EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62012CN0427

Zaak C-427/12: Beroep ingesteld op 19 september 2012 — Europese Commissie/Europees Parlement, Raad van de Europese Unie

PB C 355 van 17.11.2012, p. 12–12 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

17.11.2012   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 355/12


Beroep ingesteld op 19 september 2012 — Europese Commissie/Europees Parlement, Raad van de Europese Unie

(Zaak C-427/12)

2012/C 355/20

Procestaal: Frans

Partijen

Verzoekende partij: Europese Commissie (vertegenwoordigers: B. Smulders, C. Zadra, E. Manhaeve, gemachtigden)

Verwerende partijen: Europees Parlement, Raad van de Europese Unie

Conclusies

artikel 80, lid 1, van verordening (EU) nr. 528/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 22 mei 2012 betreffende het op de markt aanbieden en het gebruik van biociden (1), nietig verklaren, voor zover het in de vaststelling van maatregelen tot bepaling van de aan het Europees Agentschap voor chemische stoffen (ECHA) verschuldigde vergoedingen voorziet door middel van een uitvoeringshandeling krachtens artikel 291 VWEU en niet door middel van een gedelegeerde handeling overeenkomstig artikel 290 VWEU;

de gevolgen van de nietig verklaarde bepaling en elke handeling die op basis daarvan wordt genomen, handhaven tot de inwerkingtreding binnen een redelijke termijn van een nieuwe bepaling ter vervanging daarvan;

verwerende partijen verwijzen in de kosten.

Subsidiair, voor het geval het Hof oordeelt dat dit beroep tot gedeeltelijke nietigverklaring niet-ontvankelijk is,

de betrokken verordening in haar geheel nietig verklaren;

de gevolgen van de voornoemde verordening en elke handeling die op basis daarvan zou worden genomen, handhaven tot de inwerkingtreding binnen een redelijke termijn van een nieuwe verordening ter vervanging daarvan;

verwerende partijen verwijzen in de kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

Tot staving van haar beroep voert de Commissie slechts één middel aan, te weten schending van het verdrag en in het bijzonder van het systeem voor de toekenning van de verordenende bevoegdheden die de Uniewetgever kan toekennen aan de Commissie op grond van de artikelen 290 en 291 VWEU.

De Commissie betoogt dat de Raad en het Parlement ten onrechte hebben beslist om op basis van artikel 291 VWEU aan de Commissie uitvoeringsbevoegdheden voor de vaststelling van de aan het Europees Agentschap voor chemische stoffen verschuldigde vergoedingen toe te kennen. Volgens de Commissie moet de handeling die zij dient vast te stellen op basis van artikel 80, lid 1, van verordening (EU) nr. 528/2012 namelijk worden aangemerkt als een gedelegeerde handeling in de zin van artikel 290 VWEU, aangezien deze ertoe strekt bepaalde niet-essentiële gegevens van de wetgevende handeling aan te vullen. Gelet op de aard van de bevoegdheidstoekenning aan de Commissie en het voorwerp van de krachtens die bevoegdheden vast te stellen handeling, moet een dergelijke handeling worden vastgesteld overeenkomstig de in artikel 290 VWEU bepaalde procedure en niet volgens de procedures van artikel 291 VWEU.


(1)  PB L 167, blz. 1.


Top