Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62021CA0432

    Zaak C-432/21: Arrest van het Hof (Tweede kamer) van 2 maart 2023 — Europese Commissie/Republiek Polen [Niet-nakoming – Milieu – Richtlijn 92/43/EEG – Instandhouding van natuurlijke habitats en van wilde flora en fauna – Artikel 6, leden 1 tot en met 3, artikel 12, lid 1, onder a) tot en met d), artikel 13, lid 1, onder a), en artikel 16, lid 1 – Richtlijn 2009/147/EG – Behoud van de vogelstand – Artikel 4, lid 1, artikel 5, onder a), b) en d), en artikel 9, lid 1 – Goed bosbeheer – Bosbeheerplannen – Verdrag van Aarhus – Toegang tot de rechter – Artikel 6, lid 1, onder b), en artikel 9, lid 2 – Onderzoek van de materiële en formele rechtmatigheid van bosbeheerplannen – Beroepsrecht van milieuorganisaties]

    PB C 155 van 2.5.2023, p. 14–14 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, GA, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    2.5.2023   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 155/14


    Arrest van het Hof (Tweede kamer) van 2 maart 2023 — Europese Commissie/Republiek Polen

    (Zaak C-432/21) (1)

    (Niet-nakoming - Milieu - Richtlijn 92/43/EEG - Instandhouding van natuurlijke habitats en van wilde flora en fauna - Artikel 6, leden 1 tot en met 3, artikel 12, lid 1, onder a) tot en met d), artikel 13, lid 1, onder a), en artikel 16, lid 1 - Richtlijn 2009/147/EG - Behoud van de vogelstand - Artikel 4, lid 1, artikel 5, onder a), b) en d), en artikel 9, lid 1 - Goed bosbeheer - Bosbeheerplannen - Verdrag van Aarhus - Toegang tot de rechter - Artikel 6, lid 1, onder b), en artikel 9, lid 2 - Onderzoek van de materiële en formele rechtmatigheid van bosbeheerplannen - Beroepsrecht van milieuorganisaties)

    (2023/C 155/16)

    Procestaal: Pools

    Partijen

    Verzoekende partij: Europese Commissie (vertegenwoordigers: M. Brauhoff, G. Gattinara, C. Hermes, en D. Milanowska, gemachtigden)

    Verwerende partij: Republiek Polen (vertegenwoordiger: B. Majczyna, gemachtigde)

    Dictum

    1)

    Door artikel 14b, lid 3, van de ustawa o lasach (boswet) van 28 september 1991, zoals gewijzigd bij de ustawa o zmianie ustawy o ochronie przyrody oraz ustawy o lasach (wet tot wijziging van de natuurbeschermingswet en de boswet) van 16 december 2016, vast te stellen, op grond waarvan bosbeheer dat wordt uitgevoerd overeenkomstig de vereisten van goed bosbeheer niet in strijd is met de bepalingen inzake het behoud van bijzondere natuurlijke bronnen, formaties en bestanddelen, met name de bepalingen van de artikelen 51 en 52 van de ustawa o ochronie przyrody (wet inzake natuurbescherming) van 16 april 2004, is de Republiek Polen de verplichtingen niet nagekomen die op haar rusten krachtens artikel 6, leden 1 en 2, artikel 12, lid 1, artikel 13, lid 1, onder a), en artikel 16, lid 1, van richtlijn 92/43/EEG van de Raad van 21 mei 1992 inzake de instandhouding van de natuurlijke habitats en de wilde flora en fauna, zoals gewijzigd bij richtlijn 2013/17/EU van de Raad van 13 mei 2013, alsmede krachtens artikel 4, lid 1, artikel 5, onder a), b) en d), en artikel 9, lid 1, van richtlijn 2009/147/EG van het Europees Parlement en de Raad van 30 november 2009 inzake het behoud van de vogelstand, zoals gewijzigd bij richtlijn 2013/17.

    2)

    Door niet de wettelijke bepalingen vast te stellen die noodzakelijk zijn om te verzekeren dat milieuorganisaties zich tot een gerecht kunnen wenden met een verzoek tot daadwerkelijke toetsing van de materiële en formele rechtmatigheid van bosbeheerplannen in de zin van de boswet, is de Republiek Polen de verplichtingen niet nagekomen die op haar rusten krachtens artikel 6, lid 3, van richtlijn 92/43, zoals gewijzigd bij richtlijn 2013/17, gelezen in samenhang met artikel 6, lid 1, onder b), en artikel 9, lid 2, van het Verdrag betreffende toegang tot informatie, inspraak in besluitvorming en toegang tot de rechter inzake milieuaangelegenheden, op 25 juni 1998 te Aarhus ondertekend en namens de Europese Gemeenschap goedgekeurd bij besluit 2005/370/EG van de Raad van 17 februari 2005.

    3)

    De Republiek Polen wordt verwezen in de kosten.


    (1)  PB C 452 van 8.11.2021.


    Top