Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62013CA0532

    Zaak C-532/13: Arrest van het Hof (Tweede kamer) van 4 september 2014 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Fővárosi Közigazgatási és Munkaügyi Bíróság — Hongarije) — Sofia Zoo/Országos Környezetvédelmi, Természetvédelmi és Vízügyi Főfelügyelőség [Prejudiciële verwijzing — Bescherming van in het wild levende dier- en plantensoorten — Verordening (EG) nr. 338/97 — Artikel 11 — Nietigheid van een invoervergunning beperkt tot de specimens van dieren waarop de nietigheidsgrond werkelijk van toepassing is]

    PB C 395 van 10.11.2014, p. 20–21 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    10.11.2014   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 395/20


    Arrest van het Hof (Tweede kamer) van 4 september 2014 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Fővárosi Közigazgatási és Munkaügyi Bíróság — Hongarije) — Sofia Zoo/Országos Környezetvédelmi, Természetvédelmi és Vízügyi Főfelügyelőség

    (Zaak C-532/13) (1)

    ([Prejudiciële verwijzing - Bescherming van in het wild levende dier- en plantensoorten - Verordening (EG) nr. 338/97 - Artikel 11 - Nietigheid van een invoervergunning beperkt tot de specimens van dieren waarop de nietigheidsgrond werkelijk van toepassing is])

    (2014/C 395/25)

    Procestaal: Hongaars

    Verwijzende rechter

    Fővárosi Közigazgatási és Munkaügyi Bíróság

    Partijen in het hoofdgeding

    Verzoekende partij: Sofia Zoo

    Verwerende partij: Országos Környezetvédelmi, Természetvédelmi és Vízügyi Főfelügyelőség

    Dictum

    Artikel 11, lid 2, sub a en b, van verordening (EG) nr. 338/97 van de Raad van 9 december 1996 inzake de bescherming van in het wild levende dier- en plantensoorten door controle op het desbetreffende handelsverkeer moet aldus worden uitgelegd dat de invoervergunning die niet voldoet aan de voorwaarden van deze verordening enkel als nietig moet worden beschouwd voor zover zij betrekking heeft op de specimens van dieren waarop de nietigheidsgrond van deze invoervergunning werkelijk van toepassing is, en dat deze specimens dus de enige zijn die de bevoegde autoriteit van de lidstaat waar zij zich bevinden in beslag moet nemen, en eventueel moet verbeurdverklaren.


    (1)  PB C 15 van 18.1.2014.


    Top