisme op de onderliggende markt;
de bestaande vereisten op grond van het Unierecht die van toepassing zijn op het betreffende gestructureerde deposito of de betreffende financiële activiteit of praktijk onvoldoende zijn om de onder a) bedoelde bedreiging af te wenden en dat de kwestie niet beter zou kunnen worden aangepakt met beter toezicht of handhaving van de bestaande vereisten;
de maatregel evenredig is als rekening wordt gehouden met de aard van het gesignaleerde risico, het kennisniveau van de betreffende beleggers of marktdeelnemers en het te verwachten effect van de maatregel op de beleggers en marktdeelnemers die het financiële instrument of het gestructureerde deposito bezitten of gebruiken of van het financiële instrument, het gestructureerde deposito, de activiteit of praktijk profiteren;
de bevoegde autoriteit de bevoegde autoriteiten in andere lidstaten die een aanzienlijk effect kunnen ondervinden van de maatregel voldoende heeft geraadpleegd;
de maatregel geen discriminerend effect heeft op diensten of activiteiten die vanuit een andere lidstaat worden verricht; en.
zij naar behoren heeft overlegd met de overheidsinstanties die bevoegd zijn voor het toezicht op en het beheer en de regulering van de fysieke markten voor landbouwproducten op grond van Verordening (EG) nr. 1234/2007 ingeval een financieel instrument of een financiële activiteit of praktijk een ernstige bedreiging vormt voor het ordelijk functioneren en de integriteit van een fysieke markt voor landbouwproducten.
Indien aan de voorwaarden van de eerste alinea wordt voldaan, kan de bevoegde autoriteit het verbod of de beperking als bedoeld in lid 1 uit voorzorg opleggen voordat een financieel instrument of een gestructureerd deposito op de markt is gebracht, verspreid of aan cliënten is verkocht.
Een verbod of beperking kan gelden in omstandigheden of onderworpen zijn aan uitzonderingen die door de bevoegde autoriteit worden gespecificeerd.
De bevoegde autoriteit mag alleen een verbod of beperking opleggen op grond van dit artikel als zij minimaal een maand voordat de maatregel van kracht moet worden alle andere bevoegde autoriteiten en de ESMA schriftelijk of op een andere door de autoriteiten overeengekomen wijze in kennis heeft gesteld van de bijzonderheden van:
het financiële instrument of de financiële activiteit of praktijk waarop de voorgestelde maatregel betrekking heeft;
de precieze aard van het voorgestelde verbod of de voorgestelde beperking en het geplande tijdstip waarop de maatregel van kracht moet worden; en
de gegevens waarop zij haar besluit heeft gebaseerd en op grond waarvan het is vastgesteld dat aan alle in lid 2 genoemde voorwaarden is voldaan.
Die criteria en factoren omvatten:
de complexiteit van een gestructureerd deposito en de relatie tot de soort cliënt aan wie het wordt aangeboden, verspreid en verkocht;
het innovatiegehalte van een financieel instrument of een gestructureerd deposito, een activiteit of een praktijk;
de hefboomwerking van een financieel product of gestructureerd deposito of praktijk;
met betrekking tot het ordelijk functioneren en de integriteit van financiële markten of grondstoffenmarkten, de omvang of de nominale waarde van een uitgifte van financiële instrumenten of gestructureerde deposito’s.
Artikel 43
Coördinatie door de ESMA en de EBA
HOOFDSTUK 2
Posities
Artikel 44
Coördinatie van nationale positiebeheersmaatregelen en positielimieten door de ESMA
Artikel 45
Bevoegdheden van de ESMA op het gebied van positiebeheer
In overeenstemming met artikel 9, lid 5 van Verordening (EU) nr. 1095/2010 neemt de ESMA, indien aan beide voorwaarden in lid 2 is voldaan, een of meer van de volgende maatregelen:
een persoon om alle relevante informatie verzoeken met betrekking tot de omvang en het doel van een positie of blootstelling aan een risico die is aangegaan via een derivaat;
na analyse van de overeenkomstig de onder a) verkregen informatie van deze persoon eisen de omvang van de positie of de blootstelling aan een risico te verminderen of weg te nemen overeenkomstig de in lid 10, onder b), bedoelde gedelegeerde handeling;
in laatste instantie, de mogelijkheden van een persoon om een grondstoffenderivaat te verwerven beperken.
De ESMA neemt alleen een besluit op grond van lid 1 als aan beide hiernavolgende voorwaarden is voldaan:
de in lid 1 vermelde maatregelen zijn bedoeld voor het afwenden van een bedreiging van het ordelijk functioneren en de integriteit van financiële markten, met inbegrip van de grondstoffenderivatenmarkten overeenkomstig de in artikel 57, lid 1, van Richtlijn 2014/65/EU opgenomen doelstellingen onder meer met betrekking tot leveringsregelingen voor fysieke grondstoffen, of de stabiliteit van het financiële stelsel in de Unie of een deel daarvan;
een bevoegde autoriteit heeft of bevoegde autoriteiten hebben geen maatregelen genomen om een bedreiging af te wenden of de genomen maatregelen, wenden de bedreiging onvoldoende af.
De ESMA gaat na of aan de onder a) en b) van de eerste alinea van dit lid bedoelde voorwaarden is voldaan op basis van de criteria en factoren die worden vermeld in de in lid 10, onder a), van dit artikel bedoelde gedelegeerde handeling.
Bij het nemen van maatregelen als bedoeld in lid 1 ziet de ESMA erop toe dat de maatregel:
de bedreiging van het ordelijk functioneren en de integriteit van financiële markten, met inbegrip van grondstoffenderivatenmarkten overeenkomstig de in artikel 57, lid 1, van Richtlijn 2014/65/EU opgenomen doelstellingen onder meer met betrekking tot leveringsregelingen voor fysieke grondstoffen, of van de stabiliteit van het financiële stelsel in de Unie of een deel daarvan, gemeten aan de criteria en factoren als omschreven in de in lid 10, onder a), van dit artikel bedoelde gedelegeerde handeling, wezenlijk afwendt, of het vermogen van de bevoegde autoriteiten om toezicht te houden op de bedreiging, gemeten aan diezelfde criteria en factoren, wezenlijk verbetert;
gemeten overeenkomstig lid 10, onder c), van dit artikel geen risico op reguleringsarbitrage creëert;
geen van de volgende negatieve effecten heeft op de efficiëntie van financiële markten, dat onevenredig is in vergelijking met de voordelen van de maatregel: vermindering van de liquiditeit in de betreffende markten, het inperken van de voorwaarden ter vermindering van de risico’s die rechtstreeks verband houden met de commerciële activiteit van een niet-financiële tegenpartij verband houden, of het scheppen van onzekerheid voor marktdeelnemers;
Alvorens maatregelen te nemen met betrekking tot voor de groothandel in energieproducten raadpleegt de ESMA het Agentschap voor de samenwerking tussen energieregulators dat is opgericht bij Verordening (EG) nr. 713/2009 van het Europees Parlement en de Raad ( 13 );
Alvorens maatregelen te nemen met betrekking tot landbouwgrondstoffenderivaten raadpleegt de ESMA de overheidsinstellingen die bevoegd zijn voor het toezicht op en het beheer en de regulering van de fysieke markten voor landbouwproducten op grond van Verordening (EG) nr. 1234/2007.
De Commissie neemt overeenkomstig artikel 50 gedelegeerde handelingen aan waarin de criteria en factoren worden gespecificeerd om het volgende te bepalen:
het bestaan van een bedreiging van het ordelijk functioneren of de integriteit van financiële markten, met inbegrip van de grondstoffenderivatenmarkten overeenkomstig de in artikel 57, lid 1, van Richtlijn 2014/65/EU opgenomen doelstellingen, en onder meer met betrekking tot leveringsregelingen voor fysieke grondstoffen, of de stabiliteit van het financiële stelsel in de Unie of een deel daarvan, zoals bedoeld in lid 2, onder a) waarbij rekening wordt gehouden met de mate waarin posities worden gebruikt om posities in fysieke grondstoffen of grondstoffencontracten af te dekken en de mate waarin prijzen in onderliggende markten in relatie tot de prijzen van grondstoffenderivaten worden vastgesteld;
of een positie die of een blootstelling aan een risico dat via een derivaat is aangegaan op passende wijze is verlaagd, zoals bedoeld in lid 1, onder b) van dit artikel;
in welke situaties het in lid 3, onder b), bedoelde risico op reguleringsarbitrage zich zou kunnen voordoen.
Deze criteria en factoren houden rekening met de technische reguleringsnormen als bedoeld in artikel 57, lid 3, van Richtlijn 2014/65/EU en maken een onderscheid tussen situaties waarin de ESMA optreedt omdat een bevoegde autoriteit niet is opgetreden en situaties waarin de ESMA overeenkomstig artikel 69, lid 2, onder j) of o) van Richtlijn 2014/65/EU een extra risico tegengaat dat de bevoegde autoriteit niet afdoende kan tegengaan.
TITEL VIII
LEVERING VAN DIENSTEN EN VERRICHTING VAN ACTIVITEITEN DOOR ONDERNEMINGEN UIT DERDE LANDEN MET OF ZONDER EEN BIJKANTOOR NA EEN GELIJKWAARDIGHEIDSBESLUIT
Artikel 46
Algemene bepalingen
De ESMA registreert een onderneming uit een derde land die toestemming heeft gevraagd voor de levering van beleggingsdiensten of de verrichting van activiteiten in de hele Unie overeenkomstig lid 1 slechts registreren als aan de volgende voorwaarden is voldaan:
de Commissie heeft een besluit vastgesteld overeenkomstig artikel 47, lid 1;
de onderneming heeft in het rechtsgebied waar haar hoofdkantoor is gevestigd, een vergunning voor het verrichten van de beleggingsdiensten en -activiteiten die in de Unie zullen worden verricht en is onderworpen aan effectief toezicht en effectieve handhaving om volledige naleving van de in dat derde land geldende eisen te garanderen;
er zijn samenwerkingsregelingen getroffen overeenkomstig lid 47, lid 2;
de onderneming heeft de nodige regelingen en procedures opgezet om de in lid 6 bis beschreven informatie te rapporteren.
De aanvragende onderneming uit een derde land verstrekt aan de ESMA alle informatie die noodzakelijk is voor de registratie. Uiterlijk 30 werkdagen na ontvangst van de aanvraag beoordeelt de ESMA of de aanvraag volledig is. Indien de aanvraag niet volledig is, stelt de ESMA een uiterste datum vast waarvoor de aanvragende onderneming uit een derde land aanvullende informatie moet verstrekken.
Het registratiebesluit wordt gebaseerd op de voorwaarden die zijn beschreven in lid 2.
Binnen 180 werkdagen na het indienen van een volledige aanvraag deelt de ESMA de aanvragende onderneming uit een derde land schriftelijk, met een volledig met redenen omklede toelichting, mede of de registratie is geaccepteerd of geweigerd.
De lidstaten kunnen ondernemingen uit derde landen toestaan om op hun grondgebied beleggingsdiensten te verlenen aan of beleggingsactiviteiten en nevendiensten te verrichten voor in aanmerking komende tegenpartijen en professionele cliënten in de zin van deel I van bijlage II bij Richtlijn 2014/65/EU overeenkomstig nationale regelgeving indien geen besluit van de Commissie overeenkomstig artikel 47, lid 1, is vastgesteld of indien een dergelijk besluit wel is vastgesteld maar hetzij dat besluit niet langer van kracht is hetzij de betrokken diensten of activiteiten niet onder dat besluit vallen.
De in de eerste alinea genoemde informatie wordt schriftelijk en op in het oog springende wijze verstrekt.
De lidstaten zorgen ervoor dat ingeval een in aanmerking komende tegenpartij of een professionele cliënt in de zin van deel I van bijlage II bij Richtlijn 2014/65/EU die in de Unie is gevestigd of gesitueerd, uitsluitend op eigen initiatief de verrichting van een beleggingsdienst of -activiteit door een onderneming uit een derde land initieert, dit artikel niet van toepassing is op de verrichting van die dienst of activiteit door de onderneming uit een derde land voor die persoon, noch op een betrekking die specifiek verband houdt met het verrichten van die dienst of activiteit. Zonder afbreuk te doen aan intragroepbetrekkingen wordt, indien een onderneming uit een derde land, onder meer via een entiteit die namens haar handelt of nauwe banden heeft met de onderneming uit een derde land of een andere persoon die namens een dergelijke entiteit handelt, cliënten of potentiële cliënten in de Unie benadert, deze dienst niet geacht te zijn verleend uitsluitend op initiatief van de cliënt. Een individueel initiatief van dergelijke cliënten geeft een onderneming uit een derde land niet het recht om aan de betrokken persoon nieuwe categorieën van beleggingsproducten of -diensten aan te bieden.
de schaal en de reikwijdte van de door de ondernemingen binnen de Unie verrichte diensten en activiteiten, met inbegrip van de geografische spreiding over de lidstaten;
voor ondernemingen die de activiteit bedoeld in punt 3 van deel A van bijlage I bij Richtlijn 2014/65/EU verrichten, hun maandelijkse minimale, gemiddelde en maximale blootstelling aan tegenpartijen uit de EU;
voor ondernemingen die diensten als bedoeld in punt 6 van deel A van bijlage I bij Richtlijn 2014/65/EU verlenen, de totale waarde van financiële instrumenten afkomstig van tegenpartijen uit de EU die de voorafgaande twaalf maanden zijn overgenomen of met plaatsingsgarantie zijn geplaatst;
de omzet en de totale waarde van de activa die overeenkomen met de in punt a) bedoelde diensten en activiteiten;
eventuele regelingen die zijn getroffen om beleggers te beschermen en, in voorkomend geval, een nadere beschrijving daarvan;
het risicobeheersbeleid en de risicobeheersregelingen die de onderneming toepast bij het verrichten van de in punt a) bedoelde diensten en activiteiten;
de governanceregelingen, met vermelding van de medewerkers met een sleutelfunctie voor de activiteiten van de onderneming in de Unie;
enige andere informatie die de ESMA of de bevoegde autoriteit in staat stelt haar taken in overeenstemming met deze verordening uit te voeren.
De ESMA deelt de overeenkomstig dit lid ontvangen informatie mee aan de bevoegde autoriteiten van de lidstaten waar een onderneming uit een derde land overeenkomstig dit artikel beleggingsdiensten verleent of beleggingsactiviteiten verricht.
Indien zulks nodig is voor de uitvoering van de taken van de ESMA of de bevoegde autoriteiten in overeenstemming met deze verordening, kan de ESMA, ook op verzoek van de bevoegde autoriteit van de lidstaten waar een onderneming uit een derde land krachtens dit artikel beleggingsdiensten verleent of beleggingsactiviteiten verricht, een onderneming uit een derde land die overeenkomstig dit artikel diensten verleent of activiteiten verricht, verzoeken om verdere informatie met betrekking tot haar operaties.
Op verzoek van de bevoegde autoriteit van een lidstaat waar een onderneming uit een derde land overeenkomstig dit artikel beleggingsdiensten verleent of beleggingsactiviteiten verricht, beoordeelt de ESMA de relevante gegevens die overeenkomstig de eerste alinea te harer beschikking worden gehouden, en stelt zij deze gegevens beschikbaar aan de verzoekende bevoegde autoriteit.
De ESMA legt die ontwerpen van technische reguleringsnormen uiterlijk op 26 september 2020 voor aan de Commissie.
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid toegekend om deze verordening aan te vullen door de in de eerste alinea bedoelde technische reguleringsnormen vast te stellen overeenkomstig de artikelen 10 tot en met 14 van Verordening (EU) nr. 1095/2010.
De ESMA legt die ontwerpen van technische uitvoeringsnormen uiterlijk op 26 september 2020 voor aan de Commissie.
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid verleend om deze verordening aan te vullen door de in de eerste alinea bedoelde technische uitvoeringsnormen vast te stellen overeenkomstig artikel 15 van Verordening (EU) nr. 1095/2010.
Artikel 47
Gelijkwaardigheidsbesluit
De Commissie kan volgens de in artikel 51, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure een besluit vaststellen met betrekking tot een derde land waarin wordt bevestigd dat de wettelijke en toezichtsregelingen van dat derde land al het volgende waarborgen:
de ondernemingen waaraan in dat derde land een vergunning is verleend, houden zich aan wettelijk bindende prudentiële, organisatorische en bedrijfsvoeringsvoorschriften waarvan het effect gelijkwaardig is aan dat van de vereisten die zijn vastgelegd in deze verordening, in Verordening (EU) nr. 575/2013 en Verordening (EU) 2019/2033 van het Europees Parlement en de Raad ( 14 ), in Richtlijn 2013/36/EU, Richtlijn 2014/65/EU en Richtlijn (EU) 2019/2034 van het Europees Parlement en de Raad ( 15 ), alsmede in de uitvoeringsmaatregelen die op grond van die wetgevingshandelingen zijn vastgesteld;
de ondernemingen waaraan in dat derde land een vergunning is verleend, zijn onderworpen aan toezicht en handhaving die inachtneming garanderen van de toepasselijke wettelijk bindende prudentiële, organisatorische en bedrijfsvoeringsvoorschriften; en
het wettelijke kader van dat derde land voorziet in een doeltreffend gelijkwaardig systeem voor erkenning van beleggingsondernemingen waaraan krachtens rechtsstelsels van derde landen een vergunning is verleend.
Indien de schaal en de reikwijdte van de door ondernemingen uit derde landen in de Unie verrichte diensten en activiteiten na de vaststelling van het in de eerste alinea bedoelde besluit waarschijnlijk systeemrelevant zijn voor de Unie, kunnen de in de eerste alinea bedoelde wettelijk bindende prudentiële, organisatorische en bedrijfsvoeringsvoorschriften alleen na een gedetailleerde en granulaire beoordeling geacht worden een effect te hebben dat gelijkwaardig is aan dat van de vereisten die zijn vastgelegd in de in die alinea bedoelde handelingen. Daartoe maakt de Commissie ook een beoordeling van en houdt zij rekening met de toezichtsconvergentie tussen het betrokken derde land en de Unie.
De Commissie is bevoegd om overeenkomstig artikel 50 gedelegeerde handelingen vast te stellen teneinde deze verordening aan te vullen door nadere bepaling van de omstandigheden waarin de schaal en de reikwijdte van de diensten en activiteiten die in de Unie door ondernemingen uit derde landen worden verricht na de vaststelling van een in lid 1 bedoeld gelijkwaardigheidsbesluit, waarschijnlijk systeemrelevant voor de Unie zijn.
Indien de schaal en de reikwijdte van de door ondernemingen uit derde landen verleende diensten en verrichte activiteiten waarschijnlijk systeemrelevant voor de Unie zijn, kan de Commissie specifieke operationele voorwaarden aan gelijkwaardigheidsbesluiten koppelen, waardoor de ESMA en de nationale bevoegde autoriteiten zouden beschikken over de nodige instrumenten om reguleringsarbitrage te voorkomen en toezicht te houden op de activiteiten van overeenkomstig artikel 46, lid 2, geregistreerde beleggingsondernemingen uit derde landen met betrekking tot in de Unie verleende diensten en verrichte activiteiten, door ervoor te zorgen dat die ondernemingen voldoen aan:
vereisten die een gelijkwaardig effect hebben als de in de artikelen 20 en 21 bedoelde vereisten;
rapportagevereisten die een gelijkwaardig effect hebben als de in artikel 26 bedoelde vereisten, indien informatie niet rechtstreeks en doorlopend kan worden verkregen door middel van een memorandum van overeenstemming met de bevoegde autoriteit van het derde land;
vereisten die een gelijkwaardig effect hebben als de in de artikelen 23 en 28 bedoelde handelsverplichting, indien van toepassing.
Wanneer de Commissie het in lid 1 van dit artikel bedoelde besluit vaststelt, houdt zij er rekening mee of het derde land al dan niet is aangemerkt als een jurisdictie die volgens het desbetreffende Uniebeleid niet coöperatief is op belastinggebied of als een derde land met een hoog risico in de zin van artikel 9, lid 2, van Richtlijn (EU) 2015/849.
Het prudentiële, organisatorische en bedrijfsvoeringskader van een derde land wordt geacht een gelijkwaardig effect te hebben als het aan alle volgende voorwaarden voldoet:
ondernemingen die beleggingsdiensten verlenen of beleggingsactiviteiten verrichten in dat derde land, hebben een vergunning en zijn doorlopend onderworpen aan effectief toezicht en effectieve handhaving;
voor ondernemingen die beleggingsdiensten verlenen of beleggingsactiviteiten verrichten in dat derde land, gelden toereikende kapitaalvereisten en met name gelden voor ondernemingen die de diensten verlenen of de activiteiten verrichten als bedoeld in punt 3 of punt 6 van deel A van bijlage I bij Richtlijn 2014/65/EU, vergelijkbare kapitaalvereisten als die welke zouden gelden indien zij in de Unie zouden zijn gevestigd.
voor ondernemingen die beleggingsdiensten verlenen of beleggingsactiviteiten verrichten in dat derde land, gelden passende vereisten met betrekking tot aandeelhouders en leden van hun leidinggevende orgaan;
ondernemingen die beleggingsdiensten verlenen of beleggingsactiviteiten verrichten, zijn gebonden aan passende bedrijfsvoerings- en organisatorische vereisten;
de transparantie en de integriteit van de markt zijn gewaarborgd door de preventie van marktmisbruik in de vorm van handel met voorwetenschap en marktmanipulatie.
Voor de toepassing van lid 1 bis van dit artikel beoordeelt de Commissie, wanneer zij de gelijkwaardigheid van voorschriften van een derde land inzake de in de artikelen 23 en 28 bedoelde handelsverplichting beoordeelt, tevens of het rechtskader van het derde land voorziet in criteria voor de aanwijzing van handelsplatforms die worden geacht aan de handelsverplichting te kunnen voldoen, die een soortgelijk effect sorteren als die welke in deze verordening of in Richtlijn 2014/65/EU zijn vastgelegd.
De ESMA brengt samenwerkingsregelingen tot stand met de relevante bevoegde autoriteiten van derde landen waarvan de wettelijke en toezichtskaders als effectief gelijkwaardig zijn erkend in overeenstemming met lid 1. In een dergelijke regeling wordt minstens het volgende gespecificeerd:
het mechanisme voor de uitwisseling van informatie tussen de ESMA en de bevoegde autoriteiten van de betrokken derde landen, waaronder toegang tot alle door de ESMA gevraagde informatie met betrekking tot niet-uniale ondernemingen waaraan in derde landen een vergunning is verleend, alsmede, in voorkomend geval, de regelingen voor het verder delen door de ESMA van dergelijke informatie met de bevoegde autoriteiten van de lidstaten;
het mechanisme voor onverwijlde kennisgeving aan de ESMA indien een bevoegde autoriteit van een derde land van mening is dat een onderneming uit een derde land die onder haar toezicht valt en die door de ESMA is geregistreerd in het register dat is opgesteld krachtens artikel 48, de voorwaarden voor haar vergunning of een andere wetgeving dat zij moet naleven, overtreedt;
de procedures met betrekking tot de coördinatie van toezichtsactiviteiten, met inbegrip van onderzoeken en inspecties ter plaatse die de ESMA kan verrichten, in samenwerking met de bevoegde autoriteiten van de lidstaten waar de onderneming uit een derde land krachtens artikel 46 beleggingsdiensten verleent of beleggingsactiviteiten verricht, indien dat noodzakelijk is voor de uitvoering van de taken van de ESMA of de bevoegde autoriteiten in overeenstemming met deze verordening, nadat de bevoegde autoriteit van het derde land hiervan naar behoren in kennis is gesteld;
de procedures betreffende een verzoek om informatie krachtens artikel 46, leden 6 bis en 6 ter, dat de ESMA kan indienen bij een overeenkomstig artikel 46, lid 2, geregistreerde onderneming uit een derde land.
Het bijkantoor blijft onder het toezicht staan van de lidstaat waar overeenkomstig artikel 39 van Richtlijn 2014/65/EU het bijkantoor is gevestigd. Niettemin, en onverminderd de in Richtlijn 2014/65/EU vastgelegde samenwerkingsverplichtingen, kunnen de bevoegde autoriteit van de lidstaat waar het bijkantoor is gevestigd en de bevoegde autoriteit van de lidstaat van ontvangst evenredige samenwerkingsregelingen sluiten om te waarborgen dat het bijkantoor van de onderneming uit een derde land dat beleggingsdiensten verleent in de Unie passende beleggersbescherming.
De ESMA monitort de ontwikkelingen op het gebied van regulering en toezicht, de handhavingspraktijken en andere relevante marktontwikkelingen in derde landen waarvoor de Commissie overeenkomstig lid 1 gelijkwaardigheidsbesluiten heeft vastgesteld, om na te gaan of de voorwaarden op basis waarvan die besluiten zijn genomen, nog steeds vervuld zijn. De ESMA dient jaarlijks bij de Commissie een vertrouwelijk verslag over haar bevindingen in. Indien zij dit dienstig acht, kan de ESMA de EBA raadplegen met betrekking tot het verslag.
In het verslag worden ook de trends opgenomen die op basis van de krachtens artikel 46, lid 6 bis, verzamelde gegevens zijn waargenomen, met name wat betreft ondernemingen die de diensten verlenen of de activiteiten verrichten als bedoeld in de punten 3 en 6 van deel A van bijlage I bij Richtlijn 2014/65/EU.
De Commissie dient ten minste jaarlijks, op basis van het in lid 5 bedoelde verslag, een verslag in bij het Europees Parlement en de Raad. Het verslag bevat een lijst van gelijkwaardigheidsbesluiten die de Commissie in het verslagleggingsjaar heeft genomen of ingetrokken, alsmede van eventuele maatregelen die de ESMA krachtens artikel 49 heeft genomen, en licht de beweegredenen voor het nemen van die besluiten en maatregelen toe.
Het verslag van de Commissie bevat informatie over de monitoring van de ontwikkelingen op het gebied van regulering en toezicht, de handhavingspraktijken en andere relevante marktontwikkelingen in derde landen waarvoor gelijkwaardigheidsbesluiten zijn vastgesteld. Tevens wordt in het verslag de balans opgemaakt van de wijze waarop de grensoverschrijdende verlening van beleggingsdiensten door ondernemingen uit derde landen zich heeft ontwikkeld in het algemeen en in het bijzonder wat betreft de diensten en activiteiten als bedoeld in de punten 3 en 6 van deel A van bijlage I bij Richtlijn 2014/65/EU. Het verslag bevat te zijner tijd ook informatie over lopende gelijkwaardigheidsbeoordelingen die de Commissie ten aanzien van derde landen verricht.
Artikel 48
Register
De ESMA houdt een register met de ondernemingen uit derde landen die in de Unie beleggingsdiensten of -activiteiten mogen verrichten overeenkomstig artikel 46. Het register is openbaar toegankelijk op de website van de ESMA en bevat informatie over de diensten of activiteiten die ondernemingen uit derde landen mogen verlenen of verrichten en verwijzen naar de bevoegde autoriteit die verantwoordelijk is voor het toezicht op de betreffende onderneming in het derde land.
Artikel 49
Door de ESMA te nemen maatregelen
Onverminderd lid 1 trekt de ESMA de registratie van een onderneming uit een derde land in het overeenkomstig artikel 48 ingestelde register in indien de ESMA de zaak heeft doorverwezen naar de bevoegde autoriteit van het derde land en die bevoegde autoriteit niet de passende maatregelen heeft genomen die nodig zijn om de beleggers of de goede werking van de markten in de Unie te beschermen, of heeft verzuimd aan te tonen dat de betrokken onderneming uit het derde land voldoet aan de op haar in het derde land toepasselijke vereisten of aan de voorwaarden waaronder een besluit overeenkomstig artikel 47, lid 1, is vastgesteld, en een van de volgende gevallen zich voordoet:
de ESMA heeft gegronde redenen, gebaseerd op gedocumenteerde gegevens, waaronder maar niet uitsluitend de overeenkomstig artikel 46, lid 6 bis, jaarlijks verstrekte informatie, om aan te nemen dat de onderneming uit een derde land zich bij de verrichting van beleggingsdiensten en -activiteiten in de Unie gedraagt op een manier die de belangen van de beleggers of het ordelijk functioneren van de markten duidelijk schaadt;
de ESMA heeft gegronde redenen, gebaseerd op gedocumenteerde gegevens, waaronder maar niet uitsluitend de overeenkomstig artikel 46, lid 6 bis, jaarlijks verstrekte informatie, om aan te nemen dat de onderneming uit een derde land bij de verrichting van beleggingsdiensten en -activiteiten in de Unie de voorschriften die in het derde land gelden en op basis waarvan de Commissie het besluit overeenkomstig artikel 47, lid 1, heeft vastgesteld, ernstig heeft overtreden.
De ESMA stelt de bevoegde autoriteit van het derde land in kennis van haar voornemen om te zijner tijd overeenkomstig lid 1 of lid 2 op te treden.
Wanneer zij haar besluit over passende maatregelen uit hoofde van dit artikel neemt, houdt de ESMA rekening met de aard en de ernst van het risico voor beleggers en de goede werking van de markten in de Unie, waarbij zij de volgende criteria in overweging neemt:
de duur en de frequentie van het risico;
of het risico ernstige of systeemzwakheden in de procedures van ondernemingen uit derde landen aan het licht heeft gebracht;
of financiële criminaliteit veroorzaakt of gefaciliteerd is door, dan wel op enige andere wijze toe te schrijven valt aan het risico;
of het risico opzettelijk of uit nalatigheid is ontstaan.
De ESMA stelt de Commissie en de betrokken onderneming uit een derde land onverwijld in kennis van maatregelen die overeenkomstig lid 1 of lid 2 zijn genomen en maakt het besluit bekend op haar website.
De Commissie beoordeelt of de omstandigheden waarin het besluit overeenkomstig artikel 47, lid 1, werd vastgesteld, nog bestaan met betrekking tot het betrokken derde land.
TITEL IX
GEDELEGEERDE HANDELINGEN EN UITVOERINGSHANDELINGEN
HOOFDSTUK 1
Gedelegeerde handelingen
Artikel 50
Uitoefening van de bevoegdheidsdelegatie
HOOFDSTUK 2
Uitvoeringshandelingen
Artikel 51
Comitéprocedure
TITEL X
SLOTBEPALINGEN
Artikel 52
Verslagen en herziening
In het in lid 1 bedoelde verslag wordt het effect van het gebruik van de ontheffing op grond van artikel 4, lid 1, onder a) en onder b), punt i), en van het volumebeperkingsmechanisme op grond van artikel 5 op de Europese markten in eigenvermogensinstrumenten beschreven, met bijzondere verwijzing naar:
het niveau en de trend van de handel in niet-transparante orderboeken gebaseerde handel binnen de Unie vanaf de invoering van deze verordening;
het effect op de pretransactionele transparante nominale spreads;
het effect op de diepte van de liquiditeit op transparante orderboeken;
het effect op het concurrentievermogen en op beleggers binnen de Unie;
het effect op de handel in aandelen van ondernemingen met klein en middelgroot kapitaal;
ontwikkelingen op internationaal niveau en besprekingen met derde landen en internationale organisaties.
Uiterlijk op ►M1 3 juli 2022 ◄ brengt de Commissie, naar raadpleging van de ESMA, verslag uit aan het Europees Parlement en de Raad over de toepassing van artikel 37.
Afhankelijk van de conclusies van dat verslag kan de Commissie overeenkomstig artikel 50 een gedelegeerde handeling vaststellen om de overgangsperiode overeenkomstig artikel 35, lid 5, met maximaal 30 maanden te verlengen.
Afhankelijk van de conclusies van dat verslag kan de Commissie overeenkomstig artikel 50 een gedelegeerde handeling vaststellen om op de beurs verhandelde derivaten voor een periode tot dertig maanden, te rekenen vanaf de datum van toepassing van deze verordening, uit te sluiten van de werkingssfeer van de artikelen 35 en 36 tot hoogstens 30 maanden na ►M1 3 januari 2018 ◄ .
In de in de eerste alinea bedoelde verslagen wordt de werking van de consolidated tape beoordeeld aan de hand van de volgende criteria:
de beschikbaarheid en tijdigheid van geconsolideerde posttransactionele informatie die alle transacties omvat, ongeacht of zij op dan wel buiten een handelsplatform zijn uitgevoerd;
de beschikbaarheid en tijdigheid van volledige en gedeeltelijke posttransactionele informatie van hoge kwaliteit, in formaten die goed toegankelijk en bruikbaar zijn voor marktdeelnemers en die tegen redelijke commerciële voorwaarden ter beschikking worden gesteld.
Wanneer de Commissie concludeert dat de verstrekkers van een consolidated tape er niet in geslaagd zijn informatie te verstrekken op een wijze die aan de criteria van de tweede alinea voldoet, hecht zij aan haar verslag een verzoek aan de ESMA om een procedure van gunning door onderhandelingen in te leiden voor het aanwijzen, via een door de ESMA beheerde aanbestedingsprocedure, van een commerciële entiteit die een consolidated tape exploiteert. De ESMA leidt de procedure in na ontvangst van het verzoek van de Commissie, op de in het verzoek van de Commissie nader aangegeven voorwaarden en in overeenstemming met Verordening (EU, Euratom) 2018/1046 van het Europees Parlement en de Raad ( 17 ).
Wanneer de in lid 14 van dit artikel beschreven procedure is ingeleid, is de Commissie bevoegd overeenkomstig artikel 50 gedelegeerde handelingen vast te stellen teneinde deze verordening aan te vullen door maatregelen te specificeren om:
de duur te bepalen van de overeenkomst van de commerciële entiteit die een consolidated tape exploiteert, alsmede de procedure en de voorwaarden voor de verlenging van de overeenkomst en de plaatsing van een nieuwe opdracht;
te bepalen dat de commerciële entiteit die een consolidated tape exploiteert, dat op exclusieve basis doet en dat geen andere entiteit een vergunning als verstrekker van een consolidated tape krijgt overeenkomstig artikel 27 ter;
de ESMA te machtigen om te waarborgen dat de via een aanbesteding aangewezen commerciële entiteit die een consolidated tape exploiteert, de aanbestedingsvoorwaarden naleeft;
ervoor te zorgen dat de commerciële entiteit die een consolidated tape exploiteert, posttransactionele informatie verstrekt die van hoge kwaliteit is, in formaten die goed toegankelijk en bruikbaar zijn voor marktdeelnemers en in een geconsolideerd formaat dat de gehele markt omvat;
ervoor te zorgen dat de posttransactionele informatie tegen redelijke commerciële voorwaarden wordt verstrekt, zowel op geconsolideerde als op niet-geconsolideerde basis, en aan de behoeften van de gebruikers van deze informatie in de gehele Unie voldoet;
ervoor te zorgen dat handelsplatformen en APA’s hun transactiegegevens tegen een redelijke kostprijs ter beschikking stellen van de via een door de ESMA beheerde aanbestedingsprocedure aangewezen commerciële entiteit die een consolidated tape exploiteert;
regelingen te specificeren die van toepassing zijn wanneer de via een aanbestedingsprocedure aangewezen commerciële entiteit die een consolidated tape exploiteert, niet aan de aanbestedingsvoorwaarden voldoet;
regelingen te specificeren waarbij verstrekkers van een consolidated tape die op grond van artikel 27 ter een vergunning hebben gekregen, wanneer geen gebruik wordt gemaakt van de in punt b) van dit lid vastgestelde machtiging of wanneer er via de aanbestedingsprocedure geen entiteit wordt aangewezen, een consolidated tape kunnen blijven exploiteren totdat een nieuwe aanbestedingsprocedure is afgerond en een commerciële entiteit is aangewezen om een consolidated tape te exploiteren.
Artikel 53
Wijziging van Verordening (EU) nr. 648/2012
Verordening (EU) nr. 648/2012 wordt als volgt gewijzigd:
Aan artikel 5, lid 2, wordt de volgende alinea toegevoegd:
„Bij het opstellen van de ontwerpen van technische reguleringsnormen op grond van dit lid doet de ESMA geen afbreuk aan de in artikel 95 van Richtlijn 2014/65/EU ( 18 ) opgenomen overgangsbepaling met betrekking tot de in deel C, punt 6, vermelde derivatencontracten inzake energie”.
Artikel 7 wordt als volgt gewijzigd:
Lid 1wordt vervangen door:
Een CTP die over een vergunning beschikt om otc-derivatencontracten te clearen, aanvaardt deze contracten te clearen op niet-discriminerende en transparante basis, met inbegrip van de onderpandvereisten en vergoedingen voor toegang, ongeacht het handelsplatform. Dit moet er in het bijzonder voor zorgen dat een handelsplatform het recht op niet-discriminerende behandeling geniet voor wat betreft de manier waarop contracten via dat handelsplatform worden verhandeld met betrekking tot:
de onderpandvereisten en de verrekening van economisch gelijkwaardige contracten, indien het meerekenen van dergelijke contracten bij de vroegtijdige berekening (close-out) en andere verrekeningsprocedures van een CTP overeenkomstig de toepasselijke insolventiewetgeving de soepele en ordelijke werking, de geldigheid of afdwingbaarheid van dergelijke procedures niet in gevaar zou brengen; en
cross-margining met gecorreleerde contracten die door dezelfde CTP worden gecleard op grond van een risicomodel dat voldoet aan artikel 41.
Een CTP kan verlangen dat een handelsplatform voldoet aan de door de CTP gestelde operationele en technische eisen, ook op het gebied van risicobeheersing.”;
Het volgende lid wordt toegevoegd:
In artikel 81, lid 3, wordt de volgende alinea toegevoegd:
„Een transactieregister geeft gegevens door aan de bevoegde autoriteiten in overeenstemming met de vereisten op grond van artikel 26 van Verordening (EU) nr 600/2014 (*1) ”.
Artikel 54
Overgangsbepaling
Indien een CTP waarvoor de in dit lid bedoelde overgangsregeling is goedgekeurd, nauwe banden heeft met één of meer handelsplatformen, genieten die handelsplatformen tijdens de duur van die overgangsregeling geen toegangsrechten op grond van de artikelen 35 of 36 met betrekking tot op de beurs verhandelde derivaten.
Indien een handelsplatform waarvoor de in dit lid bedoelde overgangsregeling is goedgekeurd, nauwe banden heeft met één of meer CTP’s, genieten die CTP’s tijdens de duur van die overgangsregeling geen toegangsrechten op grond van de artikelen 35 of 36 met betrekking tot op de beurs verhandelde derivaten.
Artikel 54 bis
Overgangsmaatregelen met betrekking tot de ESMA
Een vergunningsaanvraag die uiterlijk op 1 oktober 2021 door de bevoegde autoriteiten is ontvangen, wordt evenwel niet aan de ESMA overgedragen en het besluit tot aanvaarding of weigering van de registratie wordt door de desbetreffende bevoegde autoriteit genomen.
Artikel 54 ter
Betrekkingen met accountants
Iedere persoon die is toegelaten in de zin van Richtlijn 2006/43/EG van het Europees Parlement en de Raad ( 19 ) en bij een aanbieder van datarapporteringsdiensten de taak verricht als beschreven in artikel 34 van Richtlijn 2013/34/EU van het Europees Parlement en de Raad ( 20 ) of artikel 73 van Richtlijn 2009/65/EG, dan wel een andere wettelijke taak, heeft de plicht aan de ESMA snel melding te doen van elk feit of besluit met betrekking tot die aanbieder van datarapporteringsdiensten waarvan die persoon bij de uitvoering van die taken kennis heeft gekregen en dat van dien aard is:
dat het een wezenlijke inbreuk inhoudt op de wettelijke of bestuursrechtelijke bepalingen tot vaststelling van de voorwaarden voor vergunning of van specifieke voorschriften betreffende de uitoefening van de werkzaamheden van de aanbieder van datarapporteringsdiensten;
dat het de bedrijfscontinuïteit van de aanbieder van datarapporteringsdiensten aantast;
dat het leidt tot weigering van de goedkeuring van de jaarrekening of tot het formuleren van voorbehoud.
Die persoon heeft ook de plicht melding te doen van feiten en besluiten waarvan deze kennis heeft gekregen bij de uitvoering van een van de in de eerste alinea beschreven taken bij een onderneming die nauwe banden heeft met de aanbieder van datarapporteringsdiensten waar deze persoon die taak uitvoert.
Artikel 55
Inwerkingtreding en toepassing
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is van toepassing met ingang van 3 januari 2018.
►C1 In afwijking van de tweede alinea zijn artikel 1, leden 8 en 9, artikel 2, lid 2, artikel 4, lid 6, artikel 5, leden 6 en 9, ◄ artikel 7, lid 2, artikel 9, lid 5, artikel 11, lid 4, artikel 12, lid 2, artikel 13, lid 2, artikel 14, lid 7, artikel 15, lid 5, artikel 17, lid 3, artikel 19, leden 2 en 3, artikel 20, lid 3, artikel 21, lid 5, artikel 22, lid 4, artikel 23, lid 3, artikel 25, lid 3, artikel 26, lid 9, artikel 27, lid 3, artikel 28, leden 4 en 5, artikel 29, lid 3, artikel 30, lid 2, artikel 31, lid 4, artikel 32, leden 1, 5 en 6, artikel 33, lid 2, artikel 35, lid 6, artikel 36, lid 6, artikel 37, lid 4, artikel 38, lid 3, artikel 40, lid 8, artikel 41, lid 8, artikel 42, lid 7, artikel 45, lid 10, artikel 46, lid 7, artikel 47, leden 1 en 4, artikel 20, leden 10 en 12, artikel 54, lid 1, onmiddellijk na de inwerkingtreding van deze verordening van toepassing.
Niettegenstaande de tweede alinea is artikel 37, leden 1, 2 en 3, van toepassing met ingang van 3 januari 2020.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
( 1 ) Richtlijn 2013/36/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2013 betreffende toegang tot het bedrijf van kredietinstellingen en het prudentieel toezicht op kredietinstellingen en beleggingsondernemingen, tot wijziging van Richtlijn 2002/87/EG en tot intrekking van de Richtlijnen 2006/48/EG en 2006/49/EG (PB L 176 van 27.6.2013, blz. 338).
( 2 ) Verordening (EU) 2015/2365 van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2015 betreffende de transparantie van effectenfinancieringstransacties en van hergebruik en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 648/2012 (PB L 337 van 23.12.2015, blz. 1).
( 3 ) Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2013 betreffende prudentiële vereisten voor kredietinstellingen en beleggingsondernemingen en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 648/2012 (PB L 176 van 27.6.2013, blz. 1).
( 4 ) Richtlijn 2009/138/EG van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2009 betreffende de toegang tot en uitoefening van het verzekerings- en het herverzekeringsbedrijf (Solvabiliteit II) (PB L 335 van 17.12.2009, blz. 1).
( 5 ) Richtlijn 2009/65/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 tot coördinatie van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen betreffende bepaalde instellingen voor collectieve belegging in effecten (icbe’s) (PB L 302 van 17.11.2009, blz. 32).
( 6 ) Richtlijn 2003/41/EG van het Europees Parlement en de Raad van 3 juni 2003 betreffende de werkzaamheden van en het toezicht op instellingen voor bedrijfspensioenvoorziening (PB L 235 van 23.9.2003, blz. 10).
( 7 ) Richtlijn 2011/61/EU van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2011 inzake beheerders van alternatieve beleggingsinstellingen en tot wijziging van de Richtlijnen 2003/41/EG en 2009/65/EG en van de Verordeningen (EG) nr. 1060/2009 en (EU) nr. 1095/2010 (PB L 174 van 1.7.2011, blz. 1).
( 8 ) Verordening (EU) nr. 1227/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2011 betreffende de integriteit en transparantie van de groothandelsmarkt voor energie (PB L 326 van 8.12.2011, blz. 1).
( 9 ) Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 tot vaststelling van een gemeenschappelijke ordening van de markten in landbouwproducten en tot intrekking van Verordeningen (EEG) nr. 922/72, (EEG) nr. 234/79, (EG) nr. 1037/2001 en (EG) nr. 1234/2007 van de Raad (PB L 347 van 20.12.2013, blz. 671).
( 10 ) Richtlijn 2005/60/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 oktober 2005 tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme (PB L 309 van 25.11.2005, blz. 15).
( 11 ) Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 149/2013 van de Commissie van 19 december 2012 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad met technische reguleringsnormen betreffende indirecte clearingregelingen, de clearingverplichting, het openbaar register, toegang tot een handelsplatform, niet-financiële tegenpartijen, risico-inperkingstechnieken voor niet door een ctp geclearde otc-derivatencontracten (PB L 52 van 23.2.2013, blz. 11).
( 12 ) Verordening (EU) 2018/1725 van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2018 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de instellingen, organen en instanties van de Unie en betreffende het vrije verkeer van die gegevens, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 45/2001 en Besluit nr. 1247/2002/EG (PB L 295 van 21.11.2018, blz. 39).
( 13 ) Verordening (EG) nr. 713/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 tot oprichting van een Agentschap voor de samenwerking tussen energieregulators (PB L 211 van 14.8.2009, blz. 1).
( 14 ) Verordening (EU) 2019/2033van het Europees Parlement en de Raad van 27 november 2019 betreffende prudentiële vereisten voor beleggingsondernemingen en tot wijziging van Verordeningen (EU) nr. 1093/2010, (EU) nr. 575/2013, (EU) nr. 600/2014 en (EU) nr. 806/2014 (PB L 314 van 5.12.2019, blz. 1).
( 15 ) Richtlijn (EU) 2019/2034van het Europees Parlement en de Raad van 27 november 2019 betreffende prudentiële vereisten voor beleggingsondernemingen en tot wijziging van Richtlijnen 2002/87/EG, 2009/65/EG, 2011/61/EU, 2013/36/EU, 2014/59/EU en 2014/65/EU (PB L 314 van 5.12.2019, blz. 64).
( 16 ) Besluit 2001/528/EG van de Commissie van 6 juni 2001 tot instelling van het Europees Comité voor het effectenbedrijf (PB L 191 van 13.7.2001, blz. 45).
( 17 ) Verordening (EU, Euratom) 2018/1046 van het Europees Parlement en de Raad van 18 juli 2018 tot vaststelling van de financiële regels van toepassing op de algemene begroting van de Unie, tot wijziging van Verordeningen (EU) nr. 1296/2013, (EU) nr. 1301/2013, (EU) nr. 1303/2013, (EU) nr. 1304/2013, (EU) nr. 1309/2013, (EU) nr. 1316/2013, (EU) nr. 223/2014, (EU) nr. 283/2014 en Besluit nr. 541/2014/EU en tot intrekking van Verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012 (PB L 193 van 30.7.2018, blz. 1)
( 18 ) Richtlijn 2014/65/EU van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 betreffende markten in financiële instrumenten en tot wijziging van Richtlijn 2002/92/EG en Richtlijn 2011/61/EU (PB L 173 van 12.6.2014, blz. 349).”.
( *1 ) Verordening (EU) nr. 600/2014 van het Europees parlement en de Raad van 15 mei 2014 betreffende markten in financiële instrumenten en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 648/2012 (PB L 173 van 12.6.2014, blz. 84).
( 19 ) Richtlijn 2006/43/EG van het Europees Parlement en de Raad van 17 mei 2006 betreffende de wettelijke controles van jaarrekeningen en geconsolideerde jaarrekeningen, tot wijziging van de Richtlijnen 78/660/EEG en 83/349/EEG van de Raad en houdende intrekking van Richtlijn 84/253/EEG van de Raad (PB L 157 van 9.6.2006, blz. 87).
( 20 ) Richtlijn 2013/34/EU van het Europees Parlement en van de Raad van 26 juni 2013 betreffende de jaarlijkse financiële overzichten, geconsolideerde financiële overzichten en aanverwante verslagen van bepaalde ondernemingsvormen, tot wijziging van Richtlijn 2006/43/EG van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van Richtlijnen 78/660/EEG en 83/349/EEG van de Raad (PB L 182 van 29.6.2013, blz. 19).