Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62020CB0082

    Zaak C-82/20: Beschikking van het Hof (Achtste kamer) van 24 maart 2022 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Tribunal de grande instance de Rodez — Frankrijk) — BNP Paribas Personal Finance SA / AN, CN [Prejudiciële verwijzing – Artikel 99 van het Reglement voor de procesvoering van het Hof – Bescherming van de consument – Richtlijn 93/13/EEG – Oneerlijke bedingen in consumentenovereenkomsten – In vreemde valuta luidende hypothecaire leenovereenkomst (Zwitserse frank) – Artikel 4, lid 2 – Eigenlijk voorwerp van de overeenkomst – Bedingen die de kredietnemer blootstellen aan een wisselkoersrisico – Vereisten van begrijpelijkheid en transparantie – Artikel 3, lid 1 – Aanzienlijke verstoring van het evenwicht – Artikel 5 – Duidelijke en begrijpelijke formulering van een beding van een overeenkomst]

    PB C 198 van 16.5.2022, p. 12–13 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
    PB C 198 van 16.5.2022, p. 11–12 (GA)

    16.5.2022   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 198/12


    Beschikking van het Hof (Achtste kamer) van 24 maart 2022 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Tribunal de grande instance de Rodez — Frankrijk) — BNP Paribas Personal Finance SA / AN, CN

    (Zaak C-82/20) (1)

    (Prejudiciële verwijzing - Artikel 99 van het Reglement voor de procesvoering van het Hof - Bescherming van de consument - Richtlijn 93/13/EEG - Oneerlijke bedingen in consumentenovereenkomsten - In vreemde valuta luidende hypothecaire leenovereenkomst (Zwitserse frank) - Artikel 4, lid 2 - Eigenlijk voorwerp van de overeenkomst - Bedingen die de kredietnemer blootstellen aan een wisselkoersrisico - Vereisten van begrijpelijkheid en transparantie - Artikel 3, lid 1 - Aanzienlijke verstoring van het evenwicht - Artikel 5 - Duidelijke en begrijpelijke formulering van een beding van een overeenkomst)

    (2022/C 198/18)

    Procestaal: Frans

    Verwijzende rechter

    Tribunal de grande instance de Rodez

    Partijen in het hoofdgeding

    Verzoekende partij: BNP Paribas Personal Finance NV

    Verwerende partijen: AN, CN

    In tegenwoordigheid van: Caisse régionale de crédit agricole mutuel du Languedoc

    Dictum

    1)

    Artikel 4, lid 2, van richtlijn 93/13/EEG van de Raad van 5 april 1993, betreffende oneerlijke bedingen in consumentenovereenkomsten moet aldus worden uitgelegd dat in het kader van een in vreemde valuta luidende hypothecaire leenovereenkomst is voldaan aan het vereiste van transparantie van de bedingen van deze overeenkomst, waarin is bepaald dat de buitenlandse valuta de rekenmunt en de euro de betaalmunt is en waardoor het wisselkoersrisico bij de kredietnemer komt te liggen, wanneer de verkoper de consument toereikende en juiste gegevens heeft verstrekt die een normaal geïnformeerde en redelijk omzichtige en oplettende gemiddelde consument in staat stelt te begrijpen hoe het financiële mechanisme in kwestie concreet werkt en aldus het risico van — mogelijk aanzienlijke — negatieve economische gevolgen van die bedingen voor zijn financiële verplichtingen tijdens de hele looptijd van die overeenkomst in te schatten.

    2)

    Artikel 3, lid 1, van richtlijn 93/13 moet aldus worden uitgelegd dat de bedingen van een leenovereenkomst waarin is bepaald dat de buitenlandse valuta de rekenmunt en de euro de betaalmunt is en waardoor het wisselkoersrisico zonder bovengrens bij de kredietnemer komt te liggen, het evenwicht tussen de uit die overeenkomst voortvloeiende rechten en verplichtingen van de partijen aanzienlijk kan verstoren ten nadele van de consument wanneer de verkoper met inachtneming van het vereiste van transparantie jegens de consument niet redelijkerwijs ervan uit kon gaan dat de consument een uit dergelijke bedingen voortvloeiend onevenredig groot wisselkoersrisico zou aanvaarden, waarbij de enkele vaststelling dat de verkoper in voorkomend geval niet te goeder trouw was, op zich niet volstaat om een dergelijk onevenwicht op te leveren.


    (1)  Datum van neerlegging: 14.2.2020.


    Top