Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32009D0412

    Besluit EUPOL COPPS/1/2009 van het Politiek en Veiligheidscomité van 27 mei 2009 tot instelling van het Comité van contribuanten aan de politiemissie van de Europese Unie voor de Palestijnse Gebieden (EUPOL COPPS)

    PB L 132 van 29.5.2009, p. 18–19 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    Legal status of the document In force

    ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2009/412/oj

    29.5.2009   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    L 132/18


    BESLUIT EUPOL COPPS/1/2009 VAN HET POLITIEK EN VEILIGHEIDSCOMITÉ

    van 27 mei 2009

    tot instelling van het Comité van contribuanten aan de politiemissie van de Europese Unie voor de Palestijnse Gebieden (EUPOL COPPS)

    (2009/412/GBVB)

    HET POLITIEK EN VEILIGHEIDSCOMITÉ,

    Gelet op het Verdrag betreffende de Europese Unie, en met name op artikel 25, derde alinea,

    Gelet op Gemeenschappelijk Optreden 2005/797/GBVB van de Raad van 14 november 2005 betreffende de politiemissie van de Europese Unie voor de Palestijnse Gebieden (EUPOL COPPS) (1), en met name op artikel 12, lid 3,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)

    Krachtens artikel 12, lid 3, van Gemeenschappelijk Optreden 2005/797/GBVB heeft de Raad het Politiek en Veiligheidscomité (PVC) gemachtigd het relevante besluit over de instelling van een Comité van contribuanten te nemen.

    (2)

    In de conclusies van de Europese Raad van Göteborg van 15-16 juni 2001 zijn richtsnoeren en modaliteiten vastgesteld voor de bijdragen van derde landen aan politiemissies. De Raad heeft op 10 december 2002 zijn goedkeuring gehecht aan het document betreffende Overleg en modaliteiten voor de bijdrage van staten die geen EU-lidstaat zijn aan de civiele crisisbeheersing van de Europese Unie, waarin de regelingen voor de deelneming van derde staten aan civiele crisisbeheersingsoperaties nader worden uitgewerkt, waaronder de instelling van een Comité van contribuanten.

    (3)

    Het Comité van contribuanten voor EUPOL COPPS moet een essentiële rol vervullen bij de dagelijkse leiding van de missie. Het moet het voornaamste forum vormen voor het bespreken van alle problemen in verband met de dagelijkse leiding van de missie. Het PVC, dat de politieke controle en de strategische leiding van de missie uitoefent, moet met de opvattingen van het Comité van contribuanten rekening houden,

    BESLUIT:

    Artikel 1

    Instelling

    Er wordt een Comité van contribuanten (CvC) aan de politiemissie van de Europese Unie voor de Palestijnse Gebieden (EUPOL COPPS) ingesteld.

    Artikel 2

    Taken

    1.   Het CvC mag standpunten naar voren brengen. Het PVC houdt daarmee rekening en zorgt voor de politieke controle op en de strategische sturing van de missie.

    2.   Het mandaat van het CvC is neergelegd in het document betreffende overleg en modaliteiten voor de bijdrage van staten die geen EU-lidstaat zijn aan de civiele crisisbeheersing van de EU.

    Artikel 3

    Samenstelling

    1.   Alle lidstaten van de Europese Unie mogen aanwezig zijn bij de besprekingen van het CvC. Alleen de bijdragende staten nemen evenwel deel aan de dagelijkse leiding van de missie. Vertegenwoordigers van de derde landen die deelnemen aan de missie mogen de vergaderingen van het CvC bijwonen. Ook mag een vertegenwoordiger van de Commissie van de Europese Gemeenschappen de vergaderingen van het CvC bijwonen.

    2.   Het CvC wordt regelmatig geïnformeerd door het hoofd van de missie.

    Artikel 4

    Voorzitter

    Voor EUPOL COPPS wordt het CvC, in overeenstemming met artikel 2, lid 2, voorgezeten door een vertegenwoordiger van de secretaris-generaal/hoge vertegenwoordiger, in nauw overleg met het voorzitterschap.

    Artikel 5

    Vergaderingen

    1.   Het CvC wordt regelmatig door de voorzitter bijeengeroepen. Wanneer de omstandigheden dit vereisen, kunnen op initiatief van de voorzitter of op verzoek van een vertegenwoordiger van een deelnemende staat spoedvergaderingen worden bijeengeroepen.

    2.   Voorafgaand aan de vergadering verspreidt de voorzitter een voorlopige agenda en de daarop betrekking hebbende documenten. De voorzitter is verantwoordelijk voor het doen toekomen van het resultaat van de besprekingen van het CvC aan het PVC.

    Artikel 6

    Vertrouwelijkheid

    1.   Overeenkomstig Besluit 2001/264/EG van de Raad van 19 maart 2001 (2) zijn de beveiligingsvoorschriften van de Raad van toepassing op de vergaderingen en notulen van het CvC. Vertegenwoordigers in het CvC dienen met name over passende machtigingen te beschikken.

    2.   De beraadslagingen van het CvC vallen onder de geheimhoudingsplicht.

    Artikel 7

    Van kracht worden

    Dit besluit wordt van kracht op de dag waarop het wordt aangenomen.

    Gedaan te Brussel, 27 mei 2009.

    Voor het Politiek en Veiligheidscomité

    De voorzitter

    I. ŠRÁMEK


    (1)  PB L 300 van 17.11.2005, blz. 65.

    (2)  PB L 101 van 11.4.2001, blz. 1.


    Top