This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 92003E002482
WRITTEN QUESTION E-2482/03 by Daniel Varela Suanzes-Carpegna (PPE-DE) to the Council. Prevention against the risk of forest fires: Regulation (EEC) No 2158/92.
SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2482/03 van Daniel Varela Suanzes-Carpegna (PPE-DE) aan de Raad. Bescherming van de bossen tegen brand: Verordening (EEG) nr. 2158/92.
SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2482/03 van Daniel Varela Suanzes-Carpegna (PPE-DE) aan de Raad. Bescherming van de bossen tegen brand: Verordening (EEG) nr. 2158/92.
PB C 84E van 3.4.2004, p. 27–28
(ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)
3.4.2004 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
CE 84/27 |
(2004/C 84 E/0029)
SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2482/03
van Daniel Varela Suanzes-Carpegna (PPE-DE) aan de Raad
(24 juli 2003)
Betreft: Bescherming van de bossen tegen brand: Verordening (EEG) nr. 2158/92
De geldigheidsduur van Verordening (EEG) nr. 2158/92 (1), in het kader waarvan maatregelen ter voorkoming van bosbranden werden gefinancierd, is op 31 december 2002 verstreken. Dat deze verordening een stimulerend effect had op het regionale en nationale beleid op het gebied van de preventie van brandgevaar is de laatste tien jaar duidelijk gebleken. In deze periode is het gemiddelde oppervlak dat bij elke brand verkoolde in het zuiden van Frankrijk, in Spanje en in Portugal gedaald. Het nieuwe voorstel voor een verordening van de Commissie, Forest Focus, en de nieuwe regeling inzake plattelandsontwikkeling betekenen echter een renationalisering van het beleid ten aanzien van bosbranden en het verdwijnen van de communautaire financieringsmaatregelen voor de preventie van bosbranden uit hoofde van Verordening (EEG) nr. 2158/92. Bovendien strookt dit voorstel niet met de opstelling van het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen, dat het beleid ter bescherming van de bossen tegen brand beschouwt als een communautair beleid in het kader van het milieubeleid dat ten laste van de EU-begroting gefinancierd moet worden.
Kan de Raad gezien bovenstaande overwegingen antwoord geven op de volgende vragen:
1. |
Beseft de Raad dat het voorstel voor een verordening van de Commissie Forest Focus niet strookt met de recente jurisprudentie van het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen, dat zich verzet tegen een renationalisatie van het beleid ter bestrijding van bosbranden en pleit voor de vaststelling van dit beleid via de medebeslissingsprocedure? Welke argumenten had de Raad voor zijn verwerping in eerste lezing van alle amendementen waarmee het EP het beleid ter voorkoming van bosbranden opnieuw in het kader van het communautaire milieubeleid wilde plaatsen, volgens de lijn van het Hof van Justitie? |
2. |
Is de Raad zich bewust van de schadelijke gevolgen die het voorstel voor een verordening Forest Focus voor de bestrijding van bosbranden op communautair niveau kan hebben? |
3. |
Is de Raad voornemens zijn opstelling te wijzigen en in tweede lezing in te gaan op de wensen van het EP ter zake, met name ten aanzien van het herstel van de specifieke middelen die in de oude verordening waren uitgetrokken voor de bescherming en het beheer van de bossen tegen brand? |
Antwoord
(8 maart 2004)
De Raad verzoekt het geachte parlementslid kennis te nemen van de openbare beraadslaging die in de zitting van de Raad op 6 november jongstleden heeft plaatsgevonden over de ontwerpverordening „Forest Focus”, en van de conclusies waartoe die beraadslaging heeft geleid. Zo hechtte de Raad zijn goedkeuring aan de in tweede lezing door het Europees Parlement aangenomen amendementen op het voorstel voor een verordening inzake de bewaking van bossen en milieu-interacties in de Gemeenschap. Aangezien de amendementen van het EP overeenstemmen met een door de Raad bereikt compromisakkoord, wordt de verordening vastgesteld in de vorm van het aldus geamendeerde gemeenschappelijk standpunt van de Raad.
De verordening biedt een meerjarig kader, dat aanvankelijk geldt voor een periode van zes jaar, van 2003 tot en met 2008. Doel is het toepassingsgebied van de bestaande Verordeningen (EEG) nr. 3528/86 en (EEG) nr. 2158/92 aan te passen teneinde tot een flexibele bewakingsactie te komen en zodoende de gesteldheid van bosecosystemen in een bredere context te evalueren. Tevens worden met dit voorstel de bestaande activiteiten vereenvoudigd door elementen uit beide verordeningen te hergroeperen in een enkele kaderverordening die zowel op de bescherming als op de bewaking betrekking heeft.
(1) PB L 217 van 31.7.1992, blz. 3.