EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62023TN0127

Zaak T-127/23: Beroep ingesteld op 9 maart 2023 — eClear / Commissie

PB C 155 van 2.5.2023, p. 70–71 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, GA, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

2.5.2023   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 155/70


Beroep ingesteld op 9 maart 2023 — eClear / Commissie

(Zaak T-127/23)

(2023/C 155/87)

Procestaal: Duits

Partijen

Verzoekende partij: eClear AG (Berlijn, Duitsland) (vertegenwoordiger: R. Thomas, advocaat)

Verwerende partij: Europese Commissie

Conclusies

nietigverklaring van de stilzwijgende beslissing van 4 januari 2023 tot afwijzing van verzoeksters verzoek om toegang tot de documenten van de Commissie van 14 september 2022 met als referentie GESTDEM 2022/5489 waarmee zij om toegang tot alle beschikkingen inzake bindende tariefinlichtingen (BTI-beschikkingen) sinds 2004 verzocht;

verwijzing van verweerster in de kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

Ter ondersteuning van haar beroep voert de verzoekende partij twee middelen aan.

1.

Schending van artikel 2, lid 1, van verordening nr. 1049/2001 (1)

De opgevraagde BTI-beschikkingen zijn documenten in de zin van verordening nr. 1049/2001.

De Commissie heeft bij haar beslissing inzake het initiële verzoek geen rekening gehouden met het feit dat haar in het verleden BTI-beschikkingen op papier zijn toegezonden, welke allemaal onder het begrip “documenten” van verordening nr. 1049/2001 vielen.

De Commissie gaat er ten onrechte van uit dat dat de ongeldige BTI-beschikkingen, die niet meer online toegankelijk zijn voor het publiek, geen documenten in de zin van verordening nr. 1046/2001 zijn. De BTI-gegevensbank is in haar geheel een document waartoe verzoekster toegang kan worden verleend.

Volgens de rechtspraak van het Hof zijn de afzonderlijke BTI-beschikkingen ook documenten in de zin van de verordening, aangezien personeelsleden van de Unie deze documenten kunnen opvragen met de instrumenten waarover zij beschikken.

2.

Schending van artikel 42 van het Handvest

Indien de opzet van de gegevensbank voor BTI-beschikkingen ertoe zou leiden dat ongeldige beschikkingen niet langer onder het begrip “documenten” van verordening nr. 1049/2001 vallen, zou dit een schending van artikel 42 van het Handvest zijn en mag de Commissie er zich niet op beroepen.

Geldige BTI-beschikkingen die in de gegevensbank opvraagbaar zijn, zijn ongetwijfeld documenten in de zin van verordening nr. 1049/2001.

Indien de concrete handeling — in casu het programmeren van een gegevensbank — van een instelling van de Unie ertoe leidt dat bepaalde documenten buiten de werkingssfeer van verordening nr. 1049/2001 komen te vallen, is er sprake van een inmenging in het recht op toegang tot documenten van de instellingen. Deze inmenging moet aan artikel 52, lid 1, van het Handvest worden getoetst.

In het onderhavige geval is er geen duidelijke rechtsgrondslag op basis waarvan de Commissie BTI-beschikkingen na de datum waarop de geldigheid ervan is verstreken aan de werkingssfeer van het Handvest zou kunnen onttrekken.

Bovendien is het niet duidelijk welke openbare of particuliere belangen in de zin van artikel 15, lid 3, tweede alinea, VWEU worden nagestreefd door de inmenging in artikel 42 van het Handvest.


(1)  Verordening (EG) nr. 1049/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 30 mei 2001 inzake de toegang van het publiek tot documenten van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie (PB 2001, L 145, blz. 43).


Top