EUR-Lex El acceso al Derecho de la Unión Europea

Volver a la página principal de EUR-Lex

Este documento es un extracto de la web EUR-Lex

Documento 52008AP0250

Levensmiddelenhygiëne *** I Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement van 5 juni 2008 over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening nr. 11 ter uitvoering van artikel 79, lid 3, van het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap betreffende de opheffing van discriminaties inzake vrachtprijzen en vervoervoorwaarden en Verordening (EG) nr. 852/2004 van het Europees Parlement en de Raad inzake levensmiddelenhygiëne (COM(2007)0090 — C6-0211/2007 — 2007/0037B(COD))
P6_TC1-COD(2007)0037B Standpunt van het Europees Parlement in eerste lezing vastgesteld op 5 juni 2008 met het oog op de aanneming van Verordening (EG) nr. …/2008 van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 852/2004 inzake levensmiddelenhygiëne

PB C 285E van 26.11.2009, p. 122/124 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

26.11.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

CE 285/122


Donderdag, 5 juni 2008
Levensmiddelenhygiëne ***I

P6_TA(2008)0250

Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement van 5 juni 2008 over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening nr. 11 ter uitvoering van artikel 79, lid 3, van het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap betreffende de opheffing van discriminaties inzake vrachtprijzen en vervoervoorwaarden enVerordening (EG) nr. 852/2004 van het Europees Parlement en de Raad inzake levensmiddelenhygiëne(COM(2007)0090 — C6-0211/2007 — 2007/0037B(COD))

2009/C 285 E/20

(Medebeslissingsprocedure: eerste lezing)

Het Europees Parlement,

gezien het voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad (COM(2007)0090),

gelet op artikel 251, lid 2 en artikel 152, lid 4, letter b), van het EG-Verdrag, op grond waarvan het voorstel door de Commissie bij het Parlement is ingediend (C6-0211/2007),

gelet op het besluit van de Conferentie van voorzitters van 5 juli 2007, om de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid en de Commissie vervoer en toerisme toestemming te geven om elk een wetgevingsverslag op te stellen op grond van het bovengenoemde Commissievoorstel,

gezien het advies van de Commissie juridische zaken op de voorgestelde rechtsgrondslag,

gelet op de artikelen 51 en 35 van zijn Reglement,

gezien het verslag van de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid (A6-0143/2008),

1.

hecht zijn goedkeuring aan het Commissievoorstel, voor wat betreft de levensmiddelenhygiëne, als geamendeerd door het Parlement;

2.

verzoekt om hernieuwde voorlegging indien de Commissie voornemens is ingrijpende wijzigingen in dit voorstel aan te brengen of dit door een nieuwe tekst te vervangen;

3.

verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad en de Commissie.


Donderdag, 5 juni 2008
P6_TC1-COD(2007)0037B

Standpunt van het Europees Parlement in eerste lezing vastgesteld op 5 juni 2008 met het oog op de aanneming van Verordening (EG) nr. …/2008 van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van ▐ Verordening (EG) nr. 852/2004 ║ inzake levensmiddelenhygiëne

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op ▐ artikel 95 en artikel 152, lid 4, onder b),

Gezien het voorstel van de Commissie ║,

Gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité (1),

Gezien het advies van het Comité van de Regio's (2),

Handelend volgens de procedure van artikel 251 van het Verdrag (3),

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

In het Gemeenschapsbeleid voor betere regelgeving wordt gewezen op het belang van het terugdringen van de uit de bestaande wetgeving voortvloeiende administratieve lasten voor bedrijven als cruciaal aspect om de concurrentiekracht van bedrijven te vergroten en de doelstellingen van de Lissabonagenda te verwezenlijken; dit gebeurt in het bijzonder in de mededelingen van de Commissie aan de Raad, het Europees Parlement, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's getiteld„Betere regelgeving in de Europese Unie: Een strategische evaluatie ║ en ║ Actieprogramma ter vermindering van de administratieve lasten in de Europese Unie” ║.

(2)

Artikel 5, lid 1, van Verordening (EG) nr. 852/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 inzake levensmiddelenhygiëne  (4) verplicht alle exploitanten van levensmiddelenbedrijven zorg te dragen voor de invoering, de uitvoering en de handhaving van een of meer permanente procedures die gebaseerd zijn op de beginselen van risicoanalyse en kritische controlepunten (HACCP).

(3)

De ervaring heeft uitgewezen dat in bepaalde levensmiddelenbedrijven de levensmiddelenhygiëne kan worden gewaarborgd door de desbetreffende voorschriften in Verordening (EG) nr. 852/2004 correct toe te passen zonder gebruik te maken van het HACCP-systeem. Dit geldt met name voor kleine bedrijven die hun producten in hoofdzaak rechtstreeks aan eindgebruikers verkopen, zoals bakkers, slagers, kruideniers, marktkramen, restaurants en cafés, en die micro-ondernemingen zijn in de zin van Aanbeveling 2003/361/EG van de Commissie van 6 mei 2003 betreffende de definitie van kleine, middelgrote en micro-ondernemingen (5).

(4)

Het is daarom passend deze bedrijven vrij te stellen van de voorschriften in artikel 5, lid 1, van Verordening (EG) nr. 852/2004, met dien verstande dat zij wel aan alle overige voorschriften van die verordening moeten voldoen

HEBBEN DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD: ▐

Artikel 1

(1)

In Verordening (EG) nr. 852/2004 wordt de volgende nieuwe overweging ingevoegd:

„(15 bis)

Het is van belang dat de bevoegde autoriteiten de door deze verordening, met name in artikel 5, lid 2, letter g) en lid 5, geboden flexibiliteit mogelijk maken, vooral met het oog op ondernemingen die micro-ondernemingen zijn in de zin van Aanbeveling 2003/361/EG van de Commissie van 6 mei 2003 betreffende de definitie van kleine, middelgrote en micro-ondernemingen (6).

(2)

Aan artikel 5, lid 3, van Verordening (EG) nr. 852/2004 wordt de volgende zin toegevoegd:

„Onverminderd de andere voorschriften van deze verordening, kunnen exploitanten van levensmiddelenbedrijven worden vrijgesteld van het voorschrift om een permanente procedure of procedures op grond van de HACCP-beginselen in te voeren, uit te voeren en te handhaven. Dit dient alleen te gelden voor bedrijven, met name micro-ondernemingen , in de zin van Aanbeveling 2003/361/EG ║ en waarvan de activiteiten in hoofdzaak bestaan in het rechtstreeks aan eindgebruikers verkopen van levensmiddelen, en op voorwaarde dat de bevoegde autoriteit op basis van een regelmatige risicoanalyse van mening is dat er geen risico's voorkomen, uitgebannen of tot een aanvaardbaar niveau verminderd behoeven te worden, of dat vastgestelde risico's voldoende en regelmatig in de hand kunnen worden gehouden door toepassing van de algemene en specifieke voedselhygiënevoorschriften, zoals vastgesteld in artikel 4, leden 2 tot en met 6 van deze verordening. Bij de verplichting om aan te tonen dat de in artikel 4, leden 2 tot en met 6 neergelegde voorschriften worden nageleefd, houdt de bevoegde autoriteit naar behoren rekening met de aard en de omvang van de exploitant van het levensmiddelenbedrijf.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te ║,

Voor het Europees Parlement

De Voorzitter

Voor de Raad

De Voorzitter


(1)   PB C 175 van 27.7.2007, blz. 37.

(2)  PB C […] van […], blz. […].

(3)  Standpunt van het Europees Parlement van 5 juni 2008.

(4)  PB L 139 van 30.4.2004, blz. 1. Rectificatie in PB L 226 van 25.6.2004, blz. 3.

(5)  PB L 124 van 20.5.2003, blz. 36.

(6)   PB L 124 van 20.5.2003, blz. 36.”


Arriba