Atlasiet eksperimentālās funkcijas, kuras vēlaties izmēģināt!

Šis dokuments ir izvilkums no tīmekļa vietnes EUR-Lex.

Dokuments 32012D0401

    2012/401/EU: Besluit van de Raad van 10 juli 2012 betreffende het namens de Europese Unie in het Gemengd Comité van de EER in te nemen standpunt over een wijziging van Protocol 31 bij de EER-overeenkomst betreffende samenwerking op specifieke gebieden buiten de vier vrijheden

    PB L 188 van 18.7.2012., 6./7. lpp. (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    Dokumenta juridiskais statuss Spēkā

    ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2012/401/oj

    18.7.2012   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    L 188/6


    BESLUIT VAN DE RAAD

    van 10 juli 2012

    betreffende het namens de Europese Unie in het Gemengd Comité van de EER in te nemen standpunt over een wijziging van Protocol 31 bij de EER-overeenkomst betreffende samenwerking op specifieke gebieden buiten de vier vrijheden

    (2012/401/EU)

    DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

    Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 189, in samenhang met artikel 218, lid 9,

    Gezien Verordening (EG) nr. 2894/94 van de Raad van 28 november 1994 houdende bepaalde wijzen van toepassing van de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (1), en met name artikel 1, lid 3,

    Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)

    De Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (2) („de EER-overeenkomst”) is op 1 januari 1994 in werking getreden.

    (2)

    Volgens artikel 98 van de EER-overeenkomst kan het Gemengd Comité van de EER besluiten onder meer de bepalingen van Protocol 31 bij de EER-overeenkomst te wijzigen.

    (3)

    Protocol 31 bij de EER-overeenkomst bevat bepalingen en regelingen betreffende samenwerking op specifieke gebieden buiten de vier vrijheden.

    (4)

    Het is wenselijk om de samenwerking tussen de overeenkomstsluitende partijen bij de EER-overeenkomst uit te breiden tot Verordening (EU) nr. 911/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 22 september 2010 inzake het Europees programma voor monitoring van de aarde (GMES) en zijn initiële operationele diensten (2011-2013) (3).

    (5)

    Protocol 31 bij de EER-overeenkomst dient derhalve dienovereenkomstig te worden gewijzigd.

    (6)

    Het standpunt van de Unie in het Gemengd Comité van de EER moet worden gebaseerd op het in de bijlage opgenomen ontwerpbesluit,

    HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Het door de Europese Unie in het Gemengd Comité van de EER in te nemen standpunt met betrekking tot de voorgestelde wijziging van Protocol 31 bij de EER-overeenkomst moet worden gebaseerd op het aan dit besluit gehechte ontwerpbesluit van het Gemengd Comité van de EER.

    Artikel 2

    Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt vastgesteld.

    Gedaan te Brussel, 10 juli 2012.

    Voor de Raad

    De voorzitter

    V. SHIARLY


    (1)  PB L 305 van 30.11.1994, blz. 6.

    (2)  PB L 1 van 3.1.1994, blz. 3.

    (3)  PB L 276 van 20.10.2010, blz. 1.


    ONTWERP

    BESLUIT Nr. …/2012 VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

    van

    tot wijziging van Protocol 31 bij de EER-overeenkomst betreffende samenwerking op specifieke gebieden buiten de vier vrijheden

    HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

    Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, gewijzigd bij het Protocol tot aanpassing van de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte („de EER-overeenkomst”), en met name de artikelen 86 en 98,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)

    Protocol 31 bij de EER-overeenkomst werd gewijzigd bij Besluit nr. …/… van het Gemengd Comité van de EER van … (1).

    (2)

    Een alomvattend systeem voor monitoring van de aarde is van centraal belang voor het duurzame beheer van Noord-Europa en het Noordpoolgebied.

    (3)

    Noorwegen heeft bijgedragen aan de ontwikkeling van het Europees programma voor monitoring van de aarde (GMES), zowel in het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) alsook als lid van de Europese Ruimtevaartorganisatie.

    (4)

    Het is wenselijk om de samenwerking tussen de overeenkomstsluitende partijen bij de EER-overeenkomst uit te breiden tot Verordening (EU) nr. 911/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 22 september 2010 inzake het Europees programma voor monitoring van de aarde (GMES) en zijn initiële operationele diensten (2011-2013) (2).

    (5)

    Protocol 31 bij de EER-overeenkomst moet dan ook worden gewijzigd om deze uitgebreide samenwerking met ingang van 1 januari 2012 mogelijk te maken,

    HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Artikel 1 van Protocol 31 bij de EER-overeenkomst wordt als volgt gewijzigd:

    1)

    Lid 6 wordt vervangen door:

    „6.   Voor evaluaties en ingrijpende herzieningen van de werkzaamheden van de kaderprogramma’s van werkzaamheden van de Unie op het gebied van onderzoek en technologische ontwikkeling als bedoeld in de leden 5, 8 bis, 8 quater, 9 en 10, wordt de procedure van artikel 79, lid 3, van de overeenkomst gevolgd.”.

    2)

    Na lid 8 ter wordt het volgende lid ingevoegd:

    „8 quater.

    a)

    De EVA-staten nemen met ingang van 1 januari 2012 deel aan de werkzaamheden die kunnen voortvloeien uit de volgende handeling van de Unie:

    32010 R 0911: Verordening (EU) nr. 911/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 22 september 2010 inzake het Europees programma voor monitoring van de aarde (GMES) en zijn initiële operationele diensten (2011-2013) (PB L 276 van 20.10.2010, blz. 1).

    b)

    De EVA-staten dragen financieel bij aan de onder a) bedoelde werkzaamheden overeenkomstig artikel 82, lid 1, onder a), van en Protocol 32 bij de Overeenkomst.

    c)

    De EVA-staten nemen, zonder stemrecht, volwaardig deel aan de werkzaamheden van alle comités van de Unie die de Europese Commissie bijstaan bij het beheer, de ontwikkeling en de tenuitvoerlegging van de werkzaamheden als bedoeld onder a), met name het GMES-comité, de Beveiligingsraad en het gebruikersforum.

    d)

    Dit lid is niet van toepassing op Liechtenstein.

    e)

    Wat IJsland betreft, wordt dit lid opgeschort tot het Gemengd Comité van de EER een ander besluit treft.”.

    Artikel 2

    Dit besluit treedt in werking op de dag volgende op die van de laatste kennisgeving aan het Gemengd Comité van de EER zoals bedoeld in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst (3).

    Het is van toepassing vanaf 1 januari 2012.

    Artikel 3

    Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

    Gedaan te …, …

    Voor het Gemengd Comité van de EER

    De voorzitter

    De secretarissen van het Gemengd Comité van de EER


    (1)  PB L …

    (2)  PB L 276 van 20.10.2010, blz. 1.

    (3)  [Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.] [Grondwettelijke vereisten aangegeven.]


    Augša