Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62007FB0110

Zaak F-110/07: Beschikking van het Gerecht voor ambtenarenzaken (Tweede kamer) van 12 december 2007 — Kerelov/Commissie (Ambtenaren — Kennelijke niet-ontvankelijkheid — Artikel 44, lid 1, sub c), van het Reglement voor de procesvoering van het Gerecht van eerste aanleg)

PB C 64 van 8.3.2008, p. 64–64 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

8.3.2008   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 64/64


Beschikking van het Gerecht voor ambtenarenzaken (Tweede kamer) van 12 december 2007 — Kerelov/Commissie

(Zaak F-110/07)

(Ambtenaren - Kennelijke niet-ontvankelijkheid - Artikel 44, lid 1, sub c), van het Reglement voor de procesvoering van het Gerecht van eerste aanleg)

(2008/C 64/105)

Procestaal: Frans

Partijen

Verzoekende partij: Georgi Kerelov (Pazardzhik, Bulgarije) (vertegenwoordiger: A. Kerelov, advocaat)

Verwerende partij: Commissie van de Europese Gemeenschappen

Voorwerp

Vordering tot, enerzijds, nietigverklaring van het besluit van EPSO van 7 februari 2007 om verzoeker niet de informatie en stukken betreffende het vergelijkend onderzoek te verstrekken en, anderzijds, vergoeding van de door hem geleden schade

Dictum

1)

Het beroep wordt kennelijk niet-ontvankelijk verklaard.

2)

Elke partij draagt de eigen kosten.


Top