This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62015CA0448
Case C-448/15: Judgment of the Court (Fifth Chamber) of 8 March 2017 (request for a preliminary ruling from the hof van beroep te Brussel — Belgium) — Belgische Staat v Wereldhave Belgium Comm. VA, Wereldhave International NV, Wereldhave NV (Reference for a preliminary ruling — Parent companies and subsidiaries established in different Member States — Common system of taxation applicable — Corporation tax — Directive 90/435/EEC — Scope — Article 2(c) — Company subject to tax without the possibility of an option or of being exempt — Taxation at a zero rate)
Zaak C-448/15: Arrest van het Hof (Vijfde kamer) van 8 maart 2017 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het hof van beroep Brussel — België) — Belgische Staat/Wereldhave Belgium Comm. VA, Wereldhave International NV, Wereldhave NV [Prejudiciële verwijzing — Moedermaatschappijen en dochterondernemingen die in verschillende lidstaten zijn gevestigd — Toepasselijke gemeenschappelijke fiscale regeling — Vennootschapsbelasting — Richtlijn 90/435/EEG — Werkingssfeer — Artikel 2, onder c) — Vennootschap die onderworpen is aan de belasting, zonder keuzemogelijkheid en zonder ervan te zijn vrijgesteld — Belasting tegen nultarief]
Zaak C-448/15: Arrest van het Hof (Vijfde kamer) van 8 maart 2017 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het hof van beroep Brussel — België) — Belgische Staat/Wereldhave Belgium Comm. VA, Wereldhave International NV, Wereldhave NV [Prejudiciële verwijzing — Moedermaatschappijen en dochterondernemingen die in verschillende lidstaten zijn gevestigd — Toepasselijke gemeenschappelijke fiscale regeling — Vennootschapsbelasting — Richtlijn 90/435/EEG — Werkingssfeer — Artikel 2, onder c) — Vennootschap die onderworpen is aan de belasting, zonder keuzemogelijkheid en zonder ervan te zijn vrijgesteld — Belasting tegen nultarief]
PB C 144 van 8.5.2017, p. 8–8
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
8.5.2017 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 144/8 |
Arrest van het Hof (Vijfde kamer) van 8 maart 2017 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het hof van beroep Brussel — België) — Belgische Staat/Wereldhave Belgium Comm. VA, Wereldhave International NV, Wereldhave NV
(Zaak C-448/15) (1)
([Prejudiciële verwijzing - Moedermaatschappijen en dochterondernemingen die in verschillende lidstaten zijn gevestigd - Toepasselijke gemeenschappelijke fiscale regeling - Vennootschapsbelasting - Richtlijn 90/435/EEG - Werkingssfeer - Artikel 2, onder c) - Vennootschap die onderworpen is aan de belasting, zonder keuzemogelijkheid en zonder ervan te zijn vrijgesteld - Belasting tegen nultarief])
(2017/C 144/09)
Procestaal: Nederlands
Verwijzende rechter
Hof van beroep Brussel
Partijen in het hoofdgeding
Verzoekende partij: Belgische Staat
Verwerende partijen: Wereldhave Belgium Comm. VA, Wereldhave International NV, Wereldhave NV
Dictum
Richtlijn 90/435/EEG van de Raad van 23 juli 1990 betreffende de gemeenschappelijke fiscale regeling voor moedermaatschappijen en dochterondernemingen uit verschillende lidstaten moet aldus worden uitgelegd dat artikel 5, lid 1, ervan zich niet verzet tegen de regeling van een lidstaat op grond waarvan roerende voorheffing wordt geheven op dividenden die door een in die lidstaat gevestigde dochteronderneming worden uitgekeerd aan een in een andere lidstaat gevestigde fiscale beleggingsinstelling die in de vennootschapsbelasting aan een nultarief is onderworpen mits zij haar winst integraal aan haar aandeelhouders uitkeert, aangezien een dergelijke instelling geen „vennootschap van een lidstaat” in de zin van die richtlijn is.