Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62022CA0016

    Zaak C-16/22, Staatsanwaltschaft Graz (Dienst voor belastingstrafzaken van Düsseldorf): Arrest van het Hof (Derde kamer) van 2 maart 2023 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Oberlandesgericht Graz — Oostenrijk) — Procedure inzake de erkenning en tenuitvoerlegging van een Europees onderzoeksbevel jegens MS [Prejudiciële verwijzing – Ruimte van vrijheid, veiligheid en recht – Justitiële samenwerking in strafzaken – Richtlijn 2014/41/EU – Europees onderzoeksbevel – Artikel 1, lid 1 – Begrip “rechterlijke autoriteit” – Artikel 2, onder c) – Begrip “uitvaardigende autoriteit” – Besluit dat is uitgevaardigd door een belastingdienst zonder validering door een rechter of een officier van justitie – Belastingdienst die de rechten en plichten van het openbaar ministerie uitoefent in het kader van een strafrechtelijk belastingonderzoek]

    PB C 155 van 2.5.2023, p. 23–24 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, GA, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    2.5.2023   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 155/23


    Arrest van het Hof (Derde kamer) van 2 maart 2023 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Oberlandesgericht Graz — Oostenrijk) — Procedure inzake de erkenning en tenuitvoerlegging van een Europees onderzoeksbevel jegens MS

    [Zaak C-16/22 (1), Staatsanwaltschaft Graz (Dienst voor belastingstrafzaken van Düsseldorf)]

    (Prejudiciële verwijzing - Ruimte van vrijheid, veiligheid en recht - Justitiële samenwerking in strafzaken - Richtlijn 2014/41/EU - Europees onderzoeksbevel - Artikel 1, lid 1 - Begrip “rechterlijke autoriteit” - Artikel 2, onder c) - Begrip “uitvaardigende autoriteit” - Besluit dat is uitgevaardigd door een belastingdienst zonder validering door een rechter of een officier van justitie - Belastingdienst die de rechten en plichten van het openbaar ministerie uitoefent in het kader van een strafrechtelijk belastingonderzoek)

    (2023/C 155/27)

    Procestaal: Duits

    Verwijzende rechter

    Oberlandesgericht Graz

    Partijen in het hoofdgeding

    Verzoekende partij: MS

    In tegenwoordigheid van: Staatsanwaltschaft Graz, Finanzamt für Steuerstrafsachen und Steuerfahndung Düsseldorf

    Dictum

    Artikel 1, lid 1, eerste alinea, en artikel 2, onder c), i) van richtlijn 2014/41/EU van het Europees Parlement en de Raad van 3 april 2014 betreffende het Europees onderzoeksbevel in strafzaken

    moeten aldus worden uitgelegd dat

    de belastingdienst van een lidstaat die weliswaar tot de uitvoerende macht van die lidstaat behoort, maar overeenkomstig het nationale recht autonoom strafrechtelijke onderzoeken op belastinggebied verricht in de plaats van het openbaar ministerie en daarbij de aan dat openbaar ministerie verleende rechten en plichten uitoefent, niet kan worden gekwalificeerd als “rechterlijke autoriteit” respectievelijk “uitvaardigende autoriteit” in de zin van deze bepalingen;

    een dergelijke dienst daarentegen onder het begrip “uitvaardigende autoriteit” in de zin van artikel 2, onder c), ii), van die richtlijn kan vallen, mits aan de in die bepaling genoemde voorwaarden is voldaan.


    (1)  PB C 138 van 28.3.2022.


    Top