This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 52009AE0041
Opinion of the European Economic and Social Committee on the Proposal for a Directive of the European Parliament and of the Council on machinery for pesticide application, amending Directive 2006/42/EC of 17 May 2006 on machinery
Advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité over het Voorstel voor een Richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende machines voor de toepassing van pesticiden, tot wijziging van Richtlijn 2006/42/EG van 17 mei 2006 betreffende machines
Advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité over het Voorstel voor een Richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende machines voor de toepassing van pesticiden, tot wijziging van Richtlijn 2006/42/EG van 17 mei 2006 betreffende machines
PB C 182 van 4.8.2009, p. 44–45
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
4.8.2009 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 182/44 |
Advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité over het Voorstel voor een Richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende machines voor de toepassing van pesticiden, tot wijziging van Richtlijn 2006/42/EG van 17 mei 2006 betreffende machines
COM(2008) 535-2008/0172 (COD)
(2009/C 182/09)
Afdelingsrapporteur: de heer JÍROVEC
De Raad heeft op 24 september 2008 besloten het Europees Economisch en Sociaal Comité overeenkomstig artikel 95 van het EG-Verdrag te raadplegen over het
„Voorstel voor een Richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende machines voor de toepassing van pesticiden, tot wijziging van Richtlijn 2006/42/EG van 17 mei 2006 betreffende machines”
COM(2008) 535-2008/0172 (COD).
De gespecialiseerde afdeling Interne markt, productie en consumptie, die met de voorbereidende werkzaamheden was belast, heeft haar advies op 6 januari 2009 goedgekeurd. Rapporteur was de heer JÍROVEC.
Het Comité heeft tijdens zijn op 14 en 15 gehouden 450e zitting (vergadering van 14 januari) het volgende advies uitgebracht, dat met 192 stemmen vóór, bij 3 onthoudingen, is goedgekeurd.
1. Conclusies en aanbevelingen
1.1 Het EESC is het volledig eens met het Commissiedocument.
1.2 Het EESC is ingenomen met de wijzigingen, die neerkomen op een betere bescherming van de gezondheid, meer veiligheid en een milieuvriendelijker gebruik van pesticidenapparatuur in de EU en de EER.
1.3 De enige reserves van het EESC hebben betrekking op de niet helemaal duidelijke gevolgen van de voorgestelde tekst voor het gebruik in de lidstaten die de Richtlijn nog niet in nationaal recht hebben omgezet.
2. Inleiding
2.1 In het besluit tot vaststelling van het Zesde Milieuactieprogramma van de Europese Gemeenschap hebben het Europees Parlement en de Raad erkend dat de effecten van pesticiden op de menselijke gezondheid en het milieu verder moeten worden verminderd.
2.2 Sindsdien heeft de Europese Commissie de strategie („de thematische strategie”) goedgekeurd en een voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een kader voor communautaire actie ingediend om de belangrijkste wetgevingsaspecten van de uitvoering ervan te regelen („de kaderrichtlijn”). In de thematische strategie worden vijf hoofddoelstellingen vastgesteld:
— |
maximale beperking van de aan het gebruik van pesticiden verbonden risico's voor gezondheid en milieu; |
— |
verbeterde controles op het gebruik en de distributie van pesticiden; |
— |
vervanging van de gevaarlijkste pesticiden door veiliger alternatieven; |
— |
bevordering van teelten met een gering of nulgebruik van pesticiden; |
— |
het opzetten van een transparant systeem voor rapportage en monitoring van de gemaakte vorderingen. |
2.3 Wat de eerste doelstelling in de lijst betreft schrijft het voorstel voor een kaderrichtlijn de lidstaten voor een systeem op te zetten voor regelmatige keuring en onderhoud van toepassingsapparatuur die in gebruik is.
3. Algemene context
3.1 Met het voorstel wordt beoogd te garanderen dat nieuwe machines voor de toepassing van pesticiden het milieu niet nodeloos in gevaar brengen. Daartoe worden aanvullende essentiële milieubeschermingseisen ingevoerd waaraan nieuwe machines voor de toepassing van pesticiden moeten voldoen alvorens in de Gemeenschap in de handel te worden gebracht en/of in bedrijf te worden gesteld.
3.2 De harmonisatie van de eisen voor dergelijke machines is een noodzakelijke voorwaarde om zowel een hoge bescherming als het vrije verkeer van dergelijke producten in de Gemeenschap te kunnen garanderen.
3.3 Richtlijn 98/37/EG zal worden ingetrokken bij Richtlijn 2006/42/EG, die op 29 december 2009 van toepassing wordt.
3.4 Het voorstel is volledig in overeenstemming met de doelstellingen van het zesde milieuactieprogramma van de Europese Gemeenschap, de strategie van de Europese Unie voor duurzame ontwikkeling, de Lissabonstrategie en de thematische strategie voor een duurzaam gebruik van pesticiden.
3.5 Het voorstel is ook in overeenstemming met het interinstitutioneel akkoord „Beter wetgeven”.
3.6 De voorgestelde richtlijn ligt in het verlengde van de in juli 2002 door de Commissie goedgekeurde mededeling „Op weg naar een thematische strategie voor een duurzaam gebruik van pesticiden”, waarover het EESC te spreken was.
3.7 De voorgestelde richtlijn stoelt op de antwoorden die de Commissie heeft ontvangen tijdens de eindraadpleging. Hieruit blijkt dat voor nieuwe machines voor de toepassing van pesticiden milieubeschermingseisen moeten worden vastgesteld waaraan nieuwe machines voor de toepassing van pesticiden moeten voldoen alvorens in de handel te worden gebracht en/of in bedrijf te worden gesteld.
3.8 In het onderdeel effectbeoordeling van de voorgestelde richtlijn gaat de Commissie in op controle en certificering, een begrip dat zij nader omschrijft. Haar conclusie luidt dat de invoering van een verplichte certificeringsregeling op communautair niveau voor nieuwe apparatuur voor de toepassing van pesticiden de enige optie is.
3.9 In het verslag van de externe consulent BiPRO worden de mogelijke effecten besproken. Verwacht wordt dat een harmonisatie milieubeschermingsnormen voor nieuwe machines algemeen op een hoger peil zal brengen. De mogelijke kostenstijging zou ongelijk verdeeld zijn, aangezien veel fabrikanten reeds machines leveren die voldoen aan de regelgeving of certificeringsregelingen in bepaalde lidstaten. Voor hen zou de harmonisatie als voordeel hebben dat binnen de interne markt eerlijke concurrentievoorwaarden worden gewaarborgd.
4. Juridische aspecten
4.1 Met dit voorstel worden nieuwe milieubeschermingseisen ingevoerd. Deze aanvullende essentiële eisen zijn bindende bepalingen die moeten garanderen dat de producten het milieu niet onnodig in gevaar brengen.
4.2 De rechtsgrond van dit voorstel is artikel 95 van het EG-Verdrag, waarin de beginselen voor de instelling van de interne markt zijn vastgelegd. De machinerichtlijn garandeert het vrije verkeer van machines waarop de richtlijn van toepassing is.
4.3 Het subsidiariteitsbeginsel is van toepassing voor zover het voorstel geen gebieden bestrijkt die onder de exclusieve bevoegdheid van de Gemeenschap vallen.
4.4 Bepaalde lidstaten hebben reeds bindende milieubeschermingseisen en conformiteitsbeoordelingsprocedures voor apparatuur voor de toepassing van pesticiden ingevoerd. Andere lidstaten hebben ontwerpregelgeving op dit gebied aangekondigd. De uiteenlopende nationale bepalingen en procedures met een vergelijkbaar doel zouden worden bestendigd of nog worden versterkt indien de vaststelling van milieueisen voor machines voor de toepassing van pesticiden zou worden overgelaten aan een vrijwillige certificeringsregeling of aan nationale, door de lidstaten vastgestelde certificeringsregelingen. Dat veroorzaakt onnodige kosten voor de industrie en vormt een belemmering voor het vrije verkeer van goederen in de Gemeenschap.
4.5 Alleen via de harmonisatie van de milieubeschermingseisen kan het nagestreefde milieubeschermingsdoel worden bereikt, en kunnen een gelijkwaardig beschermingsniveau in de hele Gemeenschap, eerlijke concurrentie tussen fabrikanten en het vrije verkeer van goederen in de interne markt worden gewaarborgd.
4.6 Het voorstel is derhalve in overeenstemming met het subsidiariteitsbeginsel.
4.7 Het voorstel gaat niet verder dan wat nodig is om de doelstelling te verwezenlijken en is derhalve in overeenstemming met het evenredigheidsbeginsel van artikel 5 van het Verdrag.
4.8 Voor fabrikanten van machines voor de toepassing van pesticiden betekent de richtlijn dat hun administratieve belasting tot een minimum wordt beperkt.
4.9 Het voorstel is ook in overeenstemming met het interinstitutioneel akkoord „Beter wetgeven”.
4.10 Het voorstel heeft geen gevolgen voor de begroting van de Gemeenschap.
4.11 De lidstaten delen de Commissie de tekst van de nationale bepalingen tot omzetting van de richtlijn mee, alsmede een tabel ter weergave van het verband tussen die bepalingen en deze richtlijn.
4.12 De voorgestelde maatregel betreft een onderwerp dat onder de EER-Overeenkomst valt en moet daarom worden uitgebreid tot de Europese Economische Ruimte.
5. Uitleg
5.1 De milieubeschermingseisen in dit voorstel blijven beperkt tot machines voor de toepassing van pesticiden en tot de risico's voor het milieu waarop de voorgestelde nieuwe essentiële eisen in bijlage I van de richtlijn betrekking hebben.
5.2 Het voorstel vult de nieuwe definitie van „essentiële gezondheids- en veiligheidseisen” aan, waarmee wordt vermeden dat de talrijke verwijzingen naar dat begrip in de richtlijn moeten worden gewijzigd.
5.3 Het doel het milieu te beschermen is vermeld in passende wijzigingen van artikel 4, lid 1, artikel 9, lid 3, en artikel 11, lid 1.
5.4 Fabrikanten van machines voor de toepassing van pesticiden zijn verplicht om de risico's van milieuschade in te schatten.
5.5 De voorgestelde richtlijn bevat een definitie van de machines voor de toepassing van pesticiden waarop zij betrekking heeft.
5.6 De voorgestelde richtlijn bevat essentiële eisen die moeten garanderen dat de milieuschade tot een minimum wordt beperkt.
5.7 Het is de bedoeling dat de voorgestelde nieuwe essentiële eisen worden onderbouwd met technische specificaties van geharmoniseerde normen voor de verschillende soorten machines voor de toepassing van pesticiden. Daartoe zal de Commissie Europese normalisatieorganisaties een passend mandaat verlenen.
Brussel, 14 januari 2009
De voorzitter van het Europees Economisch en Sociaal Comité
Mario SEPI