Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32015B0369

    Definitieve vaststelling (EU, Euratom) 2015/369 van de gewijzigde begroting nr. 5 van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2014

    PB L 73 van 17.3.2015, p. 468–492 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 31/12/2014

    ELI: http://data.europa.eu/eli/budget_suppl_amend/2014/5/oj

    17.3.2015   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    L 73/468


    DEFINITIEVE VASTSTELLING (EU, Euratom) 2015/369

    van de gewijzigde begroting nr. 5 van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2014

    DE VOORZITTER VAN HET EUROPEES PARLEMENT,

    Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 314, lid 4, onder a), en lid 9,

    Gezien het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, en met name artikel 106 bis,

    Gezien Verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2012 tot vaststelling van de financiële regels van toepassing op de algemene begroting van de Unie en tot intrekking van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 (1),

    Gezien Verordening (EU, Euratom) nr. 1311/2013 van de Raad van 2 december 2013 tot bepaling van het meerjarig financieel kader voor de jaren 2014-2020 (2),

    Gezien het Interinstitutioneel Akkoord van 2 december 2013 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline, de samenwerking in begrotingszaken en een goed financieel beheer (3),

    Gezien de algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2014, definitief vastgesteld op 20 november 2013 (4),

    Gezien het ontwerp van gewijzigde begroting nr. 6 van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2014, goedgekeurd door de Commissie op 17 oktober 2014,

    having regard to Amending letter No 1/2014 to Draft amending budget No 6/2014, which the Commission adopted on 3 December 2014,

    Gezien het standpunt inzake het ontwerp van gewijzigde begroting nr. 6/2014, vastgesteld door de Raad op 12 december 2014 en toegezonden aan het Europees Parlement op dezelfde dag,

    Gezien de goedkeuring van het standpunt van de Raad door het Parlement op 17 december 2014,

    Gezien de artikelen 88 en 91 van het Reglement van het Europees Parlement,

    CONSTATEERT:

    Enig artikel

    De procedure zoals vastgelegd in artikel 314 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie is afgerond en de gewijzigde begroting nr. 5 van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2014 is definitief vastgesteld.

    Gedaan te Straatsburg, 17 december 2014.

    De voorzitter

    M. SCHULZ


    (1)  PB L 298 van 26.10.2012, blz. 1.

    (2)  PB L 347 van 20.12.2013, blz. 884.

    (3)  PB C 373 van 20.12.2013, blz. 1.

    (4)  PB L 51 van 20.2.2014.


    GEWIJZIGDE BEGROTING Nr. 5 VOOR HET BEGROTINGSJAAR 2014

    INHOUD

    ALGEMENE STAAT VAN ONTVANGSTEN

    A. Inleiding en financiering van de algemene begroting 470
    B. Algemene staat van ontvangsten per begrotingsonderdeel 482

    — Titel 1:

    Eigen middelen 483

    — Titel 3:

    Overschotten, saldi en aanpassingen 487

    A.   INLEIDING EN FINANCIERING VAN DE ALGEMENE BEGROTING

    FINANCIERING VAN DE ALGEMENE BEGROTING

    Kredieten die gedurende het begrotingsjaar 2014 moeten worden gedekt overeenkomstig artikel 1 van Besluit 2007/436/EG, Euratom van de Raad van 7 juni 2007 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen

    UITGAVEN

    Omschrijving

    Begroting 2014 (1)

    Begroting 2013 (2)

    Verschil (in %)

    1.

    Slimme en inclusieve groei

    65 300 076 773

    69 127 255 205

    –5,54

    2.

    Duurzame groei: natuurlijke hulpbronnen

    56 443 752 595

    57 814 298 094

    –2,37

    3.

    Veiligheid en burgerschap

    1 665 510 850

    1 894 151 766

    –12,07

    4.

    Europa als wereldspeler

    6 840 903 616

    6 731 869 945

    +1,62

    5.

    Administratie

    8 405 483 381

    8 417 791 740

    –0,15

    6.

    Compensatie

    28 600 000

    75 000 000

    –61,87

    Speciale instrumenten

    350 000 000

    390 465 192

    –10,36

    Totaal uitgaven  (3)

    139 034 233 715

    144 450 831 942

    –3,75


    ONTVANGSTEN

    Omschrijving

    Begroting 2014 (4)

    Begroting 2013 (5)

    Verschil (in %)

    Diverse ontvangsten (titels 4 t/m 9)

    5 545 428 277

    3 067 967 007

    +80,75

    Overschot van het vorige begrotingsjaar (hoofdstuk 3 0, artikel 3 0 0)

    p.m.

    1 023 276 526

    Overschot aan eigen middelen als gevolg van de terugbetaling van het overschot van het Garantiefonds (hoofdstuk 3 0, artikel 3 0 2)

    p.m.

    34 000 000

    Saldi aan btw- en aan bnp/bni-middelen uit vorige begrotingsjaren (hoofdstukken 3 1 en 3 2)

    4 095 463 000

    p.m.

    Totaal van de ontvangsten van de titels 3 t/m 9

    9 640 891 277

    4 125 243 533

    + 133,70

    Nettobedrag van de douanerechten en de suikerheffingen (hoofdstukken 1 1 en 1 2)

    16 084 600 000

    14 822 700 000

    +8,51

    Eigen middelen uit de btw tegen uniform percentage (tabellen 1 en 2, hoofdstuk 1 3)

    17 689 735 350

    14 680 052 250

    +20,50

    Nog te financieren uit de aanvullende middelenbron (bni-middelen, tabel 3, hoofdstuk 1 4)

    95 619 007 088

    110 822 836 159

    –13,72

    Uit de eigen middelen zoals bedoeld in artikel 2 van Besluit 2007/436/EG, Euratom, te dekken kredieten. (6)

    129 393 342 438

    140 325 588 409

    –7,79

    Totaal ontvangsten  (7)

    139 034 233 715

    144 450 831 942

    –3,75


    TABEL 1

    Berekening van de aftopping van de uniforme btw-grondslagen overeenkomstig artikel 2, lid 1, onder b), van Besluit 2007/436/EG, Euratom

    Lidstaat

    1 % van de niet-afgetopte btw-grondslag

    1 % van het bruto nationaal inkomen

    Aftoppingspercentage (in %)

    1 % van het bruto nationaal inkomen (bni) × aftoppingspercentage

    1 % van de afgetopte btw-grondslag (8)

    Lidstaten met afgetopte btw-grondslag

     

    (1)

    (2)

    (3)

    (4)

    (5)

    (6)

    België

    1 665 407 000

    3 925 460 000

    50

    1 962 730 000

    1 665 407 000

     

    Bulgarije

    193 091 000

    399 471 000

    50

    199 735 500

    193 091 000

     

    Tsjechië

    596 638 000

    1 357 846 000

    50

    678 923 000

    596 638 000

     

    Denemarken

    951 296 000

    2 654 016 000

    50

    1 327 008 000

    951 296 000

     

    Duitsland

    12 418 967 000

    29 002 636 000

    50

    14 501 318 000

    12 418 967 000

     

    Estland

    87 147 000

    186 046 000

    50

    93 023 000

    87 147 000

     

    Ierland

    655 428 000

    1 434 183 000

    50

    717 091 500

    655 428 000

     

    Griekenland

    709 312 000

    1 798 621 000

    50

    899 310 500

    709 312 000

     

    Spanje

    4 756 829 000

    10 283 204 000

    50

    5 141 602 000

    4 756 829 000

     

    Frankrijk

    9 731 337 000

    21 411 597 000

    50

    10 705 798 500

    9 731 337 000

     

    Kroatië

    263 049 000

    422 319 000

    50

    211 159 500

    211 159 500

    Kroatië

    Italië

    6 042 837 000

    15 763 695 000

    50

    7 881 847 500

    6 042 837 000

     

    Cyprus

    105 170 000

    153 422 000

    50

    76 711 000

    76 711 000

    Cyprus

    Letland

    88 567 000

    246 154 000

    50

    123 077 000

    88 567 000

     

    Litouwen

    138 416 000

    349 250 000

    50

    174 625 000

    138 416 000

     

    Luxemburg

    268 280 000

    325 038 000

    50

    162 519 000

    162 519 000

    Luxemburg

    Hongarije

    401 698 000

    979 528 000

    50

    489 764 000

    401 698 000

     

    Malta

    51 049 000

    70 431 000

    50

    35 215 500

    35 215 500

    Malta

    Nederland

    2 743 653 000

    6 249 242 000

    50

    3 124 621 000

    2 743 653 000

     

    Oostenrijk

    1 499 731 000

    3 217 349 000

    50

    1 608 674 500

    1 499 731 000

     

    Polen

    1 750 837 000

    3 931 784 000

    50

    1 965 892 000

    1 750 837 000

     

    Portugal

    767 138 000

    1 655 525 000

    50

    827 762 500

    767 138 000

     

    Roemenië

    528 406 000

    1 444 740 000

    50

    722 370 000

    528 406 000

     

    Slovenië

    177 308 000

    352 303 000

    50

    176 151 500

    176 151 500

    Slovenië

    Slowakije

    230 006 000

    725 821 000

    50

    362 910 500

    230 006 000

     

    Finland

    928 440 000

    1 983 150 000

    50

    991 575 000

    928 440 000

     

    Zweden

    1 889 310 000

    4 380 034 000

    50

    2 190 017 000

    1 889 310 000

     

    Verenigd Koninkrijk

    9 529 537 000

    20 226 302 000

    50

    10 113 151 000

    9 529 537 000

     

    Totaal

    59 168 884 000

    134 929 167 000

     

    67 464 583 500

    58 965 784 500

     


    TABEL 2

    Verdeling van de eigen middelen uit de belasting over de toegevoegde waarde (btw) overeenkomstig artikel 2, lid 1, onder b), van Besluit 2007/436/EG, Euratom (hoofdstuk 1 3)

    Lidstaat

    1 % van de afgetopte btw-grondslag

    Uniform percentage van de eigen middelen „btw” (in %)

    Eigen middelen „btw” tegen uniform percentage

     

    (1)

    (2)

    (3) = (1) × (2)

    België

    1 665 407 000

    0,300

    499 622 100

    Bulgarije

    193 091 000

    0,300

    57 927 300

    Tsjechië

    596 638 000

    0,300

    178 991 400

    Denemarken

    951 296 000

    0,300

    285 388 800

    Duitsland

    12 418 967 000

    0,300

    3 725 690 100

    Estland

    87 147 000

    0,300

    26 144 100

    Ierland

    655 428 000

    0,300

    196 628 400

    Griekenland

    709 312 000

    0,300

    212 793 600

    Spanje

    4 756 829 000

    0,300

    1 427 048 700

    Frankrijk

    9 731 337 000

    0,300

    2 919 401 100

    Kroatië

    211 159 500

    0,300

    63 347 850

    Italië

    6 042 837 000

    0,300

    1 812 851 100

    Cyprus

    76 711 000

    0,300

    23 013 300

    Letland

    88 567 000

    0,300

    26 570 100

    Litouwen

    138 416 000

    0,300

    41 524 800

    Luxemburg

    162 519 000

    0,300

    48 755 700

    Hongarije

    401 698 000

    0,300

    120 509 400

    Malta

    35 215 500

    0,300

    10 564 650

    Nederland

    2 743 653 000

    0,300

    823 095 900

    Oostenrijk

    1 499 731 000

    0,300

    449 919 300

    Polen

    1 750 837 000

    0,300

    525 251 100

    Portugal

    767 138 000

    0,300

    230 141 400

    Roemenië

    528 406 000

    0,300

    158 521 800

    Slovenië

    176 151 500

    0,300

    52 845 450

    Slowakije

    230 006 000

    0,300

    69 001 800

    Finland

    928 440 000

    0,300

    278 532 000

    Zweden

    1 889 310 000

    0,300

    566 793 000

    Verenigd Koninkrijk

    9 529 537 000

    0,300

    2 858 861 100

    Totaal

    58 965 784 500

     

    17 689 735 350


    TABEL 3

    Vaststelling van het uniforme percentage en verdeling van de eigen middelen op basis van het bruto nationaal inkomen overeenkomstig artikel 2, lid 1, onder c), van Besluit 2007/436/EG, Euratom (hoofdstuk 1 4)

    Lidstaat

    1 % van het bruto nationaal inkomen

    Uniform percentage van de eigen middelen „aanvullende grondslag”

    Eigen middelen „aanvullende grondslag” tegen uniform percentage

     

    (1)

    (2)

    (3) = (1) × (2)

    België

    3 925 460 000

     

    2 781 819 498

    Bulgarije

    399 471 000

     

    283 089 426

    Tsjechië

    1 357 846 000

     

    962 252 189

    Denemarken

    2 654 016 000

     

    1 880 797 016

    Duitsland

    29 002 636 000

     

    20 553 030 295

    Estland

    186 046 000

     

    131 843 501

    Ierland

    1 434 183 000

     

    1 016 349 226

    Griekenland

    1 798 621 000

     

    1 274 612 139

    Spanje

    10 283 204 000

     

    7 287 303 242

    Frankrijk

    21 411 597 000

     

    15 173 558 770

    Kroatië

    422 319 000

     

    299 280 907

    Italië

    15 763 695 000

     

    11 171 112 202

    Cyprus

    153 422 000

     

    108 724 152

    Letland

    246 154 000

    0,7086608 (9)

    174 439 683

    Litouwen

    349 250 000

     

    247 499 773

    Luxemburg

    325 038 000

     

    230 341 679

    Hongarije

    979 528 000

     

    694 153 065

    Malta

    70 431 000

     

    49 911 687

    Nederland

    6 249 242 000

     

    4 428 592 634

    Oostenrijk

    3 217 349 000

     

    2 280 009 013

    Polen

    3 931 784 000

     

    2 786 301 068

    Portugal

    1 655 525 000

     

    1 173 205 618

    Roemenië

    1 444 740 000

     

    1 023 830 558

    Slovenië

    352 303 000

     

    249 663 314

    Slowakije

    725 821 000

     

    514 360 867

    Finland

    1 983 150 000

     

    1 405 380 602

    Zweden

    4 380 034 000

     

    3 103 958 258

    Verenigd Koninkrijk

    20 226 302 000

     

    14 333 586 706

    Totaal

    134 929 167 000

     

    95 619 007 088


    TABEL 4.1

    Correctie van de begrotingsonevenwichtigheden ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk voor het begrotingsjaar 2013 overeenkomstig artikel 4 van Besluit 2007/436/EG, Euratom (hoofdstuk 1 5)

    Omschrijving

    Coëfficiënt (10) (%)

    Bedrag

    1.

    Aandeel van het Verenigd Koninkrijk (in %) in de theoretische niet-afgetopte btw-grondslag

    15,5861

     

    2.

    Aandeel van het Verenigd Koninkrijk (in %) in de voor de uitbreiding gecorrigeerde totale toegerekende uitgaven

    6,1166

     

    3.

    (1) – (2)

    9,4694

     

    4.

    Totale toegerekende uitgaven

     

    134 675 970 767

    5.

    Met de uitbreiding verband houdende uitgaven (11)

     

    31 337 201 043

    6.

    Voor de uitbreiding gecorrigeerde totale toegewezen uitgaven = (4) – (5)

     

    103 338 769 725

    7.

    Oorspronkelijk bedrag van de correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk = (3) × (6) × 0,66

     

    6 458 490 768

    8.

    Voordeel voor het Verenigd Koninkrijk (12)

     

    883 513 735

    9.

    Kerncorrectie voor het Verenigd Koninkrijk = (7) – (8)

     

    5 574 977 032

    10.

    Uitzonderlijke meevallers aan traditionele eigen middelen (13)

     

    32 794 702

    11.

    Correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk = (9) – (10)

     

    5 542 182 331


    TABEL 4.2

    Correctie van de begrotingsonevenwichtigheden ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk voor het begrotingsjaar 2011 overeenkomstig artikel 4 van Besluit 2007/436/EG, Euratom (hoofdstuk 3 6)

    Omschrijving

    Coëfficiënt (14) (%)

    Bedrag

    1.

    Aandeel van het Verenigd Koninkrijk (in %) in de theoretische niet-afgetopte btw-grondslag

    14,9811

     

    2.

    Aandeel van het Verenigd Koninkrijk (in %) in de voor de uitbreiding gecorrigeerde totale toegerekende uitgaven

    7,3021

     

    3.

    (1) – (2)

    7,6790

     

    4.

    Totale toegerekende uitgaven

     

    116 702 674 481

    5

    Uitbreidingsuitgaven (15)

     

    26 831 341 733

    5a.

    Pretoetredingsuitgaven

     

    3 040 714 610

    5b.

    Uitgaven in verband met artikel 4, lid 1, onder g)

     

    23 790 627 123

    6.

    Voor de uitbreiding gecorrigeerde totale toegewezen uitgaven = (4) – (5)

     

    89 871 332 749

    7.

    Oorspronkelijk bedrag van de correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk = (3) × (6) × 0,66

     

    4 554 788 119

    8.

    Voordeel voor het Verenigd Koninkrijk (16)

     

    358 708 861

    9.

    Kerncorrectie voor het Verenigd Koninkrijk = (7) – (8)

     

    4 196 079 257

    10.

    Uitzonderlijke meevallers aan traditionele eigen middelen (17)

     

    7 667 508

    11.

    Correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk (18) = (9) – (10)

     

    4 188 411 749


    TABEL 4.3

    Correctie van de begrotingsonevenwichtigheden ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk voor het begrotingsjaar 2010 overeenkomstig artikel 4 van Besluit 2007/436/EG, Euratom (hoofdstuk 3 5)

    Omschrijving

    Coëfficiënt (19) (%)

    Bedrag

    1.

    Aandeel van het Verenigd Koninkrijk (in %) in de theoretische niet-afgetopte btw-grondslag

    15,4336

     

    2.

    Aandeel van het Verenigd Koninkrijk (in %) in de voor de uitbreiding gecorrigeerde totale toegerekende uitgaven

    7,7118

     

    3.

    (1) – (2)

    7,7218

     

    4.

    Totale toegerekende uitgaven

     

    111 424 575 479

    5.

    Uitbreidingsuitgaven (20)

     

    23 861 206 535

    5a.

    Pretoetredingsuitgaven

     

    2 970 699 609

    5b.

    Uitgaven in verband met artikel 4, lid 1, onder g)

     

    20 890 506 926

    6.

    Voor de uitbreiding gecorrigeerde totale toegewezen uitgaven = (4) – (5)

     

    87 563 368 944

    7.

    Oorspronkelijk bedrag van de correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk = (3) × (6) × 0,66

     

    4 462 554 636

    8.

    Voordeel voor het Verenigd Koninkrijk (21)

     

    703 660 977

    9.

    Kerncorrectie voor het Verenigd Koninkrijk = (7) – (8)

     

    3 758 893 659

    10.

    Uitzonderlijke meevallers aan traditionele eigen middelen (22)

     

    19 348 038

    11.

    Correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk (23) = (9) – (10)

     

    3 739 545 621


    TABEL 5.1

    Berekening van de financiering van de correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk, vastgesteld op – 5 542 182 331 EUR (hoofdstuk 1 5)

    Lidstaat

    Aandelen in de bni-grondslagen

    Aandelen zonder het Verenigd Koninkrijk

    Aandelen zonder Duitsland, Nederland, Oostenrijk, Zweden en het Verenigd Koninkrijk

    3/4 van het aandeel van Duitsland, Nederland, Oostenrijk en Zweden in kolom 2

    Kolom 4 verdeeld volgens de sleutel van kolom 3

    Financierings-sleutel

    Op de correctie toegepaste financierings-sleutel

     

    (1)

    (2)

    (3)

    (4)

    (5)

    (6) = (2) + (4) + (5)

    (7)

    België

    2,91

    3,42

    5,46

     

    1,53

    4,95

    274 500 044

    Bulgarije

    0,30

    0,35

    0,56

     

    0,16

    0,50

    27 934 257

    Tsjechië

    1,01

    1,18

    1,89

     

    0,53

    1,71

    94 951 620

    Denemarken

    1,97

    2,31

    3,69

     

    1,03

    3,35

    185 590 353

    Duitsland

    21,49

    25,29

    0,00

    –18,96

    0,00

    6,32

    350 335 402

    Estland

    0,14

    0,16

    0,26

     

    0,07

    0,23

    13 009 847

    Ierland

    1,06

    1,25

    2,00

     

    0,56

    1,81

    100 289 723

    Griekenland

    1,33

    1,57

    2,50

     

    0,70

    2,27

    125 774 188

    Spanje

    7,62

    8,97

    14,31

     

    4,01

    12,97

    719 085 138

    Frankrijk

    15,87

    18,67

    29,80

     

    8,35

    27,02

    1 497 272 756

    Kroatië

    0,31

    0,37

    0,59

     

    0,16

    0,53

    29 531 974

    Italië

    11,68

    13,74

    21,94

     

    6,15

    19,89

    1 102 325 579

    Cyprus

    0,11

    0,13

    0,21

     

    0,06

    0,19

    10 728 512

    Letland

    0,18

    0,21

    0,34

     

    0,10

    0,31

    17 213 087

    Litouwen

    0,26

    0,30

    0,49

     

    0,14

    0,44

    24 422 396

    Luxemburg

    0,24

    0,28

    0,45

     

    0,13

    0,41

    22 729 297

    Hongarije

    0,73

    0,85

    1,36

     

    0,38

    1,24

    68 496 553

    Malta

    0,05

    0,06

    0,10

     

    0,03

    0,09

    4 925 108

    Nederland

    4,63

    5,45

    0,00

    –4,09

    0,00

    1,36

    75 487 301

    Oostenrijk

    2,38

    2,80

    0,00

    –2,10

    0,00

    0,70

    38 863 752

    Polen

    2,91

    3,43

    5,47

     

    1,53

    4,96

    274 942 269

    Portugal

    1,23

    1,44

    2,30

     

    0,65

    2,09

    115 767 753

    Roemenië

    1,07

    1,26

    2,01

     

    0,56

    1,82

    101 027 954

    Slovenië

    0,26

    0,31

    0,49

     

    0,14

    0,44

    24 635 887

    Slowakije

    0,54

    0,63

    1,01

     

    0,28

    0,92

    50 755 299

    Finland

    1,47

    1,73

    2,76

     

    0,77

    2,50

    138 677 954

    Zweden

    3,25

    3,82

    0,00

    –2,86

    0,00

    0,95

    52 908 328

    Verenigd Koninkrijk

    14,99

    0,00

    0,00

     

    0,00

    0,00

    0

    Totaal

    100,00

    100,00

    100,00

    –28,02

    28,02

    100,00

    5 542 182 331

    De berekening is tot op 15 decimalen nauwkeurig.

    TABEL 5.2

    Tussentijdse bijstelling van de financiering van de Britse correctie voor 2011 (hoofdstuk 36)

    Lidstaat

    Bedrag

     

    (1)

    België

    8 101 453

    Bulgarije

    1 375 381

    Tsjechië

    5 056 538

    Denemarken

    7 280 734

    Duitsland

    18 309 269

    Estland

    885 630

    Ierland

    8 409 370

    Griekenland

    3 438 553

    Spanje

    21 543 140

    Frankrijk

    58 179 865

    Kroatië

    Italië

    37 543 615

    Cyprus

    479 335

    Letland

    1 333 866

    Litouwen

    1 324 873

    Luxemburg

    –29 470

    Hongarije

    4 872 613

    Malta

    438 532

    Nederland

    2 529 744

    Oostenrijk

    1 155 028

    Polen

    17 881 528

    Portugal

    5 178 017

    Roemenië

    305 779

    Slovenië

    1 156 634

    Slowakije

    1 786 552

    Finland

    1 891 154

    Zweden

    2 983 045

    Verenigd Koninkrijk

    – 213 410 778

    Totaal

    0


    TABEL 5.3

    Financiering van de definitieve correctie voor het Verenigd Koninkrijk voor 2010 (hoofdstuk 35)

    Lidstaat

    Bedrag

     

    (1)

    België

    4 520 547

    Bulgarije

    562 835

    Tsjechië

    2 556 272

    Denemarken

    3 345 263

    Duitsland

    10 941 079

    Estland

    334 638

    Ierland

    5 207 662

    Griekenland

    452 777

    Spanje

    5 161 577

    Frankrijk

    36 713 295

    Kroatië

    Italië

    25 185 874

    Cyprus

    919 896

    Letland

    377 190

    Litouwen

    527 852

    Luxemburg

    – 467 949

    Hongarije

    925 341

    Malta

    320 963

    Nederland

    1 088 457

    Oostenrijk

    439 387

    Polen

    4 287 709

    Portugal

    2 496 000

    Roemenië

    – 392 307

    Slovenië

    896 466

    Slowakije

    913 354

    Finland

    822 308

    Zweden

    867 048

    Verenigd Koninkrijk

    – 109 003 534

    Totaal

    0


    TABEL 6

    Samenvatting van de financiering (24) van de algemene begroting per soort eigen middelen en per lidstaat

    Lidstaat

    Traditionele eigen middelen (TEM)

    Btw- en bni-middelen, inclusief aanpassingen

    Totaal eigen middelen (25)

    Nettobijdragen van de suikersector (75 %)

    Netto douanerechten (75 %)

    Totaal netto traditionele eigen middelen (75 %)

    Inningskosten (25 % van bruto TEM) (p.m.)

    Eigen middelen uit de btw

    Bni-middelen

    Correctie voor het Verenigd Koninkrijk

    Totaal nationale bijdragen

    Aandeel (%) in totaal „nationale bijdragen”

     

    (1)

    (2)

    (3)= (1) + (2)

    (4)

    (5)

    (6)

    (7)

    (8) = (5) + (6) + (7)

    (9)

    (10) = (3) + (8)

    België

    –7 008 187

    1 437 939 613

    1 430 931 426

    476 977 142

    499 622 100

    2 781 819 498

    287 122 045

    3 568 563 643

    3,15

    4 999 495 069

    Bulgarije

    400 000

    59 648 930

    60 048 930

    20 016 310

    57 927 300

    283 089 426

    29 872 473

    370 889 199

    0,33

    430 938 129

    Tsjechië

    2 719 317

    167 448 201

    170 167 518

    56 722 506

    178 991 400

    962 252 189

    102 564 430

    1 243 808 019

    1,10

    1 413 975 537

    Denemarken

    –5 037 845

    310 359 235

    305 321 390

    101 773 797

    285 388 800

    1 880 797 016

    196 216 349

    2 362 402 165

    2,08

    2 667 723 555

    Duitsland

    –44 722 930

    3 401 939 670

    3 357 216 740

    1 119 072 243

    3 725 690 100

    20 553 030 295

    379 585 752

    24 658 306 147

    21,76

    28 015 522 887

    Estland

    0

    23 305 176

    23 305 176

    7 768 392

    26 144 100

    131 843 501

    14 230 114

    172 217 715

    0,15

    195 522 891

    Ierland

    –1 628 671

    235 618 407

    233 989 736

    77 996 579

    196 628 400

    1 016 349 226

    113 906 755

    1 326 884 381

    1,17

    1 560 874 117

    Griekenland

    492 476

    111 905 910

    112 398 386

    37 466 129

    212 793 600

    1 274 612 139

    129 665 518

    1 617 071 257

    1,43

    1 729 469 643

    Spanje

    748 762

    1 044 215 608

    1 044 964 370

    348 321 457

    1 427 048 700

    7 287 303 242

    745 789 855

    9 460 141 797

    8,35

    10 505 106 167

    Frankrijk

    –35 571 563

    1 455 392 829

    1 419 821 266

    473 273 755

    2 919 401 100

    15 173 558 770

    1 592 165 916

    19 685 125 786

    17,37

    21 104 947 052

    Kroatië

    1 700 000

    35 727 758

    37 427 758

    12 475 920

    63 347 850

    299 280 907

    29 531 974

    392 160 731

    0,35

    429 588 489

    Italië

    – 733 959

    1 435 270 298

    1 434 536 339

    478 178 780

    1 812 851 100

    11 171 112 202

    1 165 055 067

    14 149 018 369

    12,49

    15 583 554 708

    Cyprus

    0

    15 605 228

    15 605 228

    5 201 743

    23 013 300

    108 724 152

    12 127 743

    143 865 195

    0,13

    159 470 423

    Letland

    –37 322

    22 175 850

    22 138 528

    7 379 509

    26 570 100

    174 439 683

    18 924 143

    219 933 926

    0,19

    242 072 454

    Litouwen

    747 545

    54 720 963

    55 468 508

    18 489 503

    41 524 800

    247 499 773

    26 275 121

    315 299 694

    0,28

    370 768 202

    Luxemburg

    0

    12 114 585

    12 114 585

    4 038 195

    48 755 700

    230 341 679

    22 231 878

    301 329 257

    0,27

    313 443 842

    Hongarije

    1 556 690

    89 730 060

    91 286 750

    30 428 917

    120 509 400

    694 153 065

    74 294 507

    888 956 972

    0,78

    980 243 722

    Malta

    0

    9 342 604

    9 342 604

    3 114 201

    10 564 650

    49 911 687

    5 684 602

    66 160 939

    0,06

    75 503 543

    Nederland

    –8 805 676

    1 970 981 343

    1 962 175 667

    654 058 556

    823 095 900

    4 428 592 634

    79 105 502

    5 330 794 036

    4,70

    7 292 969 703

    Oostenrijk

    –3 287 560

    173 300 162

    170 012 602

    56 670 868

    449 919 300

    2 280 009 013

    40 458 167

    2 770 386 480

    2,44

    2 940 399 082

    Polen

    8 893 006

    382 020 084

    390 913 090

    130 304 364

    525 251 100

    2 786 301 068

    297 111 506

    3 608 663 674

    3,18

    3 999 576 764

    Portugal

    – 451 346

    125 149 821

    124 698 475

    41 566 158

    230 141 400

    1 173 205 618

    123 441 770

    1 526 788 788

    1,35

    1 651 487 263

    Roemenië

    900 000

    106 464 614

    107 364 614

    35 788 205

    158 521 800

    1 023 830 558

    100 941 426

    1 283 293 784

    1,13

    1 390 658 398

    Slovenië

    –4 160

    60 264 926

    60 260 766

    20 086 922

    52 845 450

    249 663 314

    26 688 987

    329 197 751

    0,29

    389 458 517

    Slowakije

    532 249

    89 627 394

    90 159 643

    30 053 214

    69 001 800

    514 360 867

    53 455 205

    636 817 872

    0,56

    726 977 515

    Finland

    – 507 994

    121 556 512

    121 048 518

    40 349 506

    278 532 000

    1 405 380 602

    141 391 417

    1 825 304 019

    1,61

    1 946 352 537

    Zweden

    – 409 989

    459 635 560

    459 225 571

    153 075 190

    566 793 000

    3 103 958 258

    56 758 421

    3 727 509 679

    3,29

    4 186 735 250

    Verenigd Koninkrijk

    17 157

    2 762 638 659

    2 762 655 816

    920 885 272

    2 858 861 100

    14 333 586 706

    –5 864 596 643

    11 327 851 163

    10,00

    14 090 506 979

    Totaal

    –89 500 000

    16 174 100 000

    16 084 600 000

    5 361 533 333

    17 689 735 350

    95 619 007 088

    0

    113 308 742 438

    100,00

    129 393 342 438

    B.   ALGEMENE STAAT VAN ONTVANGSTEN PER BEGROTINGSONDERDEEL

    Titel

    Rubriek

    Begroting 2014

    Gewijzigde begroting nr. 5/2014

    Nieuw bedrag

    1

    EIGEN MIDDELEN

    133 488 805 438

    –4 095 463 000

    129 393 342 438

    3

    OVERSCHOTTEN, SALDI EN AANPASSINGEN

    0,—

    4 095 463 000

    4 095 463 000

    4

    ONTVANGSTEN AFKOMSTIG VAN PERSONEN DIE VERBONDEN ZIJN AAN DE INSTELLINGEN EN ANDERE ORGANEN VAN DE UNIE

    1 274 999 230

     

    1 274 999 230

    5

    ONTVANGSTEN VOORTVLOEIENDE UIT DE ADMINISTRATIEVE WERKING VAN DE INSTELLINGEN

    53 752 047

     

    53 752 047

    6

    BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN IN HET KADER VAN OVEREENKOMSTEN EN PROGRAMMA'S VAN DE UNIE

    60 000 000

     

    60 000 000

    7

    INTREST VOOR BETALINGSACHTERSTAND EN BOETEN

    3 973 000 000

     

    3 973 000 000

    8

    OPGENOMEN EN VERSTREKTE LENINGEN

    153 477 000

     

    153 477 000

    9

    DIVERSE ONTVANGSTEN

    30 200 000

     

    30 200 000

     

    TOTAAL-GENERAAL

    139 034 233 715

     

    139 034 233 715

    TITEL 1

    EIGEN MIDDELEN

    Artikel

    Post

    Rubriek

    Begroting 2014

    Gewijzigde begroting nr. 5/2014

    Nieuw bedrag

    HOOFDSTUK 1 1

    1 1 0

    Productieheffingen met betrekking tot het verkoopsseizoen 2005/2006 en vorige seizoenen

    – 214 000 000

     

    – 214 000 000

    1 1 1

    Bijdragen in verband met de opslag van suiker

    p.m.

     

    p.m.

    1 1 3

    Heffingen op de niet-uitgevoerde productie van C-suiker, C-isoglucose en C-inulinestroop, en van vervangende C-suiker en C-isoglucose

    p.m.

     

    p.m.

    1 1 7

    Productieheffing

    124 500 000

     

    124 500 000

    1 1 8

    Eenmalige heffing op extra suikerquota en op aanvullende isoglucosequota

    p.m.

     

    p.m.

    1 1 9

    Overschotheffing

    p.m.

     

    p.m.

     

    HOOFDSTUK 1 1 — TOTAAL

    –89 500 000

     

    –89 500 000

    HOOFDSTUK 1 2

    1 2 0

    Douanerechten en overige rechten als bedoeld in artikel 2, lid 1, onder a), van Besluit 2007/436/EG, Euratom

    15 754 100 000

    420 000 000

    16 174 100 000

     

    HOOFDSTUK 1 2 — TOTAAL

    15 754 100 000

    420 000 000

    16 174 100 000

    HOOFDSTUK 1 3

    1 3 0

    Eigen middelen uit de belasting over de toegevoegde waarde overeenkomstig artikel 2, lid 1, onder b), van Besluit 2007/436/EG, Euratom

    17 689 735 350

     

    17 689 735 350

     

    HOOFDSTUK 1 3 — TOTAAL

    17 689 735 350

     

    17 689 735 350

    HOOFDSTUK 1 4

    1 4 0

    Eigen middelen op basis van het bruto nationaal inkomen overeenkomstig artikel 2, lid 1, onder c) van Besluit 2007/436/EG, Euratom

    100 134 470 088

    –4 515 463 000

    95 619 007 088

     

    HOOFDSTUK 1 4 — TOTAAL

    100 134 470 088

    –4 515 463 000

    95 619 007 088

    HOOFDSTUK 1 5

    1 5 0

    Correctie van de begrotingsonevenwichtigheden, welke aan het Verenigd Koninkrijk wordt toegekend overeenkomstig de artikelen 4 en 5 van Besluit 2007/436/EG, Euratom

    0,—

     

    0,—

     

    HOOFDSTUK 1 5 — TOTAAL

    0,—

     

    0,—

    HOOFDSTUK 1 6

    1 6 0

    Aan Nederland en Zweden toegekende brutovermindering van de jaarlijkse bni-bijdrage overeenkomstig artikel 2, lid 5, van Besluit 2007/436/EG, Euratom

    p.m.

     

    p.m.

     

    HOOFDSTUK 1 6 — TOTAAL

    p.m.

     

    p.m.

     

    Titel 1 — Totaal

    133 488 805 438

    –4 095 463 000

    129 393 342 438

    HOOFDSTUK 1 1 —

    BIJDRAGEN EN ANDERE HEFFINGEN VASTGESTELD IN HET KADER VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE ORDENING DER MARKTEN IN DE SECTOR SUIKER (ARTIKEL 2, LID 1, ONDER A), VAN BESLUIT 2007/436/EG, EURATOM)

    HOOFDSTUK 1 2 —

    DOUANERECHTEN EN OVERIGE RECHTEN ALS BEDOELD IN ARTIKEL 2, LID 1, ONDER A), VAN BESLUIT 2007/436/EG, EURATOM

    HOOFDSTUK 1 3 —

    EIGEN MIDDELEN UIT DE BELASTING OVER DE TOEGEVOEGDE WAARDE OVEREENKOMSTIG ARTIKEL 2, LID 1, ONDER B), VAN BESLUIT 2007/436/EG, EURATOM

    HOOFDSTUK 1 4 —

    EIGEN MIDDELEN OP BASIS VAN HET BRUTO NATIONAAL INKOMEN OVEREENKOMSTIG ARTIKEL 2, LID 1, ONDER C), VAN BESLUIT 2007/436/EG, EURATOM

    HOOFDSTUK 1 5 —

    CORRECTIE VAN DE BEGROTINGSONEVENWICHTIGHEDEN

    HOOFDSTUK 1 6 —

    AAN NEDERLAND EN ZWEDEN TOEGEKENDE BRUTOVERMINDERING VAN DE JAARLIJKSE BNI-BIJDRAGE

    HOOFDSTUK 1 2 —   DOUANERECHTEN EN OVERIGE RECHTEN ALS BEDOELD IN ARTIKEL 2, LID 1, ONDER A), VAN BESLUIT 2007/436/EG, EURATOM

    1 2 0
    Douanerechten en overige rechten als bedoeld in artikel 2, lid 1, onder a), van Besluit 2007/436/EG, Euratom

    Begroting 2014

    Gewijzigde begroting nr. 5/2014

    Nieuw bedrag

    15 754 100 000

    420 000 000

    16 174 100 000

    Toelichting

    De toewijzing van de douanerechten als eigen middelen voor de financiering van de gemeenschappelijke uitgaven vloeit logischerwijs voort uit het feit dat er binnen de Unie vrij verkeer van goederen bestaat. Onder dit artikel kunnen de heffingen, premies, extra bedragen of compenserende bedragen, aanvullende bedragen of aanvullende elementen, rechten van het gemeenschappelijk douanetarief en de overige door de instellingen van de Unie ingevoerde of in te voeren rechten op het handelsverkeer met derde landen en de douanerechten op de onder het vroegere Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal vallende producten worden opgevoerd.

    Van de bedragen zijn de inningskosten afgetrokken.

    Rechtsgronden

    Besluit 2007/436/EG, Euratom van de Raad van 7 juni 2007 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 163 van 23.6.2007, blz. 17), met name artikel 2, lid 1, onder a).

    Lidstaat

    Begroting 2014

    Gewijzigde begroting nr. 5/2014

    Nieuw bedrag

    België

    1 400 600 000

    37 339 613

    1 437 939 613

    Bulgarije

    58 100 000

    1 548 930

    59 648 930

    Tsjechië

    163 100 000

    4 348 201

    167 448 201

    Denemarken

    302 300 000

    8 059 235

    310 359 235

    Duitsland

    3 313 600 000

    88 339 670

    3 401 939 670

    Estland

    22 700 000

    605 176

    23 305 176

    Ierland

    229 500 000

    6 118 407

    235 618 407

    Griekenland

    109 000 000

    2 905 910

    111 905 910

    Spanje

    1 017 100 000

    27 115 608

    1 044 215 608

    Frankrijk

    1 417 600 000

    37 792 829

    1 455 392 829

    Kroatië

    34 800 000

    927 758

    35 727 758

    Italië

    1 398 000 000

    37 270 298

    1 435 270 298

    Cyprus

    15 200 000

    405 228

    15 605 228

    Letland

    21 600 000

    575 850

    22 175 850

    Litouwen

    53 300 000

    1 420 963

    54 720 963

    Luxemburg

    11 800 000

    314 585

    12 114 585

    Hongarije

    87 400 000

    2 330 060

    89 730 060

    Malta

    9 100 000

    242 604

    9 342 604

    Nederland

    1 919 800 000

    51 181 343

    1 970 981 343

    Oostenrijk

    168 800 000

    4 500 162

    173 300 162

    Polen

    372 100 000

    9 920 084

    382 020 084

    Portugal

    121 900 000

    3 249 821

    125 149 821

    Roemenië

    103 700 000

    2 764 614

    106 464 614

    Slovenië

    58 700 000

    1 564 926

    60 264 926

    Slowakije

    87 300 000

    2 327 394

    89 627 394

    Finland

    118 400 000

    3 156 512

    121 556 512

    Zweden

    447 700 000

    11 935 560

    459 635 560

    Verenigd Koninkrijk

    2 690 900 000

    71 738 659

    2 762 638 659

    Totaal van artikel 1 2 0

    15 754 100 000

    420 000 000

    16 174 100 000

    HOOFDSTUK 1 4 —   EIGEN MIDDELEN OP BASIS VAN HET BRUTO NATIONAAL INKOMEN OVEREENKOMSTIG ARTIKEL 2, LID 1, ONDER C), VAN BESLUIT 2007/436/EG, EURATOM

    1 4 0
    Eigen middelen op basis van het bruto nationaal inkomen overeenkomstig artikel 2, lid 1, onder c) van Besluit 2007/436/EG, Euratom

    Begroting 2014

    Gewijzigde begroting nr. 5/2014

    Nieuw bedrag

    100 134 470 088

    –4 515 463 000

    95 619 007 088

    Toelichting

    De bni-middelenbron is een „aanvullende” bron van eigen middelen, die de ontvangsten verschaft welke in een begrotingsjaar nodig zijn ter dekking van uitgaven die uitstijgen boven het bedrag aan traditionele eigen middelen, btw-afdrachten en andere ontvangsten. Deze middelenbron zorgt er met andere woorden voor dat de algemene begroting van de Unie altijd in evenwicht is ex ante.

    Het bni-afroepingspercentage is afhankelijk van hoeveel aanvullende middelen er nodig zijn ter financiering van de gebudgetteerde uitgaven die niet gedekt worden door de andere middelen (btw-afdrachten, traditionele eigen middelen en overige ontvangsten). Het afroepingspercentage wordt toegepast op het bruto nationaal inkomen van elk van de lidstaten.

    Het voor dit begrotingsjaar op het bruto nationaal inkomen van de lidstaten toe te passen percentage bedraagt 0,7087 %.

    Rechtsgronden

    Besluit 2007/436/EG, Euratom van de Raad van 7 juni 2007 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 163 van 23.6.2007, blz. 17), met name artikel 2, lid 1, onder c).

    Lidstaat

    Begroting 2014

    Gewijzigde begroting nr. 5/2014

    Nieuw bedrag

    België

    2 913 186 716

    – 131 367 218

    2 781 819 498

    Bulgarije

    296 457 896

    –13 368 470

    283 089 426

    Tsjechië

    1 007 693 093

    –45 440 904

    962 252 189

    Denemarken

    1 969 614 811

    –88 817 795

    1 880 797 016

    Duitsland

    21 523 616 071

    – 970 585 776

    20 553 030 295

    Estland

    138 069 611

    –6 226 110

    131 843 501

    Ierland

    1 064 344 781

    –47 995 555

    1 016 349 226

    Griekenland

    1 334 803 769

    –60 191 630

    1 274 612 139

    Spanje

    7 631 435 117

    – 344 131 875

    7 287 303 242

    Frankrijk

    15 890 107 135

    – 716 548 365

    15 173 558 770

    Kroatië

    313 413 995

    –14 133 088

    299 280 907

    Italië

    11 698 651 082

    – 527 538 880

    11 171 112 202

    Cyprus

    113 858 486

    –5 134 334

    108 724 152

    Letland

    182 677 333

    –8 237 650

    174 439 683

    Litouwen

    259 187 576

    –11 687 803

    247 499 773

    Luxemburg

    241 219 216

    –10 877 537

    230 341 679

    Hongarije

    726 933 393

    –32 780 328

    694 153 065

    Malta

    52 268 690

    –2 357 003

    49 911 687

    Nederland

    4 637 726 224

    – 209 133 590

    4 428 592 634

    Oostenrijk

    2 387 678 990

    – 107 669 977

    2 280 009 013

    Polen

    2 917 879 922

    – 131 578 854

    2 786 301 068

    Portugal

    1 228 608 479

    –55 402 861

    1 173 205 618

    Roemenië

    1 072 179 407

    –48 348 849

    1 023 830 558

    Slovenië

    261 453 287

    –11 789 973

    249 663 314

    Slowakije

    538 650 781

    –24 289 914

    514 360 867

    Finland

    1 471 747 575

    –66 366 973

    1 405 380 602

    Zweden

    3 250 537 992

    – 146 579 734

    3 103 958 258

    Verenigd Koninkrijk

    15 010 468 660

    – 676 881 954

    14 333 586 706

    Totaal van artikel 1 4 0

    100 134 470 088

    –4 515 463 000

    95 619 007 088

    TITEL 3

    OVERSCHOTTEN, SALDI EN AANPASSINGEN

    Artikel

    Post

    Rubriek

    Begroting 2014

    Gewijzigde begroting nr. 5/2014

    Nieuw bedrag

    HOOFDSTUK 3 0

    3 0 0

    Overschot van het vorige begrotingsjaar

    p.m.

     

    p.m.

    3 0 2

    Overschot aan eigen middelen als gevolg van de terugbetaling van het overschot van het Garantiefonds voor extern optreden

    p.m.

     

    p.m.

     

    HOOFDSTUK 3 0 — TOTAAL

    p.m.

     

    p.m.

    HOOFDSTUK 3 1

    3 1 0

    Resultaat van de toepassing van artikel 10, leden 4, 5 en 8, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 betreffende de begrotingsjaren vanaf 1995

    3 1 0 3

    Resultaat van de toepassing van artikel 10, leden 4, 5 en 8, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 betreffende de begrotingsjaren vanaf 1995

    p.m.

    –80 683 434

    –80 683 434

     

    Artikel 3 1 0 — Totaal

    p.m.

    –80 683 434

    –80 683 434

     

    HOOFDSTUK 3 1 — TOTAAL

    p.m.

    –80 683 434

    –80 683 434

    HOOFDSTUK 3 2

    3 2 0

    Resultaat van de toepassing van artikel 10, leden 6, 7 en 8, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 betreffende de begrotingsjaren vanaf 1995

    3 2 0 3

    Resultaat van de toepassing van artikel 10, leden 6, 7 en 8, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 betreffende de begrotingsjaren vanaf 1995

    p.m.

    4 176 146 434

    4 176 146 434

     

    Artikel 3 2 0 — Totaal

    p.m.

    4 176 146 434

    4 176 146 434

     

    HOOFDSTUK 3 2 — TOTAAL

    p.m.

    4 176 146 434

    4 176 146 434

    HOOFDSTUK 3 4

    3 4 0

    Aanpassing in verband met de gevolgen van de niet-deelneming van bepaalde lidstaten aan sommige beleidsmaatregelen op het gebied van de ruimte van vrijheid, veiligheid en recht

    p.m.

     

    p.m.

     

    HOOFDSTUK 3 4 — TOTAAL

    p.m.

     

    p.m.

    HOOFDSTUK 3 5

    3 5 0

    Resultaat van de definitieve berekening van de financiering van de correctie van de begrotingsonevenwichtigheden ten gunste van het Verenigd Koninkrijk

    3 5 0 4

    Resultaat van de definitieve berekening van de financiering van de correctie van de begrotingsonevenwichtigheden ten gunste van het Verenigd Koninkrijk

    0,—

     

    0,—

     

    Artikel 3 5 0 — Totaal

    0,—

     

    0,—

     

    HOOFDSTUK 3 5 — TOTAAL

    0,—

     

    0,—

    HOOFDSTUK 3 6

    3 6 0

    Resultaat van de tussentijdse bijstellingen van de berekening van de financiering van de correctie van de begrotingsonevenwichtigheden ten gunste van het Verenigd Koninkrijk

    3 6 0 4

    Resultaat van de tussentijdse bijstellingen van de berekening van de financiering van de correctie van de begrotingsonevenwichtigheden ten gunste van het Verenigd Koninkrijk

    0,—

     

    0,—

     

    Artikel 3 6 0 — Totaal

    0,—

     

    0,—

     

    HOOFDSTUK 3 6 — TOTAAL

    0,—

     

    0,—

     

    Titel 3 — Totaal

    0,—

    4 095 463 000

    4 095 463 000

    HOOFDSTUK 3 0 —

    OVERSCHOT VAN HET VORIGE BEGROTINGSJAAR

    HOOFDSTUK 3 1 —

    SALDI EN AANPASSING VAN DE SALDI VAN DE BTW-MIDDELEN BETREFFENDE VOORAFGAANDE BEGROTINGSJAREN ALS GEVOLG VAN DE TOEPASSING VAN ARTIKEL 10, LEDEN 4, 5 EN 8, VAN VERORDENING (EG, EURATOM) NR. 1150/2000

    HOOFDSTUK 3 2 —

    SALDI EN AANPASSING VAN DE SALDI VAN BNI/BNP-MIDDELEN BETREFFENDE VOORAFGAANDE BEGROTINGSJAREN ALS GEVOLG VAN DE TOEPASSING VAN ARTIKEL 10, LEDEN 6, 7 EN 8, VAN VERORDENING (EG, EURATOM) NR. 1150/2000

    HOOFDSTUK 3 4 —

    AANPASSING IN VERBAND MET DE GEVOLGEN VAN DE NIET-DEELNEMING VAN BEPAALDE LIDSTATEN AAN SOMMIGE BELEIDSMAATREGELEN OP HET GEBIED VAN DE RUIMTE VAN VRIJHEID, VEILIGHEID EN RECHT

    HOOFDSTUK 3 5 —

    RESULTAAT VAN DE DEFINITIEVE BEREKENING VAN DE FINANCIERING VAN DE CORRECTIE VAN DE BEGROTINGSONEVENWICHTIGHEDEN TEN GUNSTE VAN HET VERENIGD KONINKRIJK

    HOOFDSTUK 3 6 —

    RESULTAAT VAN DE TUSSENTIJDSE BIJSTELLINGEN VAN DE BEREKENING VAN DE FINANCIERING VAN DE CORRECTIE VAN DE BEGROTINGSONEVENWICHTIGHEDEN TEN GUNSTE VAN HET VERENIGD KONINKRIJK

    HOOFDSTUK 3 1 —   SALDI EN AANPASSING VAN DE SALDI VAN DE BTW-MIDDELEN BETREFFENDE VOORAFGAANDE BEGROTINGSJAREN ALS GEVOLG VAN DE TOEPASSING VAN ARTIKEL 10, LEDEN 4, 5 EN 8, VAN VERORDENING (EG, EURATOM) NR. 1150/2000

    3 1 0
    Resultaat van de toepassing van artikel 10, leden 4, 5 en 8, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 betreffende de begrotingsjaren vanaf 1995

    3 1 0 3
    Resultaat van de toepassing van artikel 10, leden 4, 5 en 8, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 betreffende de begrotingsjaren vanaf 1995

    Begroting 2014

    Gewijzigde begroting nr. 5/2014

    Nieuw bedrag

    p.m.

    –80 683 434

    –80 683 434

    Toelichting

    Overeenkomstig artikel 7, lid 1, van Verordening (EEG, Euratom) nr. 1553/89 zenden de lidstaten vóór 31 juli aan de Commissie een overzicht waarin het totale eindbedrag wordt vermeld van de voor het voorgaande kalenderjaar berekende grondslag van de btw-middelen.

    Op de debetzijde van elke lidstaat wordt een bedrag ingeschreven dat volgens regels van de Unie wordt berekend op basis van dat overzicht en op de creditzijde de twaalf betalingen die in het vorige begrotingsjaar daadwerkelijk zijn verricht. De Commissie bepaalt het saldo van elke lidstaat en deelt het tijdig aan de betrokken lidstaat mee, zodat deze het op de eerste werkdag van de maand december van hetzelfde jaar op de in artikel 9, lid 1, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 bedoelde rekening van de Commissie kan boeken.

    Rectificaties van de bovenbedoelde overzichten als gevolg van controles door de Commissie op grond van artikel 9 van Verordening (EEG, Euratom) nr. 1553/89 en/of wijzigingen in het bni van vroegere begrotingsjaren die gevolgen hebben wat betreft de aftopping van de btw-grondslag, geven aanleiding tot aanpassingen van de btw-saldi.

    Rechtsgronden

    Verordening (EEG, Euratom) nr. 1553/89 van de Raad van 29 mei 1989 betreffende de definitieve uniforme regeling voor de inning van de eigen middelen uit de belasting over de toegevoegde waarde (PB L 155 van 7.6.1989, blz. 9).

    Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 van de Raad van 22 mei 2000 houdende toepassing van Besluit 2007/436/EG, Euratom betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 130 van 31.5.2000, blz. 1), met name artikel 10, leden 4, 5 en 8.

    Lidstaat

    Begroting 2014

    Gewijzigde begroting nr. 5/2014

    Nieuw bedrag

    België

    p.m.

    9 024 000

    9 024 000

    Bulgarije

    p.m.

    p.m.

    Tsjechië

    p.m.

    5 266 000

    5 266 000

    Denemarken

    p.m.

    –7 945 000

    –7 945 000

    Duitsland

    p.m.

    –27 014 000

    –27 014 000

    Estland

    p.m.

    – 459 000

    – 459 000

    Ierland

    p.m.

    6 536 000

    6 536 000

    Griekenland

    p.m.

    73 206 000

    73 206 000

    Spanje

    p.m.

    –45 030 000

    –45 030 000

    Frankrijk

    p.m.

    36 978 000

    36 978 000

    Kroatië

    p.m.

    – 214 000

    – 214 000

    Italië

    p.m.

    –52 778 434

    –52 778 434

    Cyprus

    p.m.

    p.m.

    Letland

    p.m.

    5 480 000

    5 480 000

    Litouwen

    p.m.

    –1 225 000

    –1 225 000

    Luxemburg

    p.m.

    –10 259 000

    –10 259 000

    Hongarije

    p.m.

    1 932 000

    1 932 000

    Malta

    p.m.

    p.m.

    Nederland

    p.m.

    –4 505 000

    –4 505 000

    Oostenrijk

    p.m.

    3 073 000

    3 073 000

    Polen

    p.m.

    –75 926 000

    –75 926 000

    Portugal

    p.m.

    12 195 000

    12 195 000

    Roemenië

    p.m.

    2 163 000

    2 163 000

    Slovenië

    p.m.

    p.m.

    Slowakije

    p.m.

    34 000

    34 000

    Finland

    p.m.

    –8 009 000

    –8 009 000

    Zweden

    p.m.

    –3 206 000

    –3 206 000

    Verenigd Koninkrijk

    p.m.

    p.m.

    Totaal van post 3 1 0 3

    p.m.

    –80 683 434

    –80 683 434

    HOOFDSTUK 3 2 —   SALDI EN AANPASSING VAN DE SALDI VAN BNI/BNP-MIDDELEN BETREFFENDE VOORAFGAANDE BEGROTINGSJAREN ALS GEVOLG VAN DE TOEPASSING VAN ARTIKEL 10, LEDEN 6, 7 EN 8, VAN VERORDENING (EG, EURATOM) NR. 1150/2000

    3 2 0
    Resultaat van de toepassing van artikel 10, leden 6, 7 en 8, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 betreffende de begrotingsjaren vanaf 1995

    3 2 0 3
    Resultaat van de toepassing van artikel 10, leden 6, 7 en 8, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 betreffende de begrotingsjaren vanaf 1995

    Begroting 2014

    Gewijzigde begroting nr. 5/2014

    Nieuw bedrag

    p.m.

    4 176 146 434

    4 176 146 434

    Toelichting

    Aan de hand van de op grond van artikel 2, lid 2, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1287/2003 door de lidstaten verstrekte cijfers betreffende de bni/mp-grootheid en de elementen daarvan voor het voorgaande begrotingsjaar, wordt iedere lidstaat gedebiteerd voor een bedrag dat volgens regels van de Unie wordt berekend en gecrediteerd voor de 12 betalingen die in de loop van het vorige begrotingsjaar daadwerkelijk zijn verricht.

    De Commissie bepaalt het saldo van elke lidstaat en deelt het tijdig aan de betrokken lidstaat mee, zodat deze het op de eerste werkdag van de maand december van hetzelfde jaar op de in artikel 9, lid 1, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 bedoelde rekening kan boeken.

    Wijzigingen in het bruto nationaal product/bruto nationaal inkomen van vroegere begrotingsjaren in de zin van artikel 2, lid 2, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1287/2003, geven met inachtneming van de artikelen 4 en 5 daarvan, voor de betrokken lidstaat aanleiding tot een aanpassing van het overeenkomstig artikel 10, lid 7, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 bepaalde saldo.

    Rechtsgronden

    Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 van de Raad van 22 mei 2000 houdende toepassing van Besluit 2007/436/EG, Euratom betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 130 van 31.5.2000, blz. 1), met name artikel 10, leden 6, 7 en 8.

    Verordening (EG, Euratom) nr. 1287/2003 van de Raad van 15 juli 2003 betreffende de harmonisatie van het bruto nationaal inkomen tegen marktprijzen (PB L 181 van 19.7.2003, blz. 1).

    Lidstaat

    Begroting 2014

    Gewijzigde begroting nr. 5/2014

    Nieuw bedrag

    België

    p.m.

    109 853 000

    109 853 000

    Bulgarije

    p.m.

    p.m.

    Tsjechië

    p.m.

    73 255 000

    73 255 000

    Denemarken

    p.m.

    – 117 740 000

    – 117 740 000

    Duitsland

    p.m.

    1 386 017 000

    1 386 017 000

    Estland

    p.m.

    7 770 000

    7 770 000

    Ierland

    p.m.

    105 640 000

    105 640 000

    Griekenland

    p.m.

    148 776 000

    148 776 000

    Spanje

    p.m.

    634 182 000

    634 182 000

    Frankrijk

    p.m.

    p.m.

    Kroatië

    p.m.

    –1 205 000

    –1 205 000

    Italië

    p.m.

    381 068 434

    381 068 434

    Cyprus

    p.m.

    p.m.

    Letland

    p.m.

    19 093 000

    19 093 000

    Litouwen

    p.m.

    8 741 000

    8 741 000

    Luxemburg

    p.m.

    –56 671 000

    –56 671 000

    Hongarije

    p.m.

    37 850 000

    37 850 000

    Malta

    p.m.

    p.m.

    Nederland

    p.m.

    1 107 927 000

    1 107 927 000

    Oostenrijk

    p.m.

    –60 167 000

    –60 167 000

    Polen

    p.m.

    49 123 000

    49 123 000

    Portugal

    p.m.

    109 407 000

    109 407 000

    Roemenië

    p.m.

    72 917 000

    72 917 000

    Slovenië

    p.m.

    p.m.

    Slowakije

    p.m.

    –6 697 000

    –6 697 000

    Finland

    p.m.

    –26 310 000

    –26 310 000

    Zweden

    p.m.

    193 317 000

    193 317 000

    Verenigd Koninkrijk

    p.m.

    p.m.

    Totaal van post 3 2 0 3

    p.m.

    4 176 146 434

    4 176 146 434


    (1)  De cijfers in deze kolom komen overeen met die van de begroting 2014 (PB L 51 van 20.2.2014) plus met die van de gewijzigde begrotingen nrs. 1 t/m 5 voor 2014.

    (2)  De cijfers in deze kolom komen overeen met die van de begroting 2013 (PB L 66 van 8.3.2013, blz. 1) plus met die van de gewijzigde begrotingen nrs. 1 t/m 9 voor 2013.

    (3)  Artikel 310, lid 1, derde alinea, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie bepaalt dat de ontvangsten en uitgaven van de begroting in evenwicht moeten zijn.

    (4)  De cijfers in deze kolom komen overeen met die van de begroting 2014 (PB L 51 van 20.2.2014) plus met die van de gewijzigde begrotingen nrs. 1 t/m 5 voor 2014.

    (5)  De cijfers in deze kolom komen overeen met die van de begroting 2013 (PB L 66 van 8.3.2013, blz. 1) plus met die van de gewijzigde begrotingen nrs. 1 t/m 9 voor 2013.

    (6)  De eigen middelen voor de begroting 2014 zijn vastgesteld op basis van de begrotingsramingen die tijdens de 160e vergadering van het Raadgevend Comité voor de eigen middelen van 19 mei 2014 zijn goedgekeurd.

    (7)  Artikel 310, lid 1, derde alinea, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie bepaalt dat de ontvangsten en uitgaven van de begroting in evenwicht moeten zijn.

    (8)  De betrokken grondslag is niet hoger dan 50 % van het bni.

    (9)  Berekening van het percentage: (95 619 007 088) / (134 929 167 000) = 0,708660767823461.

    (10)  Afgeronde percentages.

    (11)  Het bedrag van de met de uitbreiding verband houdende uitgaven komt overeen met de totale toegewezen uitgaven in de tien lidstaten die tot de Unie zijn toegetreden op 1 mei 2004 en in de twee lidstaten die zijn toegetreden op 1 januari 2007, uitgezonderd de rechtstreekse betalingen en de marktgerelateerde uitgaven in de landbouw en het uit het EOGFL, afdeling Garantie, afkomstige gedeelte van de uitgaven voor plattelandsontwikkeling. Dit bedrag wordt afgetrokken van de totale toegewezen uitgaven, zodat de uitgaven die vóór de uitbreiding niet werden gecompenseerd, dit ook na de uitbreiding niet worden.

    (12)  Het „voordeel voor het Verenigd Koninkrijk” stemt overeen met de gevolgen voor het Verenigd Koninkrijk van de overschakeling naar afgetopte btw en de introductie van op het bnp/bni gebaseerde eigen middelen.

    (13)  Deze uitzonderlijke meevallers komen overeen met het nettovoordeel dat het Verenigd Koninkrijk ondervindt van de verhoging — van 10 naar 25 % sinds 1 januari 2001 — van het percentage van de traditionele eigen middelen dat de lidstaten als inningskosten inhouden.

    (14)  Afgeronde percentages.

    (15)  De uitbreidingsuitgaven stemmen overeen met het totaal van: i) de betalingen gedaan aan de 10 nieuwe lidstaten (die op 1 mei 2004 tot de Unie zijn toegetreden) uit de kredieten van 2003, gecorrigeerd door toepassing van de EU-bbp-deflator voor de jaren 2004-2010, en de betalingen aan Bulgarije en Roemenië uit de kredieten van 2006, gecorrigeerd door toepassing van de EU-bbp-deflator voor de jaren 2007-2010, (5a) en ii) de totale toegewezen uitgaven in die lidstaten, met uitzondering van die voor directe betalingen en marktgerelateerde uitgaven in het kader van het landbouwbeleid, en het uit het EOGFL, afdeling Garantie (5b), afkomstige deel van de uitgaven voor plattelandsontwikkeling. Dit bedrag wordt afgetrokken van de totale toegewezen uitgaven, zodat de uitgaven die vóór de uitbreiding niet werden gecompenseerd, dit ook na de uitbreiding niet worden.

    (16)  Het „voordeel voor het Verenigd Koninkrijk” stemt overeen met de gevolgen voor het Verenigd Koninkrijk van de overschakeling naar afgetopte btw en de introductie van op het bnp/bni gebaseerde eigen middelen.

    (17)  Deze uitzonderlijke meevallers komen overeen met het nettovoordeel dat het Verenigd Koninkrijk ondervindt van de verhoging — van 10 naar 25 % sinds 1 januari 2001 — van het percentage van de traditionele eigen middelen dat de lidstaten als inningskosten inhouden.

    (18)  Noot: Het verschil van -213 410 778 EUR tussen het voorlopige bedrag van de Britse correctie voor 2011 (4 188 411 749 EUR, zoals hierboven berekend) en het eerder in de begroting opgenomen bedrag van de Britse correctie voor 2011 (3 975 000 971 EUR, opgenomen in GB nr. 4/2012) wordt gefinancierd overeenkomstig hoofdstuk 36 van GB nr. 3/2014.

    (19)  Afgeronde percentages.

    (20)  De uitbreidingsuitgaven stemmen overeen met het totaal van: i) de betalingen gedaan aan de 10 nieuwe lidstaten (die op 1 mei 2004 tot de Unie zijn toegetreden) uit de kredieten van 2003, gecorrigeerd door toepassing van de EU-bbp-deflator voor de jaren 2004-2009, en de betalingen aan Bulgarije en Roemenië uit de kredieten van 2006, gecorrigeerd door toepassing van de EU-bbp-deflator voor de jaren 2007-2009, (5a) en ii) de totale toegewezen uitgaven in die lidstaten, met uitzondering van die voor directe betalingen en marktgerelateerde uitgaven in het kader van het landbouwbeleid, en het uit het EOGFL, afdeling Garantie (5b), afkomstige deel van de uitgaven voor plattelandsontwikkeling. Dit bedrag wordt afgetrokken van de totale toegewezen uitgaven, zodat de uitgaven die vóór de uitbreiding niet werden gecompenseerd, dit ook na de uitbreiding niet worden.

    (21)  Het „voordeel voor het Verenigd Koninkrijk” stemt overeen met de gevolgen voor het Verenigd Koninkrijk van de overschakeling naar afgetopte btw en de introductie van op het bnp/bni gebaseerde eigen middelen.

    (22)  Deze uitzonderlijke meevallers komen overeen met het nettovoordeel dat het Verenigd Koninkrijk ondervindt van de verhoging — van 10 naar 25 % sinds 1 januari 2001 — van het percentage van de traditionele eigen middelen dat de lidstaten als inningskosten inhouden.

    (23)  Noot: het verschil van -109 003 534 EUR tussen het definitieve bedrag van de Britse correctie voor 2010 (3 739 545 621 EUR, zoals hierboven berekend) en het eerder in de begroting opgenomen bedrag van de Britse correctie voor 2010 (3 630 542 087 EUR, opgenomen in GB nr. 4/2012) wordt gefinancierd overeenkomstig hoofdstuk 35 van GB nr. 3/2014.

    (24)  p.m. (eigen middelen + overige opbrengsten = totale opbrengsten = totale uitgaven); (129 393 342 438 + 9 640 891 277 = 139 034 233 715 = 139 034 233 715).

    (25)  Totaal eigen middelen als percentage van het bni: (129 393 342 438) / (13 492 916 700 000) = 0,96 %; plafond eigen middelen als percentage van het bni: 1,23 %.


    Top