Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62019CN0547

Zaak C-547/19: Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Înalta Curte de Casație și Justiție (Roemenië) op 15 juli 2019 – CY, Vereniging „Forumul Judecătorilor din România”/Inspecția Judiciară, Consiliul Superior al Magistraturii, Înalta Curte de Casație și Justiție

PB C 372 van 4.11.2019, p. 13–13 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

4.11.2019   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 372/13


Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Înalta Curte de Casație și Justiție (Roemenië) op 15 juli 2019 – CY, Vereniging „Forumul Judecătorilor din România”/Inspecția Judiciară, Consiliul Superior al Magistraturii, Înalta Curte de Casație și Justiție

(Zaak C-547/19)

(2019/C 372/13)

Procestaal: Roemeens

Verwijzende rechter

Înalta Curte de Casație și Justiție

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partijen: CY, Vereniging „Forumul Judecătorilor din România”

Verwerende partijen: Inspecția Judiciară, Consiliul Superior al Magistraturii, Înalta Curte de Casație și Justiție

Prejudiciële vragen

Moeten artikel 2 en artikel 19, lid 1, van het Verdrag betreffende de Europese Unie en artikel 47 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie aldus worden uitgelegd dat zij zich ertegen verzetten dat een grondwettelijk hof (dat volgens het nationale recht geen rechterlijke instantie is) zich uitspreekt over de wijze waarop de hoogste rechterlijke instantie infraconstitutionele wetgeving heeft uitgelegd en toegepast bij de samenstelling van rechtsprekende formaties?


Top