Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32010R0375

    Verordening (EU) nr. 375/2010 van de Commissie van 3 mei 2010 tot weigering van een vergunning voor een gezondheidsclaim voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en gezondheid van kinderen gaat (Voor de EER relevante tekst)

    PB L 111 van 4.5.2010, p. 1–2 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    Dit document is verschenen in een speciale editie. (HR)

    Legal status of the document In force

    ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2010/375/oj

    4.5.2010   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    L 111/1


    VERORDENING (EU) Nr. 375/2010 VAN DE COMMISSIE

    van 3 mei 2010

    tot weigering van een vergunning voor een gezondheidsclaim voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en gezondheid van kinderen gaat

    (Voor de EER relevante tekst)

    DE EUROPESE COMMISSIE,

    Gelet op het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

    Gelet op Verordening (EG) nr. 1924/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 inzake voedings- en gezondheidsclaims voor levensmiddelen (1), en met name op artikel 18, lid 5,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)

    Krachtens Verordening (EG) nr. 1924/2006 zijn gezondheidsclaims voor levensmiddelen verboden, tenzij de Commissie daarvoor overeenkomstig die verordening een vergunning heeft verleend en zij zijn opgenomen in een lijst van toegestane claims.

    (2)

    Verordening (EG) nr. 1924/2006 bepaalt tevens dat aanvragen om verlening van een vergunning voor een gezondheidsclaim door exploitanten van levensmiddelenbedrijven aan de bevoegde nationale autoriteit van een lidstaat kunnen worden toegezonden. De bevoegde nationale autoriteit moet geldige aanvragen doorsturen naar de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA), hierna „de Autoriteit” genoemd.

    (3)

    Na ontvangst van een aanvraag moet de Autoriteit de andere lidstaten en de Commissie daarvan onverwijld in kennis stellen en een advies over de desbetreffende gezondheidsclaim uitbrengen.

    (4)

    De Commissie dient bij haar besluit over de verlening van een vergunning voor gezondheidsclaims rekening te houden met het advies van de Autoriteit.

    (5)

    Ingevolge een aanvraag van PROBI AB, die op 22 december 2008 werd ingediend overeenkomstig artikel 13, lid 5, van Verordening (EG) nr. 1924/2006, moest de Autoriteit een advies uitbrengen over een gezondheidsclaim die betrekking had op de effecten van Lactobacillus plantarum 299v op de verbetering van de ijzeropname (Vraag nr. EFSA-Q-2008-785) (2). De door de aanvrager voorgestelde claim luidde als volgt: „Lactobacillus plantarum 299v (DSM 9843) verbetert de ijzeropname”.

    (6)

    Op 6 april 2009 hebben de Commissie en de lidstaten het wetenschappelijk advies van de Autoriteit ontvangen, waarin op grond van de overgelegde gegevens is geconcludeerd dat geen oorzakelijk verband was vastgesteld tussen het gebruik van Lactobacillus plantarum 299v (DSM 9843) en het geclaimde effect. De claim mag bijgevolg niet worden toegestaan, aangezien hij niet voldoet aan de voorschriften van Verordening (EG) nr. 1924/2006.

    (7)

    Met de door de Commissie overeenkomstig artikel 16, lid 6, van Verordening (EG) nr. 1924/2006 ontvangen opmerkingen van de aanvragers en van het publiek is rekening gehouden bij het nemen van de in deze verordening vastgelegde maatregelen.

    (8)

    Voor gezondheidsclaims als bedoeld in artikel 13, lid 1, onder a), van Verordening (EG) nr. 1924/2006 gelden de in artikel 28, lid 5, van die verordening vastgestelde overgangsmaatregelen alleen als zij voldoen aan de daarin vermelde voorwaarden, onder meer de voorwaarde dat zij aan de verordening moeten voldoen. Aangezien de Autoriteit heeft geconcludeerd dat geen oorzakelijk verband was vastgesteld tussen het gebruik van Lactobacillus plantarum 299v (DSM 9843) en het geclaimde effect, voldoet de claim niet aan Verordening (EG) nr. 1924/2006 en is derhalve de in artikel 28, lid 5, van die verordening vermelde overgangsperiode niet van toepassing. Er wordt voorzien in een overgangsperiode van zes maanden om exploitanten van levensmiddelenbedrijven in staat te stellen zich aan te passen aan de voorschriften van deze verordening.

    (9)

    De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid, en het Europees Parlement noch de Raad hebben zich daartegen verzet,

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

    Artikel 1

    De in de bijlage bij deze verordening opgenomen gezondheidsclaim wordt niet in de communautaire lijst van toegestane claims zoals bedoeld in artikel 13, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1924/2006 opgenomen.

    Hij mag evenwel tot uiterlijk zes maanden na de inwerkingtreding van deze verordening worden gebruikt.

    Artikel 2

    Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

    Gedaan te Brussel, 3 mei 2010.

    Voor de Commissie

    De voorzitter

    José Manuel BARROSO


    (1)  PB L 404 van 30.12.2006, blz. 9.

    (2)  The EFSA Journal (2009) 999, blz. 1-9.


    BIJLAGE

    Afgewezen gezondheidsclaims

    Aanvraag — Toepasselijke bepalingen van Verordening (EG) nr. 1924/2006

    Nutriënt, stof, levensmiddel of levensmiddelencategorie

    Claim

    Referentie EFSA-advies

    Gezondheidsclaim overeenkomstig artikel 13, lid 5, die is gebaseerd op nieuw wetenschappelijk bewijs en/of die een verzoek om bescherming van door eigendomsrechten beschermde gegevens inhoudt

    Lactobacillus plantarum 299v (DSM 9843)

    Lactobacillus plantarum 299v (DSM 9843) verbetert de ijzeropname

    Q-2008-785


    Top