Verzoek van de Conseil d'Etat (Frankrijk), afdeling Bestuursgeschillen, van 4 februari 2004, om een prejudiciële beslissing in het geding tussen De Groot en Slot Allium B.V. en Bejo Zaden B.V. enerzijds en Ministère de l'Economie, des Finances et de l'Industrie en Ministère de l'agriculture, de l'alimentation, de la pêche et des affaires rurales anderzijds – Interveniërende partij: Comité économique agricole régional fruits et légumes de la région Bretagne (CERAFEL)

(Zaak C-147/04)

(2004/C 106/76)

Bij beschikking van 4 februari 2004, ingekomen ter griffie van het Hof op 22 maart 2004, heeft de Conseil d'Etat (Frankrijk), afdeling Bestuursgeschillen, in het geding tussen De Groot en Slot Allium B.V. en Bejo Zaden B.V. enerzijds en Ministère de l'Economie, des Finances et de l'Industrie en Ministère de l'agriculture, de l'alimentation, de la pêche et des affaires rurales anderzijds – Interveniërende partij: Comité économique agricole régional fruits et légumes de la région Bretagne (CERAFEL), het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen verzocht om een prejudiciële beslissing over de navolgende vraag:

De Raad van State (Frankrijk), afdeling Bestuursgeschillen, verzoekt het Hof van Justitie om een prejudiciële beslissing over de vraag of de bepalingen van de richtlijnen 70/458 (1) en 92/33 (2), in hun onderlinge samenhang gelezen, aldus moeten worden uitgelegd dat alleen de sjalotrassen die zich zonder zaad, door vegetatieve vermeerdering, voortplanten, in de gemeenschappelijke rassenlijst mogen worden opgenomen, en of, bijgevolg, de rassen „matador” en „ambition” wettig onder de rubriek „sjalotten” van de gemeenschappelijke lijst werden opgenomen.

(1)  Richtlijn 70/458/EEG van de Raad van 29 september 1970 betreffende het in de handel brengen van groentezaad (PB L 225 van 12.10.1970, blz. 7).

(2)  Richtlijn 92/33/EEG van de Raad van 28 april 1992 betreffende het in de handel brengen van teelmateriaal en plantgoed van groentegewassen, met uitzondering van zaad (PB L 157 van 10.06.1992, blz. 1).