This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 32019D0435
Commission Decision (EU) 2019/435 of 12 March 2019 on the proposed citizens' initiative entitled ‘Housing for All’ (notified under document C(2019) 2004)
Besluit (EU) 2019/435 van de Commissie van 12 maart 2019 betreffende het voorgestelde burgerinitiatief „Housing for All” (Kennisgeving geschied onder C(2019) 2004)
Besluit (EU) 2019/435 van de Commissie van 12 maart 2019 betreffende het voorgestelde burgerinitiatief „Housing for All” (Kennisgeving geschied onder C(2019) 2004)
C/2019/2004
PB L 75 van 19.3.2019, p. 105–107
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
In force
19.3.2019 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 75/105 |
BESLUIT (EU) 2019/435 VAN DE COMMISSIE
van 12 maart 2019
betreffende het voorgestelde burgerinitiatief „Housing for All”
(Kennisgeving geschied onder C(2019) 2004)
(Slechts de tekst in de Duitse taal is authentiek)
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EU) nr. 211/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 16 februari 2011 over het burgerinitiatief (1), en met name artikel 4,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Het onderwerp van het voorgestelde burgerinitiatief „Housing for All” wordt als volgt omschreven: „Dit Europese burgerinitiatief moet zorgen voor betere wettelijke en financiële randvoorwaarden om de toegang tot huisvesting voor alle Europeanen te vergemakkelijken.”. |
(2) |
De doelstellingen van het voorgestelde burgerinitiatief worden als volgt omschreven: „Wij vragen de EU actie te ondernemen om de toegang tot huisvesting voor alle Europeanen te vergemakkelijken. Het gaat er onder andere om de toegang tot sociale en betaalbare huisvesting voor iedereen te vergemakkelijken; de criteria van Maastricht niet toe te passen voor overheidsinvesteringen in sociale en betaalbare huisvesting, de toegang tot EU-financiering voor ontwikkelaars van non-profit en duurzame huisvesting te verbeteren, te voorzien in sociale, op concurrentie gebaseerde regels voor kortlopende huurcontracten en statistieken over huisvestingsbehoeften in Europa op te stellen.”. |
(3) |
In de bijlage bij het voorgestelde burgerinitiatief wordt specifiek verwezen naar een aantal doelstellingen die door rechtshandelingen van de Unie moeten worden nagestreefd ter uitvoering van de Verdragen, met name:
|
(4) |
Het Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU) geeft meer inhoud aan het burgerschap van de Unie en verbetert de democratische werking van de Unie door onder meer te bepalen dat iedere burger het recht heeft aan het democratisch bestel van de Unie deel te nemen door middel van een Europees burgerinitiatief. |
(5) |
De procedures en voorwaarden voor het burgerinitiatief moeten duidelijk, eenvoudig, gebruiksvriendelijk en evenredig met de aard van het burgerinitiatief zijn, om burgerparticipatie aan te moedigen en de Unie toegankelijker te maken. |
(6) |
De Commissie heeft de bevoegdheid om voorstellen voor rechtshandelingen van de Unie ter uitvoering van de Verdragen in te dienen over de volgende aangelegenheden:
|
(7) |
Om die redenen valt het voorgestelde burgerinitiatief, voor zover het gericht is op voorstellen van de Commissie voor rechtshandelingen van de Unie ter uitvoering van de Verdragen waarmee de in overweging 3, tweede tot en met vijfde streepje, genoemde doelstellingen worden nagestreefd, niet zichtbaar buiten het kader van de bevoegdheden van de Commissie om een voorstel voor een rechtshandeling van de Unie ter uitvoering van de Verdragen in te dienen conform artikel 4, lid 2, onder b), van Verordening (EU) nr. 211/2011. |
(8) |
Anderzijds worden rechtshandelingen voor de toepassing van de bepalingen op het gebied van openbare bedrijven en ondernemingen waaraan de lidstaten bijzondere of uitsluitende rechten verlenen, alsmede ondernemingen belast met het beheer van diensten van algemeen economisch belang of die het karakter dragen van een fiscaal monopolie, op basis van artikel 106, lid 3, VWEU niet op voorstel van de Commissie vastgesteld, zoals vereist bij artikel 4, lid 2, onder b), van Verordening (EU) nr. 211/2011, maar door de Commissie zelf. |
(9) |
Mocht het voorgestelde burgerinitiatief evenwel bij haar worden ingediend overeenkomstig artikel 9 van Verordening (EU) nr. 211/2011, verbindt de Commissie zich ertoe ook de noodzaak van de vaststelling of de wijziging van rechtshandelingen te beoordelen op basis van artikel 106, lid 3, VWEU in het licht van de relevantie ervan voor het onderwerp van dit initiatief. |
(10) |
Bovendien is het burgercomité gevormd en zijn de contactpersonen aangewezen overeenkomstig artikel 3, lid 2, van Verordening (EU) nr. 211/2011, en levert het voorgestelde burgerinitiatief geen misbruik op, is het niet lichtzinnig of ergerlijk en druist het niet zichtbaar in tegen de in artikel 2 VEU vastgelegde waarden van de Unie. |
(11) |
Het voorgestelde burgerinitiatief „Housing for All” moet daarom worden geregistreerd. Steunbetuigingen voor dit voorgestelde burgerinitiatief moeten worden ingezameld op basis van het bepaalde in de overwegingen 6 tot en met 9, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
1. Het voorgestelde burgerinitiatief „Housing for All” wordt geregistreerd.
2. Steunbetuigingen voor dit voorgestelde burgerinitiatief kunnen worden ingezameld op basis van het bepaalde in de overwegingen 6 tot en met 9.
Artikel 2
Dit besluit treedt in werking op 18 maart 2019.
Artikel 3
Dit besluit is gericht tot de organisatoren (leden van het burgercomité) van het voorgestelde burgerinitiatief „Housing for All”, vertegenwoordigd door mevrouw Karin ZAUNER en de heer Santiago MAS DE XAXAS FAUS, die als contactpersonen optreden.
Gedaan te Straatsburg, 12 maart 2019.
Voor de Commissie
Frans TIMMERMANS
Vicevoorzitter