EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62015CN0289

Zaak C-289/15: Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Krajský súd v Prešove (Slowakije) op 15 juni 2015 — Jozef Grundza

PB C 294 van 7.9.2015, p. 32–33 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

7.9.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 294/32


Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Krajský súd v Prešove (Slowakije) op 15 juni 2015 — Jozef Grundza

(Zaak C-289/15)

(2015/C 294/40)

Procestaal: Sloveens

Verwijzende rechter

Krajský súd v Prešove

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: Jozef Grundza

Prejudiciële vraag

Moeten de artikelen 7, lid 3, en 9, lid 1, onder d), van het kaderbesluit (1) aldus worden uitgelegd dat aan de voorwaarde van dubbele strafbaarheid slechts is voldaan wanneer de feiten waarop de te erkennen beslissing betrekking heeft, in concreto, dat wil zeggen op basis van een concrete beoordeling van de feiten, tevens strafbaar zijn volgens de rechtsorde van de tenuitvoerleggingsstaat (ongeacht de bestanddelen of de kwalificatie ervan), dan wel dat reeds aan die voorwaarde is voldaan, wanneer de feiten in het algemeen (in abstracto) ook volgens de rechtsorde van de tenuitvoerleggingsstaat strafbaar zijn?


(1)  Kaderbesluit 2008/909/JBZ van de Raad van 27 november 2008 inzake de toepassing van het beginsel van wederzijdse erkenning op strafvonnissen waarbij vrijheidsstraffen of tot vrijheidsbeneming strekkende maatregelen zijn opgelegd, met het oog op de tenuitvoerlegging ervan in de Europese Unie (PB L 327, blz. 27).


Top