Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 92002E002739

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2739/02 van Emmanouil Bakopoulos (GUE/NGL) aan de Commissie. Prijsverschillen bij auto's in de Europese Unie.

PB C 155E van 3.7.2003, pp. 45–46 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

European Parliament's website

92002E2739

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2739/02 van Emmanouil Bakopoulos (GUE/NGL) aan de Commissie. Prijsverschillen bij auto's in de Europese Unie.

Publicatieblad Nr. 155 E van 03/07/2003 blz. 0045 - 0046


SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2739/02

van Emmanouil Bakopoulos (GUE/NGL) aan de Commissie

(30 september 2002)

Betreft: Prijsverschillen bij auto's in de Europese Unie

In haar verslag over de prijzen van auto's in de Europese Unie wijst de Commissie op de constante verschillen tussen de prijzen van nieuwe auto's in de EU. Uit het onderzoek

blijkt dat Griekenland vóór belastingen en voor de categorie auto's met een kleine cylinderinhoud tot de meest concurrerende lidstaten behoort. Voor auto's met een grotere cylinderinhoud (ook wel luxeauto's genoemd) is Griekenland, zowel wat de prijzen zonder belastingen als wat de prijzen met belastingen betreft, helaas de duurste lidstaat. Zo betaalt een Griekse burger volgens de tabel van de Commissie voor bijvoorbeeld een Alfa Romeo 156, 2.0 TS 16 V ongeveer 40 % méér dan een inwoner van België. Kan de Commissie aangeven welke maatregelen zij van plan is te gaan nemen om aan deze belangrijke ongelijkheid in de Europese Unie een eind te maken?

Antwoord van de heer Monti namens de Commissie

(4 november 2002)

In het halfjaarlijks verslag over de verschillen tussen de autoprijzen in de Europese Unie, waarvan de meest recente versie is verschenen op 22 juli 2002(1), wordt regelmatig gewezen op prijsverschillen tussen de lidstaten als gevolg van de strategieën van de fabriekanten. Deze situatie toont aan dat er een zeker gebrek aan concurrentie is tussen dealers van dezelfde merken binnen de Unie. De Commissie heeft dan ook de desbetreffende concurrentieregels ingrijpend gewijzigd. Op 31 juli 2002 heeft zij haar goedkeuring gehecht aan Verordening (EG) nr. 1400/2002 over de motorvoertuigensector(2), die op 1 oktober 2002 in werking is getreden, na het aflopen van de vorige verordening(3). De verordening omvat een aantal maatregelen om de prijsverschillen tussen eenzelfde model binnen de interne markt, zoals het model dat in de vraag als voorbeeld wordt genoemd, concurrentiegevoeliger te maken.

De verordening bepaalt met name dat groepsvrijstellingen niet gelden voor distributieovereenkomsten die de verkoop van nieuwe personenwagens door distributeurs op kleinhandelsniveau aan eindgebruikers die daarom vragen, ongeacht hun woonplaats, beperken. Elke directe of indirecte belemmering voor de verkoop van een personenwagen aan een Griekse consument in België of zijn gemachtigde tussenpersoon, zou dan ook onverenigbaar zijn met de verordening. De groepsvrijstelling geldt evenmin voor de beperking van onderlinge leveringen tussen distributeurs. Een autofabrikant kan dus niet verhinderen dat een Griekse dealer zijn auto's van een Belgische dealer betrekt. Tenslotte valt ook iedere beperking om verkoop- of leveringspunten te vestigen op plaatsen waar selectieve distributie wordt toegepast vanaf 1 oktober 2005 buiten de vrijstelling. In het in de vraag aangehaalde voorbeeld zou, indien zo'n systeem in België en Griekenland zou worden toegepast, een Belgische dealer vrijelijk in Griekenland een verkoop- of leveringspunt kunnen vestigen om van daaruit de voertuigen te leveren die door zijn Griekse afnemers worden besteld.

Evenals in het verleden zal de Commissie toezien op de naleving van deze regels voor de autodistributie en zonodig inbreuken op het mededingingsrecht die de Europese consumenten de voordelen van de interne markt ontzeggen, vervolgen.

(1) Zie persbericht IP/02/1109 van 22.7.2002.

(2) Verordening (EG) nr. 1400/2002 van de Commissie van 31 juli 2002 betreffende de toepassing van artikel 81, lid 3, van het Verdrag op groepen verticale overeenkomsten en onderling afgestemde feitelijke gedragingen in de motorvoertuigensector, PB L 203 van 1.8.2002.

(3) Verordening (EG) nr. 1475/95 van de Commissie van 28 juni 1995 betreffende de toepassing van artikel 85, lid 3, van het Verdrag op groepen afzet- en klantenserviceovereenkomsten inzake motorvoertuigen, PB L 145 van 29.6.1995.

Top