This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 32014R0889
Commission Implementing Regulation (EU) No 889/2014 of 14 August 2014 amending Regulation (EEC) No 2454/93, as regards recognition of the common security requirements under the regulated agent and known consignor programme and the Authorised Economic Operator programme Text with EEA relevance
Uitvoeringsverordening (EU) nr. 889/2014 van de Commissie van 14 augustus 2014 tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 2454/93 wat betreft de erkenning van de gemeenschappelijke beveiligingseisen in het kader van het programma van erkende agenten en bekende afzenders en het programma van geautoriseerde marktdeelnemers Voor de EER relevante tekst
Uitvoeringsverordening (EU) nr. 889/2014 van de Commissie van 14 augustus 2014 tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 2454/93 wat betreft de erkenning van de gemeenschappelijke beveiligingseisen in het kader van het programma van erkende agenten en bekende afzenders en het programma van geautoriseerde marktdeelnemers Voor de EER relevante tekst
PB L 243 van 15.8.2014, p. 39–41
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
No longer in force, Date of end of validity: 30/04/2016; stilzwijgende opheffing door 32016R0481
Relation | Act | Comment | Subdivision concerned | From | To |
---|---|---|---|---|---|
Modifies | 31993R2454 | wijziging | bijlage 1 QT | 04/09/2014 | |
Modifies | 31993R2454 | aanvulling | artikel 14 DO.2 | 04/09/2014 | |
Modifies | 31993R2454 | vervanging | artikel 14.3 | 04/09/2014 | |
Modifies | 31993R2454 | toevoeging | artikel 14 QVC.2BI | 04/09/2014 | |
Modifies | 31993R2454 | toevoeging | artikel 14 QV.4 | 04/09/2014 | |
Modifies | 31993R2454 | vervanging | artikel 14 DO.2 punt B) | 04/09/2014 |
Relation | Act | Comment | Subdivision concerned | From | To |
---|---|---|---|---|---|
Implicitly repealed by | 32016R0481 | 01/05/2016 |
15.8.2014 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 243/39 |
UITVOERINGSVERORDENING (EU) Nr. 889/2014 VAN DE COMMISSIE
van 14 augustus 2014
tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 2454/93 wat betreft de erkenning van de gemeenschappelijke beveiligingseisen in het kader van het programma van erkende agenten en bekende afzenders en het programma van geautoriseerde marktdeelnemers
(Voor de EER relevante tekst)
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad van 12 oktober 1992 tot vaststelling van het communautair douanewetboek (1), en met name artikel 247,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Zowel op het gebied van de douane- als de luchtvaartbeveiliging wordt op grond van respectieve wetgeving (met name Verordening (EEG) nr. 2913/92 tot vaststelling van het communautair douanewetboek en Verordening (EG) nr. 300/2008 van het Europees Parlement en de Raad (2) inzake gemeenschappelijke regels op het gebied van de beveiliging van de burgerluchtvaart) toegestaan dat entiteiten die aan bepaalde voorwaarden en eisen voldoen, gecertificeerd kunnen worden om een veilige toeleveringsketen te bevorderen en waarborgen. |
(2) |
De bestaande douane- en luchtvaartwetgeving voorziet in een zekere erkenning van de certificaten op grond van de respectieve programma's, met name ten aanzien van de voor elk van deze programma's verrichte veiligheidsonderzoeken. In artikel 14 duodecies, lid 2, onder b), en lid 3, van Verordening nr. 2454/93 (3) is bepaald dat indien de aanvrager van de status van geautoriseerd marktdeelnemer reeds een erkend agent is, aan het criterium van „passende veiligheidsnormen” wordt geacht te zijn voldaan wat de ruimten betreft waarvoor de marktdeelnemer de status van erkend agent heeft verkregen. In de punten 6.3.1.2 en 6.4.1.2 van de bijlage bij Verordening (EU) nr. 185/2010 van de Commissie (4) is bepaald dat de bevoegde autoriteit of de onafhankelijke validateur die namens deze autoriteit optreedt, rekening moet houden met het feit of de aanvrager van de status van erkend agent of bekende afzender houder is van een AEO-certificaat. |
(3) |
Uit de praktische tenuitvoerlegging van de douanewetgeving aangaande de AEO-status en de luchtvaartwetgeving aangaande de erkende agent of bekende afzender is gebleken dat de bestaande erkenning tussen de programma's niet toereikend is om de grootst mogelijke synergie tussen de respectieve beveiligingsprogramma's te garanderen. De beveiligingseisen voor het luchtvaartbeveiligingsprogramma van erkende agenten en bekende afzenders en voor het AEO-programma van de douane komen dusdanig overeen dat beide programma's verder met elkaar in overeenstemming kunnen worden gebracht. |
(4) |
Om de administratieve lasten voor de betrokken economische sector en de overheidsinstanties (zowel op het gebied van de douane als de burgerluchtvaart) te verlichten en tegelijkertijd het huidige beveiligingsniveau verder te verbeteren, moeten beide programma's wat een gelijk niveau van erkenning betreft, inclusief de vereiste inlichtingenuitwisseling, meer met elkaar in overeenstemming worden gebracht. |
(5) |
Verordening (EEG) nr. 2454/93 moet worden gewijzigd om de verwijzingen naar de geldende luchtvaartwetgeving, inclusief de erkenning van de status van bekende afzender die ook voor de geautoriseerde marktdeelnemer van belang is, te actualiseren, de reikwijdte van de erkenning van de gemeenschappelijke eisen tussen de respectieve programma's af te bakenen en de benodigde inlichtingenuitwisseling tussen de douane- en luchtvaartautoriteiten mogelijk te maken. |
(6) |
Verordening (EEG) nr. 2454/93 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd. |
(7) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité douanewetboek, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Verordening (EEG) nr. 2454/93 wordt als volgt gewijzigd:
1) |
Artikel 14 duodecies wordt als volgt gewijzigd:
|
2) |
Aan artikel 14 quatervicies wordt het volgende lid 4 toegevoegd: „4. De douaneautoriteit van afgifte biedt de voor de beveiliging van de burgerluchtvaart verantwoordelijke bevoegde nationale autoriteit onmiddellijk ten minste de volgende haar ter beschikking staande informatie aan met betrekking tot de status van geautoriseerd marktdeelnemer:
De nationale douaneautoriteiten stellen uiterlijk op 1 maart 2015 in overleg met de voor de beveiliging van de burgerluchtvaart verantwoordelijke bevoegde nationale autoriteit nadere modaliteiten vast voor de uitwisseling van de in de eerste alinea bedoelde informatie die niet onder het in artikel 14 quinvicies genoemde elektronisch informatie- en communicatiesysteem valt. De voor de beveiliging van de burgerluchtvaart verantwoordelijke nationale autoriteiten die de betreffende informatie behandelen, gebruiken deze uitsluitend voor de toepassing van de relevante programma's voor erkende agenten of bekende afzenders en nemen passende technische en organisatorische maatregelen om de beveiliging van deze informatie te waarborgen.”. |
3) |
Aan artikel 14 quinvicies wordt het volgende lid 2 bis toegevoegd: „2 bis. Indien van toepassing, met name wanneer de status van geautoriseerde marktdeelnemer beschouwd wordt als de grondslag voor het verlenen van goedkeuring, vergunningen of faciliteiten in het kader van andere Uniewetgeving, kan de in artikel 14 quatervicies, lid 4, punten a) en c), vermelde informatie tevens worden verstrekt aan de bevoegde nationale autoriteit die verantwoordelijk is voor de beveiliging van de burgerluchtvaart.”. |
4) |
Bijlage I quater wordt als volgt gewijzigd:
|
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 14 augustus 2014.
Voor de Commissie
De voorzitter
José Manuel BARROSO
(1) PB L 302 van 19.10.1992, blz. 1.
(2) Verordening (EG) nr. 300/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2008 inzake gemeenschappelijke regels op het gebied van de beveiliging van de burgerluchtvaart en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 2320/2002 (PB L 97 van 9.4.2008, blz. 72).
(3) Verordening (EEG) nr. 2454/93 van de Commissie van 2 juli 1993 houdende vaststelling van enkele bepalingen ter uitvoering van Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad tot vaststelling van het communautair douanewetboek (PB L 253 van 11.10.1993, blz. 1).
(4) Verordening (EU) nr. 185/2010 van de Commissie van 4 maart 2010 houdende vaststelling van gedetailleerde maatregelen voor de toepassing van de gemeenschappelijke basisnormen op het gebied van de beveiliging van de burgerluchtvaart (PB L 55 van 5.3.2010, blz. 1).