This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 32008R1077
Commission Regulation (EC) No 1077/2008 of 3 November 2008 laying down detailed rules for the implementation of Council Regulation (EC) No 1966/2006 on electronic recording and reporting of fishing activities and on means of remote sensing and repealing Regulation (EC) No 1566/2007
Verordening (EG) nr. 1077/2008 van de Commissie van 3 november 2008 tot vaststelling van toepassingsbepalingen voor Verordening (EG) nr. 1966/2006 van de Raad betreffende de elektronische registratie en melding van visserijactiviteiten en een systeem voor teledetectie en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1566/2007
Verordening (EG) nr. 1077/2008 van de Commissie van 3 november 2008 tot vaststelling van toepassingsbepalingen voor Verordening (EG) nr. 1966/2006 van de Raad betreffende de elektronische registratie en melding van visserijactiviteiten en een systeem voor teledetectie en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1566/2007
PB L 295 van 4.11.2008, p. 3–23
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
No longer in force, Date of end of validity: 06/05/2011; opgeheven door 32011R0404
Relation | Act | Comment | Subdivision concerned | From | To |
---|---|---|---|---|---|
Repeal | 32007R1566 |
Relation | Act | Comment | Subdivision concerned | From | To |
---|---|---|---|---|---|
Corrected by | 32008R1077R(01) | (BG, CS, DA, DE, EL, EN, ES, ET, FI, FR, HU, IT, LT, LV, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, SV) | |||
Modified by | 32010R0599 | vervanging | bijlage | 10/07/2010 | |
Repealed by | 32011R0404 |
4.11.2008 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 295/3 |
VERORDENING (EG) Nr. 1077/2008 VAN DE COMMISSIE
van 3 november 2008
tot vaststelling van toepassingsbepalingen voor Verordening (EG) nr. 1966/2006 van de Raad betreffende de elektronische registratie en melding van visserijactiviteiten en een systeem voor teledetectie en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1566/2007
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 1966/2006 van de Raad van 21 december 2006 betreffende de elektronische registratie en melding van visserijactiviteiten en een systeem voor teledetectie (1), en met name op artikel 5,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Krachtens artikel 22, lid 1, onder c), van Verordening (EG) nr. 2371/2002 van de Raad (2) zijn activiteiten binnen het toepassingsgebied van het gemeenschappelijk visserijbeleid verboden tenzij de kapitein informatie over de visserijactiviteiten, met inbegrip van aanlandingen en overladingen, onverwijld vastlegt en meldt, en moeten kopieën van de vastgelegde informatie ter beschikking van de autoriteiten worden gesteld. |
(2) |
Overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1966/2006 gaat de verplichting om de gegevens uit het logboek, uit de aangifte van aanlanding en uit de aangifte van overlading elektronisch te registreren en door te geven, voor kapiteins van communautaire vissersvaartuigen met een lengte over alles van meer dan 24 m in binnen 24 maanden na de inwerkingtreding van de uitvoeringsbepalingen en voor kapiteins van communautaire vissersvaartuigen met een lengte over alles van 15 m binnen 42 maanden na de inwerkingtreding van de uitvoeringsbepalingen. |
(3) |
Een dagelijkse melding van visserijactiviteiten maakt het mogelijk de efficiëntie en de doeltreffendheid van het toezicht, de controle en de bewaking zowel op zee als aan land aanzienlijk te vergroten. |
(4) |
In artikel 6 van Verordening (EEG) nr. 2847/93 van de Raad van 12 oktober 1993 tot invoering van een controleregeling voor het gemeenschappelijk visserijbeleid (3) is bepaald dat kapiteins van communautaire vissersvaartuigen een logboek van hun activiteiten moeten bijhouden. |
(5) |
Krachtens artikel 8 van Verordening (EEG) nr. 2847/93 moet de kapitein van een communautair vissersvaartuig met een totale lengte van 10 m of meer, of zijn gemachtigde, na elke visreis binnen 48 uur na de aanlanding een aangifte indienen bij de bevoegde autoriteiten van de lidstaat waar de aanlanding plaatsvindt. |
(6) |
Krachtens artikel 9 van Verordening (EEG) nr. 2847/93 moeten de visafslagen of de door de lidstaten gemachtigde instanties of personen die verantwoordelijk zijn voor het voor de eerste maal op de markt brengen van de visserijproducten, bij de eerste verkoop een verkoopdocument zenden naar de bevoegde autoriteiten van de lidstaat op het grondgebied waarvan de producten de eerste maal op de markt worden gebracht. |
(7) |
Verder is in artikel 9 van Verordening (EEG) nr. 2847/93 bepaald dat wanneer het voor de eerste maal op de markt brengen van visserijproducten niet plaatsvindt in de lidstaat waar die producten zijn aangeland, de lidstaat die verantwoordelijk is voor de controle op de eerste verkoop, ervoor moet zorgen dat zo spoedig mogelijk een kopie van het verkoopdocument wordt overgelegd aan de autoriteiten die verantwoordelijk zijn voor de controle op de aanlanding van die producten. |
(8) |
Krachtens artikel 19 van Verordening (EEG) nr. 2847/93 moeten de lidstaten een geautomatiseerd gegevensbestand aanleggen en een validatieregeling instellen die met name voorziet in vergelijkende controles en verificatie van de gegevens. |
(9) |
In de artikelen 19 ter en 19 sexies van Verordening (EEG) nr. 2847/93 is bepaald dat kapiteins van communautaire vissersvaartuigen een visserijinspanningsrapport moeten opstellen en de gegevens moeten registreren in hun logboek. |
(10) |
Op grond van artikel 5 van Verordening (EG) nr. 2347/2002 van de Raad (4) moet de kapitein van een communautair vissersvaartuig dat in het bezit is van een diepzeevisdocument, in het logboek of op een door de vlaggenlidstaat ter beschikking gesteld formulier informatie over de kenmerken van het vistuig en over de visserijactiviteiten registreren. |
(11) |
Verordening (EG) nr. 768/2005 van de Raad van 26 april 2005 tot oprichting van een Communautair Bureau voor visserijcontrole en houdende wijziging van Verordening (EEG) nr. 2847/93 tot invoering van een controleregeling voor het gemeenschappelijk visserijbeleid (5) voorziet in de uitvoering van gezamenlijke inzetplannen. |
(12) |
Bij Verordening (EG) nr. 1566/2007 van de Commissie (6) zijn voorschriften vastgesteld voor de uitvoering van Verordening (EG) nr. 1966/2006 betreffende de elektronische registratie en melding van visserijactiviteiten. |
(13) |
Het is thans noodzakelijk een aantal bepalingen van Verordening (EG) nr. 1566/2007 verder te detailleren en te verduidelijken. Daarom dient Verordening (EG) nr. 1566/2007 te worden ingetrokken en door een nieuwe verordening te worden vervangen. |
(14) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor de visserij en de aquacultuur, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
HOOFDSTUK I
ALGEMENE BEPALINGEN
Artikel 1
Toepassingsgebied
1. Deze verordening is van toepassing op:
a) |
communautaire vissersvaartuigen met een lengte over alles van meer dan 24 meter, vanaf 1 januari 2010; |
b) |
communautaire vissersvaartuigen met een lengte over alles van meer dan 15 meter, vanaf 1 juli 2011; |
c) |
geregistreerde kopers, geregistreerde visafslagen of andere door de lidstaten gemachtigde instanties of personen die verantwoordelijk zijn voor de eerste verkoop van visserijproducten en die met de eerste verkoop van visserijproducten een jaaromzet van meer dan 400 000 EUR realiseren, vanaf 1 januari 2009. |
2. In afwijking van lid 1, onder a), is deze verordening met ingang van een vroegere datum dan 1 januari 2010 van toepassing op communautaire vissersvaartuigen met een lengte over alles van meer dan 24 meter die de vlag van een bepaalde lidstaat voeren, indien dat door die lidstaat zo is bepaald.
3. In afwijking van lid 1, onder b), is deze verordening met ingang van een vroegere datum dan 1 juli 2011 van toepassing op communautaire vissersvaartuigen met een lengte over alles van meer dan 15 meter die de vlag van een bepaalde lidstaat voeren, indien dat door die lidstaat zo is bepaald.
4. In afwijking van de in lid 1, onder a) en b), vastgestelde data kan een lidstaat overeenkomstig artikel 3, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1966/2006 besluiten deze verordening al vóór die data toe te passen op vissersvaartuigen met een lengte over alles van niet meer dan 15 meter die zijn vlag voeren.
5. De lidstaten kunnen bilaterale akkoorden sluiten over het gebruik van elektronische meldsystemen op vissersvaartuigen die hun vlag voeren binnen de wateren die onder hun soevereiniteit of jurisdictie vallen, op voorwaarde dat de vissersvaartuigen aan alle in deze verordening vastgestelde regels voldoen.
6. Deze verordening is van toepassing op communautaire vissersvaartuigen ongeacht de wateren waarin zij visserijactiviteiten verrichten of de havens waar zij aanlanden.
7. Deze verordening is niet van toepassing op communautaire vissersvaartuigen die uitsluitend voor de aquacultuur worden gebruikt.
Artikel 2
Lijst van exploitanten en vissersvaartuigen
1. Elke lidstaat stelt een lijst op van geregistreerde kopers en geregistreerde visafslagen of andere door die lidstaat gemachtigde instanties of personen die verantwoordelijk zijn voor de eerste verkoop van visserijproducten en een jaaromzet in visserijproducten van meer dan 400 000 EUR realiseren. Het eerste referentiejaar is 2007 en de lijst wordt bijgewerkt op 1 januari van het lopende jaar (jaar n) op basis van de jaaromzet in visserijproducten van meer dan 400 000 EUR in jaar n-2. De lijst wordt bekendgemaakt op een officiële website van de lidstaat.
2. Elke lidstaat stelt een lijst op van de communautaire vissersvaartuigen die zijn vlag voeren en waarvoor deze verordening overeenkomstig artikel 1, leden 2 tot en met 5, geldt, en werkt deze lijst geregeld bij. De lijst wordt bekendgemaakt op een officiële website van de lidstaat en wordt opgesteld in het formaat dat in overleg tussen de lidstaten en de Commissie wordt bepaald.
Artikel 3
Definities
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
1. |
„visserijactiviteiten”: alle activiteiten in verband met het zoeken naar vis, het uitzetten en binnenhalen van vistuig en het verwijderen van de vangst uit het vistuig; |
2. |
„gezamenlijk inzetplan”: een plan waarin de operationele regelingen voor het inzetten van de beschikbare controle- en inspectiemiddelen zijn vastgesteld. |
HOOFDSTUK II
ELEKTRONISCHE DOORGIFTE
Artikel 4
Doorgifte van informatie door kapiteins of hun vertegenwoordigers
1. De kapiteins van communautaire vissersvaartuigen geven de gegevens uit het logboek en uit de aangifte van overlading elektronisch door aan de bevoegde autoriteiten van de vlaggenlidstaat.
2. De kapiteins van communautaire vissersvaartuigen of hun vertegenwoordigers geven de gegevens uit de aangifte van aanlanding elektronisch door aan de bevoegde autoriteiten van de vlaggenstaat.
3. Wanneer een communautair vissersvaartuig zijn vangst in een andere lidstaat dan de vlaggenlidstaat aanlandt, geven de bevoegde autoriteiten van de vlaggenlidstaat de gegevens uit de aangifte van aanlanding na ontvangst onverwijld elektronisch door aan de bevoegde autoriteiten van de lidstaat waar de vangst is aangeland.
4. De kapiteins van communautaire vissersvaartuigen melden, wanneer dat volgens de communautaire regels vereist is en op het tijdstip waarop dat vereist is, van tevoren elektronisch aan de bevoegde autoriteiten van de vlaggenlidstaat wanneer zij een haven binnenvaren.
5. Wanneer een vissersvaartuig een haven in een andere lidstaat dan de vlaggenlidstaat wil binnenvaren, geven de bevoegde autoriteiten van de vlaggenlidstaat de in lid 4 bedoelde voorafgaande melding na ontvangst onverwijld elektronisch door aan de bevoegde autoriteiten van de kustlidstaat.
Artikel 5
Doorgifte van informatie door de voor de eerste verkoop of de overname verantwoordelijke instanties of personen
1. Geregistreerde kopers, geregistreerde visafslagen of andere door de lidstaten gemachtigde instanties of personen die verantwoordelijk zijn voor de eerste verkoop van visserijproducten, geven de informatie die in een verkoopdocument moet worden vastgelegd, elektronisch door aan de bevoegde autoriteiten van de lidstaat op het grondgebied waarvan de producten voor de eerste maal op de markt worden gebracht.
2. Wanneer de producten voor de eerste maal op de markt worden gebracht in een andere lidstaat dan de vlaggenlidstaat, zorgen de bevoegde autoriteiten van de lidstaat waar de producten voor de eerste maal op de markt worden gebracht, ervoor dat een kopie van de gegevens uit het verkoopdocument na ontvangst van de desbetreffende informatie elektronisch bij de bevoegde autoriteiten van de vlaggenlidstaat wordt ingediend.
3. Wanneer het voor de eerste maal op de markt brengen van de visserijproducten niet plaatsvindt in de lidstaat waar de producten zijn aangeland, zorgt de lidstaat waar zij voor de eerste maal op de markt worden gebracht, ervoor dat een kopie van de gegevens uit het verkoopdocument na ontvangst van de desbetreffende informatie onverwijld elektronisch wordt ingediend bij de volgende autoriteiten:
a) |
de bevoegde autoriteiten van de lidstaat waar de visserijproducten zijn aangeland, en |
b) |
de bevoegde autoriteiten van de vlaggenlidstaat van het vissersvaartuig dat de visserijproducten heeft aangeland. |
4. De houder van de aangifte van overname geeft de informatie die in die aangifte van overname moet worden vastgelegd, elektronisch door aan de bevoegde autoriteiten van de lidstaat op het grondgebied waarvan de overname fysiek plaatsvindt.
Artikel 6
Frequentie van de doorgifte
1. De kapitein geeft de informatie uit het elektronische logboek ten minste eenmaal daags en niet later dan om 24.00 uur door aan de bevoegde autoriteiten van de vlaggenlidstaat, ook al is er niets gevangen. Hij stuurt deze gegevens ook:
a) |
op verzoek van de bevoegde autoriteit van de vlaggenlidstaat; |
b) |
onmiddellijk nadat de laatste visserijactiviteit is voltooid; |
c) |
vóór een haven wordt binnengevaren; |
d) |
bij elke inspectie op zee; |
e) |
in geval van de in de communautaire wetgeving of door de vlaggenstaat omschreven gebeurtenissen. |
2. De kapitein kan correcties die aan het elektronische logboek en de aangiften van overlading zijn aangebracht, doorgeven tot de laatste doorgifte aan het eind van de visserijactiviteiten en vóór de haven wordt binnengevaren. De correcties moeten duidelijk als zodanig herkenbaar zijn. Alle originele gegevens uit het elektronische logboek en de aan die gegevens aangebrachte correcties worden door de bevoegde autoriteiten van de vlaggenlidstaat opgeslagen.
3. De kapitein of zijn vertegenwoordiger geeft de gegevens uit de aangifte van aanlanding onmiddellijk na het opstellen van de aangifte van aanlanding elektronisch door.
4. De kapitein van het overladende vissersvaartuig en die van het ontvangende vissersvaartuig geven de gegevens over de overlading onmiddellijk na de overlading elektronisch door.
5. De kapitein bewaart gedurende elke buitengaats doorgebrachte periode een kopie van de in lid 1 bedoelde informatie aan boord van het vissersvaartuig totdat de aangifte van aanlanding is ingediend.
6. Indien een vissersvaartuig zich in de haven bevindt, geen vis aan boord heeft en de kapitein de aangifte van aanlanding heeft ingediend, kan de doorgifte overeenkomstig lid 1 van dit artikel worden opgeschort, mits hiervan op voorhand kennis wordt gegeven aan het visserijcontrolecentrum van de vlaggenlidstaat. De doorgifte wordt hervat zodra het vaartuig de haven verlaat. Voorafgaande kennisgeving is niet vereist voor vaartuigen die zijn uitgerust met het satellietvolgsysteem voor vaartuigen (VMS) en de gegevens via dit systeem doorgeven.
Artikel 7
Formaat voor de doorgifte van gegevens van een vissersvaartuig aan de bevoegde autoriteiten van zijn vlaggenlidstaat
Elke lidstaat stelt het formaat vast waarin de gegevens van vissersvaartuigen die zijn vlag voeren, aan zijn bevoegde autoriteiten moeten worden doorgegeven.
Artikel 8
Retourberichten
De lidstaten zorgen ervoor dat vissersvaartuigen die hun vlag voeren, voor iedere doorgifte van gegevens uit het logboek, uit de aangifte van overlading en uit de aangifte van aanlanding een retourbericht krijgen. Het retourbericht bevat een ontvangstbevestiging.
HOOFDSTUK III
VRIJSTELLINGEN
Artikel 9
Vrijstellingen
1. Een lidstaat kan kapiteins van vissersvaartuigen die zijn vlag voeren, vrijstellen van de in artikel 4, lid 1, bedoelde verplichtingen, alsook van de verplichting om middelen voor elektronische gegevenstransmissie aan boord te hebben als bedoeld in artikel 1, leden 1 en 2, van Verordening (EG) nr. 1966/2006, wanneer zij gedurende 24 uur of minder buitengaats zijn binnen de wateren die onder zijn soevereiniteit of jurisdictie vallen, mits zij hun vangst niet buiten het grondgebied van de vlaggenlidstaat aanlanden.
2. De kapiteins van communautaire vissersvaartuigen die hun visserijactiviteiten elektronisch vastleggen en melden, zijn vrijgesteld van de verplichting het logboek, de aangifte van aanlanding en de aangifte van overlading op papier in te vullen.
3. De kapiteins van communautaire vissersvaartuigen, of hun vertegenwoordigers, die hun vangst in een andere lidstaat dan de vlaggenlidstaat aanlanden, zijn vrijgesteld van de verplichting een aangifte van aanlanding op papier bij de kustlidstaat in te dienen.
4. De lidstaten kunnen bilaterale akkoorden sluiten over het gebruik van elektronische meldsystemen op vissersvaartuigen die hun vlag voeren binnen de wateren die onder hun soevereiniteit of jurisdictie vallen. Vissersvaartuigen waarop een dergelijk akkoord van toepassing is, zijn vrijgesteld van het invullen van een logboek op papier binnen die wateren.
5. De kapiteins van communautaire vissersvaartuigen die in hun elektronische logboek de krachtens artikel 19 ter van Verordening (EEG) nr. 2847/93 vereiste informatie over hun visserijinspanning registreren, zijn vrijgesteld van de verplichting een inspanningsrapport per telex, VMS, fax, telefoon of radio door te geven.
HOOFDSTUK IV
WERKING VAN ELEKTRONISCHE REGISTRATIE- EN MELDSYSTEMEN
Artikel 10
Bepalingen in het geval van technisch falen of niet-functioneren van elektronische registratie- en meldsystemen
1. In het geval van een technisch falen of het niet-functioneren van het elektronische registratie- en meldsysteem deelt de kapitein of de reder van het vissersvaartuig, of hun vertegenwoordiger, de gegevens uit het logboek, uit de aangifte van aanlanding en uit de aangifte van overlading dagelijks, maar niet later dan 24.00 uur, op een door de vlaggenlidstaat vastgestelde wijze mee aan de bevoegde autoriteiten van de vlaggenlidstaat, ook al is er niets gevangen. De gegevens worden ook gezonden:
a) |
op verzoek van de bevoegde autoriteit van de vlaggenstaat; |
b) |
onmiddellijk nadat de laatste visserijactiviteit is voltooid; |
c) |
vóór een haven wordt binnengevaren; |
d) |
bij elke inspectie op zee; |
e) |
in geval van de in de communautaire wetgeving of door de vlaggenstaat omschreven gebeurtenissen. |
2. De bevoegde autoriteiten van de vlaggenlidstaat werken het elektronische logboek onmiddellijk na ontvangst van de in lid 1 bedoelde gegevens bij.
3. Na een technisch falen of een niet-functioneren van het elektronische registratie- en meldsysteem mag een communautair vissersvaartuig niet uitvaren voordat het systeem weer naar tevredenheid van de bevoegde autoriteiten van de vlaggenlidstaat functioneert of voordat de bevoegde autoriteiten van de vlaggenlidstaat het op andere wijze toestemming geven om te vertrekken. De vlaggenlidstaat meldt onmiddellijk aan de kustlidstaat dat hij een vissersvaartuig dat zijn vlag voert, toestemming heeft gegeven een in de kustlidstaat gelegen haven te verlaten.
Artikel 11
Geen ontvangst van gegevens
1. Wanneer de bevoegde autoriteiten van een vlaggenlidstaat de overeenkomstig artikel 4, leden 1 en 2, doorgegeven gegevens niet hebben ontvangen, stellen zij de kapitein of de reder van het vissersvaartuig, of hun vertegenwoordiger, zo spoedig mogelijk daarvan in kennis. Wanneer deze situatie zich voor een bepaald vissersvaartuig binnen een jaar meer dan driemaal voordoet, zorgt de vlaggenlidstaat ervoor dat het elektronische meldsysteem wordt gecontroleerd. De betrokken lidstaat onderzoekt waarom geen gegevens zijn ontvangen.
2. Wanneer de bevoegde autoriteiten van een vlaggenlidstaat de overeenkomstig artikel 4, leden 1 en 2, doorgegeven gegevens niet hebben ontvangen en de laatste via het satellietvolgsysteem voor vaartuigen ontvangen positie binnen de wateren van een kustlidstaat lag, stellen zij de bevoegde autoriteiten van die kustlidstaat zo spoedig mogelijk daarvan in kennis.
3. De kapitein of de reder van het vissersvaartuig, of hun vertegenwoordiger, zendt alle gegevens waarvoor een in lid 1 bedoelde kennisgeving is ontvangen, onmiddellijk na ontvangst van die kennisgeving naar de bevoegde autoriteiten van de vlaggenlidstaat.
Artikel 12
Geen toegang tot gegevens
1. Wanneer de bevoegde autoriteiten van een kustlidstaat in hun wateren een vissersvaartuig waarnemen dat de vlag van een andere lidstaat voert en zij geen toegang tot de gegevens uit het logboek of de gegevens van overlading overeenkomstig artikel 15 krijgen, verzoeken zij de bevoegde autoriteiten van de vlaggenlidstaat voor toegang te zorgen.
2. Indien niet binnen vier uur na het verzoek voor de in lid 1 bedoelde toegang is gezorgd, stelt de kustlidstaat de vlaggenlidstaat daarvan in kennis. Na ontvangst van de kennisgeving zendt de vlaggenlidstaat de gegevens onverwijld op enigerlei elektronische wijze naar de kustlidstaat.
3. Indien de kustlidstaat de in lid 2 bedoelde gegevens niet ontvangt, zendt de kapitein of de reder, of hun vertegenwoordiger, de gegevens en een kopie van het in artikel 8 bedoelde retourbericht op enigerlei elektronische wijze naar de bevoegde autoriteiten van de kustlidstaat indien deze daarom verzoeken.
4. Indien de kapitein of de reder van het vissersvaartuig, of hun vertegenwoordiger, de bevoegde autoriteiten van de kustlidstaat niet kan voorzien van een kopie van het in artikel 8 bedoelde retourbericht, worden de visserijactiviteiten van het betrokken vissersvaartuig in de wateren van de kustlidstaat verboden totdat de kapitein of zijn vertegenwoordiger een kopie van het retourbericht of van de in artikel 6, lid 1, bedoelde informatie kan bezorgen aan de reeds genoemde autoriteiten.
Artikel 13
Gegevens over de werking van het elektronische meldsysteem
1. De lidstaten houden een gegevensbestand bij over de werking van hun elektronische meldsysteem. Dit bestand omvat ten minste de volgende informatie:
a) |
de lijst van hun vlag voerende vissersvaartuigen waarvan het elektronische meldsysteem technisch heeft gefaald of niet heeft gefunctioneerd; |
b) |
het aantal doorgiften van het elektronische logboek dat per dag is ontvangen en het gemiddelde aantal ontvangen doorgiften per vaartuig, ingedeeld naar vlaggenlidstaat; |
c) |
het aantal ontvangen doorgiften van gegevens uit aangiften van aanlanding, aangiften van overlading en aangiften van overname, alsmede van gegevens uit verkoopdocumenten, ingedeeld naar vlaggenlidstaat. |
2. Samenvattingen van de informatie over de werking van de elektronische meldsystemen van de lidstaten worden aan de Commissie toegezonden wanneer deze daarom verzoekt, in een formaat en met tussenpozen die de lidstaten en de Commissie in onderling overleg vaststellen.
HOOFDSTUK V
UITWISSELING VAN EN TOEGANG TOT GEGEVENS
Artikel 14
Formaat voor de uitwisseling van informatie tussen de lidstaten
1. Bij de informatie-uitwisseling tussen de lidstaten wordt gebruikgemaakt van het in de bijlage omschreven formaat, waaruit extensible mark-up language (XML) wordt afgeleid.
2. Correcties aan de in lid 1 bedoelde informatie moeten duidelijk als zodanig herkenbaar zijn.
3. Wanneer een lidstaat elektronische informatie uit een andere lidstaat ontvangt, zorgt hij ervoor dat een retourbericht naar de bevoegde autoriteiten van die lidstaat wordt gezonden. Het retourbericht bevat een ontvangstbevestiging.
4. In de bijlage bedoelde gegevens die de kapiteins volgens de communautaire regels in hun logboek moeten registreren, moeten ook tussen de lidstaten worden uitgewisseld.
Artikel 15
Toegang tot gegevens
1. Een vlaggenlidstaat zorgt ervoor dat een kustlidstaat in real time onlinetoegang heeft tot de gegevens uit het elektronische logboek en uit de aangifte van aanlanding van vissersvaartuigen die zijn vlag voeren, wanneer deze vaartuigen visserijactiviteiten verrichten in de wateren die onder de soevereiniteit of jurisdictie van de kustlidstaat vallen of een haven van die lidstaat binnenvaren.
2. De in lid 1 bedoelde gegevens omvatten ten minste de gegevens over de periode vanaf het laatste vertrek uit de haven tot het voltooien van de aanlanding. Gegevens over visserijactiviteiten die in de vorige 12 maanden hebben plaatsgevonden, worden op verzoek ter beschikking gesteld.
3. De kapitein van een communautair vissersvaartuig heeft zeven dagen per week dag en nacht een beveiligde toegang tot zijn eigen elektronischelogboekinformatie die in het gegevensbestand van de vlaggenlidstaat is opgeslagen.
4. Een kustlidstaat moet in het kader van een gezamenlijk inzetplan een visserijpatrouillevaartuig van een andere lidstaat onlinetoegang tot zijn logboekgegevensbestand verlenen.
Artikel 16
Gegevensuitwisseling tussen de lidstaten
1. De in artikel 15, lid 1, bedoelde gegevens zijn via een beveiligde internetverbinding zeven dagen per week dag en nacht toegankelijk.
2. De lidstaten wisselen de nodige technische informatie uit om te zorgen voor een wederzijdse toegang tot de elektronische logboeken.
3. De lidstaten:
a) |
zorgen ervoor dat de krachtens deze verordening ontvangen gegevens veilig worden opgeslagen in geautomatiseerde gegevensbestanden en nemen alle nodige maatregelen om te garanderen dat deze gegevens vertrouwelijk worden behandeld; |
b) |
nemen de nodige technische maatregelen om dergelijke gegevens te beschermen tegen onopzettelijk of niet-geautoriseerd wissen, toevallig verlies, beschadiging, verspreiding of onbevoegde raadpleging. |
Artikel 17
Enige instantie
1. In elke lidstaat is een enkele instantie verantwoordelijk voor de doorgifte, de ontvangst, het beheer en de verwerking van alle gegevens waarop deze verordening van toepassing is.
2. De lidstaten wisselen lijsten en contactgegevens uit van de in lid 1 bedoelde instanties en stellen de Commissie daarvan in kennis.
3. Wijzigingen van de in de leden 1 en 2 bedoelde informatie worden onverwijld aan de Commissie en aan de andere lidstaten meegedeeld.
HOOFDSTUK VI
SLOTBEPALINGEN
Artikel 18
Intrekking
1. Verordening (EG) nr. 1566/2006 wordt ingetrokken.
2. Verwijzingen naar de ingetrokken verordening gelden als verwijzingen naar de onderhavige verordening.
Artikel 19
Inwerkingtreding
Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2008.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 3 november 2008.
Voor de Commissie
Joe BORG
Lid van de Commissie
(1) PB L 409 van 30.12.2006, blz. 1; gerectificeerd in PB L 36 van 8.2.2007, blz. 3.
(2) PB L 358 van 31.12.2002, blz. 59.
(3) PB L 261 van 20.10.1993, blz. 1.
(4) PB L 351 van 28.12.2002, blz. 6.
(5) PB L 128 van 21.5.2005, blz. 1.
(6) PB L 340 van 22.12.2007, blz. 46.
BIJLAGE (1)
FORMAAT VOOR DE ELEKTRONISCHE INFORMATIE-UITWISSELING
Nr. |
Naam van het element of kenmerk |
Code |
Omschrijving en inhoud |
Verplicht (C)/Voorwaardelijk verplicht — verplicht indien (CIF) (2)/Optioneel (O) (3) |
||||||||||
1 |
Elektronischmeldsysteem-bericht (ERS-bericht) |
|
|
|
||||||||||
2 |
Begin bericht (record) |
ERS |
Markering voor het begin van een ERS-bericht |
C |
||||||||||
3 |
Adres |
AD |
Bestemming van het bericht (drieletterige ISO-landcode) |
C |
||||||||||
4 |
Van |
FR |
Land dat de gegevens doorgeeft (drieletterige ISO-landcode) |
C |
||||||||||
5 |
Nummer van het bericht (record) |
RN |
Volgnummer van het bericht (formaat LLL99999999) |
C |
||||||||||
6 |
Datum van het bericht (record) |
RD |
Datum van doorgifte van het bericht (JJJJ-MM-DD) |
C |
||||||||||
7 |
Tijdstip van het bericht (record) |
RT |
Tijdstip van doorgifte van het bericht (UU:MM in UTC) |
C |
||||||||||
8 |
Berichttype |
TM |
Soort bericht (logboek = LOG, ontvangstbevestiging = RET, correctie = COR of verkoopdocument = SAL) |
C |
||||||||||
9 |
Testbericht |
TS |
Betekent dat het bericht een testbericht is |
CIF test |
||||||||||
10 |
|
|
|
|
||||||||||
11 |
Als het gaat om een bericht van het type RET (TM = RET) |
|
RET is een ontvangstbevestiging |
|
||||||||||
12 |
De volgende kenmerken moeten worden gespecificeerd |
|
Met dit bericht wordt de goede of de slechte ontvangst bevestigd van het met het RN geïdentificeerde bericht |
|
||||||||||
13 |
Nummer van het verzonden bericht |
RN |
Volgnummer van het bericht waarvan ontvangst is bevestigd door het ontvangende VCC (LLL99999999) |
C |
||||||||||
14 |
Retourstatus |
RS |
Geeft de status aan van het ontvangen bericht/rapport. De codelijst zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats |
C |
||||||||||
15 |
Reden voor verwerping (als die er is) |
RE |
Vrije tekst waarin de reden voor de verwerping wordt toegelicht |
O |
||||||||||
16 |
|
|
|
|
||||||||||
17 |
Als het gaat om een bericht van het type COR (TM = COR) |
|
COR is een correctiebericht |
|
||||||||||
18 |
De volgende kenmerken moeten worden gespecificeerd |
|
Met dit bericht wordt een voorgaand bericht gecorrigeerd; de informatie in dit bericht vervangt volledig het vorige, met het RN geïdentificeerde bericht |
|
||||||||||
19 |
Nummer van het oorspronkelijke bericht |
RN |
Nummer van het te corrigeren bericht (formaat LLL99999999) |
C |
||||||||||
20 |
Reden voor correctie |
RE |
De codelijst kan worden geraadpleegd op: http://ec.europa.eu/fisheries/cfp/control_enforcement/ers_nl.htm |
O |
||||||||||
21 |
|
|
|
|
||||||||||
22 |
Als het gaat om een bericht van het type LOG (TM = LOG) |
|
LOG is een logboekaangifte |
|
||||||||||
23 |
De volgende kenmerken moeten worden gespecificeerd |
|
LOG bevat één of meer van de volgende aangiften DEP, FAR, TRA, COE, COX, ENT, EXI, CRO, TRZ, (INS), DIS, PRN, EOF, RTP en LAN |
|
||||||||||
24 |
Begin van de LOG-record |
LOG |
Markering voor het begin van de logboekrecord |
C |
||||||||||
25 |
Nummer van het vaartuig in het communautaire vlootregister (CFR) |
IR |
Formaat AAAXXXXXXXXX, waarbij A een hoofdletter is die het land van de eerste registratie in de EU aangeeft en X een letter of een getal is |
C |
||||||||||
26 |
Belangrijkste identificatieteken van het vaartuig |
RC |
Internationale radioroepnaam |
CIF het communautaire vlootregister niet up-to-date is |
||||||||||
27 |
Identificatietekens op de romp van het vaartuig |
XR |
Op de romp aangebracht registratienummer van het vaartuig |
O |
||||||||||
28 |
Naam van het vaartuig |
NA |
Naam van het vaartuig |
O |
||||||||||
29 |
Naam van de kapitein |
MA |
Naam van de kapitein (elke wijziging tijdens de visreis moet worden meegedeeld in de volgende LOG-doorgifte) |
C |
||||||||||
30 |
Adres van de kapitein |
MD |
Adres van de kapitein (elke wijziging tijdens de visreis moet worden meegedeeld in de volgende LOG-doorgifte) |
C |
||||||||||
31 |
Land van registratie |
FS |
Vlaggenstaat waar het vaartuig geregistreerd is. Drieletterige ISO-landcode |
C |
||||||||||
32 |
|
|
|
|
||||||||||
33 |
DEP: aangifte van vertrek |
|
Vereist voor elke afvaart uit de haven, te zenden in het volgende bericht |
|
||||||||||
34 |
Begin vertrekaangifte |
DEP |
Markering voor het begin van de aangifte van vertrek uit de haven |
C |
||||||||||
35 |
Datum |
DA |
Datum van afvaart (JJJJ-MM-DD) |
C |
||||||||||
36 |
Tijd |
TI |
Tijdstip van afvaart (UU:MM in UTC) |
C |
||||||||||
37 |
Naam van de haven |
PO |
Havencode (tweeletterige ISO-landcode + drieletterige ISO-havencode). De lijst met de havencodes (LLHHH) zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats |
C |
||||||||||
38 |
Geplande activiteiten |
AA |
De codelijst zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats |
CIF er een inspanningsrapport voor de geplande activiteit vereist is |
||||||||||
39 |
Vistuigtype |
GE |
Lettercode volgens de internationale statistische standaardclassificatie van vistuig van de FAO |
CIF er een visserijactiviteit gepland is |
||||||||||
40 |
Subaangifte vangst aan boord (lijst van subaangiften soorten SPE) |
SPE |
(Zie details van subelementen en kenmerken van SPE) |
CIF het vaartuig gevangen vis aan boord heeft |
||||||||||
41 |
|
|
|
|
||||||||||
42 |
FAR: aangifte van visserijactiviteit |
|
Vereist tegen middernacht op elke zeedag of als antwoord op een verzoek van de vlaggenstaat |
|
||||||||||
43 |
Begin van aangifte van visserijactiviteitenverslag |
FAR |
Markering voor het begin van een aangifte van visserijactiviteitenverslag |
C |
||||||||||
44 |
Markering laatste verslag |
LR |
Markering die aangeeft dat dit het laatste FAR-verslag is dat zal worden verstuurd (LR = 1) |
CIF dit het laatste bericht is |
||||||||||
45 |
Inspectiemarkering |
IS |
Markering die aangeeft dat het visserijactiviteitenverslag is ontvangen na een inspectie aan boord van het vaartuig (IS = 1) |
CIF inspectie is verricht |
||||||||||
46 |
Datum |
DA |
Datum waarvoor visserijactiviteiten worden gemeld terwijl het vaartuig op zee is (JJJJ-MM-DD) |
C |
||||||||||
47 |
Tijd |
TI |
Begintijdstip van de visserijactiviteit (UU:MM in UTC) |
O |
||||||||||
48 |
Subaangifte betrokken gebied |
RAS |
Moet worden aangegeven als er geen vangst was (in het kader van de visserijinspanning). De lijst met de codes voor visgebieden en inspanningsgebieden/instandhoudingsgebieden zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats (Zie details van subelementen en kenmerken van RAS) |
CIF |
||||||||||
49 |
Visserijactiviteiten |
FO |
Aantal visserijactiviteiten |
O |
||||||||||
50 |
Vistijd |
DU |
Duur van de visserijactiviteit in minuten — de vistijd is gelijk aan het aantal uren op zee min de tijd die nodig is voor de vaart naar, tussen en van de visgronden, voor het reven, voor inactiviteit of voor het wachten op reparatie |
CIF dit vereist is (3) |
||||||||||
51 |
Subaangifte vistuig |
GEA |
(Zie details van subelementen en kenmerken van GEA) |
CIF vistuig wordt gebruikt |
||||||||||
52 |
Subaangifte verlies vistuig |
GLS |
(Zie details van subelementen en kenmerken van GLS) |
CIF dit volgens de voorschriften vereist is (3) |
||||||||||
53 |
Subaangifte vangst (lijst van subaangiften soorten SPE) |
SPE |
(Zie details van subelementen en kenmerken van SPE) |
CIF vis is gevangen |
||||||||||
54 |
|
|
|
|
||||||||||
55 |
RLC: aangifte van relocatie |
|
Gebruikt als de vangst (volledig of gedeeltelijk) wordt overgedragen of verplaatst van gemeenschappelijk vistuig naar een vaartuig of van het ruim van een vaartuig of het vistuig daarvan naar een bewaarnet, container of hok (buiten het vaartuig) waarin de levende vangst wordt bewaard tot de aanlanding |
|
||||||||||
56 |
Begin aangifte relocatie |
RLC |
Markering voor het begin van een relocatieaangifte |
C |
||||||||||
57 |
Datum |
DA |
Datum van relocatie van de vangst terwijl het vaartuig op zee is (JJJJ-MM-DD) |
CIF |
||||||||||
58 |
Tijd |
TI |
Tijdstip van relocatie (UU:MM in UTC) |
CIF |
||||||||||
59 |
Nummer van het ontvangende vaartuig in het communautaire vlootregister |
IR |
Formaat AAAXXXXXXXXX, waarbij A een hoofdletter is die het land van de eerste registratie in de EU aangeeft en X een letter of een getal is |
CIF het om een gezamenlijke visserijactiviteit en een EU-vaartuig gaat |
||||||||||
60 |
Radioroepnaam van het ontvangende vaartuig |
TT |
Internationale radioroepnaam van het ontvangende vaartuig |
CIF het om een gezamenlijke visserijactiviteit gaat |
||||||||||
61 |
Vlaggenstaat van het ontvangende vaartuig |
TC |
Vlaggenstaat van het vaartuig dat de vangst ontvangt (drieletterige ISO-landcode) |
CIF het om een gezamenlijke visserijactiviteit gaat |
||||||||||
62 |
Nummers van andere partnervaartuigen in het communautaire vlootregister |
RF |
Formaat AAAXXXXXXXXX, waarbij A een hoofdletter is die het land van de eerste registratie in de EU aangeeft en X een letter of een getal is |
CIF het om een gezamenlijke visserijactiviteit gaat, waarbij de partner een EU-vaartuig is |
||||||||||
63 |
Radioroepnaam van ander(e) partnervaartuig(en) |
TF |
Internationale radioroepnaam van het (de) partnervaartuig(en) |
CIF het om een gezamenlijke visserijactiviteit en andere partners gaat |
||||||||||
64 |
Vlaggenstaat van ander(e) partnervaartuig(en) |
FC |
Vlaggenstaat van het (de) partnervaartuig(en) (drieletterige ISO-landcode) |
CIF het om een gezamenlijke visserijactiviteit en andere partners gaat |
||||||||||
65 |
Relocatie naar |
RT |
Drielettercode voor relocatiebestemming (bewaarnet: KNE, hok: CGE enz.). De codes zullen op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats |
CIF |
||||||||||
66 |
Subaangifte POS |
POS |
Positie van overdracht (Zie details van subelementen en kenmerken van POS) |
CIF |
||||||||||
67 |
Subaangifte vangst (lijst van subaangiften soorten SPE ) |
SPE |
Hoeveelheid vis voor relocatie (Zie details van subelementen en kenmerken van SPE) |
CIF |
||||||||||
68 |
|
|
|
|
||||||||||
69 |
TRA: aangifte van overlading |
|
Voor elke overlading van de vangst is een aangifte vereist van zowel de overdrager als de ontvanger |
|
||||||||||
70 |
Begin aangifte van overlading |
TRA |
Markering voor het begin van een overladingsaangifte |
C |
||||||||||
71 |
Datum |
DA |
Begin van TRA (JJJJ-MM-DD) |
C |
||||||||||
72 |
Tijdstip |
TI |
Begin van TRA (UU:MM in UTC) |
C |
||||||||||
73 |
Subaangifte betrokken gebied |
RAS |
Het geografische gebied waar de overlading plaatsvond. De lijst met de codes voor visgebieden en inspanningsgebieden/instandhoudingsgebieden zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats (Zie details van subelementen en kenmerken van RAS) |
CIF de overlading op zee plaatsvond |
||||||||||
74 |
Naam van de haven |
PO |
Havencode (tweeletterige ISO-landcode + drieletterige ISO-havencode). De lijst met de havencodes (LLHHH) zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats |
CIF de overlading in de haven plaatsvond |
||||||||||
75 |
Nummer van het ontvangende vaartuig in het communautaire vlootregister |
IR |
Formaat AAAXXXXXXXXX, waarbij A een hoofdletter is die het land van registratie in de EU aangeeft en X een letter of een getal is |
CIF het om een vissersvaartuig gaat |
||||||||||
76 |
Overlading: ontvangend vaartuig |
TT |
Indien overladend vaartuig — Internationale radioroepnaam van het ontvangende vaartuig |
C |
||||||||||
77 |
Overlading: vlaggenstaat van het ontvangende vaartuig |
TC |
Indien overladend vaartuig — Vlaggenstaat van het vaartuig dat de overlading ontvangt (drieletterige ISO-landcode) |
C |
||||||||||
78 |
Nummer van het overladende vaartuig in het communautaire vlootregister |
RF |
Formaat AAAXXXXXXXXX, waarbij A een hoofdletter is die het land van de eerste registratie in de EU aangeeft en X een letter of een getal is |
CIF het om een communautair vaartuig gaat |
||||||||||
79 |
Overlading: (overladend) vaartuig |
TF |
Indien ontvangend vaartuig — Internationale radioroepnaam van het overladende vaartuig |
C |
||||||||||
80 |
Overlading: vlaggenstaat van het overladende vaartuig |
FC |
Indien ontvangend vaartuig — Vlaggenstaat van het overladende vaartuig (drieletterige ISO-landcode) |
C |
||||||||||
81 |
Subaangifte POS |
POS |
(Zie details van subelementen en kenmerken van POS) |
CIF dit vereist is (3) (NEAFC- of NAFO-wateren) |
||||||||||
82 |
Overgedragen vangst (lijst van subaangiften soorten SPE) |
SPE |
(Zie details van subelementen en kenmerken van SPE) |
C |
||||||||||
83 |
|
|
|
|
||||||||||
84 |
COE: aangifte van binnenkomst in gebied |
|
Indien gevist wordt in een bestandherstelgebied of in de westelijke wateren |
|
||||||||||
85 |
Begin aangifte van inspanning: binnenkomst in gebied |
COE |
Markering voor het begin van een aangifte van binnenkomst in een inspanningsgebied |
C |
||||||||||
86 |
Datum |
DA |
Datum van binnenvaren (JJJJ-MM-DD) |
C |
||||||||||
87 |
Tijdstip |
TI |
Tijdstip van binnenvaren (UU:MM in UTC) |
C |
||||||||||
88 |
Doelsoort(en) |
TS |
Doelsoorten in gebied (demersale, pelagische, schelpen, krabben). De volledige lijst zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats |
C |
||||||||||
89 |
Subaangifte betrokken gebied |
RAS |
Geografische plaats waar het vaartuig zich bevindt. De lijst met de codes voor visgebieden en inspanningsgebieden/instandhoudingsgebieden zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats (Zie details van subelementen en kenmerken van RAS) |
C |
||||||||||
90 |
Subaangifte vangst aan boord (lijst van subaangiften soorten SPE) |
SPE |
(Zie details van subelementen en kenmerken van SPE) |
O |
||||||||||
91 |
COX: aangifte van vertrek uit gebied |
|
Indien gevist wordt in een bestandherstelgebied of in de westelijke wateren |
|
||||||||||
92 |
Begin aangifte van inspanning: vertrek uit gebied |
COX |
Markering voor het begin van een aangifte van vertrek uit een inspanningsgebied |
C |
||||||||||
93 |
Datum |
DA |
Datum van vertrek (JJJJ-MM-DD) |
C |
||||||||||
94 |
Tijdstip |
TI |
Tijdstip van vertrek (UU:MM in UTC) |
C |
||||||||||
95 |
Doelsoort(en) |
TS |
Doelsoorten in gebied (demersale, pelagische, schelpen, krabben). De volledige lijst zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats |
CIF er geen andere visserijactiviteiten zijn |
||||||||||
96 |
Subaangifte betrokken gebied |
RAS |
Geografische plaats waar het vaartuig zich bevindt. De lijst met de codes voor visgebieden en inspanningsgebieden/instandhoudingsgebieden zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats (Zie details van subelementen en kenmerken van RAS) |
CIF er geen andere visserijactiviteiten zijn |
||||||||||
97 |
Subaangifte positie |
POS |
Positie van vertrek (Zie details van subelementen en kenmerken van POS) |
C |
||||||||||
98 |
Subaangifte vangst |
SPE |
Vangst in gebied (Zie details van subelementen en kenmerken van SPE) |
O |
||||||||||
99 |
|
|
|
|
||||||||||
100 |
CRO: aangifte van oversteken van gebied |
|
Bij oversteken van een bestandherstelgebied of een gebied in de westelijke wateren |
|
||||||||||
101 |
Begin aangifte van inspanning: oversteken van een gebied |
CRO |
Markering voor het begin van een aangifte van oversteken van een inspanningsgebied (geen visserijactiviteit). In COE-en COX-aangiften hoeven alleen DA TI POS te worden gespecificeerd |
C |
||||||||||
102 |
Aangifte van binnenkomst in gebied |
COE |
(Zie details van subelementen en kenmerken van COE) |
C |
||||||||||
103 |
Aangifte van vertrek uit gebied |
COX |
(Zie details van subelementen en kenmerken van COX) |
C |
||||||||||
104 |
|
|
|
|
||||||||||
105 |
TRZ: aangifte van gebiedsoverschrijdend vissen |
|
Bij gebiedsoverschrijdende visserijactiviteiten |
|
||||||||||
106 |
Begin aangifte van inspanning: gebiedsoverschrijdend vissen |
TRZ |
Markering voor het begin van aangifte gebiedsoverschrijdend vissen |
C |
||||||||||
107 |
Aangifte van binnenkomst |
COE |
Eerste binnenkomst (Zie details van subelementen en kenmerken van COE) |
C |
||||||||||
108 |
Aangifte van vertrek |
COX |
Laatste vertrek (Zie details van subelementen en kenmerken van COX) |
C |
||||||||||
109 |
|
|
|
|
||||||||||
110 |
INS: aangifte van inspectie |
|
Te verstrekken door de autoriteiten, niet door de kapitein |
|
||||||||||
111 |
Begin aangifte inspectie |
INS |
Markering voor het begin van een subaangifte inspectie |
O |
||||||||||
112 |
Land van inspectie |
IC |
Drieletterige ISO-landcode |
O |
||||||||||
113 |
Aangewezen inspecteur |
IA |
Elke staat moet een viercijferig getal ter identificering van hun inspecteur opgeven |
O |
||||||||||
114 |
Datum |
DA |
Datum van de inspectie (JJJJ-MM-DD) |
O |
||||||||||
115 |
Tijdstip |
TI |
Tijdstip van de inspectie (UU:MM in UTC) |
O |
||||||||||
116 |
Subaangifte positie |
POS |
Positie van inspectie (Zie details van subelementen en kenmerken van POS) |
O |
||||||||||
117 |
|
|
|
|
||||||||||
118 |
DIS: aangifte van teruggooi |
|
|
CIF dit vereist is (3) (NEAFC of NAFO) |
||||||||||
119 |
Begin aangifte teruggooi |
DIS |
Markering met gegevens over teruggegooide vis |
C |
||||||||||
120 |
Datum |
DA |
Datum van teruggooi (JJJJ-MM-DD) |
C |
||||||||||
121 |
Tijdstip |
TI |
Tijdstip van teruggooi (UU:MM in UTC) |
C |
||||||||||
122 |
Subaangifte positie |
POS |
Positie bij teruggooi (Zie details van subelementen en kenmerken van POS) |
C |
||||||||||
123 |
Subaangifte teruggegooide vis |
SPE |
Teruggegooide vis (Zie details van subelementen en kenmerken van SPE) |
C |
||||||||||
124 |
|
|
|
|
||||||||||
125 |
PRN: aangifte van voorafgaande aanmelding van terugkeer |
|
Moet worden verstrekt vóór de terugkeer naar de haven of indien dit volgens de communautaire voorschriften vereist is |
CIF dit vereist is (3) |
||||||||||
126 |
Begin van voorafgaande aanmelding |
PRN |
Markering voor het begin van een aangifte van voorafgaande aanmelding |
C |
||||||||||
127 |
Geplande datum |
PD |
Geplande datum van aankomst/oversteken (JJJJ-MM-DD) |
C |
||||||||||
128 |
Gepland tijdstip |
PT |
Gepland tijdstip van aankomst/oversteken (UU:MM in UTC) |
C |
||||||||||
129 |
Naam van de haven |
PO |
Havencode (tweeletterige landcode (tweeletterige ISO-landcode) + drieletterige havencode). De lijst met de havencodes (LLHHH) zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats |
C |
||||||||||
130 |
Subaangifte betrokken gebied |
RAS |
Visgebied dat moet worden vermeld in de voorafgaande aangifte voor kabeljauw. De lijst met de codes voor visgebieden en inspanningsgebieden/instandhoudingsgebieden zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats (Zie details van subelementen en kenmerken van RAS) |
CIF in de Oostzee |
||||||||||
131 |
Geplande datum van aanlanding |
DA |
Geplande datum van aanlanding (JJJJ-MM-DD) in de Oostzee |
CIF in de Oostzee |
||||||||||
132 |
Gepland tijdstip van aanlanding |
TI |
Gepland tijdstip van aanlanding (UU:MM in UTC) in de Oostzee |
CIF in de Oostzee |
||||||||||
133 |
Subaangiften vangst aan boord (lijst van subaangiften soorten SPE) |
SPE |
Vangst aan boord (indien pelagische vissoorten, ICES-zone vereist) (Zie details van de subaangifte SPE) |
C |
||||||||||
134 |
Subaangifte positie |
POS |
Positie voor het binnenvaren/verlaten van een gebied/zone (Zie details van subelementen en kenmerken van POS) |
CIF |
||||||||||
135 |
|
|
|
|
||||||||||
136 |
EOF: aangifte van het einde van de visserij |
|
Door te sturen onmiddellijk na de laatste visserijactiviteit en vóór terugkeer naar de haven en het aanlanden van vis |
|
||||||||||
137 |
Begin van de afmelding van de vangstaangifte |
EOF |
Markering voor het voltooien van de visserijactiviteiten vóór de terugkeer naar de haven |
C |
||||||||||
138 |
Datum |
DA |
Datum van afmelding (JJJJ-MM-DD) |
C |
||||||||||
139 |
Tijdstip |
TI |
Tijdstip van afmelding (UU:MM in UTC) |
C |
||||||||||
140 |
|
|
|
|
||||||||||
141 |
RTP: aangifte terugkeer naar haven |
|
Door te zenden bij aankomst in de haven, na elke PRN-aangifte en vóór het aanlanden van vis |
|
||||||||||
142 |
Aangifte van terugkeer naar haven |
RTP |
Markering voor de terugkeer naar de haven aan het eind van een visreis |
C |
||||||||||
143 |
Datum |
DA |
Datum van terugkeer (JJJJ-MM-DD) |
C |
||||||||||
144 |
Tijdstip |
TI |
Tijdstip van terugkeer (UU:MM in UTC) |
C |
||||||||||
145 |
Naam van de haven |
PO |
De lijst met de havencodes (LLHHH: tweeletterige ISO-landcode + drieletterige ISO-havencode) zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats |
C |
||||||||||
146 |
Reden van terugkeer |
RE |
Reden van terugkeer naar haven (bv. beschutting, bevoorrading, aanlanding). De lijst met de codes voor de diverse redenen zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats |
CIF |
||||||||||
147 |
|
|
|
|
||||||||||
148 |
LAN: aangifte van aanlanding |
|
Door te zenden na aanlanding van vangst |
|
||||||||||
149 |
Begin aangifte van aanlanding |
LAN |
Markering voor het begin van een aangifte van aanlanding |
C |
||||||||||
150 |
Datum |
DA |
Datum van aanlanding (JJJJ-MM-DD) |
C |
||||||||||
151 |
Tijdstip |
TI |
Tijdstip van aanlanding (UU:MM in UTC) |
C |
||||||||||
152 |
Type verzender |
TS |
Drielettercode (MAS: kapitein, REP: zijn vertegenwoordiger, AGE: agent) |
C |
||||||||||
153 |
Naam van de haven |
PO |
Havencode (tweeletterige landcode (tweeletterige ISO-landcode) + drieletterige havencode). De lijst met de havencodes (LLHHH) zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats |
C |
||||||||||
154 |
Subaangifte aanlanding vangst (lijst van subaangiften SPE met PRO) |
SPE |
Soorten, visgebieden, aangeland gewicht, verwant vistuig en aanbiedingsvorm (Zie details van subelementen en kenmerken van SPE) |
C |
||||||||||
155 |
|
|
|
|
||||||||||
156 |
POS: subaangifte positie |
|
|
|
||||||||||
157 |
Begin subaangifte positie |
POS |
Markering met coördinaten van de geografische positie |
C |
||||||||||
158 |
Breedtegraad (decimaal) |
LT |
Breedtegraad uitgedrukt overeenkomstig WGS84-formaat voor VMS |
C |
||||||||||
159 |
Lengtegraad (decimaal) |
LG |
Lengtegraad uitgedrukt overeenkomstig WGS84-formaat voor VMS |
C |
||||||||||
160 |
|
|
|
|
||||||||||
161 |
GEA: subaangifte inzet vistuig |
|
|
|
||||||||||
162 |
Begin subaangifte inzet vistuig |
GEA |
Markering met coördinaten van de geografische positie |
C |
||||||||||
163 |
Type vistuig |
GE |
Vistuigcode volgens de internationale statistische standaardclassificatie van vistuig van de FAO |
C |
||||||||||
164 |
Maaswijdte |
ME |
Maaswijdte (in mm) |
CIF voor het vistuig maaswijdtevoorschriften gelden |
||||||||||
165 |
Vistuigcapaciteit |
GC |
Grootte en aantal vistuig |
CIF dit vereist is voor het ingezette vistuigtype |
||||||||||
166 |
Visserijactiviteiten |
FO |
Aantal visserijactiviteiten (trekken) per 24 uur |
CIF het vaartuig is goedgekeurd voor de visserij op diepzeebestanden |
||||||||||
167 |
Vistijd |
DU |
Aantal uren dat het vistuig is ingezet |
CIF het vaartuig is goedgekeurd voor de visserij op diepzeebestanden |
||||||||||
168 |
Subaangifte uitgezet vistuig |
GES |
Subaangifte uitgezet vistuig (Zie details van subelementen en kenmerken van GES) |
CIF dit vereist is (3) (vaartuig gebruikt staande of vaste netten) |
||||||||||
169 |
Subaangifte binnengehaald vistuig |
GER |
Subaangifte binnengehaald vistuig (Zie details van subelementen en kenmerken van GER) |
CIF dit vereist is (3) (vaartuig gebruikt staande of vaste netten) |
||||||||||
170 |
Subaangifte inzet kieuwnetten |
GIL |
Subaangifte inzet kieuwnetten (Zie details van subelementen en kenmerken van GIL) |
CIF vaartuig vergunning heeft voor de ICES-zones IIIa, IVa, IVb, Vb, VIa, VIb, VIIb, c, j, k en XII |
||||||||||
171 |
Diepten waarop wordt gevist |
FD |
Afstand van het wateroppervlak tot het laagste onderdeel van het vistuig (in m). Van toepassing op vaartuigen die gesleept vistuig, beuglijnen en vaste netten gebruiken |
CIF wordt gevist op diepzeevissen en in de Noorse wateren |
||||||||||
172 |
Gemiddeld aantal haken op beuglijnen |
NH |
Gemiddeld aantal haken op beuglijnen |
CIF wordt gevist op diepzeevissen en in de Noorse wateren |
||||||||||
173 |
Gemiddelde lengte van de netten |
GL |
Gemiddelde lengte van de netten bij gebruik van vaste netten (in m) |
CIF wordt gevist op diepzeevissen en in de Noorse wateren |
||||||||||
174 |
Gemiddelde hoogte van de netten |
GD |
Gemiddelde hoogte van de netten bij gebruik van vaste netten (in m) |
CIF wordt gevist op diepzeevissen en in de Noorse wateren |
||||||||||
175 |
|
|
|
|
||||||||||
176 |
GES: subaangifte uitgezet vistuig |
|
|
CIF dit volgens de voorschriften vereist is (3) |
||||||||||
177 |
Begin subaangifte positie |
GES |
Markering met informatie over uitgezet vistuig |
C |
||||||||||
178 |
Datum |
DA |
Datum waarop het vistuig is uitgezet (JJJJ-MM-DD) |
C |
||||||||||
179 |
Tijdstip |
TI |
Tijdstip waarop het vistuig is uitgezet (UU:MM in UTC) |
C |
||||||||||
180 |
Subaangifte POS |
POS |
Positie waar het vistuig is uitgezet (Zie details van subelementen en kenmerken van POS) |
C |
||||||||||
181 |
|
|
|
|
||||||||||
182 |
GER: subaangifte binnengehaald vistuig |
|
|
CIF dit volgens de voorschriften vereist is (3) |
||||||||||
183 |
Begin subaangifte positie |
GER |
Markering met informatie over binnengehaald vistuig |
C |
||||||||||
184 |
Datum |
DA |
Datum waarop het vistuig is binnengehaald (JJJJ-MM-DD) |
C |
||||||||||
185 |
Tijdstip |
TI |
Tijdstip waarop het vistuig is binnengehaald (UU:MM in UTC) |
C |
||||||||||
186 |
Subaangifte POS |
POS |
Positie waar het vistuig is binnengehaald (Zie details van subelementen en kenmerken van POS) |
C |
||||||||||
187 |
GIL: subaangifte inzet kieuwnetten |
|
|
CIF vaartuig vergunning heeft voor de ICES-zones IIIa, IVa, IVb, Vb, VIa, VIb, VIIb, c, j, k en XII |
||||||||||
188 |
Begin subaangifte kieuwnetten |
GIL |
Markering begin inzet kieuwnetten |
|
||||||||||
189 |
Nominale lengte van één net |
NL |
Informatie die tijdens elke visreis moet worden geregistreerd (in m) |
C |
||||||||||
190 |
Aantal netten |
NN |
Aantal netten per vloot |
C |
||||||||||
191 |
Aantal vloten |
FL |
Aantal ingezette vloten |
C |
||||||||||
192 |
Subaangifte POS |
POS |
Positie van elke vlootinzet (Zie details van subelementen en kenmerken van POS) |
C |
||||||||||
193 |
Diepte van elke ingezette vloot |
FD |
Diepte van elke ingezette vloot (afstand van het wateroppervlak tot het laagste onderdeel van het vistuig) |
C |
||||||||||
194 |
Uitzettijd per ingezette vloot |
ST |
Uitzettijd per ingezette vloot |
C |
||||||||||
195 |
|
|
|
|
||||||||||
196 |
GLS: subaangifte verlies vistuig |
|
Verlies van vaste netten |
CIF dit volgens de voorschriften vereist is (3) |
||||||||||
197 |
Begin subaangifte GLS |
GLS |
Gegevens over verloren vaste netten |
|
||||||||||
198 |
Datum verlies vistuig |
DA |
Datum van verlies van vistuig (JJJJ-MM-DD) |
C |
||||||||||
199 |
Aantal eenheden |
NN |
Aantal verloren vistuigen |
CIF |
||||||||||
200 |
Subaangifte POS |
POS |
Laatst bekende positie van vistuig (Zie details van subelementen en kenmerken van POS) |
CIF |
||||||||||
201 |
|
|
|
|
||||||||||
202 |
RAS: subaangifte betrokken gebied |
RAS |
Betrokken gebied, afhankelijk van de desbetreffende meldplicht — er moet minstens één veld worden ingevuld. De codelijst zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats |
CIF |
||||||||||
203 |
FAO-gebied |
FA |
FAO-gebied (bv. 27) |
CIF |
||||||||||
204 |
FAO (ICES)-deelgebied |
SA |
FAO (ICES)-deelgebied (bv. 3) |
CIF |
||||||||||
205 |
FAO (ICES)-sector |
ID |
FAO (ICES)-sector (bv. d) |
CIF |
||||||||||
206 |
FAO (ICES)-deelsector |
SD |
FAO (ICES)-deelsector (bv. 24) (Samen met het bovenstaande geeft dit: 27.3.d.24) |
CIF |
||||||||||
207 |
Economische zone |
EZ |
Economische zone |
CIF |
||||||||||
208 |
Statistisch vak van de ICES |
SR |
Statistisch vak van de ICES (bijv. 49E6) |
CIF |
||||||||||
209 |
Visserijinspanningsgebied |
FE |
De codelijst zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats |
CIF |
||||||||||
210 |
Subaangifte positie |
POS |
(Zie details van subelementen en kenmerken van POS) |
CIF |
||||||||||
211 |
|
|
|
|
||||||||||
212 |
SPE: subaangifte vissoort |
|
Totale hoeveelheid per soort |
|
||||||||||
213 |
Begin subaangifte SPE |
SPE |
Gegevens over gevangen vis per soort |
C |
||||||||||
214 |
Naam van de vissoort |
SN |
Naam van de vissoort (drielettercode van de FAO) |
C |
||||||||||
215 |
Gewicht van de vis |
WT |
Naargelang van de context is dit:
|
CIF de soorten niet worden geteld |
||||||||||
216 |
Aantal vissen |
NF |
Aantal vissen (wanneer de vangst in aantallen vissen moet worden geregistreerd, bv. bij zalm, tonijn) |
CIF |
||||||||||
217 |
Hoeveelheid in de netten |
NQ |
Geraamde kwantiteit in de netten, d.w.z. niet in het ruim |
O |
||||||||||
218 |
Aantal vissen in de netten |
NB |
Geraamd aantal vissen in de netten, d.w.z. niet in het ruim |
O |
||||||||||
219 |
Subaangifte betrokken gebied |
RAS |
Het geografische gebied waar het grootste gedeelte van de vangst heeft plaatsgehad De codelijst zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats (Zie details van subelementen en kenmerken van RAS) |
C |
||||||||||
220 |
Type vistuig |
GE |
Lettercode volgens de internationale statistische standaardclassificatie van vistuig van de FAO |
CIF er slechts voor bepaalde soorten en vangstgebieden een aangifte van aanlanding is |
||||||||||
221 |
Subaangifte verwerking |
PRO |
(Zie details van subelementen en kenmerken van PRO) |
CIF aangifte van aanlanding (overlading) |
||||||||||
222 |
|
|
|
|
||||||||||
223 |
PRO: subaangifte verwerking |
|
Verwerking/aanbiedingsvorm voor elke aangelande soort |
|
||||||||||
224 |
Begin subaangifte verwerking |
PRO |
Markering met gegevens over visverwerking |
C |
||||||||||
225 |
Versheidscategorie vis |
FF |
Categorie versheid van de vis (A, B, E) |
C |
||||||||||
226 |
Bewaartoestand |
PS |
Lettercode voor de bewaartoestand van de vis, bv. levend, bevroren, gezouten. De codelijst zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats |
C |
||||||||||
227 |
Aanbiedingsvorm van de vis |
PR |
Lettercode voor de aanbiedingsvorm van het product (volgens de wijze van verwerking). Hiervoor moeten de codes worden gebruikt die op een nader te bepalen plaats op de website van de Europese Commissie zullen worden geplaatst |
C |
||||||||||
228 |
Verpakking verwerkte producten |
TY |
Drielettercode (CRT = dozen, BOX = kisten, BGS = zakken, BLC = blokken) |
CIF (LAN of TRA) |
||||||||||
229 |
Aantal verpakkingseenheden |
NN |
Aantal verpakkingseenheden: dozen, kisten, zakken, containers, blokken enz. |
CIF (voor LAN of TRA) |
||||||||||
230 |
Gemiddeld gewicht per verpakkingseenheid |
AW |
Productgewicht (kg) |
CIF (voor LAN of TRA) |
||||||||||
231 |
Conversiefactor |
CF |
Een numerieke factor voor de omzetting van verwerkt gewicht aan vis in levend gewicht aan vis |
O |
||||||||||
232 |
|
|
|
|
||||||||||
233 |
Als het gaat om een bericht van het type SAL (TM = SAL) |
|
SAL is een verkoopbericht |
|
||||||||||
234 |
De volgende kenmerken moeten worden gespecificeerd |
|
Een verkoopbericht kan een aangifte van een verkoop of van een overname zijn |
|
||||||||||
235 |
Begin verkoopbericht |
SAL |
Markering voor het begin van een verkoopbericht |
C |
||||||||||
236 |
Nummer van het vaartuig in het communautaire vlootregister (CFR) |
IR |
Formaat AAAXXXXXXXXX, waarbij A een hoofdletter is die het land van de eerste registratie in de EU aangeeft en X een letter of een getal is |
C |
||||||||||
237 |
Roepnaam van het vaartuig |
RC |
Internationale radioroepnaam |
CIF het communautaire vlootregister niet up-to-date is |
||||||||||
238 |
Identificatietekens op de romp van het vaartuig |
XR |
Op de romp aangebracht registratienummer van het vaartuig dat de vis heeft aangeland |
O |
||||||||||
239 |
Land van registratie |
FS |
Drieletterige ISO-landcode |
C |
||||||||||
240 |
Naam van het vaartuig |
NA |
Naam van het vaartuig dat de vis heeft aangeland |
O |
||||||||||
241 |
SLI-aangifte |
SLI |
(Zie details van subelementen en kenmerken van SLI) |
CIF verkoop |
||||||||||
242 |
TLI-aangifte |
TLI |
(Zie details van subelementen en kenmerken van TLI) |
CIF overname |
||||||||||
243 |
|
|
|
|
||||||||||
244 |
SLI: aangifte verkoop |
|
|
|
||||||||||
245 |
Begin aangifte verkoop |
SLI |
Markering met gegevens over verkoop van een partij |
C |
||||||||||
246 |
Datum |
DA |
Datum van de verkoop (JJJJ-MM-DD) |
C |
||||||||||
247 |
Land van de verkoop |
SC |
Land waar de verkoop plaatsvond (drieletterige ISO-landcode) |
C |
||||||||||
248 |
Plaats van de verkoop |
SL |
De lijst met de havencodes (LLHHH) zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats |
C |
||||||||||
249 |
Naam van de verkoper |
NS |
Naam van de visafslag, andere instantie of persoon die de vis verkoopt |
C |
||||||||||
250 |
Naam van de koper |
NB |
Naam van de instantie of persoon die de vis koopt |
C |
||||||||||
251 |
Referentienummer verkoopovereenkomst |
CN |
Referentienummer verkoopovereenkomst |
C |
||||||||||
252 |
Subaangifte brondocument |
SRC |
(Zie details van subelementen en kenmerken van SRC) |
C |
||||||||||
253 |
Subaangifte verkochte partij |
CSS |
(Zie details van subelementen en kenmerken van CSS) |
C |
||||||||||
254 |
|
|
|
|
||||||||||
255 |
Subaangifte SRC |
|
De autoriteiten van de vlaggenstaat moeten het brondocument traceren dat gebaseerd is op het logboek en de aanlandingsgegevens van het vaartuig |
|
||||||||||
256 |
Begin subaangifte brondocument |
SRC |
Markering met gegevens over het brondocument voor de verkochte partij |
C |
||||||||||
257 |
Datum van aanlanding |
DL |
Datum van aanlanding (JJJJ-MM-DD) |
C |
||||||||||
258 |
Naam van land en haven |
PO |
Naam van land en haven voor de plaats van aanlanding. De lijst met de land-havencodes (LLHHH) zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats |
C |
||||||||||
259 |
|
|
|
|
||||||||||
260 |
Subaangifte CSS |
|
|
|
||||||||||
261 |
Begin subaangifte verkochte partij |
CSS |
Markering met gegevens over verkocht item |
C |
||||||||||
262 |
Naam van de soort |
SN |
Naam van de verkochte soort (drielettercode van de FAO) |
C |
||||||||||
263 |
Gewicht van de verkochte vis |
WT |
Gewicht van de verkochte vis (in kg) |
C |
||||||||||
264 |
Aantal verkochte vissen |
NF |
Aantal vissen (wanneer de vangst in aantallen vissen moet worden geregistreerd, bv. bij zalm, tonijn) |
CIF |
||||||||||
265 |
Prijs van de vis |
FP |
Prijs per kg |
C |
||||||||||
266 |
Munteenheid van verkoop |
CR |
Munt waarin de verkoopprijs is uitgedrukt. De lijst met de symbolen/codes voor de munteenheid zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats |
C |
||||||||||
267 |
Grootteklasse vis |
SF |
Grootte van de vis (1-8; één grootte of kg, g, cm, mm of aantal vissen per kg, naargelang van het geval) |
CIF |
||||||||||
268 |
Bestemming van het product |
PP |
Codes voor menselijke consumptie, overdracht, industriële doeleinden |
CIF |
||||||||||
269 |
Subaangifte betrokken gebied |
RAS |
De lijst met de codes voor de visgebieden en de inspanningsgebieden/ instandhoudingsgebieden zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats (Zie details van subelementen en kenmerken van RAS) |
C |
||||||||||
270 |
PRO: subaangifte verwerking |
PRO |
(Zie details van subelementen en kenmerken van PRO) |
C |
||||||||||
271 |
Uit de markt genomen |
WD |
Uit de markt genomen door een producentenorganisatie (Y-ja, N-neen, T-tijdelijk) |
C |
||||||||||
272 |
Gebruikscode producentenorganisatie |
OP |
De codelijst zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats |
O |
||||||||||
273 |
Bewaartoestand |
PS |
Lettercode voor de bewaartoestand van de vis, bv. levend, bevroren, gezouten. De codelijst zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats |
CIF de hoeveelheden tijdelijk uit de markt zijn genomen |
||||||||||
274 |
|
|
|
|
||||||||||
275 |
TLI: aangifte van overname |
|
|
|
||||||||||
276 |
Begin aangifte TLI |
TLI |
Markering voor gegevens van overname |
C |
||||||||||
277 |
Datum |
DA |
Datum van de overname (JJJJ-MM-DD) |
C |
||||||||||
278 |
Land van overname |
SC |
Land waar de overname plaatsvond (drieletterige ISO-landcode) |
C |
||||||||||
279 |
Plaats van overname |
SL |
De lijst van de codes van de havens of (indien niet in een haven) de lijst van de plaatsnamen waar de overname plaatsvond, zal kunnen worden geraadpleegd op een nader te bepalen plaats op de volgende EG-website: http://ec.europa.eu/fisheries/cfp/control_enforcement_nl.htm |
C |
||||||||||
280 |
Naam van de overnameorganisatie |
NT |
Naam van de organisatie die de vis heeft overgenomen |
C |
||||||||||
281 |
Referentienummer overnameovereenkomst |
CN |
Referentienummer overnameovereenkomst |
O |
||||||||||
282 |
Subaangifte SRC |
SRC |
(Zie details van subelementen en kenmerken van SRC) |
C |
||||||||||
283 |
Subaangifte overgenomen partij |
CST |
(Zie details van subelementen en kenmerken van CST) |
C |
||||||||||
284 |
|
|
|
|
||||||||||
285 |
Subaangifte CST |
|
|
|
||||||||||
286 |
Begin van regel voor elke overgenomen partij |
CST |
Markering met gegevens over elke overgenomen soort |
C |
||||||||||
287 |
Naam van de soort |
SN |
Naam van de verkochte soort (drielettercode van de FAO) |
C |
||||||||||
288 |
Gewicht van de overgenomen vis |
WT |
Gewicht van de overgenomen vis (in kg) |
C |
||||||||||
289 |
Aantal overgenomen vissen |
NF |
Aantal vissen (wanneer de vangst in aantallen vissen moet worden geregistreerd, bv. bij zalm, tonijn) |
CIF |
||||||||||
290 |
Grootteklasse vis |
SF |
Grootte van de vis (1-8; één grootte of kg, g, cm, mm of aantal vissen per kg, naargelang van het geval) |
C |
||||||||||
291 |
Subaangifte betrokken gebied |
RAS |
De lijst met de codes voor de visgebieden en de inspanningsgebieden/ instandhoudingsgebieden zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats (Zie details van subelementen en kenmerken van RAS) |
O |
||||||||||
292 |
PRO: subaangifte verwerking |
PRO |
(Zie details van subelementen en kenmerken van PRO) |
C |
||||||||||
|
(1) Deze bijlage vervangt volledig de bijlage bij Verordening (EG) nr. 1566/2007 tot vaststelling van voorschriften voor de uitvoering van Verordening (EG) nr. 1966/2006 betreffende de elektronische registratie en melding van visserijactiviteiten en een systeem voor teledetectie.
(2) Verplicht indien vereist krachtens communautaire voorschriften of internationale of bilaterale overeenkomsten.
(3) Als CIF niet van toepassing is, is het kenmerk optioneel.
1. |
De tekensetdefinities zijn beschikbaar op http://europa.eu.int/idabc/en/chapter/556used; voor ERS moet gebruik worden gemaakt van: Western character set (UTF-8). |
2. |
Alle codes (of passende verwijzingen) zullen worden vermeld op een nader te bepalen plaats op de website van DG Visserij, die kan worden geraadpleegd op het volgende adres: http://ec.europa.eu/fisheries/cfp/control_enforcement_nl.htm (o.m. codes voor correcties, havens, visgronden, uitvaarintenties, redenen voor terugkeer naar de haven, type vissoorten/doelsoorten, codes voor het binnenvaren van inspannings- en instandhoudingsgebieden en andere codes of referenties). |
3. |
Alle 3-tekencodes zijn XML-elementen (codes van 3 tekens), alle 2-tekencodes zijn XML-kernmerken. |
4. |
De XML-voorbeeldfiles en de XSD-referentiedefinitie voor de bovenstaande bijlage worden op de website van de Europese Commissie geplaatst, op een nader te bepalen plaats. |
5. |
Alle gewichten in de tabel worden uitgedrukt in kilogram, zonodig tot op 2 decimalen nauwkeurig. |