This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 32017R1799
Commission Delegated Regulation (EU) 2017/1799 of 12 June 2017 supplementing Regulation (EU) No 600/2014 of the European Parliament and of the Council as regards the exemption of certain third countries central banks in their performance of monetary, foreign exchange and financial stability policies from pre- and post-trade transparency requirements (Text with EEA relevance. )
Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/1799 van de Commissie van 12 juni 2017 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 600/2014 van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot de vrijstelling van vereisten in verband met transparantie voor en na de handel voor bepaalde centrale banken van derde landen bij de uitvoering van het monetaire, valuta- en financiële stabiliteitsbeleid (Voor de EER relevante tekst. )
Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/1799 van de Commissie van 12 juni 2017 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 600/2014 van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot de vrijstelling van vereisten in verband met transparantie voor en na de handel voor bepaalde centrale banken van derde landen bij de uitvoering van het monetaire, valuta- en financiële stabiliteitsbeleid (Voor de EER relevante tekst. )
C/2017/3890
PB L 259 van 7.10.2017, p. 11–13
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
In force: This act has been changed. Current consolidated version: 10/07/2019
Relation | Act | Comment | Subdivision concerned | From | To |
---|---|---|---|---|---|
Completion | 32014R0600 | 27/10/2017 |
Relation | Act | Comment | Subdivision concerned | From | To |
---|---|---|---|---|---|
Modified by | 32019R0462 | vervanging | bijlage | ||
Modified by | 32019R1000 | vervanging | bijlage | 10/07/2019 |
7.10.2017 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 259/11 |
GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2017/1799 VAN DE COMMISSIE
van 12 juni 2017
tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 600/2014 van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot de vrijstelling van vereisten in verband met transparantie voor en na de handel voor bepaalde centrale banken van derde landen bij de uitvoering van het monetaire, valuta- en financiële stabiliteitsbeleid
(Voor de EER relevante tekst)
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EU) nr. 600/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 betreffende markten in financiële instrumenten en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 648/2012 (1), en met name artikel 1, lid 9,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Transacties waarbij leden van het Europees Stelsel van centrale banken (European System of Central Banks — ESCB) tegenpartij zijn, zijn overeenkomstig artikel 1, lid 6, van Verordening (EU) nr. 600/2014 vrijgesteld van de vereisten in verband met transparantie voor en na de handel voor zover die transacties worden aangegaan in het kader van de uitvoering van het monetaire, valuta- en financiële stabiliteitsbeleid. |
(2) |
Een dergelijke vrijstelling van het toepassingsgebied van Verordening (EU) nr. 600/2014 kan overeenkomstig artikel 1, lid 9, van Verordening (EU) nr. 600/2014 worden uitgebreid tot centrale banken van derde landen en de Bank voor Internationale Betalingen, die op grond van artikel 1, lid 9, van Verordening (EU) nr. 600/2014 voor de toepassing van deze vrijstelling als een centrale bank wordt aangemerkt, wanneer zij aan de desbetreffende voorschriften voldoen. Met het oog hierop heeft de Commissie een verslag opgesteld en voorgelegd aan het Europees Parlement en de Raad, waarin de internationale status van centrale banken in derde landen wordt beoordeeld. Het verslag bevat een analyse van de status van centrale banken, met inbegrip van de leden van het ESCB, binnen het rechtskader van derde landen, en van de mogelijke gevolgen van regelgeving inzake verplichte openbaarmaking in de Unie voor transacties door centrale banken van derde landen. In het verslag luidt de conclusie met betrekking tot de analyse dat de vrijstelling van een aantal centrale banken van derde landen van de transparantieverplichtingen van Verordening (EU) nr. 600/2014 noodzakelijk was, en dat het dus raadzaam is de vrijstelling ook tot de centrale banken van die derde landen uit te breiden. |
(3) |
De in deze verordening opgenomen lijst van vrijgestelde centrale banken van derde landen moet voor zover nodig worden herzien, onder meer om waar nodig de vrijstellingen uit te breiden tot andere centrale banken van derde landen die nog niet in de lijst zijn opgenomen of om dergelijke overheidsinstanties uit de lijst te schrappen. |
(4) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van de deskundigengroep van het Europees Comité voor het effectenbedrijf, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Vrijgestelde centrale banken van derde landen
(Artikel 1, lid 9, van Verordening (EU) nr. 600/2014)
Het bepaalde in artikel 1, leden 6 en 7, van Verordening (EU) nr. 600/2014 is van toepassing op de Bank voor Internationale Betalingen en op de in de lijst in de bijlage bij deze verordening opgenomen centrale banken van derde landen.
Artikel 2
Inwerkingtreding
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 12 juni 2017.
Voor de Commissie
De voorzitter
Jean-Claude JUNCKER
(1) PB L 173 van 12.6.2014, blz. 84.
BIJLAGE
1. |
Australië:
|
2. |
Brazilië:
|
3. |
Canada:
|
4. |
SAR Hongkong:
|
5. |
India:
|
6. |
Japan:
|
7. |
Mexico:
|
8. |
Republiek Korea:
|
9. |
Singapore:
|
10. |
Zwitserland:
|
11. |
Turkije:
|
12. |
Verenigde Staten van Amerika:
|
13. |
Bank voor Internationale Betalingen. |