EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62015TN0278

Zaak T-278/15 P: Hogere voorziening ingesteld op 1 juni 2015 door de Europese Dienst voor extern optreden (EDEO) tegen het arrest van het Gerecht voor ambtenarenzaken van 18 maart 2015 in zaak F-51/14

PB C 294 van 7.9.2015, p. 72–73 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

7.9.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 294/72


Hogere voorziening ingesteld op 1 juni 2015 door de Europese Dienst voor extern optreden (EDEO) tegen het arrest van het Gerecht voor ambtenarenzaken van 18 maart 2015 in zaak F-51/14

(Zaak T-278/15 P)

(2015/C 294/87)

Procestaal: Frans

Partijen

Rekwirerende partij: Europese Dienst voor extern optreden (EDEO) (vertegenwoordigers: S. Marquardt en M. Silva, gemachtigden)

Andere partij in de procedure: KL (Brussel, België)

Conclusies

De rekwirerende partij verzoekt het Gerecht:

het arrest van het Gerecht voor ambtenarenzaken van de Europese Unie (Derde kamer) van 18 maart 2015 in zaak F-51/14 te vernietigen;

de in eerste aanleg geformuleerde vorderingen toe te wijzen;

de verwerende partij in de hogere voorziening te verwijzen in de kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

Ter onderbouwing van de hogere voorziening voert de rekwirerende partij zes middelen aan, waarvan sommige betrekking hebben op het beoordelingssysteem en andere op het bevorderingssysteem.

Beoordelingssysteem

1.

Eerste middel, ontleend aan schending van artikel 43 van het Ambtenarenstatuut, van de regels op het gebied van de verdeling van de bewijslast, van het verbod om ultra petita te beslissen en van de rechten van de verdediging van de rekwirerende partij.

2.

Tweede middel, ontleend aan een overschrijding van de grenzen van de rechterlijke toetsing. In het bestreden arrest heeft het Gerecht voor ambtenarenzaken (hierna: „GVA”) herhaaldelijk de grenzen van zijn toetsing overschreden en lijkt het de vaststelling van een bepaald beoordelingssysteem te willen opleggen.

3.

Derde middel, ontleend aan een verkeerde rechtsopvatting voor wat betreft het gebrek aan objectiviteit van een niet in cijfers uitgedrukt beoordelingssysteem en aan schending van artikel 43 van het Ambtenarenstatuut.

Bevorderingsstelsel

4.

Vierde middel, ontleend aan schending van het verbod om ultra petita te beslissen en van de rechten van verdediging van de rekwirerende partij.

5.

Vijfde middel, ontleend aan schending van de regels op het gebied van de verdeling van de bewijslast.

6.

Zesde middel, ontleend aan een verkeerde rechtsopvatting voor wat de schending door de rekwirerende partij betreft van artikel 45 van het Ambtenarenstatuut.


Top