Kies de experimentele functies die u wilt uitproberen

Dit document is overgenomen van EUR-Lex

Document JOC_2001_154_E_0279_01

    Gewijzigd voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende de verdeling tussen de lidstaten van de vergunningen die zijn ontvangen krachtens de Overeenkomsten tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Bulgarije en tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Hongarije houdende vaststelling van bepaalde voorwaarden voor het goederenvervoer over de weg en de bevordering van het gecombineerd vervoer (COM(2001) 57 def. — 1999/0264(COD))

    PB C 154E van 29.5.2001, blz. 279–281 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

    52001PC0057

    Gewijzigd voorstel voor een Verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende de verdeling tussen de lidstaten van de vergunningen die zijn ontvangen krachtens de Overeenkomsten tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Bulgarije en tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Hongarije houdende vaststelling van bepaalde voorwaarden voor het goederenvervoer over de weg en de bevordering van het gecombineerd vervoer /* COM/2001/0057 def. - COD 99/0264 */

    Publicatieblad Nr. 154 E van 29/05/2001 blz. 0279 - 0281


    Gewijzigd voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD betreffende de verdeling tussen de lidstaten van de vergunningen die zijn ontvangen krachtens de Overeenkomsten tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Bulgarije en tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Hongarije houdende vaststelling van bepaalde voorwaarden voor het goederenvervoer over de weg en de bevordering van het gecombineerd vervoer

    (door de Commissie overeenkomstig artikel 250, lid 2 van het EG-verdrag ingediend)

    TOELICHTING

    A. Op 10 december 1999 heeft de Commissie bij de Raad een voorstel ingediend voor een Verordening betreffende de verdeling tussen de lidstaten van de vergunningen die zijn ontvangen krachtens de Overeenkomsten tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Bulgarije en tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Hongarije houdende vaststelling van bepaalde voorwaarden voor het goederenvervoer over de weg en de bevordering van het gecombineerd vervoer (COM (1999) 667 def.). Op 27 April 2000 kreeg het voorstel een gunstig advies van het Economisch en Sociaal Comité.

    Op 25 oktober 2000 heeft het Europees Parlement in eerste lezing advies uitgebracht over het voorstel.

    De Commissie heeft alle amendementen (1) aanvaard, en wel om de volgende redenen :

    Amendement 1, omdat wijziging van de datum waarop de nieuwe vergunningen worden verdeeld geen negatieve invloed zal hebben op de goede werking van de verordening, maar de praktische toepassing juist zal verbeteren.

    B. De Commissie wijzigt haar voorstel als volgt :

    Amendement 1 stelt een nieuwe termijn vast voor de verdeling van de vergunningen.

    De veranderingen in het oorspronkelijke voorstel van de Commissie zijn als volgt aangegeven: de geschrapte oorspronkelijke tekst is doorgehaald ('strike through'); nieuwe en/of gewijzigde tekst is aangegeven met 'bold' en 'underline'.

    1999/0264 (COD)

    Gewijzigd voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD betreffende de verdeling tussen de lidstaten van de vergunningen die zijn ontvangen krachtens de Overeenkomsten tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Bulgarije en tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Hongarije houdende vaststelling van bepaalde voorwaarden voor het goederenvervoer over de weg en de bevordering van het gecombineerd vervoer

    HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 71,

    Gezien het voorstel van de Commissie [1]

    [1] PB C ...

    Gezien het advies van het Economisch en Sociaal Comité [2],

    [2] PB C ...

    Gezien het advies van het Comité van de Regio's [3],

    [3] PB C ...

    Volgens de procedure van artikel 251 van het Verdrag [4],

    [4] PB C ...

    Overwegende dat :

    (1) bij Besluit van de Raad ....... [5] de Europese Gemeenschap Overeenkomsten heeft gesloten met de Republiek Bulgarije en de Republiek Hongarije houdende vaststelling van bepaalde voorwaarden voor het goederenvervoer over de weg en de bevordering van het gecombineerd vervoer;

    [5] PB C ...

    (2) dat op grond van deze Overeenkomsten de Gemeenschap transitovergunningen voor het wegvervoer zal ontvangen van Bulgarije en Hongarije;

    (3) dat er regels moeten komen voor de verdeling en het beheer van de vergunningen, die ter beschikking van de Gemeenschap worden gesteld;

    (4) dat deze vergunningen om praktische redenen en met het oog op een doelmatig beheer door de Commissie ter beschikking van de lidstaten moeten worden gesteld;

    (5) dat er te dien einde een toekenningsmethode moet worden vastgesteld; dat de lidstaten vervolgens de aan hen toegekende aantallen vergunningen volgens objectieve criteria onder ondernemingen moeten verdelen;

    (6) dat met het oog op een optimale benutting van de vergunningen alle niet toegekende vergunningen aan de Commissie moeten worden terugbezorgd om opnieuw te worden verdeeld;

    (7) dat de toekenning van de vergunningen dient te geschieden volgens criteria die ten volle rekening houden met de bestaande vervoersstromen over land tussen Griekenland en de andere lidstaten;

    HEBBEN DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Deze verordening bevat de regels voor de verdeling onder de lidstaten van de vergunningen waarover de Gemeenschap kan beschikken krachtens artikel 6, lid 2, van de Overeenkomsten tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Bulgarije en tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Hongarije houdende vaststelling van bepaalde voorwaarden voor het goederenvervoer over de weg en de bevordering van het gecombineerd vervoer (hierna "de Overeenkomsten" genoemd).

    Artikel 2

    1. De Commissie kent vergunningen toe overeenkomstig de leden 2 tot en met 4.

    2. De vergunningen worden aan de lidstaten toegekend overeenkomstig de bijlage. Aan de hand van de opgedane ervaring, met name wat de ontwikkeling van het verkeer betreft, zal de Commissie, indien van toepassing en ten vroegste drie jaar na de inwerkingtreding van de verordening, bij de Raad een voorstel indienen voor een besluit inzake wijziging van de verdeling van de vergunningen onder de lidstaten.

    3. De vergunningen voor elk jaar worden vóór 15 n oktober van het daaraan voorafgaande jaar toegekend.

    4. Het voor het eerste jaar van uitvoering van beide Overeenkomsten toegekende aantal vergunningen wordt pro rata aangepast, indien de Overeenkomst na 1 januari van dat jaar in werking is getreden.

    Artikel 3

    De lidstaten verdelen de vergunningen onder de op hun grondgebied gevestigde ondernemingen volgens objectieve en niet discriminerende criteria.

    Artikel 4

    De bevoegde autoriteiten van de lidstaten sturen vóór 15 september van ieder jaar aan de Commissie de vergunningen terug die volgens de beschikbare gegevens en ramingen waarschijnlijk niet voor het eind van dat jaar gebruikt zullen worden. De teruggestuurde vergunningen worden volgens de verdeelsleutel van de bijlage en naar gelang van verzoeken van de lidstaten om bijkomende vergunningen door de Commissie toegekend.

    Artikel 5

    Deze verordening treedt in werking op de dag na de publicatie ervan in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

    Gedaan te Brussel,

    Voor het Europese Parlement Voor de Raad

    De Voorzitster De voorzitter

    BIJLAGE

    >RUIMTE VOOR DE TABEL>

    Naar boven